PDA

Bekijk Volledige Versie : Het Zuid-Afrika van Nelson Mandela is in een ravijn aan het vallen



Seif
02-09-06, 15:12
Het Zuid-Afrika van Nelson Mandela is in een ravijn aan het vallen

André Brink

Schrijver en hoogleraar moderne Engelse literatuur aan de universiteit van Kaapstad. In 1935 in Zuid-Afrika geboren. Schreef onder andere ‘Kennis van de Av o n d ’ (1973) en ‘Een droog wit seizoen’ (1979) waarvoor hij de Martin Luther King Memorial Prize ontving, en ‘De andere kant van de stilte’ (2003).

In het Nieuwe Zuid-Afrika brengt André Brink het niet meer op optimistisch te zijn.

Aanhoudend geweld lijkt hét kenmerk te zijn van het nieuwe bestel. De droom van het ANC is verraden.

Plaats van handeling is een klein restaurant in een vredige buitenwijk van Somerset West, niet ver van Kaapstad, op een stille doordeweekse avond. Het is al laat. Verscheidene gasten zijn al naar huis, anderen staan op het punt weg te gaan. Er zijn nog een stuk of twaalf mensen, onder wie mijn dochter Sonja en haar man Graham. Ze praten over hun twee kindertjes, over wat ze met hen zullen gaan doen in de wintervakantie, die net begonnen is. En ze praten na over de receptie op de Franse ambassade eerder op de avond, waar ze samen met ons het Franse rugbyteam hebben ontmoet dat een paar dagen later tegen de Zuid-Afrikaanse Springbokken speelt. De wereld lijkt aangenaam, ontspannen, gul.

Plotseling wordt het gesprek onderbroken door wild rumoer. Vijf mannen met pistolen stormen het restaurant binnen en schreeuwen in een kakofonie van stemmen bevelen en instructies die aanvankelijk, terwijl zij posities innemen vanwaar ze iedereen onder schot kunnen houden, niet te volgen zijn. De volgende vijf of tien minuten zijn een pandemonium van tegenstrijdige indrukken.

Eerst krijgen de gasten bevel om te gaan liggen en te ‘slapen’. Bijna meteen daarna krijgen ze bevel om weer ‘wakker te worden’. Eén man, die probeert te protesteren, wordt bruut aangevallen, tegen de grond geslagen en beestachtig in zijn gezicht getrapt. Iedereen moet ringen en sieraden, horloges, mobiele telefoons en portefeuilles inleveren. Terwijl de buit wordt ingeleverd, krijgen de vrouwen en de kleinere mannen lukraak klappen; om onduidelijke redenen worden de grotere mannen met rust gelaten. De baas wordt gedwongen de sleutels van de kluis af te geven, de kassa wordt opengebroken.

Vervolgens wordt iedereen bijeengedreven in een kleine, vensterloze bergruimte achter de zaak, en daar opgesloten.

Buiten houdt het tumult aan: het pand wordt doorzocht en vernield.

De baas heeft op de een of andere manier zijn mobieltje in zijn schoen weten te verstoppen. Bevend maar beheerst belt hij 10111, het alarmnummer van de politie. Alom klinken zuchten en gedempte uitroepen van verlichting. Nu slaat de tragedie om in een zwarte komedie.

Driemaal achter elkaar zet de politie het gesprek in de wacht, en iedere keer moet de restauranthouder naam en adres opgeven, waarna het gesprek wordt doorgeschakeld naar iemand anders, die de procedure herhaalt. Wanneer de politie eindelijk arriveert, zijn de schurken verdwenen. Een uur of vier later mogen Sonja en Graham en de andere gijzelaars eindelijk naar huis.

Op een berichtje van één alinea op pagina drie van het plaatselijke sufferdje na schenkt de pers geen aandacht aan dit incident: het is in het Nieuwe Zuid- Afrika te onbelangrijk, te banaal, niets bijzonders. Er is niemand vermoord, niemand verkracht. Het haalt de statistieken niet eens.

Onderweg naar huis zien Sonja en Graham in het licht van een lantaarnpaal een krantenposter met de grote, stralende, baardige kop van Charles Nqakula, de minister van Veiligheid. (Een ministerie van Veiligheid in Zuid- Afrika, bedenk ik nu, is ongeveer net zo zinnig als een ministerie van Marine in Zwitserland, of een departement van Justitie in de VS van George W. Bush.)

Na een buitengewoon kleurloze loopbaan in de politiek heeft Nqakula onlangs de krantenkoppen gehaald met zijn opmerking dat hij niet geïnteresseerd is in de wijdverbreide klachten over het geweld, en dat de mensen –merendeels blanken – die ‘zeuren’ over al het geweld in Zuid-Afrika beter het land kunnen verlaten.

Een storm van protest tegen zijn welhaast criminele onverschilligheid leidde ertoe dat hem in het parlement verweten werd dat de manier waarop de minister de verontwaardiging uit het hele land naast zich neerlegde, deed denken aan de schandalige opmerking van de toenmalige minister van Justitie, Jimmy Kruger, dat de moord op Steve Biko door de veiligheidspolitie in september 1977 ,,hem koud liet’’.

In een reactie op dat verwijt maakte Nqakula het nog bonter door hardnekkig te beweren dat hij over genoemde Jimmy Kruger niets anders wist dan dat zijn naam had gestaan op een banning order die Nqakula in die tijd was opgelegd.

Van politici verwacht je natuurlijk dat hun geheugen of hun gezond verstand hen zo nu en dan in de steek laat. Recente ervaring heeft uitgewezen dat Nqakula enerzijds beperkt van begrip is en anderzijds beschikt over mateloze arrogantie.

Hij lijkt er niet bij stil te staan dat zijn zogenaamde onwetendheid omtrent de door niemand betreurde Kruger tevens inhoudt dat hij onbekend is met leven en dood van Biko, want de ene herinnering kan heus niet bestaan zonder de andere. Dat zou weleens de sleutel kunnen zijn tot het eigenlijke schandaal van Nqakula’s houding: hij kent zijn eigen geschiedenis niet, en verraadt daarmee alles waarvoor het ANC zo lang beweerd heeft te staan: vrijheid van rassenwaan, samenwerking en begrip tussen zwart en blank, en een gezamenlijke verantwoordelijkheid ten aanzien van verleden en toekomst. Met één harteloze, achteloze opmerking heeft hij de erfenis van Mandela verraden.

Natuurlijk is niet iedereen in het politieke establishment zoals hij; er zitten ook mensen in de regering die humaan zijn en genereus en vol begrip, en die hun aanzienlijke kwaliteiten inzetten om de droom van Mandela te realiseren. Maar een uitzondering is hij helaas ook weer niet. Ik weet nog goed dat ik, een paar weken na de machtswisseling in het land, bij een bezoek aan een supermarkt door een smal eenrichtingsstraatje naar de parkeerplaats achter het gebouw reed. Halverwege moest ik op de rem gaan staan omdat er een auto van de andere kant kwam. In die auto zaten vier of vijf zwaargebouwde heren in donkere pakken.

Ik draaide mijn raampje omlaag, stak mijn hoofd naar buiten en wees erop – heel behoedzaam, want het waren erg potige jongens – dat het eenrichtingsverkeer was. Daarop zei de man achter het stuur: „Wij zijn parlementsleden, wij hebben voorrang.’’ Zo kalm mogelijk zette ik mijn motor af, stapte uit, deed de deur dicht en liep weg – ik wist heel goed dat ik een risico nam.

Maar toen ik een minuut of tien later heel voorzichtig terugkwam, was de wagen met boeven verdwenen. Die ronde was voor mij, maar de boodschap was duidelijk. Die lieden hebben in Nqakula bepaald een waardige opvolger.

Bij de nieuwe machtselite lijkt zijn houding terrein te winnen, die gelijk opgaat gaat met het escalerende geweld in het land. Terwijl zij de ogen sluiten voor de ergste noden van het land – tomeloze criminaliteit, de aids pandemie, armoede en gebrek –, lijken zij er vooral op uit om hun zakken en die van hun familie en vrienden te vullen, en volop te vreten uit de staatsruif, ook al moeten de slachtoffers van moorden, verkrachtingen en andere geweldpleging daarvoor bloeden. Wie het waagt er zijn stem tegen te verheffen krijgt het advies om zijn bek te houden of op te stappen.

Het is spijtig voor Nqakula, maar ik ga niet weg. Niet omdat je, als je aan de goede kant van de macht staat, net als hij makkelijk rond en rijk kunt worden, maar omdat ik en mijn voorvaderen hier geboren zijn, en ik toevallig van dit land houd – rijk of arm, ziek of gezond, tot de dood ons scheidt.

Zoals het land er nu voorstaat zou die dood weleens sneller kunnen komen dan ik denk. Maar zoals Sonja de ochtend na die beproeving zei: „Ik weiger een slachtoffer te worden.’’

Het probleem is dat terwijl zulke incidenten – met alle gevoelsmatige en psychische littekens die nog maanden of zelfs jaren voelbaar blijven – kenmerkend zijn voor de huidige ontwikkelingen in Zuid-Afrika, aan het eigenlijke leed van onze jonge democratie niets wordt gedaan. De snoever Jacob Zuma, voormalig vice-president van het land en onbeschroomd van plan om de volgende president te worden, neemt na onveilige seks een douche tegen aids; Charles Nqakula beweert dat verkrachting en moord hem niet aangaan. Volgens Nqakula ‘piepen’ alleen de vroeger bevoorrechte blanken die zich niet aan de democratische verandering weten aan te passen. Híj kan makkelijk het droeve lot loochenen van talloze slachtoffers, zwart en bruin en blank, die in town ships, ongeregelde nederzettingen en sloppenwijken wonen, en wier jarenlange roep om hulp maar geen gehoor vindt. Er gaat niet alleen een generatie van vermoorde, verminkte en door armoede getekende mensen verloren, maar ook de gelegenheid om onze democratie in te richten als het toonbeeld voor de wereld dat zij eens beweerde te zijn. „We mogen in elk geval dankbaar zijn dat we nog leven’’, zei Sonja achteraf wrang.

Het was misschien raar, maar die opmerking stak me nog het meest. Wat ís dit voor land, waar het leven geen normaal gegeven is, een norm, een toestand die gegarandeerd wordt – onder meer door onze prachtige grondwet –, maar iets uitzonderlijks, iets bijzonders, een zo buitengewoon voorrecht dat je er speciaal en uitdrukkelijk dankbaar voor moet zijn?

Voor mij is die ‘onbeduidende’ episode, die als het ware onderstreept werd door de monsterachtige arrogantie van de minister, een ommekeer geworden in mijn kijk op het Nieuwe Zuid-Afrika.

In de duistere jaren van de apartheid, toen het verboden en verbannen ANC geen kans kreeg om zijn zaak openlijk te bepleiten bij de bevolking van Zuid- Afrika, zag ik het als deel van mijn taak als schrijver om uiteen te zetten wat zij wie het zwijgen was opgelegd niet durfden uitspreken, om te zeggen wat verboden was – om maar te zorgen dat de waarheid naar buiten kon worden gebracht.

En wanneer men mij de laatste jaren op mijn reizen vroeg naar de vele euvelen die het Nieuwe Zuid-Afrika plagen, heb ik altijd volgehouden dat die weliswaar onloochenbaar waren, maar dat het slechts drijfhout was op het oppervlak van een krachtige, positieve stroom in de goede richting: terwijl ik onze huidige situatie vergeleek met de situatie van nog maar twaalf jaar geleden, ten tijde van onze eerste verkiezingen, deed ik mijn best om te benadrukken dat het land een spectaculaire verandering had doorgemaakt en dat er alle reden was voor fundamenteel, zij het behoedzaam optimisme.

Dat breng ik nu niet meer op. Het zou verraad zijn aan de hoogste waarden waarin ik geloof en die ooit, in een droom, belichaamd werden door het ANC. Door mensen als Nqakula, die nu het beeld van het ANC beginnen te bepalen, voel ik me in de steek gelaten.

Het geweld dat wij thans ondervinden en dat van dag tot dag, van uur tot uur erger wordt, is hét kenmerk van het nieuwe bestel geworden, omdat de wil om het van bovenaf in te tomen afwezig lijkt. Het is zelfs zo dat de ontstellende onverschilligheid van mensen die denken en redeneren als Nqakula, toelaat, ja zelfs in de hand werkt, dat het geweld aanhoudt en heviger wordt. Zolang niet de regering – en de president – het openlijk en ronduit verwerpt en doortastend optreedt om er verandering in te brengen, zal onze kortstondige hoop van de afgelopen twaalf jaar vervliegen.

(Je vraagt je af hoelang de FIFA serieus zal overwegen haar voetbalteams in 2010 naar eenWK te sturen in een land dat de veiligheid van de spelers, de officials en de toeschouwers niet meer kan garanderen, waardoor wat een wereldschouwspel zou moeten zijn, de kans loopt een bloedbad te worden waarbij vergeleken de Olympische Spelen in München van een paar decennia geleden kinderspel zullen lijken.)

Dat kan Nqakula natuurlijk geen zier schelen. Hij heeft zijn prijs betaald in de Strijd, nietwaar? Toen anderen werden gemarteld en vermoord had hij het ook niet makkelijk. Hij werd onderworpen aan een banning order – dat wil zeggen: op een stukje papier vervolgd door de man die zich niet bekommerde om de dood van een medemens – precies zoals Nqakula zich nu zelf niet bekommert om het lijden en sterven van talloze Zuid-Afrikaanse landgenoten, die alleen maar de zegeningen wilden genieten van een genereus land met een voorbeeldige democratie.

Net als zijn collega, minister van Gezondheid Tsabalala-Msimang, die bazelt over aids genezen met wilde knoflook en kruidendrankjes, gaat het Zijne Excellentie de minister van Veiligheid er alleen om de welvaart van een klein groepje naasten en vertrouwelingen te verzekeren, met het lijden en het gebrek van een reusachtige meerderheid als fundament.

Wij kúnnen de menselijke en Afrikaanse waarden die het Nieuwe Zuid- Afrika gestalte hebben gegeven nog redden – niet de waarden die monsters als Nqakula of Zuma of Tsabalala-Msimang hebben voortgebracht, maar een Mandela en een Tutu. Maar er is niet veel tijd meer te verliezen.

Bron: NRC Handelsblad

Al Sawt
02-09-06, 17:59
Om repliek te ontwijken gaan we iets over Zuid-Afrika plaatsen. Om binnenkort weer ongenuanceerd te duiken op alles wat met integratie, allochtonen of Islam te maken heeft.

Bart.NL
02-09-06, 18:08
Geplaatst door Al Sawt
Om repliek te ontwijken gaan we iets over Zuid-Afrika plaatsen. Om binnenkort weer ongenuanceerd te duiken op alles wat met integratie, allochtonen of Islam te maken heeft.

We?

ieperkaas
02-09-06, 18:44
Geplaatst door Al Sawt
Om repliek te ontwijken gaan we iets over Zuid-Afrika plaatsen. Om binnenkort weer ongenuanceerd te duiken op alles wat met integratie, allochtonen of Islam te maken heeft.

:gsm: Beste Al Sawt,

Kan je voor de gein niet een strafpuntje van mij overboeken naar Seif.
Voor het totaal bedrag maakt het toch niks uit.

alvast bedankt,

ieperkaas

mark61
02-09-06, 19:09
Hij heeft natuurlijk wel gelijk, maar wat had hij anders verwacht na 100 jaar repressie?

Mark
02-09-06, 19:13
Eindelijk wordt Zuid Afrika een echt afrikaans land.

observer
02-09-06, 19:56
eigenlijk zit men al fout als men over "de droom van het anc "praat

de anc heeft nooit een droom gehad het was een los verband van alles van communisten tot natiolisten(en dan bedoel ik van de volken niet zuid afrika) met maar 1 ding gemeen: ze wilde van apartheid af

het is het zelfde verhaal als in iraq en soortgelijke situaties

neem het gezamelijk doel weg en men vreet elkaar op

Al Sawt
02-09-06, 20:42
Geplaatst door ieperkaas
:gsm: Beste Al Sawt,

Kan je voor de gein niet een strafpuntje van mij overboeken naar Seif.
Voor het totaal bedrag maakt het toch niks uit.

alvast bedankt,

ieperkaas Wees een man en draag verantwoording van je straf.

ieperkaas
02-09-06, 23:16
Geplaatst door Al Sawt
Wees een man en draag verantwoording van je straf.

ok

sater
03-09-06, 09:25
Geplaatst door Al Sawt
Om repliek te ontwijken gaan we iets over Zuid-Afrika plaatsen. Om binnenkort weer ongenuanceerd te duiken op alles wat met integratie, allochtonen of Islam te maken heeft.

:jumping: Nee hoor, Al Sawt [b]lijkt toont slechts aan dat bijgeloof, met alle abjecte gevolgen van dien, niet uitsluitend en alleen moslimprivilege is.

Seif
03-09-06, 10:31
Geplaatst door Al Sawt
Om repliek te ontwijken gaan we iets over Zuid-Afrika plaatsen. Om binnenkort weer ongenuanceerd te duiken op alles wat met integratie, allochtonen of Islam te maken heeft.

In tegenstelling tot jou, is mijn belangstelling voor de rest van de wereld oprecht.