PDA

Bekijk Volledige Versie : Job Cohen ziet rol voor religie als inspiratiebron PvdA



Marsipulami
12-09-06, 16:49
Job Cohen ziet rol voor religie als inspiratiebron PvdA

Hilversum (Van onze redactie) 12 september 2006 – De PvdA moet naar religie durven kijken als inspiratiebron voor politiek, zegt de Amsterdamse burgemeester Job Cohen. In een artikel in het partijblad Socialisme en Democratie pleit Cohen voor “een nieuwe doorbraak”.

Morele herijking
“Net na de oorlog moesten christenen worden overtuigd dat ze met de PvdA dwars door de zuilen heen konden samenwerken aan een rechtvaardige en sociale samenleving. Nu zouden seculieren binnen de partij (…) ervan kunnen worden overtuigd dat je voor een morele herijking óók te rade kunt gaan bij die religies”, schrijft Cohen in zijn artikel waarvan een ingekorte versie vandaag in dagblad Trouw staat.

Fascinatie met religie
De PvdA-burgemeester constateert een nieuwe “fascinatie met religie” binnen zijn partij. Dat kan volgens hem duiden op “een tekort aan moraal en zingeving binnen de nauwe parameters van de pragmatische politiek, het eenzijdige economische paradigma en het dogma van het welbegrepen eigenbelang”. Dat tekort wordt volgens hem niet opgeheven door de welvaart. “Die maakt niet tevreden of gelukkig.”

Moreel tekort
Cohen werpt in het artikel de vraag op of er binnen de PvdA wellicht een “moreel tekort is dat niet wordt aangevuld vanuit een hernieuwde bezinning op de bronnen van de sociaal-democratie”. Hij vindt dat er binnen zijn partij weinig discussie is over de hedendaagse betekenis van solidariteit, gelijkheid, gerechtigheid, naastenliefde en verantwoordelijkheid. “Daarom is het niet vreemd dat er naar de religies wordt gekeken. Die hebben door de eeuwen heen de behoefte aan zingeving van de mensheid gevoed”, aldus Cohen.

Enige schroom
De burgemeester van Amsterdam vindt dat zijn partij niet alleen van buitenaf naar religie en gelovigen moet kijken. De PvdA moet ook een “proces van bezinning op gang brengen over de morele grondslagen en over de doelstellingen van de sociaaldemocratie zelf.” Het gaat daarbij om een discussie “wat goed is, wat minder goed of zelfs kwaad is en waarom – een morele afweging dus”, aldus Cohen die naar eigen zeggen “met enige schroom” aandacht vraagt voor de mogelijke bijdrage van religie.

Gelovig
“De inspiratie die van een geloof uitgaat”, kan volgens Cohen een bron zijn bij het verwezenlijken van sociaal-democratische doeleinden, “zonder dat dat betekent dat je zelf gelovig bent of wordt”. Ook de samenwerking met gelovigen van verschillende denominaties kan daaraan volgens Cohen bijdragen.

Opvattingen als spiegel
Cohen zegt zich te realiseren dat de morele agenda van het christendom, de islam en andere godsdiensten vaak haaks staan op min of meer geaccepteerde praktijken in onze samenleving. Hij denkt daarbij aan de opvattingen over alcholol- en drugsgebruik, echtscheiding, pornografie, fraude, de commercialisering van het bestaan en menselijke relaties. Maar die tegengestelde opvattingen van religies kunnen “ons een spiegel voorhouden”.

Leegte
Cohen vraagt zich of de PvdA bereid is om in de spiegel die de religies de partij voorhouden te kijken en kritiekpunten werkelijk ter discussie te stellen. Hij beantwoordt die vraag zelf “volmondig met ja”. De afwijkende standpunten van religies kunnen volgens hem “een appèl uitoefenen op mensen die de existentiële leegte van de seculiere samenleving willen ontstijgen”. In de zoektocht naar een rechtvaardige samenleving kunnen gelovigen en seculieren elkaar volgens Cohen de hand kunnen reiken.

Lastig
In zijn artikel pleit Cohen verder voor een positieve invulling van de grondwettelijke vrijheid van godsdienst. “Dus godsdienstvrijheid niet alleen gedefinieerd als het recht om niet lastig te worden gevallen door de overheid of door andere goed- dan wel kwaadwillenden, maar ook als het recht dat een religie zich mag en kan ontplooien in het publieke domein.

Respect
De ruimte om van elkaar te mogen verschillen in een pluralistische samenleving noemt de burgemeester een “noodzaak”. “Deze ruimte moet worden gekoppeld aan een opvoeding waarin respect voor deze pluraliteit wordt bijgebracht.” Hij wijst verder op de ruimte om het eigen leven gestalte te geven die zowel de vrijheid impliceert “om als ongelovige door het leven te gaan, als de vrijheid om als religieus in het leven te staan. De overheid moet dat respecteren en burgers bescherming bieden als dat nodig is.”