PDA

Bekijk Volledige Versie : Beoogd Iraaks premier Allawi gaat steeds meer op Saddam lijken



TonH
27-01-05, 16:50
Geen behoefte aan een Saddam zonder snor
Interim-premier Allawi neemt gewoonten van verdreven dictator over

Net als Saddam Hussein dringt premier Allawi zich tijdens de verkiezingscampagne op aan de Irakezen als gast in hun huiskamer. Fuad Hussein vreest herleving van oude tijden. In de meeste Iraakse steden is een tekort aan elektriciteit. Is er wel stroom, dan kijkt men graag naar de tv. Die blijft ook aan als er gasten zijn. De tv is een lid van de familie.
Interim-premier Iyad Allawi en zijn media-adviseurs hebben deze gewoonte kennelijk goed begrepen. Als men dezer dagen in Irak de televisie aanzet om naar een van de satellietzenders of naar de Iraakse zender Al-Irakiyah te kijken, ziet men vaak de Iraakse interim-premier verschijnen.
Er gaat geen dag voorbij zonder het propagandageweld van Allawi. De reclameboodschappen op de satellietzenders Al-Arabiya en Al-Sharqiya worden vaak herhaald. In zijn reclamezendtijd vertelt hij dat hij van beroep arts is, maar dat hij de politiek heeft gekozen om het volk te dienen.
Allawi maakte een documentaire over zijn leven en strijd, die op Al-Arabiya in afleveringen wordt uitgezonden. Betrouwbare bronnen zeggen dat Allawi vier miljoen dollar heeft betaald om deze film te maken. Ze melden ook dat de interimministerpremier veertig miljoen dollar heeft besteed aan verkiezingspropaganda.
Op de vraag waar hij zoveel geld vandaan heeft gehaald, luidde het opgewekte antwoord dat iedereen weet wie de beste vriend van Allawi is. Hiermee worden natuurlijk de Amerikanen bedoeld en hun bondgenoten, zoals de Jordaniërs, de Saoediërs en sommige Golflanden.
Voor zijn propagandafilm heeft Allawi de titel gekozen ‘De Man en zijn Vaderland’.
Voor veel Irakezen is een dergelijke titel onlosmakelijk verbonden met Saddam en bepaalde leiders van zijn regime.
Er zijn veel boeken geschreven over Saddam of Tariq Aziz met soortgelijke titels.
Het gaat altijd over een man die heel sterk is en heel dapper en strijdbaar. Het land of de belangrijke vraagstukken worden verbonden met het lot van die man. Het verhaal gaat niet over het
land of over de belangrijke vraagstukken gezien door de ogen van een man, maar het gaat erom een land terug te brengen tot het formaat van een man.
Saddam heeft een film gemaakt over zijn strijd en zijn leven en noemde die ‘De lange dagen’. Hij was de good guy en Abdulkarim Qassim, de toenmalige leider van Irak, was de bad guy.
Natuurlijk heeft de dappere Saddam de strijd uiteindelijk gewonnen.
Allawi presenteert zichzelf in ‘De Man en zijn Vaderland’ als een ex-vriend van Saddam. Zij krijgen aan het begin van het Ba’ath-bewind een conflict, zij worden vijanden van elkaar en good.
Allawi voert op zijn beurt een lange strijd tegen zijn exvriend bad guy Saddam. Aan het eind komt Allawi als overwinnaar uit de strijd.
Waarom presenteert Allawi zich zo en wie wil hij bereiken?
Irakezen hebben de laatste dertig jaar bijna iedere avond Saddam te zien gekregen op hun tv-scherm. Hij was een permanente gast in hun zitkamer, ondanks het feit dat de overgrote meerderheid daar niet blij mee was. Maar men raakte gewend aan zijn ongewenste bezoeken. De verhalen, de beelden, de helden waren allemaal verzameld in één ma& Allawi probeert zichzelf net zo te presenteren.
In zijn verhalen en strijd probeert hij de Ba’athisten en de vroegere aanhangers van Saddam te bereiken. Hij vertelt over zijn oude Ba’ath-kameraden en praat met veel respect over sommigen van hen. Als hij over het verleden spreekt, gaat het over de Ba’ath-partij en zijn strijd binnen die partij.
En als het gesprek gaat over de situatie na de val van het regime, vertelt hij dat hij het niet eens was met het beleid van de Amerikanen om het leger, de geheime dienst en de inlichtingendienst te ontmantelen.
Hij was het geheel oneens met het beleid van de-Ba’athificatie.
Het is duidelijk dat Allawi signalen wil geven aan deze doelgroepen dat hij zelf een Ba’athist is geweest en dat hij deze mensen weer in dienst wil nemen.
Het eerste doel is de stem van de Ba’athisten en ex-saddamisten te krijgen. In de tweede plaats is zijn verkiezingscampagne gericht op ambtenaren, onderwijzers, leraren, universitaire docenten en studenten.
In de afgelopen weken heeft hij hun extra salaris gegeven, in sommige gevallen een salarisverhoging, of financiële steun en ook de gepensioneerden krijgen uit de hand van Allawi een verhoging. Vroeger was zo’n ‘cadeau’ altijd een cadeau van Saddam Hussein en nu praten de mensen over de cadeaus van Allawi.
Allawi kent de mentaliteit van de Ba’athisten door en door en ook de ‘cultuur’ van de Ba’ath-partij is hem niet vreemd. In de jaren zeventig werd hij door zijn ‘vriend’ Saddam naar London gestuurd om daar de verantwoordelijkheid voor de Iraakse inlichtingendienst op zich te nemen.
Ondanks het feit dat Allawi een trouwe aanhanger van de Ba’ath-partij was, had hij problemen met de rol van Saddam toen deze nog vice-president was in de jaren zeventig.
Hij begon bij zijn kameraden te klagen over het politieke gedrag van Saddam.
Allawi heeft daar een hoge prijs voor betaald.
In februari 1978 drong een agent van de Iraakse inlichtingendienst zijn slaapkamer in zijn huis in Londen binnen, waar hij Allawi met een bijl in mootjes probeerde te hakken. Allawi werd zwaar gewond en lag een jaar lang in een ziekenhuis.

Allawi was niet bekend bij de meeste oppositiegroepen en evenmin bij de grote meerderheid van het Iraakse volk. Zijn gedrag en mentaliteit opgedaan bij de inlichtingendienst bepaalden zijn bewegingen.
Hij was geen lid van een oppositiepartij en het is een publiek geheim dat hij nauwe banden onderhield met de Britse inlichtingendienst en later ook met de Amerikaanse.
Tijdens de bezetting van Koeweit en de daaropvolgende bevrijdingsoorlog van dat land verscheen een groep ex-Ba’athisten op het politieke toneel van de Iraakse oppositie. Onder leiding van
Allawi richtten Salah Omar Al-Ah, een ex-kameraad van Saddam, Tahsien Ma’la, een bekende Ba’athist, Salah Al-Sheikhli en verschillende anderen een organisatie op. Deze kreeg de naam
Iraaks Nationaal Akkoord en werd in Londen actief. Zij kregen goede contacten met de Saoediérs, natuurlijk met de Amerikanen, met name met de CIA. Veel Ba’ath-diplomaten en
verscheidene ambassadeurs namen ontslag en sommigen vonden hun weg bij Allawi’s organisatie.
Men dacht dat het regime van Saddam Hussein bij de bevrijding van Koeweit ten val zou worden gebracht. Zij maakten een draai van honderdtachtig graden.
De oppositiepartijen waren optimistisch over de nabije val van Saddam Hussein. Verschillende bijeenkomsten werden georganiseerd, waar Allawi geen of een zeer marginale rol speelde. De rising star was juist een familielid van Allawi, en tegelijkertijd zijn politieke vijand, Ahmed Chalabi. Chalabi had een sterke band met verschillende machtscentra in Washington en was de centrale figuur geworden in Iraakse oppositie.
Allawi en zijn organisatie waren meer bezig informatie over het regime van Saddam Hussein te verzamelen en waarschijnlijk gaven zij die door aan contacten in Londen en Washington. Zijn organisatie is nooit een massaorganisatie geworden, omdat die veeleer als een inlichtingendienst functioneerde.
In hun gesprekken met de oppositie maakten Allawi cs. duidelijk dat zij geloofden in een staatsgreep. Ze probeerden contacten te leggen met legerofficieren en de inlichtingendiensten van Saddam om een staatsgreep te plegen. Zij wilden het hoofd afhakken maar het lichaam bewaren. Zij waren anti-Saddam maar niet anti-Ba’ath.
De meerderheid van de andere oppositiegroepen wilde af van de Ba’ath-partij en niet alleen van Saddam. Naar verluidt was Saddams inlichtingendienst hevig geïnfiltreerd in Allawi’s organisatie. Hoe dan ook, een van zijn plannen voor een staatsgreep leidde in 1994 tot een bloedbad onder meer dan vierhonderd Iraakse officieren.
Saddam was kennelijk vanaf het begin op de hoogte van de contacten tussen Allawi’s organisatie in het buitenland en de officieren in het leger. Zij werden gearresteerd en vermoord. In de oppositie werden veel vragen gesteld over deze organisatie en velen begonnen die te wantrouwen.
Intussen was Allawi’s rivaal Ahmed Chahabi, de leider van de Iraakse Nationaal Congres, in 1995 bezig vanuit Iraaks Koerdistan een opstand voor te bereiden in het leger van Irak. Volgens dat plan zou die opstand kunnen leiden tot een grotere opstand in andere delen van Irak en tot de val van het regime van Saddam. Chalabi’s plan kostte niet zoveel slachtoffers als dat van Allawi, maar het was eveneens een mislukte poging.
Het is deze ideologische en historische achtergrond van Allawi die zijn visie op de situatie in Irak bepaalt. In feite was hij nooit tegen de Ba’ath-partij, maar wel tegen Saddam. Evenmin wilde hij een totale verandering in Irak teweegbrengen, maar wel een verandering in de gezichten. In zijn verkiezingscampagne brengt hij deze oude politieke standpunten weer naar voren.
Hij wil het leger terug, de inlichtingendienst van toen en alle andere organen van het Ba’ath-regime. Zijn lijst staat vol met namen van Ba’athisten en ex-Saddamisten.
Hij wil de Ba’ath-partij voortzetten, onder een andere naam en natuurlijk met een andere leider.
Toen hij na de val van Saddam Hussein terugkeerde naar Bagdad, heeft hij bijna alle leden van het politburo ontslagen. Zij waren zijn oude kameraden vanuit Londen, maar hij benoemde een nieuw politburo in Bagdad. Deze mensen waren Ba’athisten die altijd in Bagdad waren. Natuurlijk beweerden zij dat zij geheime contacten hadden met Allawi tijdens het regime van Saddam Hussein.
Mensen die met Allawi hebben gewerkt, vertellen dat hij geen democraat is en gewend om zonder overleg beslissingen te nemen, die meestal alleen in zijn eigen belang zijn. Tijdens een van zijn bezoeken aan het Zuid-Iraakse Nassiryah werd hij kwaad en wilde hij tijdens een vergadering met de gouverneur van de provincie en andere notabelen zijn macht tonen en zei: ,,Kijk maar eens goed naar mij. Ik ben een Saddam, maar zonder snor.” De daar aanwezige journalisten waren geschokt over deze uitspraak, maar vertelden dat ze die niet durfden te publiceren.
De ‘held’ Ahlawi zal zeker goede resultaten boeken bij de verkiezingen wegens zijn intensieve campagne op de televisie.
Maar verschillende goed ingelichte mensen vragen zich af of Irak wel behoefte heeft aan nóg een Saddam, zij het deze keer zonder snor.


Fuad Hussein is Midden-Oostendeskundige. Hij is van Koerdische afkomst, vluchtte 25 jaar geleden uit Irak en woont sindsdien in Nederland.
Hij verblijft nu in Iraaks Koerdistan.

© 2005 NRC Handelsblad

Zwarte Schaap
27-01-05, 16:56
Allawi schoot gevangenen in koelen bloede neer, zeggen getuigen

Iyad Allawi, de nieuwe premier van Irak, trok een pistool en executeerde zes gevangenen op een politiebureau in Bagdad. Allawi doodde de mannen, die verdacht werden van deelname aan de opstand, een paar dagen voordat Washington de macht overdroeg aan Allawi's interimregering, aldus twee mensen die zeggen dat ze getuige waren van de moorden.


Allawi shot prisoners in cold blood: witnesses

Sydney Morning Herald

By Paul McGeough in Baghdad

Iyad Allawi, the new Prime Minister of Iraq, pulled a pistol and executed as many as six suspected insurgents at a Baghdad police station, just days before Washington handed control of the country to his interim government, according to two people who allege they witnessed the killings.

They say the prisoners - handcuffed and blindfolded - were lined up against a wall in a courtyard adjacent to the maximum-security cell block in which they were held at the Al-Amariyah security centre, in the city's south-western suburbs.

They say Dr Allawi told onlookers the victims had each killed as many as 50 Iraqis and they "deserved worse than death".

The Prime Minister's office has denied the entirety of the witness accounts in a written statement to the Herald, saying Dr Allawi had never visited the centre and he did not carry a gun.

But the informants told the Herald that Dr Allawi shot each young man in the head as about a dozen Iraqi policemen and four Americans from the Prime Minister's personal security team watched in stunned silence.

Iraq's Interior Minister, Falah al-Naqib, is said to have looked on and congratulated him when the job was done. Mr al-Naqib's office has issued a verbal denial.

The names of three of the alleged victims have been obtained by the Herald.

One of the witnesses claimed that before killing the prisoners Dr Allawi had told those around him that he wanted to send a clear message to the police on how to deal with insurgents.

"The prisoners were against the wall and we were standing in the courtyard when the Interior Minister said that he would like to kill them all on the spot. Allawi said that they deserved worse than death - but then he pulled the pistol from his belt and started shooting them."

Re-enacting the killings, one witness stood three to four metres in front of a wall and swung his outstretched arm in an even arc, left to right, jerking his wrist to mimic the recoil as each bullet was fired. Then he raised a hand to his brow, saying: "He was very close. Each was shot in the head."

The prisoners were against the wall and we were standing in the courtyard when the Interior Minister said that he would like to kill them all on the spot. Allawi said that they deserved worse than death - but then he pulled the pistol from his belt and started shooting them.

The witnesses said seven prisoners had been brought out to the courtyard, but the last man in the line was only wounded - in the neck, said one witness; in the chest, said the other.

Given Dr Allawi's role as the leader of the US experiment in planting a model democracy in the Middle East, allegations of a return to the cold-blooded tactics of his predecessor are likely to stir a simmering debate on how well Washington knows its man in Baghdad, and precisely what he envisages for the new Iraq.

There is much debate and rumour in Baghdad about the Prime Minister's capacity for brutality, but this is the first time eyewitness accounts have been obtained.

A former CIA officer, Vincent Cannisatraro, recently told The New Yorker: "If you're asking me if Allawi has blood on his hands from his days in London, the answer is yes, he does. He was a paid Mukhabarat [intelligence] agent for the Iraqis, and he was involved in dirty stuff."

In Baghdad, varying accounts of the shootings are interpreted by observers as useful to a little-known politician who, after 33 years in exile, needs to prove his leadership credentials as a "strongman" in a war-ravaged country that has no experience of democracy.

Dr Allawi's statement dismissed the allegations as rumours instigated by enemies of his interim government.

But in a sharp reminder of the Iraqi hunger for security above all else, the witnesses did not perceive themselves as whistle-blowers. In interviews with the Herald they were enthusiastic about such killings, with one of them arguing: "These criminals were terrorists. They are the ones who plant the bombs."

Before the shootings, the 58-year-old Prime Minister is said to have told the policemen they must have courage in their work and that he would shield them from any repercussions if they killed insurgents in the course of their duty.

The witnesses said the Iraqi police observers were "shocked and surprised". But asked what message they might take from such an act, one said: "Any terrorists in Iraq should have the same destiny. This is the new Iraq.

"Allawi wanted to send a message to his policemen and soldiers not to be scared if they kill anyone - especially, they are not to worry about tribal revenge. He said there would be an order from him and the Interior Ministry that all would be fully protected.

"He told them: 'We must destroy anyone who wants to destroy Iraq and kill our people.'

"At first they were surprised. I was scared - but now the police seem to be very happy about this. There was no anger at all, because so many policemen have been killed by these criminals."

Dr Allawi had made a surprise visit to the complex, they said.

Neither witness could give a specific date for the killings. But their accounts narrowed the time frame to on or around the third weekend in June - about a week before the rushed handover of power in Iraq and more than three weeks after Dr Allawi was named as the interim Prime Minister.

They said that as many as five of the dead prisoners were Iraqis, two of whom came from Samarra, a volatile town to the north of the capital, where an attack by insurgents on the home of Mr Al-Naqib killed four of the Interior Minister's bodyguards on June 19.

The Herald has established the names of three of the prisoners alleged to have been killed. Two names connote ties to Syrian-based Arab tribes, suggesting they were foreign fighters: Ahmed Abdulah Ahsamey and Amer Lutfi Mohammed Ahmed al-Kutsia.

The third was Walid Mehdi Ahmed al-Samarrai. The last word of his name indicates that he was one of the two said to come from Samarra, which is in the Sunni Triangle.

The three names were provided to the Interior Ministry, where senior adviser Sabah Khadum undertook to provide a status report on each. He was asked if they were prisoners, were they alive or had they died in custody.

But the next day he cut short an interview by hanging up the phone, saying only: "I have no information - I don't want to comment on that specific matter."

All seven were described as young men. One of the witnesses spoke of the distinctive appearance of four as "Wahabbi", the colloquial Iraqi term for the foreign fundamentalist insurgency fighters and their Iraqi followers.

He said: "The Wahabbis had long beards, very short hair and they were wearing dishdashas [the caftan-like garment worn by Iraqi men]."

Raising the hem of his own dishdasha to reveal the cotton pantaloons usually worn beneath, he said: "The other three were just wearing these - they looked normal."

One witness justified the shootings as an unintended act of mercy: "They were happy to die because they had already been beaten by the police for two to eight hours a day to make them talk."

After the removal of the bodies, the officer in charge of the complex, General Raad Abdullah, is said to have called a meeting of the policemen and told them not to talk outside the station about what had happened. "He said it was a security issue," a witness said.

One of the Al-Amariyah witnesses said he watched as Iraqis among the Prime Minister's bodyguards piled the prisoners' bodies into the back of a Nissan utility and drove off. He did not know what became of them. But the other witness said the bodies were buried west of Baghdad, in open desert country near Abu Ghraib.

That would place their burial near the notorious prison, which was used by Saddam Hussein's security forces to torture and kill thousands of Iraqis. Subsequently it was revealed as the setting for the still-unfolding prisoner abuse scandal involving US troops in the aftermath of the fall of Baghdad.

The Herald has established that as many as 30 people, including the victims, may have been in the courtyard. One of the witnesses said there were five or six civilian-clad American security men in a convoy of five or six late model four-wheel-drive vehicles that was shepherding Dr Allawi's entourage on the day. The US military and Dr Allawi's office refused to respond to questions about the composition of his security team. It is understood that the core of his protection unit is drawn from the US Special Forces units.

The security establishment where the killings are said to have happened is on open ground on the border of the Al-Amariyah and Al-Kudra neighbourhoods in Baghdad.

About 90 policemen are stationed at the complex, which processes insurgents and more hardened offenders among those captured in the struggle against a wave of murder, robbery and kidnapping in post-invasion Iraq.

The Interior Ministry denied permission for the Herald to enter the heavily fortified police complex.

The two witnesses were independently and separately found by the Herald. Neither approached the newspaper. They were interviewed on different days in a private home in Baghdad, without being told the other had spoken. A condition of the co-operation of each man was that no personal information would be published.

Both interviews lasted more than 90 minutes and were conducted through an interpreter, with another journalist present for one of the meetings. The witnesses were not paid for the interviews.

Dr Allawi's office has dismissed the allegations as rumours instigated by enemies of his interim government.

A statement in the name of spokesman Taha Hussein read: "We face these sorts of allegations on a regular basis. Numerous groups are attempting to hinder what the interim Iraqi government is on the verge of achieving, and occasionally they spread outrageous accusations hoping they will be believed and thus harm the honourable reputation of those who sacrifice so much to protect this glorious country and its now free and respectable people.

"Dr Allawi is turning this country into a free and democratic nation run by the rule of law; so if your sources are as credible as they say they are, then they are more than welcome to file a complaint in a court of law against the Prime Minister."

In response to a question asking if Dr Allawi carried a gun, the statement said: "[He] does not carry a pistol. He is the Prime Minister of Iraq, not a combatant in need of any weaponry."

Sabah Khadum, a senior adviser to Interior Minister Mr Naqib, whose portfolio covers police matters, also dismissed the accounts. Rejecting them as "ludicrous", Mr Khadum said of Dr Allawi: "He is a doctor and I know him. He was my neighbour in London. He just doesn't have it in him. Baghdad is a city of rumours. This is not worth discussing."

Mr Khadum added: "Do you think a man who is Prime Minister is going to disqualify himself for life like this? This is not a government of gangsters."

Asked if Dr Allawi had visited the Al-Amariyah complex - one of the most important counter-insurgency centres in Baghdad - Mr Khadum said he could not reveal the Prime Minister's movements. But he added: "Dr Allawi has made many visits to police stations ... he is heading the offensive."

US officials in Iraq have not made an outright denial of the allegations. An emailed response to questions from the Herald to the US ambassador, John Negroponte, said: "If we attempted to refute each [rumour], we would have no time for other business. As far as this embassy's press office is concerned, this case is closed."

Bron: The Sydney Morning Herald 17/07/05

wytze
27-01-05, 17:10
Echt verbazing hoeft dit alles niet te wekken. Amerika vervangt de ene door henzelf aangestelde dictator door de andere.