PDA

Bekijk Volledige Versie : Hoe de grondwet een mythe werd



Marsipulami
28-05-05, 20:11
Hoe de grondwet een mythe werd

Frankrijk gaat zondag naar de stembus voor het referendum over de Europese grondwet, Nederland doet dat woensdag. Opvallend in de campagne over de Europese grondwet was in beide landen dat heel wat protagonisten op zeker ogenblik hun woordenschat veranderden. De ,,grondwet'' waarover ze het altijd maar hadden, relativeerden ze plotsklaps tot een gewoon Europees verdrag dat even snel aangevuld kan worden als alle andere. Voor een echte Europese grondwet zijn de regeringen en het Europese volk dus niet klaar, zo lijkt het wel. Een terugblik op het ontstaan en ontluisteren van een mythe.


Koen Lenaerts, de Belgische rechter bij het Europese Hof van Justitie, kent de Europese verdragen uit het hoofd. Lenaerts is daarom een van de geheime wapens van de Belgische diplomatie. Hij zit altijd in de Belgische souffleursbak als er aan de Europese verdragen wordt gesleuteld.

Uitgerekend Lenaerts sprak op een colloquium in de Belgische Senaat de volgende woorden: ,,Dames en heren, we spreken hier helemaal niet over een grondwet, maar over een gewoon verdrag. Het gaat niet om een contract tussen de burgers of hun afgevaardigden, het gaat om een contract tussen staten.''

Tijdens de campagnes in Frankrijk en Nederland is nu gebleken dat dat niet zomaar een theoretische beschouwing was. Zelfs Jean-Luc Dehaene, de ondervoorzitter van de Europese Conventie, die de basistekst van het verdrag schreef, bekende begin deze maand in een opiniestuk in de Volkskrant dat het misschien niet zo wijs was om de nieuwe tekst 'grondwet' te noemen. Er zijn te veel verwachtingen gecreëerd. Een terugblik op het ontstaan van de 'mythe' van de grondwet is bijzonder leerrijk.

Januari 1999 Joschka Fischer, de Duitse minister van Buitenlandse Zaken, is de eerste die het toverwoord 'grondwet' bovenhaalde. In het Europees Parlement in Straatsburg liet hij de suggestie vallen tijdens een toespraak naar aanleiding van de start van het Duitse EU-voorzitterschap. Fischer dacht aan een basistekst met rechten voor de Europese burgers. Maar geen hond die naar hem luisterde. Het parlement was op dat moment met iets anders bezig: de affaire-Cresson, die tot de val van de toenmalige commissie-Santer zou leiden.

Juni 1999 De Europese top van Keulen sluit het Duitse voorzitterschap af. De staatshoofden en regeringsleiders beslissen dat er tegen eind 2000 een nieuw verdrag moet zijn om vertraging in de uitbreiding te voorkomen. In afwachting stelt een Conventie, met delegaties uit de parlementen, een charter met grondrechten op. Maar dat krijgt geen wettelijke basis, omdat de Britten dat niet willen.

18 oktober 1999 Met het oog op dat nieuwe verdrag lanceren drie door de commissie-Prodi aangestelde 'wijzen' (Jean-Luc Dehaene, de Duitse ex-president Richard Von Weizsäcker en de Britse industrieel David Simon) een opgemerkt voorstel. Het woord 'grondwet' komt er - bewust - niet in voor. Maar hun voorstel komt er wel op neer dat er een grondwet moet komen. Ze suggereren een nieuw 'basisverdrag' met alle fundamentele beginselen, rechten en institutionele regels, dat unaniem aanvaard moet worden. En daarnaast moeten er afzonderlijke 'tekst(en)' komen met de specifieke beleidsregels die ook in de verdragen stonden.

9 mei 2000

Joschka Fischer probeert het nog een keer. Hij lanceert in Berlijn tijdens een academische toespraak aan de Humbold-universiteit, het idee van een 'kern-Europa', met lidstaten die sneller willen gaan dan de andere. Hij spreekt daarbij opnieuw van een grondwet en verduidelijkt dat het nu vooral om een tekst moet gaan met een klare machtsverdeling (hij heeft het over 'bevoegdheidslijsten') tussen de Unie en de lidstaten. Fischer denkt vooral aan de Duitse deelstaten. Die verwijten de Duitse federale regering dat ze beslist over de overdrachten van bevoegdheden naar Europa die tot hun domein behoren, zonder dat zij Europese inspraak hebben.

29 juni 2000

Net voor het begin van zijn EU-voorzitterschap stelt de Franse president Jacques Chirac in het Duitse parlement twee etappes voor om de Europese verdragen te wijzigen. Eerst moet er een nieuw verdrag komen dat de dringendste problemen regelt voor de uitbreiding. Dat wordt in december 2000 het verdrag van Nice. Chirac voorziet daarnaast voor een latere etappe 'une constitution'.

Najaar 2001 Het idee van Chirac klonk Guy Verhofstadt als muziek in de oren. Vanwege de electorale agenda's in Frankrijk en Duitsland zat onze premier met een lege Europese agenda voor zijn EU-voorzitterschap in de tweede helft van 2001. Hij lanceerde daarom al in september 2000 het idee van een 'Verklaring van Laken', waarin de basisbeginselen zouden staan voor een nieuw Europees verdrag. Hij borduurde voort op het rapport van de Wijzen van oktober 1999, op Fischer en op Chirac.

Einde november 2001 Verhofstadt heeft een Document pour le tour des capitales klaar waarmee hij alle hoofdsteden rondtrekt. Er wordt in voorgesteld dat een Conventie een nieuw verdrag zal voorbereiden omdat 'Nice' een slecht verdrag is, waarin niet alles geregeld werd. Zijn bezoek aan de Britse premier Tony Blair is cruciaal. In Verhofstadts ontwerptekst is er vaag sprake van 'de weg naar een grondwet voor de Europese burgers'. Blair gaat akkoord als het daarbij blijft en als de belofte behouden blijft om de nationale parlementen rechtstreekse inspraak de geven in de Europese besluitvorming. Ook dat staat in de Verklaring van Laken.

26 februari 2002 In zijn openingstoespraak voor de Europese Conventie herneemt Valéry Giscard d'Estaing letterlijk de aarzelende passage uit de Verklaring van Laken. Hij zegt dat een consensus in de Conventie ,,de weg moet openen naar een Constitutie voor Europa''. Zo luidt de Nederlandse vertaling kuis, om het woord grondwet niet te moeten gebruiken. In dezelfde adem en ,,om semantische discussies te vermijden'' voegt Giscard er bovendien de afspraak aan toe om tijdens de conventie over ,,een constitutioneel verdrag voor Europa'' te spreken. Giscard wist dus al meer.

Mei 2003: het einde van de Conventie

Tijdens de debatten onder de afgevaardigden van parlementen, regeringen en de commissie wordt er in de Conventie gemakshalve over 'de grondwet' gesproken. Maar opmerkelijk is dat de meeste regeringen vanaf begin 2003 hun ministers van Buitenlandse Zaken in eigen persoon de Conventie laten bijwonen. Ze merken dat de bijeenkomst, met een groot overwicht van parlementaire vertegenwoordigers uit lidstaten en het Europees Parlement, een Europese vlucht vooruit maakt.

Zoals Giscard het wilde, draagt het einddocument van de Conventie de titel 'Verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa', met 'grondwet voor Europa' in koeien van letters. De rest in kleine letter. Het wordt dus toch een gewoon verdrag voor wie goed kijkt. Van de oorspronkelijke bedoeling om alleen van het eerste deel, met de basisregels, een 'grondwettelijk' verdrag te maken, blijft onder druk van vooral de Britten niets meer over.

Juni 2004 Op de top van Brussel, overschaduwd door een bikkelhard gevecht over de kandidatuur van Guy Verhofstadt als opvolger voor Romano Prodi als voorzitter van de Europese Commissie, keuren de staatshoofden en regeringsleiders na een eerste mislukte poging in december 2003, een op diverse punten afgezwakt 'Verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa' goed. De meeste EU-leiders blijven het hebben over 'een Europese grondwet', ook bij de plechtige ondertekening in Rome, einde oktober vorig jaar. Tot nu, tijdens de campagne.


28/05/2005 Bernard Bulcke

©Copyright De Standaard