Pytaghoras
18-07-05, 12:56
Evenals in Westerse landen groeit in de islamitische wereld de bezorgdheid over het moslimextremisme. De steun voor terroristenleider Osama bin Laden daalt in verscheidene islamitische landen, zo wijst een Amerikaans onderzoek uit.
Met name in islamitische landen die zelf doelwit zijn geworden van terreur, zoals Marokko, wordt moslimextremisme als grote bedreiging gezien, aldus het onderzoek van het Pew Research Center, een onafhankelijk onderzoeksbureau in Washington. In het kader van het onderzoek naar de opstelling jegens islamitisch extremisme zowel in de islamitische als in de niet-islamitische wereld werden afgelopen voorjaar 17.000 mensen in 17 landen, waaronder ook Nederland, ondervraagd. De cijfers werden vergeleken met eerdere dergelijke peilingen in 2002, 2003 en 2004.
In de meeste onderzochte islamitische landen is de steun voor (zelfmoord)terreur gedaald evenals die voor Bin Laden. In Marokko bijvoorbeeld daalde het vertrouwen (veel/ enigszins) in de voortvluchtige terroristenleider van 49 procent in 2003 tot 26 nu. Het percentage ondervraagden dat geen enkel vertrouwen in Bin Laden heeft steeg van 29 tot 40 procent.
In Pakistan en Jordanië echter steeg het vertrouwen in Bin Laden van respectievelijk 45 en 55 procent tot 51 en 60 procent. Opmerkelijk is dat in Pakistan de steun voor zelfmoordaanslagen tegelijk is afgenomen, van 41 procent in 2004 tot 25 procent nu. Jordanië is het enige onderzochte land waar een meerderheid van de bevolking (57 procent, tegen 43 procent in 2002) zelfmoordaanslagen in meerdere of mindere mate steunt. Dat heeft zonder twijfel te maken met zijn ligging tussen Israël en Irak in. Een aanzienlijk deel van de bevolking is Palestijns, en steunt de Palestijnse intifadah tegen Israël. Tegelijk bestaat er veel verzet tegen de Amerikaanse militaire interventie in Irak. In Jordanië vindt trouwens 87 procent moslimextremisme géén bedreiging.
Toch vindt ook in een land als Libanon nog 39 procent van de ondervraagden terroristisch geweld tegen burgers gerechtvaardigd, zij het dat dit percentage vergeleken met 2002 met 34 procentpunten is gedaald. Turkije blijft stabiel op 14 procent.
Pew onderzocht eveneens de houding in niet-islamitische landen ten opzichte van islamieten. Daaruit blijkt dat in Groot-Brittannië – vóór de door jonge moslimextremisten gepleegde aanslagen van 7 juli in Londen – Frankrijk, Canada, de Verenigde Staten en Rusland meerderheden zeggen een enigszins of zeer gunstige opinie te hebben over moslims. In het Westen peilde Pew alleen in Nederland en Duitsland een ongunstige opinie over moslims onder grote groepen van de bevolking (respectievelijk 51 en 47 procent, tegenover 45 en 40 procent met een gunstig oordeel). Ook in China stonden veel meer ondervraagden negatief (50 procent) dan positief (20 procent) tegenover moslims.
Vanzelfsprekend is in de islamitische wereld het oordeel over moslims positief. Daar werden zeer negatieve opinies over joden geregistreerd. Dat liep op van 60 procent ongunstig in Turkije tot 100 procent in Jordanië. In Libanon meldden alle ondervraagde moslims en 99 procent van de christenen een zeer ongunstig oordeel over joden te hebben.
Bron:
(c) NRC 2005 alle rechten voorbehouden
Met name in islamitische landen die zelf doelwit zijn geworden van terreur, zoals Marokko, wordt moslimextremisme als grote bedreiging gezien, aldus het onderzoek van het Pew Research Center, een onafhankelijk onderzoeksbureau in Washington. In het kader van het onderzoek naar de opstelling jegens islamitisch extremisme zowel in de islamitische als in de niet-islamitische wereld werden afgelopen voorjaar 17.000 mensen in 17 landen, waaronder ook Nederland, ondervraagd. De cijfers werden vergeleken met eerdere dergelijke peilingen in 2002, 2003 en 2004.
In de meeste onderzochte islamitische landen is de steun voor (zelfmoord)terreur gedaald evenals die voor Bin Laden. In Marokko bijvoorbeeld daalde het vertrouwen (veel/ enigszins) in de voortvluchtige terroristenleider van 49 procent in 2003 tot 26 nu. Het percentage ondervraagden dat geen enkel vertrouwen in Bin Laden heeft steeg van 29 tot 40 procent.
In Pakistan en Jordanië echter steeg het vertrouwen in Bin Laden van respectievelijk 45 en 55 procent tot 51 en 60 procent. Opmerkelijk is dat in Pakistan de steun voor zelfmoordaanslagen tegelijk is afgenomen, van 41 procent in 2004 tot 25 procent nu. Jordanië is het enige onderzochte land waar een meerderheid van de bevolking (57 procent, tegen 43 procent in 2002) zelfmoordaanslagen in meerdere of mindere mate steunt. Dat heeft zonder twijfel te maken met zijn ligging tussen Israël en Irak in. Een aanzienlijk deel van de bevolking is Palestijns, en steunt de Palestijnse intifadah tegen Israël. Tegelijk bestaat er veel verzet tegen de Amerikaanse militaire interventie in Irak. In Jordanië vindt trouwens 87 procent moslimextremisme géén bedreiging.
Toch vindt ook in een land als Libanon nog 39 procent van de ondervraagden terroristisch geweld tegen burgers gerechtvaardigd, zij het dat dit percentage vergeleken met 2002 met 34 procentpunten is gedaald. Turkije blijft stabiel op 14 procent.
Pew onderzocht eveneens de houding in niet-islamitische landen ten opzichte van islamieten. Daaruit blijkt dat in Groot-Brittannië – vóór de door jonge moslimextremisten gepleegde aanslagen van 7 juli in Londen – Frankrijk, Canada, de Verenigde Staten en Rusland meerderheden zeggen een enigszins of zeer gunstige opinie te hebben over moslims. In het Westen peilde Pew alleen in Nederland en Duitsland een ongunstige opinie over moslims onder grote groepen van de bevolking (respectievelijk 51 en 47 procent, tegenover 45 en 40 procent met een gunstig oordeel). Ook in China stonden veel meer ondervraagden negatief (50 procent) dan positief (20 procent) tegenover moslims.
Vanzelfsprekend is in de islamitische wereld het oordeel over moslims positief. Daar werden zeer negatieve opinies over joden geregistreerd. Dat liep op van 60 procent ongunstig in Turkije tot 100 procent in Jordanië. In Libanon meldden alle ondervraagde moslims en 99 procent van de christenen een zeer ongunstig oordeel over joden te hebben.
Bron:
(c) NRC 2005 alle rechten voorbehouden