PDA

Bekijk Volledige Versie : De multiculturele herzuiling



tr_imparator
25-05-05, 00:40
De multiculturele herzuiling


Ieder z'n eigen culturele instituut

Door: Harm Visser

Het benadrukken van de eigen culturele identiteit leidt tot specifieke cultuurgebonden instellingen, scholen en universiteiten. Keren de jaren vijftig terug? Een discussie tussen Herman Philipse, Lolle Nauta, Toine Janssen en Paul Cliteur.


Nadat RPF-kamerlid Van Dijke vorig jaar in een interview had laten weten dat homoseksualiteit op grond van de tien geboden net zo verwerpelijk is als diefstal, kreeg hij prompt een proces wegens het 'kwetsen van homoseksuelen' aan zijn broek. Net zo verging het Gerry van der List, die in een column in de Volkskrant het exhibitionisme tijdens de Gay Games laakte en zich daarbij in weinig verheffende termen over homoseksuelen uitliet. De marktkoopman die Hitlers Mein Kampf in de 'aanbieding' had, moest tevens de gang naar de rechtbank maken. Ook hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan discriminatie.
Bij de commotie rond deze zaken was opvallend dat niet alleen de aangeklaagde personen, maar ook het Meldpunt Discriminatie het zwaar moest ontgelden. 'Wacht u voor de discriminatiepolitie', luidde de kop boven een ingezonden brief in de Volkskrant. De Telegraaf noemde het meldpunt 'de gewetenshezbollah', terwijl HP/De Tijd sprak van de 'jacht op het vrije woord'. De vrijheid van meningsuiting bleek op gespannen voet te staan met de zelfopgelegde inperking daarvan door een al te statische hantering van het begrip 'tolerantie'. Enerzijds gebiedt de politieke correctheid dat we ons uitermate tolerant tegenover minderheden opstellen, anderzijds willen we minderheden die zelf niet tolerant zijn, kunnen kritiseren en veroordelen. Want waarom zou je tolerant zijn tegenover mensen die dat zelf niet zijn?
Het valt echter niet mee om intolerante denkbeelden te veroordelen op het moment dat deze worden gekoesterd door groeperingen die zich beroepen op hun 'culturele eigenheid'. En dit nu is precies wat er in toenemende mate gaande is - ook op mondiale schaal.

Ander paspoort
Een toenemend aantal Aziatische (en Arabische) landen stelt het concept van 'universele waarden en mensenrechten' ter discussie. Zij doen dat met een beroep op het 'anders zijn dan de ander', in casu het 'arrogante Westen'. De in Japan zeer populaire Japanse striptekenaar en schrijver van het boek Verhandeling over de oorlog, Kobayashi, grossiert bijvoorbeeld in ultra-nationalistische en anti-westerse uitspraken. De 'culturele eigenheid' van Japan maakt volgens hem dat democratie er gedoemd is te mislukken. Baskische ultra-nationalistische kopstukken voeren eveneens het argument aan van de 'culturele eigenheid' (en zelfs de eigen schedelvorm) om de zelfstandige Baskische staat te verdedigen. Ook bij ultra-rechts wordt het begrip 'culturele identiteit' gehanteerd om het 'eigen volk eerst' te verdedigen.
In minder extreme kringen is het deuntje van de 'eigen identiteit' niet minder populair. De burgemeester van Urk vroeg bijvoorbeeld onlangs begrip voor het geweld dat door Urker jongeren tegen een pedoseksueel was ondernomen. Het 'eigen karakter' van de Urkse bevolking bracht dit nu eenmaal met zich mee, betoogde hij.

De Arabische cultuurfilosoof Sadik Al-Azm, een geestverwant van Salman Rushdie, wijst in zijn boek Kritiek op godsdienst en wetenschap op de gevaarlijke kanten van het hypostaseren en verabsoluteren van de 'eigen identiteit' als een soort 'essentieel anders-zijn': het legitimeert volgens hem de eigen superioriteit waardoor de 'ander' gemakkelijk in een kwaad daglicht kan worden gesteld. Mogelijk gevolg: xenofobie. Ook de Groningse politiek filosoof Lolle Nauta heeft het om die reden niet zo op het begrip 'culturele identiteit'. Nauta: 'Mijn bezwaar is dat je al gauw bezig bent mensen te definiren in termen van een of twee eigenschappen. Door die eigenschappen als iemands "culturele of religieuze identiteit" te bestempelen, maak je het anderen in feite onmogelijk daar kritiek op te hebben. Maar weinig mensen willen immers de schijn wekken iemands complete cultuur in twijfel te trekken.' In zijn afscheidsrede De vreemdeling, stelde Nauta dat dé vreemdeling, die 'vreemder is dan jij en ik', die Exotische Ander, eenvoudig niet meer bestaat; hij is allang getransformeerd tot iemand die 'elders woont' en, heel gewoon, een 'ander paspoort heeft dan wij'.

Kunstmatige beademing
Niettemin is een flink aantal intellectuelen verzot op de vreemdeling en trachten ze hem hoe dan ook in leven te houden. Nauta heeft het vermoeden dat het actief in stand houden van een 'culturele identiteit' een vorm van kunstmatige beademing is. 'Alsof mensen maar één culturele identiteit kunnen hebben en ze daaruit hun hele bestaan moeten afleiden. Ik zou een pluralistische samenleving veel meer willen zien als een verzameling individuen die ieder een veelheid aan identiteiten in zich herbergen. Ikzelf ben Nederlander, a-religieus, Fries en nog zo wat van die zaken. Je bent dus pluralist in jezelf. Beschouw je daarentegen één identiteit - afkomst, religie of de cultuur waartoe je behoort - als dé harde kern van een persoon of groep, dan kan de neiging ontstaan die vermeende identiteit tegen kritiek te beschermen. En ja, dat kàn tot xenofobie leiden.'

Culturele dan wel religieuze eigenheid - het eenvoudige feit dat iemand homo is of moslim of 'donker van kleur' - wordt steeds meer gezien als een respect afdwingende verdienste op zichzelf. Dat is tenminste de indruk die je overhoudt aan het onlangs aan de Vrije Universiteit verdedigde proefschrift Minderhedenbeleid en moraal. Daarin stelt ethica A. Struijs in navolging van de politiek filosoof John Rawls dat cultuur een van de 'primary goods' van de politieke moraal zou moeten zijn. De overheid zou de ruimte om de eigen culturele identiteit te beleven, actief moeten bevorderen. 'Het punt is', zegt ze, 'dat er nu eerder een ontwikkeling gaande is, waarbij die eigenheid wordt weggemoffeld en genegeerd, ten gunste van de integratie. Alles wordt over de boeg gegooid van burgerschap en inburgering. Ik vind dat nogal kleurloos; integratie betekent dan assimilatie. Ik stel daarentegen dat een Marokkaan die hier woont als Marokkaanse Nederlander aan onze samenleving deel moet kunnen nemen. Als je vindt dat hij zich moet conformeren aan het ideaal van het Nederlandse staatsburgerschap, dan leg je hem in feite onze dominante westerse normen en waarden op.'
Als Marokkaanse Nederlanders hun culturele eigenheid mogen beschermen, is er niets wat Nederlandse Nederlanders ervan weerhoudt om zich nadrukkelijk als Nederlandse Nederlander te presenteren - 'Op de top der blanke duinen'. Struijs vindt dit weliswaar niet prettig, aan de andere kant kan ze er vanuit haar zienswijze weinig op tegen hebben. 'Als ze zich maar aan de wet houden. En ik ga natuurlijk wél met extreem rechts in discussie.'
In het vergroten van de belevingsruimte voor de eigen identiteit, gaat Struijs tamelijk ver. Ze heeft 'in principe geen moeite met het op scholen weren van homoseksuelen door orthodoxe christenen' of het weigeren door diezelfde groep van polio-inentingen en bloedtransfusies voor de kinderen. Struijs wijst in dit verband ook op de kwestie van de vrouwenbesnijdenis. 'Als het zelfgekozen is en veilig gebeurt, moet je zoiets niet verbieden, want ook hier speelt weer die eigenheid van de cultuur. Door sommige vrouwen wordt het bovendien verbonden met hun vrouw-zijn.'

Schuldgevoel
Hoogleraar filosofie Paul Cliteur plaatst kanttekeningen bij dergelijk pleidooien voor een multiculturele samenleving. Hij deed dat onder meer in zijn artikel 'Cultuurrelativisme en mensenrechten'. 'Wat je ziet', zegt hij, 'is dat pleitbezorgers van de multiculturele samenleving vaak optreden voor minderheden waartoe ze zelf niet behoren. Dat heeft per definitie iets gratuits en paternalistisch. Het is een houding die vermoedelijk voortkomt uit het idee dat het Westen arrogant of dominant is of zijn normen en waarden oplegt aan andere culturen. Dus moeten we nu maar eens een toontje lager zingen; er ligt een soort schuldgevoel aan ten grondslag.'
Volgens Cliteur gaan de voorvechters voor het recht op culturele identiteit er stilzwijgend vanuit dat hun standpunt het 'goede', dan wel politiek correcte, standpunt is. 'De volgende stap is dan dat je hieraan je morele gelijk ontleent en bij tegenspraak naar de rechter stapt. Intussen ziet men over het hoofd dat al dat nadrukkelijk betoonde respect voor het "anders-zijn" heel vernederend kan zijn; die ander voelt zich als het ware het "voorwerp" van respect of gereduceerd tot iets waarmee de politiek correcte houding kan worden geëtaleerd. Ik stel daarentegen dat iedereen het volste recht heeft de ander te bekritiseren. En het heeft niets te maken met westerse arrogantie als ik bijvoorbeeld vrouwenbesnijdenis als barbaars afwijs. Als de tolerantie gebiedt dit te aanvaarden, omdát we ons anders arrogant gedragen, dan betekent dit de aanvaarding van intellectuele handicaps.'

De Leidse hoogleraar filosofie Herman Philipse wil het probleem vooral praktisch benaderen. 'De mogelijkheden om je culturele of religieuze eigenheid te beleven, worden beperkt door de Nederlandse wet. Als je een schaap in je slaapkamer wilt slachten, dan is dat jammer want het mag niet. Wil je een hoofddoekje dragen, dan mag dat wel. In Frankrijk maken ze tegen dit laatste, zeker op scholen, wel bezwaren. Daar is de scheiding tussen kerk en staat veel rigoureuzer. Ik vind dat goed. Het is geen staatsopdracht om instituten of scholen op welke religieuze grondslag dan ook te steunen. Je moet ook geen kerkelijke hoogleraren betalen, totale onzin.'
Religie, betoogt Philipse, behoort tot het privé-domein en het particulier initiatief. Wel onderschrijft hij dat hier, als uitvloeisel van de schoolstrijd, met overheidsgeld islamitische scholen kunnen worden opgericht. 'Dat is nu eenmaal een feit, dus moet je dat systeem ook voor andere religies, zoals de islam, openstellen. Ik kan op zich heel goed begrijpen dat men in een westers land als Nederland met zijn culturele en religieuze achtergronden worstelt, zeker door de moeilijkheden die deze mensen hier ondervinden. Het probleem is echter dat daardoor de neiging kan ontstaan die identiteit te willen benadrukken. Toch moet men beseffen dat dit kan; men zal zich moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur. En dat betekent, onder andere: accepteren dat we hier een scheiding tussen kerk en staat kennen; dat vrouwen gelijkberechtigd zijn en niet verstoten kunnen worden. Daar komt bij dat het vergroten van de ruimte voor de culturele of religieuze eigenheid, zoals de pleitbezorgers van het multiculturalisme willen, een nieuwe verzuiling in de hand werkt. Nou, ik hoop niet dat ons dat te wachten staat. Wat mij betreft mag de staat zich daarom volledig terugtrekken uit het financiële ondersteunen van religieuze en levensbeschouwelijke instellingen. Het multiculturalisme dat dan nog overblijft, wordt dan gewoon gewaarborgd door de democratische rechtsstaat.'

Economische motieven
De Nijmeegse docent filosofie Toine Janssen heeft het idee dat achter de pleidooien voor een multiculturele samenleving economische motieven schuilgaan. 'Men creëert als het ware een eigen culturele identiteit, waarna dan wordt getracht die identiteit politiek en economisch te verankeren. Op die manier kunnen dan subsidies voor bijvoorbeeld een bijzondere school worden verkregen. Maar dat laat natuurlijk onverlet dat het idee dat je je identiteit ontleent aan religieuze zeden en gewoonten een waanidee is.'
Het lijdt volgens Janssen geen twijfel dat de komst van asielzoekers er mede oorzaak van is dat het begrip 'cultuur' op het ogenblik zo belangrijk wordt gevonden. 'Bij wijze van beleefdheid is er natuurlijk ook niets op tegen asielzoekers een eigen cultuur toe te kennen. Alleen schijnen we nu als tegenwicht, en met terugwerkende kracht, ook een typisch Nederlandse cultuur te hebben. Maar daarbij moeten we dan wel bedenken dat de enkeling die daarover in het verleden sprak, meestal in de rechts-extremistische hoek zat. Zo iemand vonden we toen een enge nazi. Nu is respect voor het typisch "eigene" juist een respectabel standpunt.'
Janssen vermoedt dat er bij de pleidooien voor de 'culturele eigenheid' sprake is van een verborgen politieke agenda. 'Die pleidooien hebben iets verneukeratiefs: je neemt het op voor kleine groepjes die het in onze samenleving inderdaad moeilijk kunnen hebben, hetgeen je een aureool van progressiviteit of politieke correctheid verleent. Aan de andere kant heb ik voortdurend het gevoel dat het om een soort romantisch-conservatief geïnspireerde tegenbeweging tegen de "moderne tijd" gaat. Die moderne cultuur wordt gezien als bron van standaardisering en homogenisering.' Pleitbezorgers van het multiculturalisme worden dan ook gekenmerkt door religiositeit en anti-wetenschappelijke sentimenten. 'En dat is wat ik bedoel met die verborgen politieke agenda: via pleidooien voor het multiculturalisme, tracht men tot een conservatief ingerichte samenleving te komen. Het is een opvatting die ze, curieus genoeg, tot op zekere hoogte delen met bepaalde fundamentalistische stromingen.'

:rolleyes:

sjaen
25-05-05, 01:10
MTV

:p