mark61
20-03-05, 13:16
Mee op reis met rapper Ali B naar Dakar, waar zijn project 'Rap Around The World' begint.
Door Paul Steenhuis
Hij was de afgelopen twee weken in Senegal en Malawi, was even terug in Nederland, en vertrekt weer naar Bangladesh. Ali B, Nederlands populairste rapper, heeft het druk. Niet alleen met optredens, maar ook met een groot project, om de problemen van jongeren in de derde wereld beter bekend te maken bij leerlingen van het Nederlandse vmbo-onderwijs. Het project heet 'Rap Around The World' en is opgezet door de hulporganisatie Plan Nederland in samenwerking met de muziektv-zender MTV. Ali Bouali (24) is gevraagd omdat hij zowel bij allochtone als autochtone jongeren populair is.
Het idee van de reis is dat Ali, met een cameraploeg van MTV en steeds met een andere Nederlandse rapper, kinderen en jongeren bezoekt in Afrika en Azië en Zuid-Amerika. Zeven landen in totaal. De raps en tv-documentaires die hij maakt worden vanaf september wekelijks door MTV Nederland uitgezonden.
In Senegal begon de 'Rap Around The World' tour, in de nog tamelijk Westers ogende, drukke hoofdstad Dakar. Het thema voor deze eerste week is straat- en zwerfkinderen. ,,Armoede, jonge straatcriminelen, kinderbedelarij vormen een groot probleem in een stad als Dakar. Er leven hier honderden duizenden kinderen tussen de 5 en de 16 jaar op straat'', legt Geert van Asbeck uit, organisator van de raptour.
,,Ik wil weten hoe het leven in elkaar zit. Daarom doe ik hier aan mee'', vertelt Ali B in Dakar. Zoals Amerikaanse rappers behangen zijn met dure, blinkende sieraden - bling bling - zo heeft Ali B een vracht aan goede-doelarmbandjes om. De gele voor de strijd tegen kanker, de oranje 'respect2all', een groene die bomenplantdag moet propageren. Van cabaretier Dolf Jansen kreeg hij nog een extra wit polsbandje, met de tekst 'Kastanjes, ook leuk'. Dat draagt Ali B ook. Hij heeft een ruim hart.
Nadat die eerste week in Dakar weet Ali: ,,Het straatleven hier voor kinderen is niet te vergelijken met dat in Nederland. Kinderen in Nederland zijn op straat uit verveling. Ze hebben een keus. Hier in Senegal niet.'' In de straten van Dakar dringt zich die waarheid aan je op, in de vorm van eindeloze stroom bedelende kinderen, die je met vragende ogen een leeg conservenblik voorhouden.
Dat zijn vaak niet zomaar in los verband bedelende kinderen: het zijn leerlingen van verschillende koranscholen die door hun koranleraren de straat opgestuurd worden om te bedelen. Ze worden tallibees genoemd, vertelt Van Asbeck: ,,In Dakar leven naar schatting zo'n half miljoen tallibees. Soms worden die kinderen bij hun ouders weggehaald, en meegelokt om al bedelend geld te verdienen voor de leraren - die daar soms heel rijk van worden.''
Ons reisdoel is een niet zo rijke koranschool in een van de voorsteden van Dakar, de volkswijk Pikine. In de onverlichte ruimtes zitten ruim honderd kinderen in het zand, met leitjes om Arabische lettertekens te leren. Als Ali B en Tim binnenkomen, barsten de kinderen in een lied uit, een vrolijk lied over Allah. Dat werkt aanstekelijk: ook Ali B en Tim beginnen te zingen.
Op het dak van de school interviewen Ali B en Tim de marabout, de leraar. Van de 110 leerlingen die hij heeft zijn er 35 tallibee, zegt hij. De meeste kinderen komen uit de buurt en eten en slapen bij hun ouders. Maar de 35 tallibee komen van ver, en slapen en eten bij de marabout - in een schuurtje op het zand. Om die kinderen te voeden moeten ze een bijdrage in de kosten leveren, door te bedelen. 's Ochtends koranles, 's middags bedelen.
Ali B, zelf moslim, moet duidelijk niets hebben van deze gedwongen bedelarij en blijft de marabout kritische vragen stellen. Maar de marabout bezweert hem dat hij een arme marabout is - dat is aan zijn koranschool te zien. Terwijl het tv-interview op het dak doorgaat, drijven oudere leerlingen de jonge kinderen die nieuwsgierig komen kijken, slaand met korte riempjes, terug in de donkere betonhokken.
Later die middag spreekt Ali met een jongetje van acht dat weggelopen is van de koranschool, omdat hij niet wilde bedelen en geslagen werd. Hij is terug naar zijn ouders gelopen, ver weg. Maar zijn vader wil hem opnieuw naar de koranschool sturen. Ali gaat in discussie met de vader, geëmotioneerd. ,,Ik zou dat nooit doen'', zegt hij later, ,,mijn kind naar de koranschool sturen en laten bedelen en mishandelen.''
Ouders in Senegal kunnen hun kinderen ook naar de basisschool van de overheid sturen, maar dat kost geld. En er is in en rond Senegal een wijdverbreide traditie om kinderen naar koranschool te sturen, als tallibee: weer een mond minder te voeden.
Het koranschoolsysteem dat de kinderbedelarij in stand houdt is het onderwerp waarover Ali B. en Tim hun eerste rap voor het Rap Around The World-project besluiten te maken. De beroemdste rapper van Senegal, Didier Awadi, zal een couplet meezingen. 'Beatmaker' Boy 'Presto' Eshuijs (26) gebruikt de geluidsopname van het blije kinderkoortje in de koranschool als basis voor de muziek van de rap. Ali B en Tim schrijven de tekst.
Maar ze zijn niet alleen maar kritisch. ,,Die mensen hier. Ze leven van vijf rijstkorrels en een glas water uit de sloot. En toch lijkt het of ze elke dag de dag van hun leven hebben. Ze lijken gelukkiger dan wij. Daarom ben ik ook positiever nu ik dit allemaal gezien heb. Omdat die mensen zo positief en vol hoop zijn.''
http://www.nrc.nl//scholieren/artikel/1110779883912.html
Volg het reisdagboek op de website van Ali B. (http://www.alib.nl)
Door Paul Steenhuis
Hij was de afgelopen twee weken in Senegal en Malawi, was even terug in Nederland, en vertrekt weer naar Bangladesh. Ali B, Nederlands populairste rapper, heeft het druk. Niet alleen met optredens, maar ook met een groot project, om de problemen van jongeren in de derde wereld beter bekend te maken bij leerlingen van het Nederlandse vmbo-onderwijs. Het project heet 'Rap Around The World' en is opgezet door de hulporganisatie Plan Nederland in samenwerking met de muziektv-zender MTV. Ali Bouali (24) is gevraagd omdat hij zowel bij allochtone als autochtone jongeren populair is.
Het idee van de reis is dat Ali, met een cameraploeg van MTV en steeds met een andere Nederlandse rapper, kinderen en jongeren bezoekt in Afrika en Azië en Zuid-Amerika. Zeven landen in totaal. De raps en tv-documentaires die hij maakt worden vanaf september wekelijks door MTV Nederland uitgezonden.
In Senegal begon de 'Rap Around The World' tour, in de nog tamelijk Westers ogende, drukke hoofdstad Dakar. Het thema voor deze eerste week is straat- en zwerfkinderen. ,,Armoede, jonge straatcriminelen, kinderbedelarij vormen een groot probleem in een stad als Dakar. Er leven hier honderden duizenden kinderen tussen de 5 en de 16 jaar op straat'', legt Geert van Asbeck uit, organisator van de raptour.
,,Ik wil weten hoe het leven in elkaar zit. Daarom doe ik hier aan mee'', vertelt Ali B in Dakar. Zoals Amerikaanse rappers behangen zijn met dure, blinkende sieraden - bling bling - zo heeft Ali B een vracht aan goede-doelarmbandjes om. De gele voor de strijd tegen kanker, de oranje 'respect2all', een groene die bomenplantdag moet propageren. Van cabaretier Dolf Jansen kreeg hij nog een extra wit polsbandje, met de tekst 'Kastanjes, ook leuk'. Dat draagt Ali B ook. Hij heeft een ruim hart.
Nadat die eerste week in Dakar weet Ali: ,,Het straatleven hier voor kinderen is niet te vergelijken met dat in Nederland. Kinderen in Nederland zijn op straat uit verveling. Ze hebben een keus. Hier in Senegal niet.'' In de straten van Dakar dringt zich die waarheid aan je op, in de vorm van eindeloze stroom bedelende kinderen, die je met vragende ogen een leeg conservenblik voorhouden.
Dat zijn vaak niet zomaar in los verband bedelende kinderen: het zijn leerlingen van verschillende koranscholen die door hun koranleraren de straat opgestuurd worden om te bedelen. Ze worden tallibees genoemd, vertelt Van Asbeck: ,,In Dakar leven naar schatting zo'n half miljoen tallibees. Soms worden die kinderen bij hun ouders weggehaald, en meegelokt om al bedelend geld te verdienen voor de leraren - die daar soms heel rijk van worden.''
Ons reisdoel is een niet zo rijke koranschool in een van de voorsteden van Dakar, de volkswijk Pikine. In de onverlichte ruimtes zitten ruim honderd kinderen in het zand, met leitjes om Arabische lettertekens te leren. Als Ali B en Tim binnenkomen, barsten de kinderen in een lied uit, een vrolijk lied over Allah. Dat werkt aanstekelijk: ook Ali B en Tim beginnen te zingen.
Op het dak van de school interviewen Ali B en Tim de marabout, de leraar. Van de 110 leerlingen die hij heeft zijn er 35 tallibee, zegt hij. De meeste kinderen komen uit de buurt en eten en slapen bij hun ouders. Maar de 35 tallibee komen van ver, en slapen en eten bij de marabout - in een schuurtje op het zand. Om die kinderen te voeden moeten ze een bijdrage in de kosten leveren, door te bedelen. 's Ochtends koranles, 's middags bedelen.
Ali B, zelf moslim, moet duidelijk niets hebben van deze gedwongen bedelarij en blijft de marabout kritische vragen stellen. Maar de marabout bezweert hem dat hij een arme marabout is - dat is aan zijn koranschool te zien. Terwijl het tv-interview op het dak doorgaat, drijven oudere leerlingen de jonge kinderen die nieuwsgierig komen kijken, slaand met korte riempjes, terug in de donkere betonhokken.
Later die middag spreekt Ali met een jongetje van acht dat weggelopen is van de koranschool, omdat hij niet wilde bedelen en geslagen werd. Hij is terug naar zijn ouders gelopen, ver weg. Maar zijn vader wil hem opnieuw naar de koranschool sturen. Ali gaat in discussie met de vader, geëmotioneerd. ,,Ik zou dat nooit doen'', zegt hij later, ,,mijn kind naar de koranschool sturen en laten bedelen en mishandelen.''
Ouders in Senegal kunnen hun kinderen ook naar de basisschool van de overheid sturen, maar dat kost geld. En er is in en rond Senegal een wijdverbreide traditie om kinderen naar koranschool te sturen, als tallibee: weer een mond minder te voeden.
Het koranschoolsysteem dat de kinderbedelarij in stand houdt is het onderwerp waarover Ali B. en Tim hun eerste rap voor het Rap Around The World-project besluiten te maken. De beroemdste rapper van Senegal, Didier Awadi, zal een couplet meezingen. 'Beatmaker' Boy 'Presto' Eshuijs (26) gebruikt de geluidsopname van het blije kinderkoortje in de koranschool als basis voor de muziek van de rap. Ali B en Tim schrijven de tekst.
Maar ze zijn niet alleen maar kritisch. ,,Die mensen hier. Ze leven van vijf rijstkorrels en een glas water uit de sloot. En toch lijkt het of ze elke dag de dag van hun leven hebben. Ze lijken gelukkiger dan wij. Daarom ben ik ook positiever nu ik dit allemaal gezien heb. Omdat die mensen zo positief en vol hoop zijn.''
http://www.nrc.nl//scholieren/artikel/1110779883912.html
Volg het reisdagboek op de website van Ali B. (http://www.alib.nl)