PDA

Bekijk Volledige Versie : Fukuyama: ‘Stop met iedereen achter tralies te zetten, ontsla Donald Rumsfeld. Houd j



Juliette
19-03-06, 13:40
‘Stop met iedereen achter tralies te zetten, ontsla Donald Rumsfeld. Houd je aan de conventies van Genève, sluit de poort van Guantánamo en begin met een schone lei’

Francis Fukuyama heeft zich sinds de Amerikaanse invasie in Irak ontpopt als een van de meest vernietigende critici van de regering-Bush. Zijn nieuwste boek America at the Crossroads leest als een aanklacht tegen Amerika’s huidige buitenlandse beleid en het falende optreden in Irak. Bovenal krijgt het neoconservatieve gedachtegoed de wind van voren, een beweging waar Fukuyama zich voorheen mee had geïdentificeerd.

Het is een ongekend warme dag voor maart in Washington.

Francis Fukuyama (°1952) heeft zijn overhemd en sobere das losgeknoopt. Hij blijkt de afgelopen week voornamelijk ziek in vliegtuigen te hebben doorgebracht.

De telefoon onderbreekt onze introductie, London calling. Na Amerika beseft de rest van de wereld dat er een nieuw boek zit aan te komen.

Fukuyama praat rustig en is de vriendelijkheid zelve. Zijn kantoor in de Johns Hopkins Universiteit weerspiegelt zijn pretentieloze voorkomen. De muur achter zijn rug is één grote uitpuilende boekenkast, waardoor boeken gestapeld een plek zoeken op de grond. Het kost me moeite zijn wereldberoemde boek The End of History and the Last Men(1992) te ontdekken.

Daarin verkondigt de hoogleraar politicologie zijn geloof in de westerse liberale democratie als de universele en ultieme vorm van regeren. En hoewel hij blijft geloven in het verspreiden van vrijheid en democratie trekt Fukuyama in zijn nieuwste boek America at the Crossroads een grens daar waar het militaristische trekjes krijgt.

Hij hamert erop dat Amerika niet kan besluiten waar en wanneer democratieën tot stand komen.

Markant, aangezien dit dezelfde man is die in 1997 samen met Donald Rumsfeld, Dick Cheney en Paul Wolfowitz een brief ondertekende gericht aan president Clinton waarin werd aangedrongen op het verwijderen van Saddam Hoessein.

Fukuyama beseft dat neoconservatisme tegenwoordig in één adem genoemd wordt met de buitenlandse ambities van president Bush. Elke poging om het terug te claimen lijkt hopeloos. In zijn boek komt hij daarom tot conclusie dat hij “neoconservatisme als politiek gedachtegoed niet meer kan ondersteunen”. Fukuyama roept op tot een dramatische demilitarisatie van Amerika’s buitenlandse beleid. Moedeloos van de retoriek over een vierde wereldoorlog hoopt hij het probleem van terrorisme tot de juiste proporties terug te brengen.

De telefoon belandt op de haak en Fukuyama schuift naar het puntje van zijn stoel. “Waar waren we gebleven?”

U schrijft dat de meeste Amerikanen ‘de neoconservatieven verantwoordelijk houden voor de oorlog in Irak’. Zijn zij het land onderhand een excuus verschuldigd?

“(zucht)Ik vermoed dat zij het daar nog te vroeg voor vinden. De kans is klein, maar de situatie in Irak kan nog altijd ten goede keren. Het oordeel kan over een aantal jaren wel eens minder hard zijn. Ik heb dit boek geschreven omdat ik het belangrijk acht op een rijtje te krijgen wat er fout ging. De meeste voorstanders van deze oorlog zijn nog niet zo ver en in denk eerlijk gezegd niet dat ze zich ooit zullen verontschuldigen.”

U kunt zich niet meer vinden in het neoconservatisme van vandaag. Wat gaf de doorslag?

“(lacht)Tegenwoordig wordt neoconservatisme neergezet als een soort fascistische doctrine. De neoconservatieven die zich lieten meeslepen door de ambities van president Bush hadden altijd hun twijfels geuit over de ‘maakbare samenleving’, waarbij goede bedoelingen maar al te vaak strandden in slechte oplossingen. De aanzet tot een democratische transformatie van het Midden-Oosten was in mijn ogen niets meer dan een grensoverschrijdende versie van de ‘maakbare samenleving’.

Ik was verbaasd dat de neoconservatieven opeens zulke ambitieuze plannen ondersteunden.

Vooral omdat zij altijd voor dergelijke ambities gewaarschuwd hadden.”

Hoe overwonnen de voorstanders van de oorlog in Irak die twijfels?

“Dat is werkelijk een groot raadsel. Ik vermoed dat het met het einde van de Koude Oorlog te maken had. Niemand verwachtte dat het communisme zo snel ineen zo storten. Iedereen dacht dat de harde kern de hakken in het zand zou zetten.

Dat gebeurde niet. Het communistische rijk in Oost-Europa viel in acht maanden uiteen. Net als Bush raakten velen ervan overtuigd dat democratie een soort standaard was waar landen op terugvallen zodra ze van een dictator bevrijd worden.”

Er schiet hem nog iets te binnen wat in zijn boek ontbreekt. “De Irakezen in de Verenigde Staten speelden een grote rol. En dan bedoel ik niet alleen Ahmed Chalabi. Net als Paul Wolfowitz bezocht ik regelmatig een grote groep Irakezen die rond Detroit woonden. Zij hadden allemaal dezelfde boodschap: Irak is het meest vooruitstrevende land in het Midden-Oosten, het heeft een grote middenklasse en een hoogopgeleide bevolking.

Als er één Arabisch land klaar was voor democratie dan was het Irak wel. Het probleem was dat die groep Irak 25 jaar geleden achter zich gelaten had. We zien nu met eigen ogen dat stamverbanden en religie weer helemaal terug zijn. Irak is eigenlijk teruggegleden in de tijd, maar die groep Irakezen had daar niets mee van gekregen.”

Hoe groot was de neoconservatieve rol in de aanloop naar de invasie werkelijk?

“De twee hoofdrolspelers die binnen de regering op de oorlog aanstuurden, waren vicepresident Dick Cheney, die niet bekendstaat als neoconservatief, en minister van Defensie Donald Rumsfeld.

Zodra hun autobiografieën verschijnen zullen we een beter idee krijgen van waar zij hun ideeën vandaan haalden. Paul Wolfowitz was de enige binnen de regering die neoconservatieve druk kon uitoefenen en hij kon erg overtuigend overkomen. Maar deze oorlog aan de neoconservatieven toeschrijven is gewoon onjuist. In de nadagen van 11 september speelden veel factoren een rol en waren veel personen bereid de invasie te steunen.”

Toen er geen massavernietigingswapens in Irak gevonden werden en de link tussen Saddam Hoessein en Al Qaida niet bleek te bestaan begon Bush de oorlog in idealistische ‘neoconservatieve’ termen te verantwoorden.

Kaapte Bush de neoconservatieve agenda en gaf hij het neoconservatisme de slechte naam die het momenteel heeft?

“Ik denk dat dat juist is. Kijk, als Bush in de aanloop had geroepen dat hij een land met 24 miljoen onderdrukte Irakezen wilde democratiseren, en dat het 400 miljard dollar en vele duizenden doden aan beide kanten zou kosten dan had niemand hem gesteund. Deze regering wenste gewoon geen enorme aantallen oliedollars op de bankrekening te zien van een radicaal regime dat zijn zinnen gezet had op massavernietigingswapens, terrorisme ondersteunde en zijn buurlanden bedreigde. Uit veiligheidsoverwegingen een oprecht en strategisch motief voor een oorlog. De idealistische agenda speelde op de achtergrond. In zijn toespraken van voor de oorlog bracht Bush het veelal pas als derde punt ter sprake.”

President Bush spreekt nog vaak over een wereld op weg naar vrijheid en democratie. Een knipoog naar uw fameuze boek The End of History.

Heeft Bush dat boek goed begrepen?

“Iedereen begrijpt dat boek verkeerd. The End of Historygaat over modernisering. Ik geloof in onderliggende sociaaleconomische vooruitgang als gevolg van economische ontwikkeling. Op termijn leidt dat tot toenemende politieke participatie vanwege het ontstaan van een rijker wordende middenklasse die politieke eisen stelt. Dat is een langzaam proces, waar uiteindelijk democratie uit kan opbloeien. Er is echter niets deterministisch aan, er zijn geen natuurwetten die een democratische uitkomst forceren. En nogmaals, de tijdshorizon is lang. (kijkt ongelovig) “Bush lijkt overtuigd dat je dat proces kunt versnellen door bijvoorbeeld een dictator te verwijderen.”

Had president Bush het Amerikaanse volk op een andere manier kunnen overtuigen van de noodzaak van deze oorlog?

“Ik ben er nog altijd van overtuigd dat het Amerikaanse volk Bush had gesteund als hij gezegd zou hebben: we trekken ten oorlog, ik heb honderdduizenden militairen nodig, het zal vijf tot tien jaar in beslag nemen, maar het is belangrijk en noodzakelijk vanwege de volgende redenen.

Amerikanen eisen geen onmiddellijke oplossingen en zijn bereid slachtoffers te accepteren als je hen de noodzaak van de zaak uitlegt.”

Enig idee waarom Bush besloot dat niet te doen?

“Allereerst omdat niemand in deze regering dacht dat het een lastige operatie zou worden.

Wie herinnert zich niet die fameuze uitspraak van Wolfowitz dat deze oorlog zichzelf zou financieren uit Iraakse olie-inkomsten. Ze gingen er allemaal van uit dat ze Irak in 2003 weer zouden verlaten. Uit politieke overwegingen besloten ze het niet te ingewikkelder te maken door het volk op eventuele kosten te wijzen. Daar komt bij dat Donald Rumsfeld een eigen agenda had. Hij was erop gebrand te bewijzen dat een hoogtechnologisch leger dergelijke operaties met een minimum aantal troepen kon uitvoeren.”

In die dagen liet u zich al kritisch uit over Bush en drong aan op het aftreden van Rumsfeld. U moet niet erg populair geweest zijn in die nationalistische dagen?

“Ik raakte ervan overtuigd dat dit een politieke oorlog was. Irak binnenvallen zou niet echt helpen en kon zelfs tot veel pijn leiden. Het was doodgewoon een slecht idee. Veel van mijn vrienden waren het niet met me eens, maar er waren genoeg andere personen die hun bedenkingen uitspraken. (lachend) Sinds dit boek uit is hebben meer mensen het op me gemunt dan in die dagen.”

Loopt het mis in Irak omdat de regering in Washington er een potje van maakt, of had niemand hier met de beste wil van de wereld een succes van kunnen maken?

“Ik vermoed dat zelfs als we geen fouten gemaakt hadden we nog altijd in de problemen zouden zitten.

Dat gezegd zijnde: we hebben veel fouten gemaakt.

In het eerste jaar zijn veel verkeerde beslissingen genomen. Er waren niet genoeg militairen, de avondklok werd niet gehandhaafd, plunderingen werden toegestaan, het leger werd ontmanteld, en er ontbrak een plan voor de nasleep van de oorlog.

Hadden we dat allemaal beter ingeschat dan zaten we nu in een rooskleuriger positie.”

Welke opties staan er nog open voor Irak?

“Om te beginnen moet je de oorlog winnen. Op dit moment zijn er niet echt alternatieven voor de aanpak die Bush gekozen heeft. Je vecht en probeert de verliezen aan eigen kant te beperken in de hoop dat het politieke proces doordraait en er in de nabije toekomst een regering staat die zichzelf overeind kan houden.”

Het Iraakse leger wordt nu professioneel getraind maar staat onder leiding van een regering die nauwelijks in staat lijkt het volk te motiveren, te betalen of te inspireren. Bereiden we de volgende militaire coup in het Midden-Oosten voor?

“Dat denk ik niet. Voor een coup heb je een legereenheid nodig met een sterke samenhang. Zo’n eenheid bestaat momenteel niet. Kijk, ik riep altijd dat Irak blij mocht zijn als het zou uitmondden in een soort Latijns-Amerikaanse militaire dictatuur.”

Hadden we die niet al met Saddam Hoessein?

“Klopt, maar we zitten nu met een vacuüm.”

In America at the Crossroadsvraagt u aandacht voor nation building. U beschuldigt Amerika op dat terrein van een Attention Deficit Disorder.

“Het is duidelijk dat er de laatste twintig jaren grote problemen waren in de derde wereld. Het Amerikaanse publiek werd pas wakker na de aanslagen van 11 september en ziet het nu voornamelijk als een terrorismeprobleem.

Maar er is een grote verscheidenheid aan redenen – vluchtelingen, ziektes, armoede – waardoor lokale overheden falen en internationale problemen ontstaan. Er is behoefte aan een nieuwe gereedschapskist om dergelijke brandhaarden aan te pakken.”

Tegelijkertijd geeft u aan dat eigenlijk niemand weet hoe je ‘nation building’ aanpakt.

“Juist daarom moet het bovenaan iedere agenda staan. Er lopen nu veel conservatieven in Amerika rond die zeggen dat ‘nation building’ moeilijk is en dat we het daarom maar niet moeten doen. Ik denk niet dat we ons zo’n houding kunnen veroorloven.

Bijna iedereen is er onderhand van overtuigd dat falende overheden en overheidsinstellingen de oorzaak zijn van veel onderliggende problemen.”

Niet echt iets nieuws zou je zeggen?

“Toch wel. Het is een onderwerp dat met enige regelmaat bovendrijft maar nooit echt opgepakt wordt.

Binnen de ontwikkelingswereld wordt het centrale belang van overheidsinstellingen pas de laatste vijftien tot twintig jaar erkend. Een bijkomend probleem is dat overheidsinstellingen maar al te vaak ondermijnd worden door ontwikkelingshulp. Een groot percentage van die hulp passeert de lokale overheid geheel.”

Bush wenst deze uithoeken van de wereld tevens te democratiseren. Wat zijn daar de voorwaarden voor succes?

“Ik wil eerst duidelijk maken dat hij Irak niet op weg hielp naar democratie. Hij dwong het af door het regime te verwijderen. De kans op succes is dan veelal beperkt. Mijn argument is dat de Verenigde Staten langs politieke wegen in een aantal landen succesvol hebben ingegrepen: de Filippijnen, Hongarije, Polen, Chili, Taiwan, Zuid-Korea. Zo’n aanpak werkt niet bij een totalitair bewind. De democratische deur gaat pas op een kier bij semiautoritaire regimes, waar de leider zich geroepen voelt om verkiezingen uit te roepen in de hoop met de uitslag te sjoemelen. In zo’n geval kan de internationale gemeenschap druk uitoefenen door burgers te steunen, verkiezingen te controleren, de media een stem te geven, en zo de ware natuur van het regime bloot te leggen.”

Dat geeft weinig hoop op succes in Afghanistan en Irak?

“Beide landen hebben een uitermate zwakke gezondheid maar zijn niet totalitair. Afghanistan is in betere staat dan Irak. Onder de Afghanen lijkt niemand opnieuw te verlangen naar een burgeroorlog.

In Irak worden religie en sektarisch geweld steeds meer het probleem. Er is gewoon geen eenvoudig recept. Hoe garanderen we Irakezen en Afghanen onze steun voor de lange termijn zonder ze met het gevoel van een permanente bezetting op te zadelen? Soms is het beter om niet te nadrukkelijk aanwezig te zijn. Het dwingt de lokale overheden tot initiatieven die wij anders geneigd zijn gauw zelf te nemen. Hoe eerder je de lokale bevolking erbij betrekt, hoe beter.”

Nederland stuurt juist een groot aantal militairen richting Afghanistan.

“Laten we duidelijk zijn. De NAVO-aanwezigheid in Afghanistan is niet ‘te’ groot. Het is veeleer nauwelijks genoeg. De Verenigde Staten kunnen de hulp daar goed gebruiken. Veel hangt af van hoe de troepen ingezet zullen worden. De NAVO moet er niet op uit zijn de Taliban te verslaan. Zij moet de Afghanen in staat stellen dat zelf te doen.”

In uw boek probeert u tevens de angst voor terrorisme tot de juiste proporties terug te brengen. President Bush blijft erop hameren dat de wereld er sinds 11 september anders uitziet. U zet daar vraagtekens bij.

“De aanslagen op 11 september verhoogden de angst voor terroristen die voor niets zouden terugdeinzen en nucleaire wapens probeerden te bemachtigen voor nihilistische doelen. We moeten ons daar zeker zorgen over maken, maar nu het onze volledige aandacht heeft, lijkt het beheersbaar. In de aanloop naar de oorlog werd opzettelijk geprobeerd die angst aan Irak te verbinden. Ik heb nooit gedacht dat Saddam Hoessein een atoombom aan een terroristische organisatie zou geven. Dat angstbeeld werd gebruikt om de oorlog te rechtvaardigen. Dat heeft weer geleid tot het rechtvaardigen van gevangenissen van een bedenkelijk allooi, martelingen, afluisterpraktijken en allerlei andere praktijken die doodgewoon fout zijn.”

Voor veel Amerikanen lijkt het nog altijd onduidelijk wie hun vriend of vijand is.

Geven zij de president daarom zoveel ruimte?

“(windt zich op) Bush werd niet voor niets bekritiseerd voor die misgelopen overname van zes Amerikaanse havens door Dubai Ports World uit de Verenigde Arabische Emiraten. Hij riep dat het gematigde Arabieren betrof, die aan onze kant stonden.

Maar als president was hij medeverantwoordelijk voor de gecreëerde angst voor alles en iedereen uit die regio. Vanaf het begin had Bush duidelijk moeten maken dat het een relatief kleine groep radicalen betrof en dat het niets met het islamitische geloof te maken had. Het was zijn verantwoordelijkheid om die fanaten te scheiden van de islamitische massa.

Zelfs tijdens zijn herverkiezingscampagne, nadat openlijk was toegegeven dat er geen verband bestond tussen Saddam Hoessein en de vliegtuigkapers, verscheen Bush voor beelden van het World Trade Center, praatte hij over Irak,en hield hij iedereen voor dat het allemaal met de oorlog tegen terrorisme te maken had.”

U adviseert om toekomstige terroristische bedreigingen grondiger te analyseren en pleit voor terughoudendheid als het om militaire antwoorden gaat.

“Kijk, het is vrij duidelijk dat zowel Iran als Noord-Korea atoomwapens proberen te ontwikkelen. Onaanvaardbaar roept iedereen. Maar misschien kunnen we niet anders dan het op termijn accepteren. En zo goed als ik kan inschatten kun je zelfs een nucleair Iran afdoende afschrikken. Het wordt allemaal wat riskanter maar ik denk niet dat Iran een atoombom aan Hezbollah zal geven. Noord-Korea is ontoerekeningsvatbaar dus des te meer reden om de ware dreiging grondig te analyseren. Is terrorisme een kwestie van autobommen en zelfmoordacties in islamitische landen en zo nu en dan in een Europees land, of is de dreiging van een nucleaire explosie in een westerse stad werkelijk aanwezig? Dat laatste vereist een extreem beleid. Voor al het andere is oorlog de verkeerde metafoor.”

Maar dit is een regering die graag de oorlog verklaart. Bush vecht een oorlog uit tegen terrorisme, een oorlog tegen drugs, een oorlog tegen armoede.

“Dat is waar. Maar zodra je de oorlog verklaart, beginnen mensen te roepen dat je kunt martelen of dat je bepaalde vrijheden moet inperken. Dit is geen normale oorlog. Terrorisme kan nog wel veertig jaren duren, maar daarom hoeven we onze principes nog niet te compromitteren.”

U lijkt een stapje terug te willen zetten terwijl president Bush juist een stap vooruit zet met een nieuwe militaire doctrine: de preventieve oorlog. U haalt in uw boek Otto von Bismarck aan, die een preventieve oorlog omschrijft als ‘zelfmoord plegen uit angst voor de dood’. Wat kan Bush leren van Bismarck?

“Een preventieve oorlog is nooit een goed idee. Het vereist inzicht in de toekomst. Dat heeft tot nu toe nog niemand gehad. Duitsland was voor 1914 paranoïde over Ruslands toekomstige militaire kracht.

Er heerste het gevoel dat een preventieve oorlog noodzakelijk was om een toekomstig drama te voorkomen.

Uiteindelijk bleek Rusland veel zwakker dan gedacht.

Bismarck had een goede reden voor zijn voorzichtige wijsheid. Vee zaken blijken anders dan ze op het eerste gezicht lijken.”

De meeste Amerikanen zijn ervan overtuigd dat de Verenigde Staten vertrouwd kunnen worden en dat zij hun militaire macht altijd voor de juiste redenen zullen aanspreken.

“Amerikanen hebben nu eenmaal geheel andere ervaringen met militair optreden dan Europeanen. In de Amerikaanse historie is het leger overwegend voor goede doelen ingezet. Tijdens de revolutie werden de koloniale Britten verjaagd, de burgeroorlog beëindigde de slavenhandel, de Tweede Wereldoorlog bevrijdde Europa, en de Koude Oorlog herstelde democratie in Oost-Europa. Binnen de Verenigde Staten leeft het idee dat militair optreden de wereld veel goeds heeft gebracht en kan brengen. Europeanen zijn gevormd door de Eerste Wereldoorlog en zien militair optreden in geheel andere termen. Amerikanen mogen dan stellig geloven in hun goede bedoelingen, de rest van de wereld zal ook overtuigd moeten worden.”

Maar niet via de Verenigde Naties?

“Ik denk dat de werking van de Verenigde Naties aanzienlijk verbeterd kan worden, maar ze nemen te veel hooi op hun vork en opereren voor vele problemen onnodig bureaucratisch. We hebben behoefte aan meer internationale organisaties die op steun van de internationale gemeenschap kunnen rekenen, maar niet lijden onder de verlammende noodzaak tot collectieve actie. Ik noem het multi-multilateralisme. Die nieuwe organisaties hebben aandachtsgebieden die overlappen en qua legitimiteit en effectiviteit balanceren tussen de Verenigde Naties en unilateraal optreden.

Elke kwestie heeft haar eigen behoefte aan legitimiteit en snelheid van handelen. De gewenste aanpak bepaalt de organisatie waaraan het internationale probleem wordt voorgelegd.”

Amerika’s huidige buitenlandse beleid moet op de schop?

“Ik zie graag een ‘realistisch wilsoniaans’ buitenlands beleid ontstaan. Noem het neoconservatief met een realistische kijk op de wereld. (Fukuyama refereert aan het ideologisch wilsoniaans buitenlands beleid in de nadagen van de Eerste Wereldoorlog, dat strandde in goede bedoelingen. Het buitenlands beleid van president Bush wordt vaak schertsend omschreven als ‘wilsoniaans met tanden’ of ‘wilsoniaans op steroïden’, nvdr)Militair optreden is veelal doodgewoon niet het antwoord op onze problemen, hoewel het soms gewenst is om bepaalde uitkomsten te forceren. Maar momenteel zijn we te veel doorgeslagen.”

U hebt echter een waarschuwing voor al die Europeanen die handenwrijvend uitzien naar het politieke einde van George W.

Bush.

“Dat komt omdat de conservatieve aanhangers van Bush van huis uit isolationisten zijn. Zij ondersteunden zijn actieve internationale optreden omdat hij het uit veiligheidsoverwegingen noodzakelijk achtte.

Mocht deze groep tot de conclusie komen dat Irak een enorme fout was dan kan er na de periode Bush weleens een isolationistische terugslag komen.”

Wat raadt u Europeanen aan?

“Kijk, het was prima dat zij tegen de oorlog in Irak waren. Ze hadden overwegend gelijk. Maar Europa lijkt zich te vermaken met een anti-Amerikaanse houding die hier niet grappig gevonden wordt. Als Amerikanen tot de conclusie komen dat ze dit niet echt verdienen dan zullen ze gewoon zeggen ‘the hell with you’. In Azië en Latijns-Amerika worden we veel sympathieker behandeld dus we gaan onze aandacht verleggen.

Amerika heeft op buitenlands terrein fouten gemaakt maar die zijn te herstellen. Ook Europa moet beseffen dat we elkaar uiteindelijk nog altijd nodig hebben.”

De waarderingscijfers voor Bush zijn ongekend laag. Mocht hij Francis Fukuyama om advies vragen, wat zou hij dan te horen krijgen?

“(lacht hard)Stop met iedereen achter de tralies te zetten en ontsla Donald Rumsfeld, die in mijn ogen de auteur van dit beleid is. Houd je aan de Conventies van Genève, sluit de poort van Guantánamo, en begin met een schone lei.

“De toon in het Witte Huis is al sterk verbeterd. Iran en Noord-Korea worden in multilateraal verband aangepakt.

Er wordt niet meer constant gedreigd met militair optreden.”

Zou uw boek in de schappen beland zijn als Irak vandaag een vredelievende, welvarende democratie zou zijn?

“Dan had ik het boek niet geschreven. Niemand kon voor de oorlog voorzien wat er met Irak zou gebeuren.

De vraag is: was het genomen risico passend? De regering heeft met enorm veel lef de dobbelstenen gegooid.

Ze mogen uiteindelijk wellicht gelijk krijgen, dat houdt nog niet in dat het de juiste aanpak was.”

Is er leven na het neoconservatisme?

“Het heeft mijn leven nooit gekarakteriseerd.”

America at the Crossroads: Democracy, Power, and the Neoconservative Legacy van Francis Fukuyama is uitgegeven bij Yale University Press, New Haven and London.

Jeroen Schuiten

Copyright De Morgen

De Nederlandse vertaling verschijnt eind april bij uitgeverij Contact.

Spoetnik
19-03-06, 13:44
Fukuyama is hypocriet. Hij was een van de meest fervente voorstanders van het Bush beleid, om nu tegen hen te keren getuigt van opportunisme. Zijn oppositie is overigens ook halfhartig, als hij echt van gedachte verandert zou zijn dan zou hij vragen om de neocons (himself included) te vervolgen wegens oorlogsmidaden.

Seif
19-03-06, 13:56
Geplaatst door Spoetnik
Fukuyama is hypocriet. Hij was een van de meest fervente voorstanders van het Bush beleid, om nu tegen hen te keren getuigt van opportunisme. Zijn oppositie is overigens ook halfhartig, als hij echt van gedachte verandert zou zijn dan zou hij vragen om de neocons (himself included) te vervolgen wegens oorlogsmidaden.

Dus als je je bedenkt, en inziet dat je het vroeger verkeerd had ben je hypocriet? Ik vind het juist te prijzen. Wie ben jij om te twijfelen aan zijn motieven? Wie zonder zonden is, werpe de eerste steen. Eeuwige waarheden zijn meer iets voor gelovigen.

Dwaalspoor
19-03-06, 14:24
Geplaatst door Spoetnik
Fukuyama is hypocriet. Hij was een van de meest fervente voorstanders van het Bush beleid, om nu tegen hen te keren getuigt van opportunisme. Zijn oppositie is overigens ook halfhartig, als hij echt van gedachte verandert zou zijn dan zou hij vragen om de neocons (himself included) te vervolgen wegens oorlogsmidaden.

Precies het eerste wat bij me opkwam. Hij was de eerste die na het einde van de koude oorlog een filosofische legitimatie creerde voor de aanval op de Islam. Hij heeft zich goed laten gebruiken en betalen door zijn werkgever de Rand corporation, de denktank voor en van het militair industrieel complex. Ze hebben zijn ideeen effectief gebruikt om de oorlogen in de rest van de wereld en investeringen in de wapenindustrie te vergroten en te garanderen.

Nu het schip aan het zinken is probeert hij zijn eigen hachje te redden.

Fokyou-pyama

Dwaalspoor
19-03-06, 14:27
Geplaatst door Seif
Dus als je je bedenkt, en inziet dat je het vroeger verkeerd had ben je hypocriet? Ik vind het juist te prijzen. Wie ben jij om te twijfelen aan zijn motieven? Wie zonder zonden is, werpe de eerste steen. Eeuwige waarheden zijn meer iets voor gelovigen.

Dat ben ik met je eens, maar Fokyoupyama is te gluiperig om blindelings te geloven. Hij rekent niet met zijn eigen ideen af, nee hij rekent met de gevolgen van zijn ideeen die Bush en de rest van het kliekje uitvoeren.

mark61
19-03-06, 15:36
Fukuyama draaikont van het jaar.