Amsterdam, donderdag 20 september 2007



Onderwereld kent veel zijinstromers

De huidige top van de Amsterdamse onderwereld verdwijnt langzaam uit beeld, maar volgens Willem Woelders, vertrekkend Amsterdams recherchechef, staat een nieuwe generatie al voor de poort: onder andere een groep jonge Marokkanen. Vijf vragen.


1Wat zegt Willem Woelders precies?

Volgens de recherchechef, die binnenkort plaatsvervangend korpschef in Utrecht wordt, is er in Amsterdam een groep jonge Marokkanen die vijf jaar geleden nog kleine jongens waren, maar die inmiddels landelijk aan de slag is. Deze groep, die grote kraken pleegt en niet vies is van geweld, neemt, de lege plekken in die in de georganiseerde misdaad ontstaan door het oppakken van types zoals Willem Holleeder.

Volgens Woelders zijn ze door hun criminele geschiedenis gewend geraakt aan geweld en het grote geld. Ook ziet hij een rol weggelegd voor nazaten van de beruchte criminelen uit de jaren negentig.

2Heeft hij gelijk over de Marokkaanse jongeren?

Dat valt niet te achterhalen, aangezien de ontwikkeling nog onzichtbaar is. Zichtbaar wordt het voor de buitenwereld pas als justitie mensen gaat vervolgen en er rechtszaken gaan dienen.

Er is ook kritiek. Sommigen vinden de opmerkingen van Woelders stigmatiserend. En criminoloog Frank van Gemert, verbonden aan de Vrije Universiteit, wijst erop dat de georganiseerde misdaad door Woelders wordt voorgesteld als een beroepsgroep met 'ambitie en toekomstperspectief', terwijl de praktijk volgens hem uitwijst dat dat vaak niet het geval is. "Dat is hoe de buitenwereld er tegen aan kijkt." De criminelen denken volgens hem niet in termen van 'over een paar jaar maken wij de dienst uit'.

"Die strategie ontbreekt," aldus Van Gemert. "Er wordt wel samengewerkt maar niet met hogere doelen. Men vindt elkaar voor een klus, voor een doel op korte termijn."

3 Het klinkt niet onaannemelijk: klein beginnen -op straat bijvoorbeeld- de actieradius met succes uitbreiden en vervolgens willen doorstoten naar de top.

Een dergelijke ontwikkeling geldt slechts voor een relatief klein groepje criminelen. Het gros van de kleine criminelen stopt met zijn activiteiten na de adolescentie. Slechts een beperkte groep gaat door op de ingeslagen weg. Huisje, boompje, beestje brengen daarin geen verandering, zoals bij anderen vaak wel het geval is.

4 Is het een vaste regel dat de zwaargewichten in de georganiseerde criminaliteit hun misdaadcarrière jong zijn begonnen?

Néé. Dat wordt weliswaar vaak verondersteld, maar uit een onlangs gepubliceerd onderzoek van onder anderen criminoloog Henk van de Bunt blijkt juist dat daders in die tak van sport relatief oud zijn en bovendien is sprake van een belangrijke 'zijinstroom' van daders die pas op latere leeftijd beginnen met hun criminele carrière.

Dat kan bijvoorbeeld komen doordat zij de keuze pas maken na bepaalde gebeurtenissen in hun leven, zoals een faillissement of schulden.

Bij de leidinggevenden die zijn onderzocht, bleek bijna de helft op enig moment, vaak pas op latere leeftijd, vanuit een beroepsachtergrond de overstap te hebben gemaakt naar de georganiseerde misdaad. Dat zijn bijvoorbeeld mensen die eerst in de horeca, bouw of de (legale) import en export zaten. Zij maken bij hun overstap gebruik van de mogelijkheden en contacten die hun beroepen met zich mee brengen.

5 Zijn bij de huidige grote onderzoeken naar de Amsterdamse onderwereld Marokkanen verdacht?

Voor zover bekend niet. In de zaken die thans voor de rechter worden gebracht -de liquidaties van Thomas van der Bijl, Kees Houtman, Willem Endstra en de beweerde afpersingspraktijken van Willem Holleeder- in elk geval niet. Daarin is behalve voor autochtone verdachten ook een rol weggelegd voor verdachten van Turkse en Joegoslavische origine.

Kamilla Leupen

Copyright: Het Parool