TonH
16-12-05, 00:14
http://img14.imageshack.us/img14/7335/nrc20051215020280058aa.jpg
Politieke doodzonde is niet bestraft
Door een onzer redacteuren
‘Zo verzwakt het parlement zelf het eigen stelsel’
Een minister mag fouten maken, maar hij moet altijd de Tweede Kamer juist voorlichten. Tot dusverre gold schending daarvan als een politieke doodzonde.
ROTTERDAM, 15 DEC. Onder verantwoordelijkheid van de minister voor vreemdelingenzaken ,,is in de uitvoering anders gehandeld dan conform het beleid is toegestaan”, erkende minister Verdonk gisteren.
Dit betekende, voegde zij hieraan toe, dat zij als minister het parlement ,,onvolledig en feitelijk onjuist [had) geïnformeerd”.
Met deze uitspraak gaf de minister twee fouten toe. De eerste fout (‘onvolledig’) komt vaker voor. De tweede fout (‘feitelijk onjuist’) geldt van oudsher als een politieke doodzonde.
De beginopmerking van de minister, over het anders uitvoeren van beleid dan toegestaan, houdt in dat zij gezondigd heeft tegen het leerstuk van de ministeriële verantwoordelijkheid. Deze verantwoordelijkheid bestaat sinds Thorbecke in 1848.
,,Iemand moet verantwoordelijk zijn — en een ambtenaar is dat niet.
Dus is de minister het”, zegt Bert van den Braak, redacteur van parlement.com. Maar de ministeriële verantwoordelijkheid is een ingewikkeld leerstuk. ,,De vraag is altijd of een minister kon weten wat onder zijn verantwoordelijkheid gebeurde en zo ja, of hij het had kunnen voorkomen”, aldus Van den Braak.
Deze vraag speelt bijvoorbeeld wanneer minister Donner (Justitie) zich in de Tweede Kamer moet verantwoorden voor een ontsnapte TBS’er. Van den Braak: ,,Als je de Grondwetsherziening van regel van de ministeriële verantwoordelijkheid strikt toepast, zou je bij wijze van spreken elke drie maanden een nieuwe minister van justitie nodig hebben.”
Om de ingewikkeldheid van de ministeriële verantwoordelijkheid (die nog is toegenomen door de verzelfstandiging van honderden bestuursorganen) te beperken, hebben parlement en regering er vijf jaar geleden een afspraak over gemaakt.
De afspraak houdt in dat ,,de ministeriële verantwoordelijkheid geldt voor de formulering en uitvoering van overheidsbeleid”. Met haar eerste opmerking refereerde minister Verdonk aan deze afspraak.
Dat ook de opmerking over het onjuist informeren van het parlement onbestraft bleef, is echter ,,zeer uitzonderlijk in de parlementaire geschiedenis”, zegt voormalig hoogleraar staatsrecht Jan Vis, oud-lid van
Eerste Kamer en Raad van State. ,,Het onjuist informeren van het parlement is een doodzonde. En die doodzonde is nu niet bestraft.”
Waarom is het juist informeren van het parlement zo belangrijk?
Vis: ,,Het is de essentie van het parlementaire stelsel. Het uitgangspunt is: de minister informeert het parlement correct. Als hij dat niet doet, kan het parlement hem niet controleren.”
Deze regel ,,werkt alleen” als het parlement de minister bij gebleken leugenachtigheid ,,weg kan sturen”.
Waarom is dat gisteren dan niet gebeurd? Jan Vis: ,,De redenering was waarschijnlijk: dan zou je een kabinetscrisis krijgen, met vervroegde verkiezingen tot gevolg.
En dat wilde niemand. Bovendien ging het om een populaire minister en een onderwerp, asielzoekers, waar weinig mensen zich druk om maken.”
Maar deze ,,op zich begrijpelijke redenering” leidt er wel toe dat ,,het parlement nu weigert rechter in eigen zaak te zijn”.
Vis: ,,Vorige week zei minister Verdonk: ik heb u juist geïnformeerd.
Deze week zegt ze: ik heb u onjuist geïnformeerd. Dat kan tegenwoordig dus. Zo verzwakt het parlement zélf het parlementaire stelsel”
NRC Handelsblad
Politieke doodzonde is niet bestraft
Door een onzer redacteuren
‘Zo verzwakt het parlement zelf het eigen stelsel’
Een minister mag fouten maken, maar hij moet altijd de Tweede Kamer juist voorlichten. Tot dusverre gold schending daarvan als een politieke doodzonde.
ROTTERDAM, 15 DEC. Onder verantwoordelijkheid van de minister voor vreemdelingenzaken ,,is in de uitvoering anders gehandeld dan conform het beleid is toegestaan”, erkende minister Verdonk gisteren.
Dit betekende, voegde zij hieraan toe, dat zij als minister het parlement ,,onvolledig en feitelijk onjuist [had) geïnformeerd”.
Met deze uitspraak gaf de minister twee fouten toe. De eerste fout (‘onvolledig’) komt vaker voor. De tweede fout (‘feitelijk onjuist’) geldt van oudsher als een politieke doodzonde.
De beginopmerking van de minister, over het anders uitvoeren van beleid dan toegestaan, houdt in dat zij gezondigd heeft tegen het leerstuk van de ministeriële verantwoordelijkheid. Deze verantwoordelijkheid bestaat sinds Thorbecke in 1848.
,,Iemand moet verantwoordelijk zijn — en een ambtenaar is dat niet.
Dus is de minister het”, zegt Bert van den Braak, redacteur van parlement.com. Maar de ministeriële verantwoordelijkheid is een ingewikkeld leerstuk. ,,De vraag is altijd of een minister kon weten wat onder zijn verantwoordelijkheid gebeurde en zo ja, of hij het had kunnen voorkomen”, aldus Van den Braak.
Deze vraag speelt bijvoorbeeld wanneer minister Donner (Justitie) zich in de Tweede Kamer moet verantwoorden voor een ontsnapte TBS’er. Van den Braak: ,,Als je de Grondwetsherziening van regel van de ministeriële verantwoordelijkheid strikt toepast, zou je bij wijze van spreken elke drie maanden een nieuwe minister van justitie nodig hebben.”
Om de ingewikkeldheid van de ministeriële verantwoordelijkheid (die nog is toegenomen door de verzelfstandiging van honderden bestuursorganen) te beperken, hebben parlement en regering er vijf jaar geleden een afspraak over gemaakt.
De afspraak houdt in dat ,,de ministeriële verantwoordelijkheid geldt voor de formulering en uitvoering van overheidsbeleid”. Met haar eerste opmerking refereerde minister Verdonk aan deze afspraak.
Dat ook de opmerking over het onjuist informeren van het parlement onbestraft bleef, is echter ,,zeer uitzonderlijk in de parlementaire geschiedenis”, zegt voormalig hoogleraar staatsrecht Jan Vis, oud-lid van
Eerste Kamer en Raad van State. ,,Het onjuist informeren van het parlement is een doodzonde. En die doodzonde is nu niet bestraft.”
Waarom is het juist informeren van het parlement zo belangrijk?
Vis: ,,Het is de essentie van het parlementaire stelsel. Het uitgangspunt is: de minister informeert het parlement correct. Als hij dat niet doet, kan het parlement hem niet controleren.”
Deze regel ,,werkt alleen” als het parlement de minister bij gebleken leugenachtigheid ,,weg kan sturen”.
Waarom is dat gisteren dan niet gebeurd? Jan Vis: ,,De redenering was waarschijnlijk: dan zou je een kabinetscrisis krijgen, met vervroegde verkiezingen tot gevolg.
En dat wilde niemand. Bovendien ging het om een populaire minister en een onderwerp, asielzoekers, waar weinig mensen zich druk om maken.”
Maar deze ,,op zich begrijpelijke redenering” leidt er wel toe dat ,,het parlement nu weigert rechter in eigen zaak te zijn”.
Vis: ,,Vorige week zei minister Verdonk: ik heb u juist geïnformeerd.
Deze week zegt ze: ik heb u onjuist geïnformeerd. Dat kan tegenwoordig dus. Zo verzwakt het parlement zélf het parlementaire stelsel”
NRC Handelsblad