PDA

Bekijk Volledige Versie : Gerechtelijk onderzoek naar moord op Marokkaan



Marsipulami
11-10-04, 10:32
Is er een zwarte weduwe onder ons? door Douglas De Coninck

Als Rosalba C. (56) geen zwarte weduwe is, heeft ze de schijn wel een beetje tegen. De drie partners die de prostituee uit Charleroi tussen 1994 en 1999 had, liggen allemaal op het kerkhof. Driemaal beoordeelde justitie hun overlijdens als verdacht en keer op keer leek de bewijslast overweldigend. Toch loopt de vrouw al vier jaar vrij rond en vielen er tussendoor nog een paar lijken te betreuren. Douglas De Coninck bericht.



Het onwaarschijnlijke toeval wou dat in het lunapark aan de overkant van de straat iemand iets fouts had gedaan met de bewakingscamera. Daardoor had die de beelden van zaterdagnamiddag niet gewist. De zwartwitopname met dikke korrel laat zien hoe op 27 maart om 15.07 uur een Honda Concerto halt houdt voor de garagepoort. Hoe een dame met rood krullend haar uitstapt en met de sleutel de deur naast de poort opent. Hoe de garagepoort opengaat en de dame binnen rijdt. Hoe om 15.45 uur Khalid Fakir (34) komt aangelopen en het pand binnen gaat.

De tape laat geen nummerplaat zien, en ook niet wanneer of hoe de dame met de rode krullen het pand weer verlaat. Rond die tijd draait een nieuwe tape en die heeft zichzelf gewist wanneer twee Naamse agenten op maandagochtend de deur van de kleine flat inbeuken. De wetsdokter denkt eerst aan zelfmoord, aan het effect van een schot in de mond. Bloed en hersenen alom. Maar geen wapen en geen kogel te bespeuren. Wel zeven zware hoofdwonden, "toegebracht met een hard object, mogelijk een hamer".

Khalid Fakir lag in bed, gewikkeld in een laken. Geen sporen van geweld in de kamer. De deur is op slot. Er is geen Sherlock Holmes nodig om te veronderstellen dat de dader het slachtoffer heeft gekend en in het bezit moet zijn geweest van een sleutel.

Vier mensen wisten dat Khalid Fakir zo nu en dan in dat flatje verbleef. Hij woonde in Marchienne-au-Pont in zijn eigen appartement. De in Casablanca geboren en in 1974 met zijn ouders naar België gekomen Marokkaan werkte al sinds zijn zeventiende in diverse restaurants in Charleroi. Hij was een maand eerder door de uitbater van restaurant Friture Mathot in de rue de Fer in Namen te hulp geroepen na onenigheid met de vorige kok. Fakir was een goede kok. Een beetje introvert, wel. Kende haast niemand in Namen. Hij was nog op zoek naar een flat. Op drukke dagen overnachtte hij weleens in die flat, eigendom van de uitbater, of deed hij er een middagdutje. De vier mensen die dat wisten, waren zijn broer Saïd, de uitbater, zijn echtgenote en Khalids vriendin Rosalba C. Zij was toen 51 jaar oud, had rood geverfde krullen en reed met een Honda Concerto. Als enige buiten Khalid en zijn baas had zij een sleutel.

Als Rosalba C. op dinsdag 31 maart 1999 wordt gearresteerd, lijkt geen zaak ooit zo simpel te zijn geweest als deze. Ze ontkent wel formeel de moord te hebben gepleegd én dat ze die avond in Namen is geweest. Probleem: Rosalba C. is een gsm-maniak. Zo iemand die nerveus wordt als een minuut verstrijkt zonder dat de gsm een teken van leven geeft. Verificatie bij Mobistar laat zien hoe ze Khalid sinds 15 maart gemiddeld vier keer per dag belde, met een piek op 26 maart, daags voor de moord. Dan belt ze hem acht keer. Op de dag van de moord maar één keer: om 9.17 uur 's ochtends. En daarna niets meer. Wist zij dat Khalid nooit meer zou opnemen?

"Ze heeft wel mij gebeld, laat in de nacht van zaterdag op zondag", zegt broer Saïd Fakir. "Wij vierden net met de familie het feest van het schaap. Khalid kwam niet. Hij wou zijn baas niet laten zitten. Die zaterdagavond is hij niet opgedaagd in het restaurant, waar men dacht: hij zal toch naar dat feest zijn gegaan. Nu, om drie uur 's nachts belde Rosalba me vanuit een telefooncel: 'Ik maak me zorgen om Khalid. Waar hangt hij uit?' Achteraf verneem je dat zij, in het bezit van een drietal gsm's, niet heeft getracht om hem zelf te bellen. Pas nadat de uitbater en wij de politie verwittigden, is die op maandag de deur gaan inbeuken."

De Mobistar-verificatie laat nog iets zien. Om 14.57 uur, tien minuten voor de camera de vrouw met de rode krullen registreert, is van op de gsm van Rosalba C. de voicemail gebeld. Die oproep liep via de gsm-antenne in de rue Rogier, hartje Namen. Dat lijkt te betekenen dat zij, wat ze ook beweert, die namiddag in Namen was. Maar wat voor motief kan de kokette vijftigster hebben gehad voor zo'n bloedbad? Kennissen van Khalid, en ook broer Saïd, verklaren na de moord aan justitie unisono dat hij het daags voor de moord had uitgemaakt. Hij was, zo heet het, "dingen te weten gekomen".

Dit lijkt niet echt te zijn wat je een perfecte moord noemt. Toch is ze tot vandaag officieel onopgehelderd.

In elke grote stad heb je zo'n advocaat die dingen gedaan krijgt waar een ander slechts van kan dromen. In Charleroi is dat toppleiter Jean-Philippe Mayence. Zijn vlammende betoog voor de raadkamer in Namen viseert vooral de tape, die volgens hem te wazig is om er wat voor conclusie ook uit te trekken. Rosalba C. komt snel weer vrij, om op 10 april 2000, een jaar later, opnieuw te worden gearresteerd. Waarna het hele scenario zich voor raadkamer en kamer van inbeschuldigingstelling kan herhalen. De verdachte is welgemanierd en begiftigd met een stel Bambi-ogen. Hoewel nog steeds officieel beschuldigd van moord loopt Rosalba C. al vier jaar vrij rond.

De speurders in Namen lijken er nochtans meer dan van overtuigd - vandaag nog steeds - dat de dame op de tape de moordenares is. Ze laten er heel Franstalig België op 22 november 2000 naar kijken in een uitzending van Appel à Témoins op de RTBF. Hoewel een gerechtelijk expert intussen klaar en duidelijk rapporteerde dat de hierop te ziene Honda geen andere kan zijn geweest dan die van C. - op negen precieze punten stemt de wagen overeen met de hare - luidde de prangende vraag aan de kijkers: "Herkent u deze vrouw?"

De moord op zijn broer heeft de 37-jarige ex-cafébaas Saïd Fakir veranderd in een speurneus waar professionals wat van kunnen leren. Het was zijn idee, kort na de gruwelijke ontdekking, om in het lunapark toch eens te vragen of dat ding daar aan het plafond niet toevallig een bewakingscamera is. "De speurders feliciteerden me. En dat deden ze ook toen ik hen vertelde over de Volkswagen break van mijn broer."

Die was kort voor de moord finaal in panne gevallen en afgeleverd in de garage. Na haar eerste vrijlating had de advocaat van C. meteen de garagist aangeschreven met een kopie van een verkoopsovereenkomst in bijlage. Volgens dat document had zij op 19 maart, acht dagen voor de moord, de ronde som van 120.000 frank neergeteld voor de auto. Of de garagist die wou vrijgeven, zodat zij hem kon laten takelen? "Veel geld voor een auto die eigenlijk naar het autokerkhof moest", merkt Saïd Fakir op.

"Achteraf heeft het onderzoek uitgewezen dat die verkoopsovereenkomst vals was. Een door het gerecht aangestelde grafoloog oordeelde dat de handtekening, zoals ik dacht, niet die van mijn broer is. Ik ben dus met de gerechtelijke politie naar de garage getrokken en heb zelf de auto doorzocht. Ik vond drie kleine cassettes, uit een dictafoontje, weggestopt achter de zonneklep."

Saïd snapt er aanvankelijk niks van. Op de cassettes herkent hij de stem van Rosalba C. en is hij getuige van eindeloze conversaties, handelend over onder meer ene "Gustave" en ene "Etienne". Pas na een tijdje snapt de broer dat het gaat om telefoongesprekken die C. zelf, om wat voor reden ook, opnam en dat die ene cassette een gesprek bevat tussen haar en de genaamde Etienne Martin.

Aan het tafeltje in het restaurant in Charleroi laat hij ons meeluisteren. Een hele discussie over een arts, iemand die gestorven is en "Etienne", die te kennen lijkt te geven dat hij haar toch maar mooi een vals alibi heeft verschaft. "Moet je horen", zegt Saïd. Hij: 'Zeg, je gaat me toch niet vermoorden?' Zij: 'Nee, nee, nee...'

Graag had Saïd Etienne Martin ontmoet. Kon niet. Het lijk van Martin is op 28 december 1997 aangetroffen in de garage van de villa van Rosalba C. in Ham-sur-Heure, bezuiden Charleroi. Het parket in Charleroi kwalificeerde zijn dood als verdacht en opende een onderzoek. Op de hals van Martin werden op drie plaatsen wurgsporen aangetroffen, wat een beetje gek is voor iemand die van op een stoel de dood tegemoet springt.

De villa waar dat gebeurde, was oorspronkelijk die van Gustave B., de ex-echtgenoot van Rosalba C. Ook met hem valt niet meer te praten. Hij viel in 1993 van een hoogte van 2,5 meter uit het raam van dezelfde villa en werd naar het ziekenhuis overgebracht, waar zoveel verwondingen werden opgemerkt dat het parket in Charleroi een strafdossier opende. Gustave B. was overduidelijk eerst in elkaar geslagen en daarna door het raam gekieperd. Volgens de wetsdokter was hij geslagen met "een hard voorwerp, mogelijk een hamer". B. vertoefde een tijdje in coma, werd wakker in een totale staat van amnesie - "hij herinnerde zich zelfs niet meer wie ik was", zegt zijn dochter - en sukkelde van ziekenhuisbed naar ziekenhuisbed. Op 21 april 1994 overleed B. in het Vesalius-ziekenhuis in Charleroi aan een ziekenhuisinfectie. Na te zijn behandeld door een arts die ter sprake komt in het opgenomen gesprek tussen Rosalba en Gustave C. En nadat Etienne Martin, in afwachting van Gustaves dood, al bij Rosalba is ingetrokken in diens villa. Ook al beoordeelde het parket in Charleroi de val van Gustave B. destijds als verdacht, het klasseerde de zaak inmiddels zonder gevolg.

- 1994: echtgenoot Gustave B. sterft na een val uit het raam

- 1997: geliefde Etienne Martin bengelt aan een touw en is 'geholpen'

- 1999: geliefde Khalid Fakir wordt op gruwelijke wijze vermoord

- 2004: het parket in Namen spreekt van 'een ingewikkelde zaak'



De Morgen