PDA

Bekijk Volledige Versie : Oprecht gesprek met moslims is de weg



Marsipulami
04-06-05, 23:25
Oprecht gesprek met moslims is de weg


Geplaatst op 4/6 '05 om 18:28u
Door Theo Borgermans (Bron: Nederlands Dagblad)


UTRECHT (RKnieuws.net) - Godsdienst is weer een item in het publieke debat. De groei van de islam in ons land daagt ook christenen uit. Wat hebben we gemeen met de aanhangers van die vreemde godsdienst in ons midden? Missioloog Pieter Boersema zet een aantal modellen voor dialoog naast elkaar. Prof. dr. Pieter Boersema is hoogleraar godsdienstwetenschappen en missiologie aan de Evangelische Theologische Faculteit Leuven-Heverlee.


Na decennia afwezigheid in de algemene media, is ’godsdienst’ weer een onderwerp van het publieke debat. De aanleidingen kunnen verschillend zijn, maar de ondertoon is toch vaak dat we in West-Europa met een probleem zitten. De exotische verhalen over andere culturele en godsdienstige gebruiken beginnen te vervagen en angstgevoelens worden sterker.

Hoe moeten we als christen deze ontwikkelingen beoordelen? Zijn we bang voor het verlies van de verworven vrijheden en zien we met angst de toename van secularisatie en de opkomst van islamitisch fundamentalisme?

Naar mijn mening moeten we de huidige ontwikkelingen als kansrijk zien. Juist de secularisatie van de westerse samenleving, die geconfronteerd wordt met verschillende religies en ideologieën, verplicht tot het opnieuw aangaan van de dialoog. Er moet met elkaar gesproken worden op welke manier we samen met elkaar willen leven in hetzelfde land. Ontkenning van diepgaande verschillen of het afdoen alsof culturele eigenaardigheden op den duur wel zullen verdwijnen als de volgende generatie opgegroeid is, blijken niet juist te zijn: ’ze’ worden niet zoals ’wij’.

Leren van het verleden

Met elkaar opnieuw in gesprek gaan is de noodzakelijke weg, maar daarbij moeten we wel leren van het verleden. Elkaar alleen willen ontmoeten vanuit het standpunt dat wij gelijkhebben en de ander zich moet aanpassen (exclusivisme), is slechts voedsel voor wantrouwen en zichzelf afzijdig houden.

Daartegenover: het standpunt dat we allemaal toch voor dezelfde zaken staan, en dat de verschillen klein zijn en voortkomen uit elkaar verkeerd begrijpen (inclusivisme), getuigt eigenlijk van superioriteit van de sterkste partij.

Tot de conclusie komen dat we maar beter de waarheidsvraag niet ter sprake kunnen brengen en elkaar gewoon maar moeten tolereren (passief pluralisme), geeft een voedingsbodem voor onbegrip en onderliggende vijandschap: je verklaart de uitleg van gebeurtenissen toch altijd vanuit je eigen beleving.

Dialogisch pluralisme

Een mogelijkheid van dialoog waarbij over de verschillen van gedrag en identiteit gesproken kan worden, waarbij men staat voor het eigen standpunt, maar de ander probeert te begrijpen en in zijn en haar waarde laat (dialogisch pluralisme), wordt meer en meer genoemd als een nieuwe opening van samenleven in een pluriforme maatschappij.

Deze discussie heeft niet alleen een sociaal-politieke betekenis. Ook als christenen moeten we opnieuw nadenken, op welke manier we in dialoog moeten gaan met de vertegenwoordigers van andere religies of ideologieën.

Bij evangelisch-reformatorische christenen is er nogal eens een ’principiële ontwijking’ van de dialoog. We kunnen toch niet zomaar met iemand in dialoog gaan die niet de christelijke waarheid kent?

Dit lijkt echter veel op het hierboven genoemde standpunt van exclusivisme, waarbij er geen werkelijk contact is en de ander ook niet serieus wordt genomen; waarom zou hij dan wel jouw mening moeten accepteren?

Maar ook het inclusivisme heeft zijn tijd gehad. De gedachte dat we in de andere religies ook de christelijke waarheid kunnen ontdekken, zoals soms de ondertoon was bij oecumenische dialoog uit de jaren zeventig en tachtig, gaf niet werkelijk toegang tot gelovigen die hun religie serieus namen. Een gemiddelde moslim is niet zo gecharmeerd van de gedachte dat de islam eigenlijk zou bestaan uit geloofsstukken die ze met niet-moslims zouden delen.

Dialogisch pluralisme echter laat de verschillen bestaan en stimuleert de discussie over identiteitsverschillen om elkaar beter in diepere zin te begrijpen. Dit is toch ook de geloofshouding van de christen die graag wil dat de woorden van Jezus Christus goed begrepen worden door de gesprekspartner.

Paulus

Dat brengt ons tot de conclusie dat de huidige tijd veel mogelijkheden biedt voor een nieuwe dialoog. Het ’christelijk geloof’ is slechts een van de vele stromingen, bij veel mensen weinig bekend.

Bovendien zijn de negatieve reacties op het ’christendom’ voor een deel verminderd. Juist door de minder prominente plaats van de ’christelijke culturele traditie’ zijn er weer nieuwe mogelijkheden om te spreken over het evangelie van verzoening en verlossing. Het is niet meer vanuit een superieure christelijke traditie dat de niet-christen overtuigd moet worden van het gelijk van de christenen.

Misschien begint het nu meer te lijken op de vele verschillende situaties die Paulus en de andere apostelen ontmoet hebben en die beschreven zijn in de Bijbel.

Bij het model van dialogische pluriformiteit is het belangrijk dat de verschillende groepen weten wie ze zijn. Nu is identiteit geen statisch begrip, het is in verandering, omdat de omgeving verandert en we opnieuw moeten uitleggen wie we zijn. Wat een mogelijkheden biedt ons dit als christen de oude bijbelse waarheden weer te vertalen naar een veranderde samenleving. (tb)