PDA

Bekijk Volledige Versie : In lijdzaamheid is het slecht emanciperen



RinC
28-03-05, 12:18
In lijdzaamheid is het slecht emanciperen


Toen het Marokkaanse Manifest in januari het licht zag, was het stil. Een alineaatje hier en daar, en de boodschap van de eerste intellectuele elite van Marokkaanse Nederlanders was geborgen in het archief van even goedbedoelde als vruchteloze opstellen. Anja Meulenbelt maakte zich er op haar weblog kwaad over: “Dat steekt wel heel schrijnend af tegen het mediacircus dat zich afspeelde bij de Tweede Kamer toen Hirsi Ali weer verscheen, en ze live zendtijd kreeg om haar verhaal te houden.” Meulenbelt had gelijk. De vrouw die van de emancipatie van moslims haar levenswerk heeft gemaakt, werkt op camera's als een magneet. Haar schoonheid is betoverend, haar aantrekkingskracht dwingend, zodat ze alle zicht ontneemt op een daad van emancipatie in het echte leven. Reden voor Waterland om het Marokkaanse Manifest alsnog onder de aandacht brengen.

Het Marokkaanse Manifest is om uiteenlopende redenen bijzonder. Niet eerder presenteerde zich een Marokkaanse elite. Mohamed Rabbae (oud-lijsttrekker GroenLinks), Rachid Jamari (Amsterdams gemeenteraadslid PvdA) en Mohammed Benzakour (publicist) en schreven een stuk waar meer dan 250 mensen een handtekening onder zetten. Kamerleden en liftmonteurs, huisvrouwen en hypotheekadviseurs, allemaal onderschrijven ze het Marokkaanse Initiatief voor Sociale Cohesie en Burgerschap, tegen Discriminatie en Marginalisatie, zoals het collectief zich voluit noemt. Dat collectief geeft een belangrijke boodschap: Nederland is ons land. “Wij hebben het helpen opbouwen. Wij strijden voor een open, pluriforme, democratische multiculturele samenleving.” Menig in Nederland geboren, jonge Marokkaan zegt zich meer Marokkaan dan Nederlander te voelen. Dat maakt deze uiting van loyaliteit waardevol. Tegelijkertijd is die adhesieverklaring dubbelzinnig. De schrijvers van het Marokkaanse manifest presenteerden zich voorheen niet als Marokkaan. Zij waren succesvol of minder succesvol politicus, gelauwerd of slecht verkocht schrijver, ze hadden een identiteit die was opgebouwd uit meerdere delen - net zoals bij iedere andere Nederlander. Dat een zeker deel Marokkaans was, deed er niet zo gek veel toe. In het Nederland van vandaag voelen deze mannen zich dus gedwongen om kleur bekennen. Ze noemen zich Marokkaans.

De grootste verrassing is uiteindelijk de tekst van het manifest. Ik verwachtte dat het manifest de emancipatie van Nederlandse migranten zou helpen. Misschien was dit de opmaat naar een politieke partij die voertuig kon zijn voor de belangen van oud- en nieuwkomers, Marokkaanse Nederlanders, moslims – welke gemeenschappelijke noemer ze ook zouden kiezen. Want net zoals Meindert Fennema en Jean Tillie van de Universiteit van Amsterdam pleiten voor een ‘democratische anti-immigrantenpartij’ om maatschappelijk ongenoegen over migranten een plek en een stem te geven, zo moet er misschien een democratische migrantenpartij komen. Ik ging er ook van uit dat in dit Manifest een Marokkaanse elite zelfbewustzijn paarde aan zelfkritiek – daar zijn de auteurs immers intellectuelen voor. In hun visie op een andere samenleving zouden ze ook de rol van de Marokkaanse gemeenschap bespreken. Kortom, ze zouden doen wat je van een denkende elite verwacht:
Ze houden een zekere afstand tot het gesignaleerde probleem;
Ze baseren zich op feiten;
Ze tonen verschillende perspectieven op een probleem;
Ze betrachten zelfreflectie;
Ze wenden hun verbeeldingskracht aan voor het vinden van een oplossing.

Aan het einde van vier pagina's tekst weet ik niet helemaal zeker meer of de zaak van Marokkaanse Nederlanders wel echt gediend is bij dit manifest. Het allesbepalend bezwaar is dat het vanuit het perspectief van een slachtoffer is geschreven. De toon klinkt verongelijkt: “De groep van oudere Marokkanen heeft als geen ander gewerkt om Nederland te maken wat het nu is. Zij hebben vaak nauwelijks de mogelijkheid gehad om de taal en de gewoonten van dit land te leren.” Als vanuit een slachtofferperspectief over de eigen groep wordt besproken, is de persoonsvorm vaak passief: “Wij willen niet als tweederangs burgers behandeld worden.” En: "jongeren van Marokkaanse komaf worden veelvuldig gediscrimineerd en buitengesloten.” Voor alle duidelijkheid: alles wijst erop dat jongens met Marokkaanse ouders veel vaker worden geweigerd aan de deur van een discotheek. Dat is vernederend en frustrerend. Dat Marokkaanse jongeren ruim vier keer zo vaak werkloos zijn als hun witte leeftijdsgenoten (22% tegen 5,2%), komt waarschijnlijk ook door discriminatie op de arbeidsmarkt. Jongens met een Marokkaanse naam blijken minder toegang te hebben tot stages en banen. (Een interessante vraag is waarom die uitsluiting niet de Marokkaanse meiden treft. Dat zou kunnen betekenen dat Marokkaan-zijn geen significante factor is.) Alle vormen van uitsluiting op basis van afkomst moeten, net als die op basis van sekse, seksuele voorkeur of religie, veel strenger worden bestreden. Maar de auteurs van het Marokkaanse Manifest zijn met uitsluiting als monocausaal verband tevreden. Ze vragen zich niet af: is discriminatie de enige verklaring voor de achterstandspositie van deze jongens? Dat ze veel vaker dan gemiddeld zonder diploma van school gaan, helpt hun maatschappelijke carrière waarschijnlijk niet. Toch zijn diplomaloos schoolverlaten en de mogelijke oorzaken daarvan niet als een probleem gedefinieerd.

Er worden wel andere vormen van problematisch gedrag genoemd. “Dat jongeren van Marokkaanse komaf worden gediscrimineerd en buitengesloten is onacceptabel en vormt een voedingsbodem voor frustraties die kunnen leiden tot crimineel gedrag of radicalisme." En: "Wij zijn het zat om als groep aangesproken te worden voor het gedrag van een harde kern van jongens die vanuit de relatief uitzichtloze positie vervallen in hanggedrag en kleine criminaliteit of voor gewelddadige incidenten die wij net als ieder ander veroordelen.” De veronderstelling lijkt te zijn de discriminatoire samenleving onaangepast gedrag uitlokt. Het Marokkaanse Manifest komt wel met een oplossing voor de problematische identiteitsvorming van Marokkaanse jongens. “Het wordt hoog tijd dat Marokkaanse jongeren zich kunnen herkennen in en geaccepteerd worden door de Nederlandse samenleving. Wij willen dan ook dat er structureel gewerkt wordt aan de broodnodige interculturalisering van het onderwijsprogramma; vooral het lesmateriaal bij maatschappijleer en geschiedenis is aan grondige herziening toe.” Wat de auteurs precies bedoelen met deze grondige herziening, staat er niet bij.

Het is opmerkelijk dat mannen die hun sporen zo ruimschoots hebben verdiend als Mohamed Rabbae, toch spreken in een discours van lijdzaamheid. En als het gevoel van miskenning domineert, sneuvelen de intellectuele deugden die hierboven staan opgesomd.

Uitgaan van de feiten. Het is pijnlijk te claimen dat de groep Marokkaanse ouderen “als geen ander heeft gewerkt om van Nederland te maken wat het nu is.” Persoonlijk vind ik het niet interessant, de vraag of een bevolkingsgroep meer oplevert dan kost; het is een door rendementssamenleving ingegeven en onaangename manier van over mensen praten. En samen met de opstellers van het Manifest vind ik dat Marokkaanse ouderen respect verdienen gelijk ieder ander mens. Dat neemt niet weg dat cijfers van het Centraal Plan Bureau uit juli 2003 lieten zien dat niet-westerse migranten gemiddeld meer kosten dan dat ze bijdragen. Niet-westerse migranten zijn vaker werkloos, meer afhankelijk van sociale uitkeringen en hebben gemiddeld een lager inkomen. Als gevolg kost de gemiddelde niet-westerse immigrant Nederland 3000 euro per jaar.

Verschillende perspectieven op een probleem en Zelfreflectie. Het verbaast me dat kwesties als opvoeding en de verhouding tussen mannen en vrouwen niet worden gepresenteerd als problemen waar de Marokkaanse gemeenschap zelf ook mee worstelt. De opstellers van het Manifest doen het tegenovergestelde. In beide gevallen waarschuwen ze: dat we niet moeten denken dat hier een Marokkaans probleem schuilt.

Interessanter dan het manifest regel na regel van commentaar te voorzien, is de vraag naar de betekenis van dit stuk. Het Marokkaanse Manifest maakt onmiskenbaar deel uit van wat een conflict narrative wordt genoemd; het vertoog dat in een conflictsituatie het verhaal van één van de partijen vertelt. In elk geschil hebben de betrokken partijen verschillende percepties van dezelfde situatie of gebeurtenis. Om het conflict te doorgronden, moet je de verhalen van beide partijen kennen. Om het op te lossen, moeten alle partijen het conflictnarratief van de ander begrijpen. Pas als het ze lukt om tot een gedeeld verhaal te komen, is verzoening mogelijk. Het Marokkaanse Manifest wortelt in wij-zij denken. Gechargeerd is dat: wij zijn goed en zij zijn slecht. Zij hebben schuld aan ons leed. Zij moeten daarom onze problemen oplossen. Dat de auteurs van het manifest zich nu ineens presenteren als ‘Marokkaans’, komt door de dynamiek van in- en outgrouping. Vooral dat laatste maakt het Marokkaanse Manifest onrustbarend: in het aangezicht van een tegenstander, sluiten de rijen. Marokkaanse Nederlanders voor wie Marokko eerder niet het referentiepunt was, zien zich gedwongen positie te kiezen. Het geboorteland van je ouders is een vaststaand feit. Religie is dat niet; in de moderne samenleving kun je je geloof terzijde leggen. Daarom komt dat mechanisme van sluitende rijen scherper in beeld als het gaat om de islam: mensen voor wie het geloof op de achtergrond was geraakt, identificeren zich in het islamvijandig klimaat dat Geert Wilders en Ayaan Hirsi Ali helpen scheppen, ineens als moslim. Zo gingen studentes aan de Hogeschool van Amsterdam voor het eerst een hoofddoek dragen. De categorie ‘moslim’ lijkt zich daarmee te ontwikkelen tot een nieuwe etnie.

Ik las het Marokkaanse Manifest en vroeg mij steeds verbaasder af waarom het debat over islamitische migranten in Frankrijk zo veel verder is. Waarom zijn in Frankrijk islamitische intellectuelen in staat de eigen gemeenschap kritisch te bekijken? Niet omdat de Franse politiek harde confrontaties over bijvoorbeeld hoofddoeken uit de weg gaat.
Tariq Ramadan, de omstreden Franse hoogleraar filosofie van Egyptische komaf (en kleinzoon van Hassan El-Banna, de man die in 1928 de Moslim Broederschap oprichtte en daarvoor in 1949 werd geëxecuteerd) zei afgelopen week in VPRO’s Tegenlicht: “Als je leeft in een democratie, moet je de mogelijkheden van die democratie gebruiken. Je moet geen slachtoffer van jezelf maken. Je moet niet zeuren: “Niemand houdt van de moslims”. Nee, je moet obstakels wegwerken! Je moet je verantwoordelijkheid nemen. Richt je aandacht niet op wat ontbreekt, maar op dat wat mogelijk is. Wanneer je altijd je eigen onmogelijkheid onder ogen ziet, maakt dat je nederig.” Een slachtofferrol is als vergif voor emancipatie. Dat het met die emancipatie van Marokkaanse Nederlanders niet helemaal goed gaat, verraadt het onderzoek naar burgerschap uitgevoerd door de gemeente Amsterdam. In opleiding, werkgelegenheid en taalbeheersing laten ze een beeld zien dat PvdA-wethouder Ahmed Aboutaleb “buitengewoon zorgwekkend” noemde. Ook blijken Marokkaanse Nederlanders weinig betrokken bij de lokale politiek. Hun opkomstpercentage bij de raadsverkiezingen van 1994 en 1998 is meer dan gehalveerd: van 49 naar 23 procent. In 2002 kwam de opkomst niet boven de 22 procent.

De opstellers van het Marokkaanse Manifest schrijven: “Wij willen niet als tweederangs burgers behandeld worden.” Waarom niet net als Tariq Ramadan het heft in eigen hand genomen? Waarom de lange ij niet door een korte vervangen? Waarom niet geroepen: “Wij zijn eersterangs burgers!”


Marcia Luyten

mark61
28-03-05, 13:02
Au. Tis inderdaad wel een eenzijdig verhaal.

Het manifest

Het Marokkaanse Initiatief
Vóór Sociale Cohesie en Burgerschap
Tégen Discriminatie en Marginalisatie

Wij, Marokkaanse vrouwen, mannen, ouderen en jongeren, hebben met kracht onze afkeuring uitgesproken over de moord op Theo van Gogh, net zoals wij dat gedaan hebben na de moord op Pim Fortuyn. Wij hebben ondubbelzinnig afstand genomen van de gebeurtenissen die daar op volgden: aanvallen op scholen, kerken en moskeeën en het verdacht maken van bevolkingsgroepen. Wij willen dat deze cirkel van haat wordt doorbroken. Wij willen respect en tolerantie terug in de samenleving. Wij of onze ouders zijn hier gekomen als arbeidsmigrant. Als Marokkaanse gemeenschap hebben wij in de afgelopen decennia een belangrijke bijdrage geleverd aan de opbouw van Nederland. Samen met anderen hebben wij Nederland gemaakt tot wat het nu is, in economisch, sociaal en cultureel opzicht. Dit land is net zo goed van ons als van alle andere groepen die hier wonen, ongeacht hun etnische achtergrond of hun religieuze overtuiging.

Islam
Wij, als Nederlanders van Marokkaanse komaf, stammen uit een rijke, pluriforme Arabisch/Berbers/Afrikaanse cultuur, waar de islam grote invloed op heeft. En daar zijn we trots op. Velen van ons zijn gelovige moslims, sommigen niet. We dragen de cultuur van ons land van oorsprong met ons mee en maken ook de Nederlandse cultuur ons eigen. De moslims onder ons beleven hun geloof op verschillende manieren, net zoals dat onder joden, christenen en andere gelovigen het geval is. Wij respecteren de geloofsopvattingen van iedereen, welke godsdienst of stroming hij of zij ook aanhangt. Wij wijzen het gebruik van alle godsdiensten voor politieke doeleinden af, en nemen onverkort afstand van groepen die religie gebruiken ter rechtvaardiging van extremistische politieke doelstellingen. Wij beschouwen godsdienst als een persoonlijke overtuiging van betrokkenen. Iedereen in dit land heeft het recht om op vreedzame wijze zijn geloof of ongeloof te beleven en uit te dragen zoals als hij of zij dat wil. Iedereen in dit land heeft het recht op zijn of haar opvattingen en zijn of haar keuzes in het persoonlijke leven. Maar niemand heeft het recht om de ander daarom te veroordelen, te discrimineren of te belasteren.

Binnen de multiculturele samenleving komen wij op voor een volwaardige plaats voor ons, onze cultuur en het geloof dat velen van ons aanhangen. Wij maken onderdeel uit van de Nederlandse multiculturele samenleving. De veel geprezen scheiding tussen kerk en staat, impliceert ook dat verschillende geloofsrichtingen op dezelfde wijze behandeld moeten worden. Er kan dus geen sprake van zijn dat moskeeën aan andere eisen moeten voldoen dan christelijke kerken, of dat islamitische voorgangers anders worden behandeld dan die van andere religies. Ook voor de oprichting van islamitische scholen mogen geen barrières worden opgeworpen die er voor het christelijke onderwijs niet zijn en in strijd zijn met de grondwet en de vrijheid van onderwijs. Iedereen moet zich aan de wet houden. Maar iedereen heeft ook en in gelijke mate recht op vrijheid van godsdienst, vrijheid van onderwijs en vrijheid van meningsuiting.

Jongeren
Jongeren verdienen een volwaardige en veilige plaats in de samenleving. Om te beginnen met gelijke kansen op de arbeidsmarkt. Jongeren van Marokkaanse komaf worden veelvuldig gediscrimineerd en buitengesloten. Dat is onacceptabel en vormt een voedingsbodem voor frustraties die kunnen leiden tot crimineel gedrag of radicalisme. Wij eisen dat er een einde komt aan allerlei andere vormen van discriminatie en achterstelling, bijvoorbeeld in het uitgaansleven Wij hebben er genoeg van om op zoek naar huisvesting telkens weer aan het kortste eind te trekken. We willen ook een plek in de media en zijn het zat dat er over ons en niet met ons wordt gespraat. Wij willen niet als tweederangs burgers behandeld worden.

Marokkaanse jongeren zijn altijd maar weer ‘de kinderen van de rekening’. Wij willen ook eens horen dat een groot deel van hen het goed doet, steeds vaker doorstroomt naar hogere vormen van onderwijs en goedbetaald werk en op alle niveaus participeert. Wij zijn het zat om als groep aangesproken te worden voor het gedrag van een harde kern van jongens die vanuit een relatief uitzichtloze positie vervallen in hanggedrag en kleine criminaliteit of voor gewelddadige incidenten die wij net als ieder ander veroordelen.

Veel Marokkaanse jongeren voelen zich onbegrepen; niet alleen door hun ouders, maar ook door de buitenwereld. En dat is logisch. Doorgaans worden zij opgevoed op een manier die niet aansluit bij de verwachtingen van de Nederlandse samenleving en buitenshuis vinden ze evenmin een duidelijk referentiekader. Die tegenstelling tussen de thuissituatie en het leven op straat en op school of werk is belemmerend een evenwichtige identiteitsvorming. Het wordt hoog tijd dat Marokkaanse jongeren zich kunnen herkennen in en geaccepteerd worden door de Nederlandse samenleving. Wij willen dan ook dat er structureel gewerkt wordt aan de broodnodige interculturalisering van het onderwijsprogramma; vooral het lesmateriaal bij maatschappijleer en geschiedenis is aan grondige herziening toe.

Ouderen
Wij komen ook op voor de rechten van de ouderen onder ons. Zij hebben indertijd hun land verlaten om hier een toekomst op te bouwen. Deze groep heeft als geen ander gewerkt om van Nederland te maken wat het nu is. Ze hebben vaak nauwelijks de mogelijkheid gehad om de taal en de gewoonten van dit land te leren. Zij verdienen respect. Respect voor de bijdrage die ze hebben geleverd, maar ook respect voor de rol die ze spelen in de opvoeding van de nieuwe generatie en in het overdragen van normen, waarden en onze cultuur. En we accepteren het niet dat ze beschimpt worden omdat ze geen algemeen beschaafd Nederlands spreken en vasthouden aan hun vertrouwde gebruiken en gewoonten.

Marokkaanse ouderen dreigen volledig aan hun lot overgelaten te worden. Kennelijk wordt hun maatschappelijke waarde uitsluitend ontleend aan hun - door werkloosheid - beperkte productiewaarde. Door het verdwijnen en inperken van de landelijke tv- en radioprogramma’s in de eigen taal, terwijl de Nederlandse lessen al decennia op zich laten wachten, mist deze bevolkingsgroep de juiste informatie over de samenleving. Hierdoor ontbreken de instrumenten om zowel zichzelf als de eigen kinderen adequaat te kunnen oriënteren op de Nederlandse samenleving.

De ouderen die hier zijn gebleven, hebben recht om oud te worden op een manier die tegemoet komt aan hun wensen en behoeften, zowel op woon- als op zorg- en welzijnsgebied. Wij pleiten voor aanpassingen in het aanbod van reguliere instellingen en vragen om meer waardering er erkenning van initiatieven uit de eigen gemeenschap

Vrouwen
De rechten van vrouwen en meisjes moeten gewaarborgd worden. Wij streven naar gelijke kansen voor vrouwen en mannen. Op de arbeidsmarkt, in het onderwijs en in alle andere sferen van de maatschappij. Ondanks positieve ontwikkelingen is die gelijkheid helaas nog altijd ver te zoeken. Niet alleen voor leden van onze gemeenschap, maar in de hele Nederlandse maatschappij. Wij voeren die strijd dan ook gezamenlijk met andere groepen, maar accepteren niet dat onze cultuur en de religie die velen van ons aanhangen als achterlijk en vrouwonvriendelijk wordt afgeschilderd.

De strijd voor de emancipatie van vrouwen is geen strijd voor een wereld zonder islam, maar voor een wereld met zelfbeschikkingsrecht voor iedereen. Het creëren van voldoende keuzemogelijkheden voor de Marokkaanse vrouw is de kern, te beginnen met de rechtspositie. Wij snappen niet dat wij jarenlang zonder politieke steun in Nederland hebben moeten strijden voor de afschaffing van de afhankelijke verblijfstitel. De emancipatie van Marokkaanse vrouwen is geen project, maar een proces dat gebaat is bij een sterke rol van hun eigen sociale structuren, die door de Nederlandse overheid nooit zijn erkend.

Wij komen op voor het recht van vrouwen en meisjes om hun cultuur of geloofsovertuiging in hun kleding tot uitdrukking te brengen. Zoals ook andere groepen zich kleden en tooien op een manier die naar hun mening het beste past bij hun identiteit. We verzetten ons tegen het gebruik van vrouwenlichamen als louter lustobject en commercieel product, maar eisen respect voor vrouwen en mannen, voor hun gevoelens, hun seksuele voorkeuren en hun eigenheid.

Volwaardig (wereld)burgerschap
Wij zijn burgers van de samenleving, die vragen om gelijke kansen op maatschappelijke ontwikkeling als ieder ander. Burgerschap is een populaire term, maar inhoudsloos als onze rechten als inwoners van Nederland niet volledig worden erkend. Onze gemeenschap bestaat uit schrijvers en analfabeten, artsen en WAO’ers, politieagenten en harde kern criminelen, moskeegangers en kroegbezoekers, politici en voetballers; kortom een bont gezelschap burgers dat zijn plaats wil veroveren als volwaardig burger in de Nederlandse samenleving.

Voor ons staat voorop dat integratie een proces is dat van twee kanten gevoed moet worden. De politieke koers van nu is gericht op assimilatie waarbij geen sprake is van de erkenning van de eigen identiteit - hoe divers ook - van burgers met andere landen van herkomst. Aanpassing aan de Nederlandse cultuur staat centraal. Wij willen een land dat gastvrij is voor politieke vluchtelingen. Een land met het recht op partnerkeuze en gezinsvorming zoals verwoord in het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (artikel en zonder verplichte inburgering, zeker niet buiten Nederland. In een open en tolerante samenleving waar buitenlanders gastvrij, en met respect worden ontvangen en er ruime faciliteiten zijn voor kennismaking met de taal en cultuur, is verplichte inburgering overbodig

Als arbeidsmigranten en afstammelingen daarvan maken wij deel uit van de overgrote meerderheid van Nederlanders die met hard werken in hun levensonderhoud moeten voorzien. Daarom maken we deel uit van en zijn we zoveel mogelijk actief in de organisaties die dat ook na streven zoals vakbonden, de vredesbeweging, buurt- en bewonersorganisaties, solidariteitsorganisaties, politieke partijen enzovoort. Wij voelen ons ook onderdeel van de brede internationale beweging die opkomt voor een rechtvaardiger wereld.

Onze wortels liggen in Noord Afrika en delen in de Arabische en islamitische culturen. Daarom zijn wij zeer betrokken bij de ontwikkelingen in dat deel van de wereld, vooral in het Midden-Oosten. Wij steunen de strijd van volkeren voor een eigen land en tegen de bezetting, in de eerste plaats in Palestina en Irak. Wij zien dat als een nationale strijd voor een eigen land en niet als een religieuze strijd. We verwerpen de Nederlandse steun aan de bezetting van Irak. Daarmee vervreemdt de regering zich van een groot deel van de Nederlanders, vooral die met een islamitische/Arabische achtergrond.

Wij verzetten ons tegen de wijze waarop er door de regering invulling wordt gegeven aan de oorlog tegen het terrorisme. Door repressie centraal te stellen en mee te gaan met hen die de islam als de oorzaak zien, worden de spanningen tussen verschillende bevolkingsgroepen alleen maar versterkt. Dat leidt vooral tot meer haat en onbegrip en vergroot de kans op het ontstaan van radicalisme en extremisme.

Wij keren ons ook tegen het beleid van de regering waar dat gericht is op de afbraak van de sociale voorzieningen verslechtering van de arbeidsomstandigheden en verschillende delen van de bevolking tegen elkaar opzet. Wij vinden dat wereldwijde herverdeling van economische en politieke macht de enige garantie is voor beklijvende rechtvaardigheid, tolerantie en onderlinge solidariteit. Want migratie is onlosmakelijk verbonden met politieke en economische ontwikkelingen in de landen waar migranten vandaan komen. Duurzaam investeren in de multiculturele samenleving staat of valt met de politieke wil om internationaal de onderontwikkeling weg te werken en nationaal (of Europees) de grenzen niet te sluiten.

Afsluitend
Wij strijden voor een open, pluriforme, democratische multiculturele samenleving. En voor een gelijkwaardige plaats daarbinnen voor iedereen. Ongeacht etnische afkomst geloof geslacht politieke overtuiging of seksuele voorkeur. We roepen iedereen in Nederland op daar samen met ons aan te werken. Stop de cirkel van haat en wantrouwen, vóór Sociale Cohesie en Burgerschap, tégen Discriminatie en Marginalisatie.

Rabi'ah.
28-03-05, 19:18
Geplaatst door mark61
Au. Tis inderdaad wel een eenzijdig verhaal.



Hoezo? In de zin van "Marokkanen zijn ook niet heilig?"?

Da's oud nieuws, en een open deur.

Ik heb in deze tekst evenwel geen letter aan kunnen treffen waar ik het niet mee eens ben.

mark61
28-03-05, 20:06
Geplaatst door Rabi'ah.
Hoezo? In de zin van "Marokkanen zijn ook niet heilig?"?

In de zin van wel concreet overal tegen zijn, maar waar ze voor zijn, dat blijft steken in abstracte, romantische vaagheden. Wie is er niet tegen oorlog en armoede? Goedkoop.

Ik denk dat de bezwaren van mevrouw Luyten grotendeels hout snijden. Dit is een klaaglijk losers-manifest, geen Tariq-Ramadan-de-beuk-erin-manifest.

Waarbij ze bovendien niet als groep willen worden aangesproken, maar wel als groep willen spreken. Wat is het nou?

Alles is de schuld van Nederland, wij zijn onschuldig, dat is de teneur van het verhaal.

Nou ja, ik ga niet zin voor zin commentaar leveren. Maar de algemene teneur bevalt me niet. Ook als er geen onwaarheden in staan.

Rabi'ah.
28-03-05, 21:12
Geplaatst door mark61


Blablabla. :moe:

Altijd wel wat te zeuren, he opa? :fpuh:

mark61
28-03-05, 21:17
Geplaatst door Rabi'ah.
Blablabla. :moe:

Altijd wel wat te zeuren, he opa? :fpuh:

jaja, uitgeluld? :fpuh:

Opa gaat kwiek door.

Rabi'ah.
28-03-05, 21:20
.