PDA

Bekijk Volledige Versie : Emancipatie: Het ligt niet aan de mannen



Xavier
16-04-05, 12:27
Emancipatie: Het ligt niet aan de mannen

Of ze nou hoogopgeleid zijn, jong of wat ouder, of ze kinderen hebben of niet, in Nederland werken vrouwen drie dagen per week - of minder. En daar zijn ze tevreden mee. Sterker nog: zouden hun partners minder gaan werken, meer voor de kinderen zorgen en meer poetsen in het huishouden, dan nog willen acht van de tien vrouwen niet meer buitenshuis werken dan ze nu doen.

Dit blijkt uit de Emancipatiemonitor, het tweejaarlijkse, grootschalige onderzoek naar emancipatie in Nederland door het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat half december werd gepubliceerd. De cijfers waren nog maar net bekend of Aart Jan de Geus, CDA-minister van Sociale Zaken, kwam met een opmerkelijke reactie.

De strekking daarvan was: wat fijn dat veel vrouwen in deeltijd werken. Als mannen dat nou ook eens gingen doen, dan komt het vanzelf goed met die emancipatie. Immers, zo redeneren verantwoordelijke politici al jaren, als mannen meer gaan zorgen dan gaan vrouwen vanzelf meer werken. Deze aanname in het emancipatiebeleid van de regering is volstrekt in tegenspraak met de uitkomsten van de Emancipatiemonitor.

Probleem
Mannen, zo blijkt daar haarfijn uit, zijn het probleem niet. Het zijn de vrouwen zelf. Meer zorgzaamheid van mannen spoort vrouwen niet aan om meer te gaan werken. Daar zal voorlopig ook weinig verandering in komen. Nederlanders zijn de laatste jaren weer conservatiever gaan denken over vrouwen, huishouden, kinderen en werk. Vond in 1991 nog een kwart van de mannen en vrouwen dat het gezinsleven eronder lijdt als een vrouw fulltime werkt, in 2002 vindt ongeveer 45 procent van de Nederlanders dat.

De animo voor een gelijkere verdeling van betaald werk en huishoudelijk werk tussen mannen en vrouwen daalt. Geen wonder dat de onderzoekers van het SCP en CBS concluderen dat 'het emancipatieproces stokt'. Steeds meer vrouwen werken, maar ze hebben zulke kleine banen dat slechts een minderheid van hen financieel onafhankelijk is.

De voorliefde van Nederlandse vrouwen voor deeltijdwerk is een van de belangrijkste redenen dat Nederland nog steeds zo weinig vrouwen telt op belangrijke posities. Voor ongeveer de helft van de werkgevers gaat deeltijdwerk en leiding geven op hoog niveau niet samen. De kosten van leiding geven in deeltijd (meer coordinatieproblemen, minder efficientie) wegen niet op tegen de baten (meer vrouwen in de top). En dus kent Nederland, vergeleken met andere Europese landen, bijvoorbeeld weinig vrouwelijke managers in hogere en wetenschappelijke beroepen. Van die functies wordt slechts 25 procent door vrouwen bekleed.

Topfuncties
Wat nu? Een veel gesuggereerde oplossing is: maak topfuncties mogelijk in deeltijd. Van verschillende kanten is de werkgevers de afgelopen weken starheid verweten door dat niet toe te staan. Doen ze dit wel dan stromen vrouwen vanzelf door naar de top, is de redenering.

Of deze oplossing werkt, is zeer de vraag. Veel vrouwen, ook hoogopgeleide, werken in kleine deeltijdbanen. Over leiding geven in vier dagen valt bij veel werkgevers nog wel te praten. Immers, niet alle werkgevers vinden deeltijdwerk en leiding geven op hoog niveau onverenigbaar: de helft vindt dat wel.

Bovendien hebben werkgevers een groot vertrouwen in de leidinggevende capaciteiten van hun vrouwelijke werknemers. Maar wie een leidinggevende baan ambieert voor drie dagen per week, stuit ongetwijfeld op veel onwil.

De kwestie is ook: willen vrouwen wel topfuncties in deeltijd vervullen? Nederlandse vrouwen hebben, in vergelijking met andere Europese vrouwen, een laag ambitieniveau, zo bleek uit eerder onderzoek van het SCP. Ze willen leuk werk, fijn voor de sociale contacten, zonder al te veel gedoe. Veel vrouwen zullen dus waarschijnlijk bedanken voor een leidinggevende baan op hoog niveau die wel in deeltijd mogelijk is.

Mentaliteit
Hiervoor zijn ook indicaties te vinden in de monitor. Werkgevers die volgens de onderzoekers relatief emancipatiegezind zijn - in de gezondheidszorg, het onderwijs en het grote bedrijfsleven - wijzen veel meer dan andere werkgevers op de noodzaak van een andere mentaliteit bij vrouwen, willen ze de top bereiken. Vooral in de gezondheidszorg en het onderwijs werken veel vrouwen: deze werkgevers spreken dus uit ervaring.

Verstandiger lijkt het daarom te promoten dat vrouwen meer gaan werken. Al was het maar een dag in de week meer. De overheid zou vrouwen kunnen aansporen om slechts tijdelijk in deeltijd te werken in plaats van gedurende hun hele loopbaan. Nederlandse vrouwen zouden makkelijk een jaar of tien (als de kinderen het kleinst zijn) vier dagen kunnen werken, om vervolgens weer fulltime beschikbaar te zijn voor het hogere management.

Dat dit kan, bewijst Louise Gunning, directeur van het Amsterdams Medisch Centrum, waar zevenduizend mensen werken. Zij kreeg haar kinderen jong, toen ze begin 20 was, en werkte lang in deeltijd. Nu is ze fulltime directeur en een van de schaarse Nederlandse topvrouwen.

Andere landen
In andere landen kunnen vrouwen nauwelijks in deeltijd werken en bereiken ze vaker de top. Daar stoppen veel vrouwen met werken als hun kinderen jong zijn. Na een aantal jaren gaan veel van hen weer fulltime aan de slag. Nederlandse vrouwen blijven veel vaker (in deeltijd) werken als de kinderen klein zijn, en het lijkt erop dat dit hun ambities juist tempert.

Vrouwen aansporen om meer te gaan werken, zou een drastische verandering in het emancipatiebeleid van Sociale Zaken betekenen. Nu zegt De Geus op zijn website over het stimuleren van emancipatie: 'Belangrijk is dat mannen hun steentje bijdragen aan het huishouden en de zorg voor de kinderen. Dat moet bij veel mannen beter tussen de oren komen te zitten.' Bij een meer op vrouwen gericht beleid zou De Geus zeggen: 'Belangrijk is dat vrouwen hun steentje bijdragen aan de economie en aan de maatschappelijke besluitvorming. Dat moet bij veel vrouwen beter tussen de oren komen te zitten.'

Waarschijnlijk zal er een verhitte discussie ontstaan, aangezien de minister dan direct botst met de, zoals gezegd, steeds conservatiever denkende Nederlandse bevolking. Maar in elk geval zou de discussie dan gaan waarover die moet gaan. Waarom werken Nederlandse vrouwen zo weinig? Waarom hebben ze zo weinig ambitie? Waarom is dat in andere landen zo anders? En wat kunnen we daaraan doen?

Door Marike Stellinga

Eerder gepubliceerd in Elsevier, 19 januari 2005

Publicatiedatum: 4 april 2005