PDA

Bekijk Volledige Versie : Kiezen voor de kudde



Orakel
29-08-04, 21:07
Het verlichten van gemeenschappen


Het schaap in onszelf erkennen

Doordat rechts homorechten als speerpunt neemt in de strijd tegen moslimfundamentalisten laat Nederland zich ongewild weer kennen als gidsland. Deze massale progressiviteit is een typisch voorbeeld van de groepsgeest die, ondanks alle gepraat over individualisering, over Nederland vaardig is. Het waarderen van onze hang naar groepen zou de integratie van nieuwkomers een stuk makkelijker maken.

Jan Willem Duyvendak en Menno Hurenkamp


Soms lijkt het wel of er in Nederland een nieuwe godsdienstoorlog is uitgebroken. Christen-democratische voormannen als Balkenende en Verhagen spreken over islamitische scholen als ´burchten van achterstand´ en staan te trappelen om een islamitisch boek te verbieden met discriminerende passages over vrouwen en homoseksuelen. Opmerkelijk. Sinds wanneer maken christen-democraten zich druk om gelijke rechten voor homoÕs? Of geldt dit vooral voor de Nederlandse christen-democraten? Het Vaticaan en de regering Bush huldigen tenslotte standpunten over homoseksuelen die welhaast ´islamitisch´ aandoen. De heilige oorlog tegen de islam heeft in Nederland bijzondere trekjes Ð we zijn nog altijd gidsland, tegen wil en dank.

Ons land onderscheidt zich steevast van de meeste andere landen door zijn opvallende vooruitstrevendheid. Ook de Nederlandse Europarlementariërs, incluis liberalen en christen-democraten, staan links in hun fracties. Dat blijkt vooral bij immateriële onderwerpen als drugs, abortus, vrouwenrechten, euthanasie en homoseksualiteit. En terwijl de Amerikanen als macho´s de wereldveiligheid denken te moeten bewaken, maken wij de rechten van vrouwen en homoseksuelen tot ijkpunten van de Verlichting.

Veelzeggend is dat deze zeer uitgesproken, vooruitstrevende standpunten zo eensgezind worden gekoesterd: van christelijk tot athe•stisch en van links tot rechts. Als VVD-Kamerlid Wilders pleit voor een ´verrechtsing´ van de VVD dan doet hij dat ook met een beroep op de onverdraagzaamheid van moslims ten aanzien van vrouwen en homoseksuelen; het collegeprogramma van CDA, VVD en Leefbaar Rotterdam gebruikt tolerantie ten opzichte van homoseksualiteit als lakmoesproef voor ´Nederlanderschap´. Waar tien jaar geleden, onder Paars I, er geen meerderheid te vinden was voor het homohuwelijk, daar worden homoÕs en feministen nu in de armen gesloten door christen-democraten en liberalen.

Dit alles is winst. En toch wringt er iets. Deze progressieve voorhoede tegen wil en dank, deze nieuwe ´moral majority´, wordt niet als zodanig (h)erkend. Premier Balkenende trekt stad en land af met zijn campagne om mensen te overtuigen van de noodzaak van (gedeelde) waarden en normen. Dat deze campagne nergens aanslaat komt niet omdat een Balkenende ouderwets verhaal houdt. Nee, zijn activisme is zo onvruchtbaar omdat bijna iedereen in Nederland het wel met hem eens is. Ons probleem is geenszins een gebrek aan gedeelde waarden. Voorzover integratie een probleem is, ligt de kwestie precies andersom: Nederlanders zijn in ruime meerderheid nog nooit zo overtuigd geweest van hun eigen gelijk. Juist dat creëert een grote afstand tot (met name islamitische) migranten.

Er is ook een duidelijk aanwijsbare reden waarom de massaliteit van deze prudent-progressieve niet onderkend wordt. Nederlanders heten naast vooruitstrevend ook erg vrij te zijn, onafhankelijk, geïndividualiseerd. We koesteren immers in brede kring waarden als zelfbeschikking over het eigen lichaam (en dus ook over de eigen dood), zelfbepaling in seksualiteit, het recht op zelfontplooiing. We hebben een afkeer van instituties die ons willen voorschrijven hoe te leven; blij dat we ontsnapt zijn aan de benauwdheid van de zuil, de kerk en de media met een voorspelbare mening. We verklaren onszelf tot individualisten, collectief.

Maar laat dat laatste niemand horen! Collectiviteit associëren we niet met vooruitgang. Groepsgedrag associëren we automatisch met dwang. Het is ouderwets en heeft eerder iets met ´achterlijke´ migranten te maken. Die vertonen immers, volgens een filosoof als Herman Philipse, een welhaast natuurlijke aandrang tot ´tribaal´ gedrag. Migranten dienen als vanzelfsprekend geestelijke leiders, gezinshoofden en antiwesterse agitatoren.
Waar zij uniform zijn, veronderstellen wij divers te zijn. Waar zij horig zijn aan gezag, kennen wij de maximale individuele keuzevrijheid, een fase waar de nieuwkomers nog naar toe moeten groeien. Of, zoals de jurist Afshin Ellian onlangs in NRC Handelsblad de ideale uitkomst van het integratieproces verwoordde: "[De allochtoon] wordt gewoon een Nederlander die zich van de ketens van de kudde, onderdrukking, tribale goden en tradities heeft losgemaakt".

We hebben, in alle vrolijke discussies over postmodernisme en vrijheid en emancipatie, de werkelijkheid uit het oog verloren. We miskennen ons eigen groepsgedrag en onze opmerkelijke uniformiteit in opvattingen. Iedereen papegaait elkaar na hoe divers we wel niet zijn, hoe ongebonden. Op basis van deze breed gedeelde gedachte van diversiteit, discussiëren we nu over de vraag hoe die individualisering te waarderen. Liberale geesten van rechts én links bejubelen deze ongebondenheid.

Individualisering, onafhankelijkheid van denken en doen, is het hoogste bereikbare goed en de liberale jihad geldt als de voltooiing van deze emancipatiebeweging. Op hun beurt maken echte conservatieven zich sinds enige tijd met name grote zorgen over al die bandeloze individuen. Onbeteugeldheid mag in Nederland hogelijk gewaardeerd worden, het is en blijft de bron van alle kwaad. Zij pleiten daarom juist voor een beschavingsoffensief. Niet alleen migranten maar iedereen die zich al te ongebonden opstelt moet gedisciplineerd worden. Jongeren moeten keihard worden aangepakt en inderdaad, er moet weer een vak ´normen en waarden´ gedoceerd gaan worden.

Ondertussen vraagt niemand zich of al die diverse individuen die Nederland zouden bevolken wel echt bestaan. Is Nederland wel zo geïndividualiseerd? Hebben zowel de vrijdenkers als de moraalridders wel de goede veronderstelling te pakken? Het antwoord luidt ontkennend. We hebben zoals vermeld niet alleen opvallend uitgesproken maar ook eensgezinde opvattingen over de meest fundamentele morele kwesties. We kennen bovendien in Nederland veel vrijwillig groepsgedrag. We sluiten ons graag en veel aan bij allerlei clubs en verbanden, in weerwil van wat modieuze commentaren vaak veronderstellen. Gekeken naar de dagelijkse werkelijkheid zie je dat ook moderne mensen, of ze nu sporten of vrijwilligerswerk doen, als vanzelfsprekend de voorkeur geven aan een of ander gezamenlijke activiteit. Veel groepsgedrag dus Ð en soms zelfs een beetje kuddegedrag.

Wie kijkt naar onze voorkeuren ziet dat op enig moment in zijn bestaan bijna iedereen het liefst in de geborgenheid van een jaren dertig huis woont en een Duitse middenklasse auto rijdt. Je kunt dat schouderophalend afdoen als open deuren. De realiteit is dat klassieke identiteiten zoals sekse, etniciteit, leeftijd, opleiding een zo grote rol spelen in de keuzes die we maken dat die keuzes tegenwoordig méér voorspelbaar zijn dan twintig jaar geleden. Zo voorspelbaar dat een cynicus het woord keuze tussen aanhalingstekens zou zetten Ð als om te benadrukken dat ons dagelijks leven door van alles gestuurd wordt (de overheid, de televisie, de commercie), behalve door eigen beslissingen.

Daar kun je boos of blij van worden maar de kwestie hier is dat van feitelijke individualisering van de Nederlandse maatschappij veel minder sprake is dan we denken. En dat groepsgedrag in onze nationale identiteit misschien wel het soortelijk gewicht van de Tachtigjarige oorlog en de verloren WK finales overtreft. Natuurlijk Ð laat dat duidelijk zijn - zijn de afgelopen decennia veel clubs, verenigingen, stichtingen en sociale bewegingen van karakter veranderd.

Onze bindingen hiermee zijn vaak minder omvattend geworden: losser, minder verplichtend, minder bindend, net zoals we ons ook van onze familie beduidend minder aantrekken dan vroeger. Maar de banden mogen losser zijn, doorgesneden zijn ze niet. En juist die lossere bindingen worden door veel mensen in hun dagelijks leven verwelkomd. Anders dan de strakke verplichtingen uit de jaren vijftig bieden de moderne relaties mensen mogelijkheden om hun wereld te vergroten. In plaats van de paar omvattende banden van voorheen, hebben mensen nu veel wisselende connecties Ð allemaal lid van een vereniging, maar niemand voor het leven; wel een gezin, maar niet je moeder in huis; politiek geïnteresseerd, maar niet altijd op dezelfde partij stemmen. We kennen nog steeds veel collectieven, we verlangen er ook naar, maar de verbanden zijn ´lichter´ geworden.

En deze lichte gemeenschappen, communities lite, blijken voor de meeste mensen juist de weg naar persoonlijk geluk en maatschappelijk succes. Het zijn maatschappelijke verbanden waar de dwang is uitgebannen maar waar een collectief besef springlevend is: asian parties, internetfora, andersglobalistenmanifestaties, kookscholen, homowandelsportorganisaties, supportersverenigingen. De lidmaatschappen verschillen, het feit dat iedereen zich op ettelijke plekken verbonden voelt niet. In de lichte gemeenschappen vinden mensen vrienden en partners; daar heb je ook de meeste kans om een goede baan op te doen.

Als Nederland bij uitstek het land is van gedeelde opvattingen en groeps-, ja soms zelfs kuddegedrag, hoeven we ons daar dus niet voor te schamen. Zeker niet wanneer we kijken naar de aard van de opvattingen en het type banden dat mensen verbindt. Deze opvattingen zijn uitgesproken vooruitstrevend en de banden minder omvattend en beklemmend dan voorheen. Wanneer we niet langer denken in termen van ´bandeloze´ autochtonen maken we het ons niet alleen een stuk gemakkelijker, we doen ook de empirische werkelijkheid recht. Plat gezegd: als we het schaap in onszelf erkennen wordt iedereen daar beter van.

In gesprek over de vraag wat het goede leven is, moet het gaan over de aard van collectief gehuldigde opvattingen en over het soort gemeenschappen dat we kennen. In welke verbanden wil je wel leven, en in welke niet? Je kunt het na de grote Verlichting van de 18e eeuw de kleine verlichting van de 21e eeuw noemen. Welke gemeenschappen zijn licht en welke moeten nodig verlicht worden?

Communities lite bevrijden ons van de fundamentalistische waan dat iedereen elke moskee uitgejaagd moet worden en dat geen zelforganisatie nog deugt. Ze maken het echter ook aannemelijk om van migranten te verlangen hun eigen gemeenschappen kritisch te bezien. Die hoeven immers niet acuut opgeheven, maar moeten wel lite zijn of worden. Dan blijkt vermoedelijk dat de verdeeldheid in islamitische kring veel groter is dan onder échte Nederlanders Ð en diversiteit dus meer een eigenschap van de nieuwkomers dan van de gevestigden is. Eens te meer pech voor gelovigen in de individualisering.

Dé paradox van 2004 is dat autochtoon Nederland haar breed gedeelde tolerante waarden inzet om migranten te stigmatiseren. Hierdoor gebeurt precies tegenovergestelde van wat we wensen: de conservatieve krachten worden in de kaart gespeeld. Eenmaal om de oren geslagen met "De weg van de moslim" kunnen liberale moslims geen kant meer op.

In plaats van het verlichten van de negatieve gemeenschapsdruk versterken we zo die uit de tijd geraakte groepsdwang. Door ons verwrongen zelfbeeld Ð de illusie van totaal ongebonden individuen Ð raken we in paniek van elk vreemd collectief en zijn we niet meer in staat om een strategie te formuleren om lichte gemeenschappen te stimuleren. Als we het er over eens zijn dat we voor orthodoxie reservaten op de Veluwe hebben, kunnen we vervolgens met gerust hart het gesprek aan met de Turkse studentenvereniging, de Hindoestaanse cricketclub en de Marokkaanse moslimagroep.

Lichte Gemeenschappen en de nieuwe meerderheid (Uitgeverij Van Gennep). Website: www.kiezenvoordekudde.nl.

taouanza
30-08-04, 17:21
:haha:

Bofko
30-08-04, 18:17
Geplaatst door Orakel
Het verlichten van gemeenschappen

Dan blijkt vermoedelijk dat de verdeeldheid in islamitische kring veel groter is dan onder échte Nederlanders Ð en diversiteit dus meer een eigenschap van de nieuwkomers dan van de gevestigden is. Eens te meer pech voor gelovigen in de individualisering.
Dé paradox van 2004 is dat autochtoon Nederland haar breed gedeelde tolerante waarden inzet om migranten te stigmatiseren. Hierdoor gebeurt precies tegenovergestelde van wat we wensen: de conservatieve krachten worden in de kaart gespeeld. Eenmaal om de oren geslagen met "De weg van de moslim" kunnen liberale moslims geen kant meer op.

In plaats van het verlichten van de negatieve gemeenschapsdruk versterken we zo die uit de tijd geraakte groepsdwang. Door ons verwrongen zelfbeeld Ð de illusie van totaal ongebonden individuen Ð raken we in paniek van elk vreemd collectief en zijn we niet meer in staat om een strategie te formuleren om lichte gemeenschappen te stimuleren.


:duim: Geweldige analyse van ´de Nederlander´ . Helemaal mee eens.

Nederlandse tolerantie is altijd een schijntolerantie geweest. Een not-in-my-backyard tolerantie. De Nederlander heeft dat 2 jaar geleden bij zichzelf ontdekt en is nu massaal de tegenovergestelde kant van zichzelf aan het verkennen. Met name de oud-linksers zijn tot deze ommezwaai gekomen.
Maar ja, als je de keurig aangeharkte tuintjes ziet of nieuwbouwwijken waar over ieder vierkante meter is nagedacht, dan moet dat de geordendheid , controle , uniformiteit en mono-cultuur wel in de hand werken. Eigenschappen die haaks staan op individualisme.

Ze hebben (nog) niet door dat de Nederlandse ´umma´ veel hechter is dan de moslim-umma. Het bij elkaar gooien van alle allochtonen onder één noemer is al helemaal een farce. Dus het gevoel van bedreiging, met als reaktie betutteling, klopt niet. Ik verwacht dat dat inzicht over een tijdje komt en dan kan alle paternalisme mbt niet-autochtonen overboord gegooid worden.