PDA

Bekijk Volledige Versie : Academisch Hollandhuis in Marokko



Seif
07-06-06, 17:20
Academisch Hollandhuis in Marokko

Door onze correspondent Steven Adolf

Nieuw Nederlands instituut in Rabat is niet bedoeld voor inburgeringscursussen

Vandaag opent minister Van der Hoeven in Rabat het Nederlandse Instituut. Het eerste van twee nieuwe Nederlandse educatiecentra in moslimlanden rond de Middellandse Zee.

Rabat, 7 juni. Achter een moderne witte gevel in een straatje van wat vroeger de Franse wijk van Rabat is geweest, bevindt zich het Nederlands Instituut in Marokko (Nimar). Een smal gebouw van twee verdiepingen op loopafstand van het station, met patio’s en terrassen. Binnen wordt de laatste hand gelegd aan de lesruimtes en gastenverblijven. Vandaag opent minister Van der Hoeven (Onderwijs, CDA) het instituut.

Directeur Paolo De Mas (58 jaar) en initiatiefnemer Jan Hoogland (49) laten besmuikt een jacuzzi zien. Een overblijfsel van de vorige huurders die wat verloren aandoet tussen de toekomstige studier uimtes.

Voor sociaal-geograaf De Mas en arabist Hoogland, beiden ervaren Marokkogangers, is het instituut de vervulling van een oude droom. De Mas kwam al begin jaren zeventig als onderzoeker van de Universiteit van Amsterdam naar Marokko en werkte als onderwijsattaché bij de Nederlandse ambassade. Samen met Herman Obdeijn en Philip Hermans schreef hij het handboek Geschiedenis van Marokko. Hoogland is als arabist verbonden aan de Radboud Universiteit van Nijmegen, de universiteit die tevens optreedt als de penvoerder van het project in Rabat.

Frankrijk kent zijn Institut Français, Duitsland het Goethe-Institut, Spanje zijn Instituto Cervantes. Nederland gaat aanzienlijk minder ambitieus te werk bij het uitventen van zijn cultuur en educatie.

Een lappendeken van Nederlandse instituten in het buitenland wordt met kunst en vliegwerk grotendeels door universiteiten in stand gehouden. Onderwijs en wetenschap zijn de belangrijkste taken, geldgebrek een terugkerende klacht. Na vier jaar eerder met veel eerbetoon te zijn geopend door de Spaanse koning Juan Carlos, werd de bezetting van het Nederlands Instituut in Madrid tot een minimum teruggebracht en daardoor vrijwel opgedoekt. Het instituut in Damascus dreigde te verdwijnen nadat hoofdsponsor Shell had afgehaakt. Het instituut werd op het nippertje van de ondergang gered door staatssecretaris Rutte (Onderwijs), die het belang van dit soort instituten in het Middellandse-Zeegebied inziet.

Het Nimar in Marokko en het nieuw op te richten instituut in Turkije vallen eveneens onder de „Nederlandse hogeronderw ij s s t e u n p u n t e n ” die de staatssecretaris in het vooruitzicht heeft gesteld. Het Nimar dreigde aanvankelijk nog stuk te lopen op de gebruikelijke geldnood. Maar na de moord op Theo van Gogh ontstond op het ministerie van Onderwijs het plan om meer aandacht te besteden aan de herkomstlanden van Nederlandse moslims.

Directeur De Mas meent dat het vorig jaar gehouden Marokkojaar, waarvan hij samen met Obdeijn initiatiefnemer was, een belangrijke rol heeft gespeeld bij het in gang zetten van het instituut. Het ministerie van Onderwijs heeft zich vier jaar lang garant gesteld voor een half miljoen euro per jaar. Daarna moeten de betrokken universiteiten de financiering van het instituut overnemen. „Dat betekent dat we ons vanaf het begin af aan onmisbaar moeten maken”, aldus Hoogland.

Het Nimar moet vanaf begin volgend jaar een onderwijsprogramma aanbieden voor studenten Arabisch aan de Nederlandse universiteiten. Het doel van het nieuwe instituut is het verbreden van de uitwisseling in onderwijs en onderzoek tussen Marokko en Nederland. Onderwijs programma’s, universitair onderzoek, studiereizen, stagebemiddeling en uitwisselingsprogramma’s voor lerarenopleidingen behoren tot de doelstellingen van het instituut.

In Marokko bestaat grote behoefte aan docenten Nederlands. De nieuwe inburgeringexamens, naar idee van minister Rita Verdonk (Integratie, VVD), vereisen immers een zekere kennis van de taal. Nederlands onderwijs in Marokko ontbreekt echter vrijwel volledig. „Wij gaan geen inburgeringscursussen geven”, zo haast Hoogland zich te verklaren. Rabat ligt nu eenmaal niet in de Rif, waar de meeste aspirant- immigranten vandaan komen.

Ook het opleiden van docenten Nederlands komt niet voor op het activiteitenlijstje voor het instituut dat door staatssecretaris Rutte is vastgesteld.

Terwijl bijvoorbeeld het Nederlands Instituut in Florence vooral gericht is op taal en kunstgeschiedenis, en Kairo zich specialiseert in archeologie en Arabisch, voorziet het Nimar in een brede wetenschappelijke aanpak. „Iedereen uit de academische wereld is welkom”, zo verklaart directeur De Mas.

Naast het klassieke Arabisch zal het Nimar zich tevens richten op het Marokkaans- Arabisch. Van technische tot agrarische onderzoeken, tot studenten aan het conservatorium moeten op het Nimar terecht kunnen, aldus de staf. „We willen proberen om Marokkaanse en Nederlandse studenten gezamenlijk op onderzoeksprojecten te zetten”, aldus De Mas.

Ondanks de voorlopige ministeriële financiering, is de officiële status van het Nimar nog altijd in onderhandeling. Officiële overeenkomsten tussen de wederzijdse universiteiten zijn er niet. Dat maakt de zaken niet eenvoudiger in het hiërarchische, autoriteitsgevoelige Marokko, aldus beide stafleden. „De eerste vraag in Marokko is altijd. Voor wie zit u hier”, aldus directeur De Mas. „Misschien dat de opening door de minister een mooie gelegenheid is hier wat meer vorm aan te geven.”


Bron: NRC-Handelsblad