Divine_70
27-02-06, 18:55
Justitieminister Donner.In Nederland is vandaag een landelijke antiterreurcampagne gelanceerd. Zij moet burgers vooral meer vertrouwen geven in de maatregelen die de overheid neemt tegen terrorisme. Tegelijk moet het de weerbaarheid van mensen versterken door hen erop te wijzen wat ze zelf kunnen doen en hoe ze alert kunnen zijn. Alles is erop gericht de kans op een aanslag te verkleinen.
De ministers Jan Piet Hein Donner (Justitie) en Johan Remkes (Binnenlandse Zaken), alsmede de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) T. Joustra, gaven in Den Haag het startsein voor de publiekscampagne "Nederland tegen terrorisme". Ook de politie, burgemeesters van de vier grote steden en topmensen van Schiphol en de NS waren aanwezig, omdat zij meewerken aan de campagne.
Spotjes op radio en tv
De campagne ontrolt zich de komende maanden met spotjes op radio en televisie, een huis-aan-huisfolder en een speciale website. De looptijd is drie jaar en bestaat uit verschillende fases. Later dit jaar wordt gekeken naar wensen van het publiek en bekeken of en hoe de campagne eventueel wordt bijgestuurd.
De bevolking krijgt het advies vooral op te letten op plaatsen waar veel mensen bij elkaar zijn, eigendommen goed in de gaten te houden, haatzaaiende websites door te geven en verdachte situaties aan de politie te melden. Daarbij geldt: liever een keer voor niks gebeld, dan een keer te laat.
Prijskaartje: 4,8 miljoen
De campagne, die dit jaar 4,8 miljoen euro zal kosten, laat zien dat in Nederland dagelijks ruim 200.000 professionals samenwerken om de kans op een aanslag te beperken. Het gaat onder anderen om medewerkers van de marechaussee, justitie, politie, de spoorwegen en de inlichtingendiensten.
De NS verwacht door de campagne en extra waakzaamheid geen stijging van het aantal verdachte meldingen in treinen en mogelijke vertragingen. De 8000 conducteurs, machinisten en andere medewerkers hebben trainingen gekregen of krijgen die nog over hoe ze moeten omgaan met meldingen. Daarbij moeten ze gewone van ongewone situaties kunnen scheiden, omdat dagelijks per ongeluk tassen worden achtergelaten. Tot nu toe zijn de meldingen altijd loos alarm geweest, aldus F. Reitsma, directeur concernveiligheid van de NS.
Geen reactie op specifieke dreiging
De campagne is geen reactie op een specifieke dreiging, maar een antwoord op de toegenomen vraag naar informatie over terrorisme. In 2004 gaf 34 procent van de Nederlanders aan er meer over te willen weten. Het kabinet vond een campagne toen nog niet nodig. Augustus vorig jaar bleek echter dat inmiddels 41 procent behoefte heeft aan dergelijke informatie, waarna het kabinet alsnog besloot een campagne te gaan ontwikkelen.
Op een aparte website (www.nederlandtegenterrorisme.nl) kunnen mensen terecht voor meer informatie. Nederland kent al lange tijd een 'substantieel' dreigingsniveau. Dat betekent dat de kans alleszins reëel is dat zich aldaar een terroristische aanslag zal voordoen.
27/02/06 17u37
De ministers Jan Piet Hein Donner (Justitie) en Johan Remkes (Binnenlandse Zaken), alsmede de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) T. Joustra, gaven in Den Haag het startsein voor de publiekscampagne "Nederland tegen terrorisme". Ook de politie, burgemeesters van de vier grote steden en topmensen van Schiphol en de NS waren aanwezig, omdat zij meewerken aan de campagne.
Spotjes op radio en tv
De campagne ontrolt zich de komende maanden met spotjes op radio en televisie, een huis-aan-huisfolder en een speciale website. De looptijd is drie jaar en bestaat uit verschillende fases. Later dit jaar wordt gekeken naar wensen van het publiek en bekeken of en hoe de campagne eventueel wordt bijgestuurd.
De bevolking krijgt het advies vooral op te letten op plaatsen waar veel mensen bij elkaar zijn, eigendommen goed in de gaten te houden, haatzaaiende websites door te geven en verdachte situaties aan de politie te melden. Daarbij geldt: liever een keer voor niks gebeld, dan een keer te laat.
Prijskaartje: 4,8 miljoen
De campagne, die dit jaar 4,8 miljoen euro zal kosten, laat zien dat in Nederland dagelijks ruim 200.000 professionals samenwerken om de kans op een aanslag te beperken. Het gaat onder anderen om medewerkers van de marechaussee, justitie, politie, de spoorwegen en de inlichtingendiensten.
De NS verwacht door de campagne en extra waakzaamheid geen stijging van het aantal verdachte meldingen in treinen en mogelijke vertragingen. De 8000 conducteurs, machinisten en andere medewerkers hebben trainingen gekregen of krijgen die nog over hoe ze moeten omgaan met meldingen. Daarbij moeten ze gewone van ongewone situaties kunnen scheiden, omdat dagelijks per ongeluk tassen worden achtergelaten. Tot nu toe zijn de meldingen altijd loos alarm geweest, aldus F. Reitsma, directeur concernveiligheid van de NS.
Geen reactie op specifieke dreiging
De campagne is geen reactie op een specifieke dreiging, maar een antwoord op de toegenomen vraag naar informatie over terrorisme. In 2004 gaf 34 procent van de Nederlanders aan er meer over te willen weten. Het kabinet vond een campagne toen nog niet nodig. Augustus vorig jaar bleek echter dat inmiddels 41 procent behoefte heeft aan dergelijke informatie, waarna het kabinet alsnog besloot een campagne te gaan ontwikkelen.
Op een aparte website (www.nederlandtegenterrorisme.nl) kunnen mensen terecht voor meer informatie. Nederland kent al lange tijd een 'substantieel' dreigingsniveau. Dat betekent dat de kans alleszins reëel is dat zich aldaar een terroristische aanslag zal voordoen.
27/02/06 17u37