Zwarte Schaap
01-09-05, 21:11
Ephimenco | Middelbaar
door Sylvain Ephimenco
Een nieuw schrijfseizoen dat van start gaat, een gordijn dat na een lange afwezigheid eindelijk opengaat, moet je altijd als een ernstig verschijnsel beschouwen. Een plechtig moment. Het publiek zit in de zaal, geïntrigeerd en ongeduldig, vol verwachting en benieuwd naar de terugkeer van de artiest.
Naar zijn misschien vernieuwde inzichten of alweer versterkte overtuigingen. Maar wat dan als het gordijn na openvouwen een onpeilbare leegte toont? De amuseur, de woordgoochelaar, is nog niet gearriveerd. Hij hangt nog voor een paar dagen in het Spaanse Baskenland. Ongeveer de slechtst denkbare positie voor iemand die pretendeert zijn lezers over de laatste binnenlandse ontwikkelingen te onderhouden. Onvergeeflijk. Ik kon het dus weer niet laten en vertrok vorige week naar San Sebastian. Daar waar 6000 mannen en vrouwen, meest van middelbare leeftijd, zich met adrenaline vol laten lopen, hopend op tijdelijke roem. Het is weer strijden, hijgen en vaak roemloos ten onder gaan op dit zestiende WK Atletiek voor Masters (veteranen). Noem het een soort verslaving. Een niet te stillen honger naar ritueel, rauwe strijd maar ook verbroedering, die vanaf de accreditatiehal voor atleten je uiteindelijk naar het imposante Anoeta Stadion voortduwt. En al die gerimpelde Peter Pans maar juichen in het zicht van het geringste stukje gekleurd metaal. Maar is dit wel erg serieus meneer de eeuwige adolescent? Na weken verblijf in Toscane en sinds dat ik mijn tentje in een Baskische camping heb neergezet, is de navelstreng met Nederland flinterdun geworden. De bron van mijn hartstocht en ergernissen is aan het opdrogen. En is er iets erger voor een columnist dan een proces van vervreemding met zijn thuisbasis? De deadline voor dit eerste stukje kwam op mij af en ik merkte snel dat ik helemaal niets meer wist van wat zich daar in het noorden afspeelt. Het enige dat ik in mijn reiskoffer vond was het nieuwe nummer van het blad Opzij dat ik tijdens mijn korte transit in Nederland snel had meegegrist. Maar ik ga toch niemand lastigvallen met het gebrom van een nieuwe feministische golf in de polders? Toch begon ik in het blad te neuzen en kon mijn ogen niet geloven: daar was hij weer, die Onzorgvuldige Professor die begin dit jaar een goed verkopend prul had gemaakt. Die slordige historicus, deskundig in prietpraat en analyticus van Goebbels-prullaria. Geert Mak die in een interview mij en mijn vermeende geestverwanten opnieuw probeerde te tackelen. Ik las zijn woorden en sprong een gat in de lucht: ’Hirsi Ali ging optrekken met rare middelbare mannen die half verliefd op haar waren?’ Het leek wel die oude clichétaal van Femke Halsema. En te midden van 6000 middelbare atleten sprong ik op een zeepkist en vertelde de menigte hoe in Nederland een gemankeerde historicus ongegeneerd zijn opponenten op hun leeftijd tracht te discrimineren. En wat heeft die man toch tegen de liefde, vroegen ze in koor? Waarom zoveel afgunst bij die linkse radicaal? Mijn hart bonkte van vreugde. De navelstreng was er nog! Ik voelde me bevestigd in mijn Nederlandse bestaan, hunkerde naar de terugreis richting het land van de Extreem Geerts.
Bron: Trouw 01/09/05
Ik reageer hierop met het volgende berichtje, en wat doen die fokkers van de Trouw, ze weigeren het te plaatsen.
door Sylvain Ephimenco
Een nieuw schrijfseizoen dat van start gaat, een gordijn dat na een lange afwezigheid eindelijk opengaat, moet je altijd als een ernstig verschijnsel beschouwen. Een plechtig moment. Het publiek zit in de zaal, geïntrigeerd en ongeduldig, vol verwachting en benieuwd naar de terugkeer van de artiest.
Naar zijn misschien vernieuwde inzichten of alweer versterkte overtuigingen. Maar wat dan als het gordijn na openvouwen een onpeilbare leegte toont? De amuseur, de woordgoochelaar, is nog niet gearriveerd. Hij hangt nog voor een paar dagen in het Spaanse Baskenland. Ongeveer de slechtst denkbare positie voor iemand die pretendeert zijn lezers over de laatste binnenlandse ontwikkelingen te onderhouden. Onvergeeflijk. Ik kon het dus weer niet laten en vertrok vorige week naar San Sebastian. Daar waar 6000 mannen en vrouwen, meest van middelbare leeftijd, zich met adrenaline vol laten lopen, hopend op tijdelijke roem. Het is weer strijden, hijgen en vaak roemloos ten onder gaan op dit zestiende WK Atletiek voor Masters (veteranen). Noem het een soort verslaving. Een niet te stillen honger naar ritueel, rauwe strijd maar ook verbroedering, die vanaf de accreditatiehal voor atleten je uiteindelijk naar het imposante Anoeta Stadion voortduwt. En al die gerimpelde Peter Pans maar juichen in het zicht van het geringste stukje gekleurd metaal. Maar is dit wel erg serieus meneer de eeuwige adolescent? Na weken verblijf in Toscane en sinds dat ik mijn tentje in een Baskische camping heb neergezet, is de navelstreng met Nederland flinterdun geworden. De bron van mijn hartstocht en ergernissen is aan het opdrogen. En is er iets erger voor een columnist dan een proces van vervreemding met zijn thuisbasis? De deadline voor dit eerste stukje kwam op mij af en ik merkte snel dat ik helemaal niets meer wist van wat zich daar in het noorden afspeelt. Het enige dat ik in mijn reiskoffer vond was het nieuwe nummer van het blad Opzij dat ik tijdens mijn korte transit in Nederland snel had meegegrist. Maar ik ga toch niemand lastigvallen met het gebrom van een nieuwe feministische golf in de polders? Toch begon ik in het blad te neuzen en kon mijn ogen niet geloven: daar was hij weer, die Onzorgvuldige Professor die begin dit jaar een goed verkopend prul had gemaakt. Die slordige historicus, deskundig in prietpraat en analyticus van Goebbels-prullaria. Geert Mak die in een interview mij en mijn vermeende geestverwanten opnieuw probeerde te tackelen. Ik las zijn woorden en sprong een gat in de lucht: ’Hirsi Ali ging optrekken met rare middelbare mannen die half verliefd op haar waren?’ Het leek wel die oude clichétaal van Femke Halsema. En te midden van 6000 middelbare atleten sprong ik op een zeepkist en vertelde de menigte hoe in Nederland een gemankeerde historicus ongegeneerd zijn opponenten op hun leeftijd tracht te discrimineren. En wat heeft die man toch tegen de liefde, vroegen ze in koor? Waarom zoveel afgunst bij die linkse radicaal? Mijn hart bonkte van vreugde. De navelstreng was er nog! Ik voelde me bevestigd in mijn Nederlandse bestaan, hunkerde naar de terugreis richting het land van de Extreem Geerts.
Bron: Trouw 01/09/05
Ik reageer hierop met het volgende berichtje, en wat doen die fokkers van de Trouw, ze weigeren het te plaatsen.