Nelis70
10-08-06, 14:52
‘Tom en Jerry maken deel uit van Joods complot’
Door Harald Doornbos
Donderdag 9 maart 2006 - BEIROET – Het is maar dat je het weet: de tekenfilmpjes van Tom en Jerry maken onderdeel uit van een Joods complot. Tenminste, dat meldde de Iraanse televisie, op 19 februari op Kanaal 4.
De presentator: „Tom en Jerry is gemaakt door de Joodse Walt Disney firma om te bewijzen dat muizen slimmer zijn dan katten. Dat was nodig omdat Hitler in Europa de joden vieze muizen noemde. Walt Disney probeerde te bewijzen dat de muis, de Jood, sterker en slimmer is dan de kat, Hitler. De bedoeling was om het beeld van een vieze muis uit te wissen in het brein van Europese kinderen. Maar muizen zijn zeer sluw en vies.“
Afgezien van het ranzige toontje zijn de feiten in dit verhaal niet waar. Zo was Walt Disney geen Jood, maar een weinig religieuze christen. Bovendien heeft Disney niets met Tom en Jerry te maken: de cartoon is bedacht en getekend door Hannah en Barbera en geproduceerd door MGM. Verder vergeleek Hitler joden niet met muizen, maar met ratten. Toch zijn dit soort berichten in Iran, en in grote delen van de islamitische wereld, dagelijkse kost.
Zo meldde een Syrische regeringskrant, Al Thawra, vorige week uiterst serieus dat Israël achter de vogelgriep zit in een poging Arabieren uit te roeien. „Heel slinks hebben ze het virus in Zuid-Azië uitgezet, zodat niemand de joden verdenkt“, stond in de krant. Het artikel geeft geen verklaring voor het feit dat van de in totaal 92 mensen die tot nu toe wereldwijd zijn overleden aan vogelgriep, er maar een Arabier tussen zit (een Irakees).
„Het grootste probleem in de Arabische media is de niet professionele houding van journalisten en de regeringscontrole“, zegt Magda Abu-Fadil, directeur van het Instituut voor Professionele Journalisten aan de Libanees Amerikaanse Universiteit in Beiroet. „Journalistieke basisprincipes zijn hier niet de norm. Objectiviteit, hoor-en-wederhoor toepassen, dat kennen de meesten niet. Eigen mening en nieuwsfeiten worden vaak niet van elkaar gescheiden. Schreeuwen is onderdeel van de lokale cultuur, dat vind je dus ook terug in de media.“ Bovendien, zo meent Abu-Fadil, komt de strikte regeringscontrole op de Arabische pers de berichtgeving niet ten goede. „Ik ga geen journalist veroordelen die voor een regeringskrant werkt in een land als Syrië. Het gaat hier ook om persoonlijke veiligheid en aan het eind van de maand moet er eten op tafel staan voor die mensen.“ Abu-Fadil, die voorheen werkte voor de persagentschappen AFP en UPI, probeert collega’s beter op te leiden. „Laatst had ik een groep journalisten uit Irak op bezoek. Onze workshop was voor hen een openbaring. Maar je kunt niet verwachten dat mensen die net uit de journalistieke steentijd komen, plotseling veranderen in goede en degelijke journalisten. Dat heeft tijd nodig.“
Ook Michael Young, redacteur van de opiniepagina van Libanon’s Engelstalige krant ‘Daily Star’, meent dat amateurisme de reden is voor de slechte berichtgeving. Young, die half Libanees, half Amerikaans is en al jaren in Libanon woont: „Er bestaat in de Arabische wereld gewoon geen traditie in het checken van feiten. Redacteuren halen spelfouten uit een artikel, maar kijken niet of een bewering of een feit waar is of niet. Zelfs de betere Arabische kranten zijn nog altijd slechte kranten.“ Young: „Een groot aantal Arabische kranten blijft melden dat er geen joden zijn omgekomen in New York tijdens de aanslagen van 11 september. Dit wordt dan als bewijs gezien voor de stelling dat de joden achter 11 september zitten. Maar als je gewoon op de CNN website kijkt naar de lijst van 11 september slachtoffers, dan zie je meteen dat daar ook joden tussen zitten. Er is echter bijna geen Arabische journalist die zoiets doet. Dit is een mengelmoes van onwetendheid en propaganda. En de bevolking gelooft natuurlijk alles wat ze leest of ziet.“
Door Harald Doornbos
Donderdag 9 maart 2006 - BEIROET – Het is maar dat je het weet: de tekenfilmpjes van Tom en Jerry maken onderdeel uit van een Joods complot. Tenminste, dat meldde de Iraanse televisie, op 19 februari op Kanaal 4.
De presentator: „Tom en Jerry is gemaakt door de Joodse Walt Disney firma om te bewijzen dat muizen slimmer zijn dan katten. Dat was nodig omdat Hitler in Europa de joden vieze muizen noemde. Walt Disney probeerde te bewijzen dat de muis, de Jood, sterker en slimmer is dan de kat, Hitler. De bedoeling was om het beeld van een vieze muis uit te wissen in het brein van Europese kinderen. Maar muizen zijn zeer sluw en vies.“
Afgezien van het ranzige toontje zijn de feiten in dit verhaal niet waar. Zo was Walt Disney geen Jood, maar een weinig religieuze christen. Bovendien heeft Disney niets met Tom en Jerry te maken: de cartoon is bedacht en getekend door Hannah en Barbera en geproduceerd door MGM. Verder vergeleek Hitler joden niet met muizen, maar met ratten. Toch zijn dit soort berichten in Iran, en in grote delen van de islamitische wereld, dagelijkse kost.
Zo meldde een Syrische regeringskrant, Al Thawra, vorige week uiterst serieus dat Israël achter de vogelgriep zit in een poging Arabieren uit te roeien. „Heel slinks hebben ze het virus in Zuid-Azië uitgezet, zodat niemand de joden verdenkt“, stond in de krant. Het artikel geeft geen verklaring voor het feit dat van de in totaal 92 mensen die tot nu toe wereldwijd zijn overleden aan vogelgriep, er maar een Arabier tussen zit (een Irakees).
„Het grootste probleem in de Arabische media is de niet professionele houding van journalisten en de regeringscontrole“, zegt Magda Abu-Fadil, directeur van het Instituut voor Professionele Journalisten aan de Libanees Amerikaanse Universiteit in Beiroet. „Journalistieke basisprincipes zijn hier niet de norm. Objectiviteit, hoor-en-wederhoor toepassen, dat kennen de meesten niet. Eigen mening en nieuwsfeiten worden vaak niet van elkaar gescheiden. Schreeuwen is onderdeel van de lokale cultuur, dat vind je dus ook terug in de media.“ Bovendien, zo meent Abu-Fadil, komt de strikte regeringscontrole op de Arabische pers de berichtgeving niet ten goede. „Ik ga geen journalist veroordelen die voor een regeringskrant werkt in een land als Syrië. Het gaat hier ook om persoonlijke veiligheid en aan het eind van de maand moet er eten op tafel staan voor die mensen.“ Abu-Fadil, die voorheen werkte voor de persagentschappen AFP en UPI, probeert collega’s beter op te leiden. „Laatst had ik een groep journalisten uit Irak op bezoek. Onze workshop was voor hen een openbaring. Maar je kunt niet verwachten dat mensen die net uit de journalistieke steentijd komen, plotseling veranderen in goede en degelijke journalisten. Dat heeft tijd nodig.“
Ook Michael Young, redacteur van de opiniepagina van Libanon’s Engelstalige krant ‘Daily Star’, meent dat amateurisme de reden is voor de slechte berichtgeving. Young, die half Libanees, half Amerikaans is en al jaren in Libanon woont: „Er bestaat in de Arabische wereld gewoon geen traditie in het checken van feiten. Redacteuren halen spelfouten uit een artikel, maar kijken niet of een bewering of een feit waar is of niet. Zelfs de betere Arabische kranten zijn nog altijd slechte kranten.“ Young: „Een groot aantal Arabische kranten blijft melden dat er geen joden zijn omgekomen in New York tijdens de aanslagen van 11 september. Dit wordt dan als bewijs gezien voor de stelling dat de joden achter 11 september zitten. Maar als je gewoon op de CNN website kijkt naar de lijst van 11 september slachtoffers, dan zie je meteen dat daar ook joden tussen zitten. Er is echter bijna geen Arabische journalist die zoiets doet. Dit is een mengelmoes van onwetendheid en propaganda. En de bevolking gelooft natuurlijk alles wat ze leest of ziet.“