Christenen voor Israel, Nieuwe lobby?
Christenen voor Israël
De stichting Christenen voor Israel stelt zich ten doel om christenen in Nederland bewust te maken van de betekenis van het Joodse volk in Gods handelen met deze wereld.
Haar boodschap naar de kerken is dat de gemeente van Jezus Christus niet in de plaats van Israel is gekomen, maar dat er nog verschillende belangrijke beloften voor Israel in de nabije toekomst zullen worden vervuld. Zij geeft betrouwbare informatie over land, volk en staat van Israel. Zij roept christenen op tot solidariteit met Israel en wijst elke vorm van antisemitisme af. Zij gaat hierbij uit van het gezag en de betrouwbaarheid van de Bijbel als Gods Woord. Zij steunt Israel metterdaad en is werkzaam in Nederlandse kerken en gemeenten.
Christenen voor Israel werd in 1980 opgericht en is sindsdien een belangrijke spreekbuis voor tienduizenden christenen uit vele denominaties.
Wat drijft Christenen voor Israel? Door de buitenwacht worden ze niet serieus genomen of voor gevaarlijk gehouden, maar de beweging blijft maar doorgroeien en schenkt jaarlijks meer dan twee miljoen euro aan Israel.
In de joodse gemeenschap bestaat het nodige wantrouwen tegenover Christenen voor Israel. Een achterdocht die geworteld is in de lange geschiedenis van christelijke vervolging van joden en het bedrijven van zending, maar die ook te maken heeft met het orthodoxe karakter van de christelijke organisatie. De overgrote meerderheid van de Nederlandse joden is uitgesproken liberaal, zo bleek weer eens uit het recente JMW-onderzoek. Men kan zich daarom maar moeilijk identificeren met Christenen voor Israel (CvI), dat, zowel religieus als politiek, een conservatieve signatuur heeft. De beweging wil christenen bewustmaken van de bijzondere betekenis van het joodse volk voor Gods handelen met de wereld.Nu het politieke klimaat rond Israel echter steeds negatiever wordt, is de solidariteit van CvI des te opvallender.
Ideologisch en getalsmatig is de opkomst van dit ‘zionistische’ christendom een recente en stille revolutie. In de afgelopen twintig jaar groeide CvI uit tot een actieve en omvangrijke beweging met meer dan 70.000 betalende donateurs, die meestal een gezin hebben met gemiddeld drie kinderen. Ter vergelijking: de grootste joodse club in Nederland is het Nederlands-Israelitisch Kerkgenootschap en dat heeft zo’n 5400 leden, inclusief kinderen. De christenen komen ‘ter Sions ere’ bij elkaar, van Middelburg tot en met Appingedam, om voor Israel te zingen en te bidden. Men schrijft bemoedigende woorden aan overlevenden van aanslagen, stuurt brieven aan kranten om Israel te verdedigen en stelt antisemitisme aan de kaak onder het motto PakJePen! En dan zijn er de zogenaamde familiedagen in Rotterdam met drieduizend bezoekers waar joodse sprekers optreden. Dat kunnen sprekers uit Nederland zijn, maar er worden ook voormalige Nederlanders uit Israel ingevlogen, zoals Moshe Abraham Cohen. Ter ere van Israels Onafhankelijkheidsdag kwam het hoofd beveiliging van het dorp Emanuel, Samaria, onlangs naar Nederland. Cohen sprak in Nijkerk en Drachten over de aanslag in Emanuel, waarbij elf inwoners werden gedood en tientallen mensen voor het leven verminkt. Cohen ging met 60.000 euro naar huis, waarvan de helft werd geschonken door de Duitse CvI. Van het geld worden prothesen gemaakt voor mensen die armen en benen zijn kwijtgeraakt. In de koffiepauze wordt er nog even 12.000 euro opgehaald - maar liefst 12 euro per bezoeker.
Wat voor een religieuze achtergrond hebben de lezers? Koelewijn(reeds overleden) lijkt ondanks de drukte zijn innerlijke rust te behouden en spreekt met ronkende stem: „Onze achterban is afkomstig uit verschillende kerkverbanden. Het zijn onafhankelijke christenen die zich op een gegeven moment niet meer kunnen vinden in de visie van hun kerk op Israel. Ik ga meestal twee keer per zondag naar de Nederlands Gereformeerde Kerk, maar ik wordt er niet altijd blij van. Zo sprak de dominee bijvoorbeeld een keer over Abraham als ‘de eerste kerkvader’. Dan breekt mijn klomp. Israel wordt weggetheologiseerd.”
Rechtse christenen als eigenlijke barričre voor Palestijnen
Rafiq snijdt een belangrijk probleem aan dat al eerder aan de orde kwam in de forums, bij voorbeeld bij Nederlanders in dienst van het Israëlische leger.
Toen de ambassadeur van Palestina, Afief Safieh, vanuit Nederland overgeplaatst werd naar zijn huidige standplaats Groot Brittannië, vertelde hij mij dat hij op het eind van zijn verblijf in Nederland ontdekt had waar hier de meest harde weerstand tegen erkenning van de rechten van de Palestijnen ligt, namelijk bij deze groepen rechtse christenen.
Met alle politieke groepen was hij tot wezenlijke overeenstemming kunnen komen, ook met hen die zich als vrienden van Israël beschouwen, maar hij - zelf een christen - had moeten leren dat daar een onoverkomelijke barričre ligt.
Het bewijst weer eens wat een dubbelzinnig en gevaarlijk spul godsdienst is. Het kan natuurlijk mensen positief motiveren tot allerlei goede zaken, mensenrechten en dergelijke.
Maar anderzijds kan geloof wanneer het op onredelijkheid en pure emotie berust evenzeer mensenrechten als van Palestijnen verkrachten.
Het christendom heeft daarbij zeker niet het patent op onredelijkheid en fanatisme, ook onder moslims kan men daar over meepraten, voorbeelden ter over.
De Franse Revolutie wilde de godsdienst al op de rede grondvesten, maar daar is niet veel van terecht gekomen. Onze joodse Spinoza was daar een voorloper van.
http://www.ronhaleber.nl/palestina_b...n/image001.gif