Juliette
25-09-06, 18:29
Gaza één jaar na de Israëlische terugtrekking
Puinhoop Gaza
In de zomer van 2005 ontruimde het Israëlische leger onder luid gejuich van de Palestijnen de Joodse nederzettingen in de Gazastrook. Een jaar later reist Knack-correspondente Simone Korkus opnieuw naar Gaza en stelt vast dat er van euforie helemaal geen sprake meer is. 'We zitten hier als muizen in de val.'
De Gazastrook, halfnegen in de ochtend. De auto slingert in ijltempo over de drukke Salah a Din-straat, de 50 kilometer lange hoofdweg die de noordelijke Gazastrook met het zuiden verbindt. Een jaar geleden bezocht ik dit gebied voor een reportage in Knack. Ik berichtte toen over het leven van de verontruste Joodse kolonisten uit Gush Katif die door Israël werden geëvacueerd. Aan de andere kant van de Gazastrook vierden de Palestijnen feest. Langs deze weg schoten Palestijnse mannen uit vreugde hun geweren leeg en wapperden overal de Palestijnse vlaggen. De Palestijnse burgers leefden in een nu vrijwel vergeten roes van overwinning en onafhankelijkheid. De 8500 Israëlische kolonisten uit de 21 nederzettingen die Gush Katif vormden, zijn inmiddels vertrokken - en met hen de aanvankelijke Palestijnse euforie. Een jaar later zien we aan weerszijden van de weg een ander beeld van een verslagen Gaza.
De Erez- checkpost, de enige personendoorgang met Israël in het noorden van de Gazastrook, lag er vanochtend verlaten bij. Op dit uur passeerden hier vroeger duizenden Palestijnen, als een kudde vee tussen de metalen dranghekken van de kilometerlange veiligheidstunnel met zijn röntgencabine en metaaldetectors, op weg naar hun werk in Israël. Nu waren wij samen met twee medewerkers van Artsen zonder Grenzen en het groepje taxichauffeurs dat zich bij de ingang naar Gaza wanhopig op iedere eenzame reiziger stort, de enige bezoekers. Buitenlanders, met inbegrip van journalisten, komen hier nauwelijks nog. Gaza lijkt een jaar na de Disengagement (de 'terugtrekking') door de wereld te zijn vergeten.
Het eerste wat je opvalt als je Gaza binnenrijdt, is de enorme puinhoop. Letterlijk een zee van puin. Lange rijen grauwe betonnen skeletten van kapotgeschoten en gebombardeerde Palestijnse huizen, overheidsgebouwen waarvan de buitenmuren zijn verdwenen - ruïnes op ruïnes - worden afgewisseld door kilometerslange velden met betonafval, die je het gevoel geven dat je door een oneindig slagveld rijdt.
'Dit is de erfenis van Gush Katif' wijst Majed, onze Palestijnse chauffeur. 'Hier waren de Joodse nederzettingen: Kfar Darom, Nezer Hazani, Gan Or.'
Na de ontruiming vernietigde het Israëlische leger de huizen van de kolonisten om te voorkomen dat ze in handen van de vijand - onder meer de Palestijnse milities van de Islamitische Jihad - zouden vallen. Het gevolg is dat Gaza werd opgezadeld met tonnen puinafval die de Palestijnse Autoriteit niet kan opruimen omdat puinverwerking erg duur is.
Ook de hoofdweg heeft betere tijden gekend. Er zitten gaten in het asfalt, de verkeerslichten werken niet en overal ligt zwerfvuil. De vuilnismannen van de gemeente Gaza zijn sinds maart niet meer uitbetaald en hebben daarom het werk neergelegd.
Bij 'Wadi Gaza' ('de vallei van Gaza') verdwijnt de weg opeens in een diep gat. De brug is twee weken geleden door het Israëlische leger platgebombardeerd en heeft nu de vorm van een wiskundig wortelteken. We moeten via een omweg naar de andere kant rijden.
''s Winters loopt de vallei vol water. We zullen dan volledig van het zuiden zijn afgesneden', meent Majed.
Wurggreep
Het dichtbevolkte Gaza met zijn 1,4 miljoen inwoners verkeert een jaar na de ontruiming van de Israëlische nederzettingen in een staat van chaos. Een combinatie van factoren bracht 78 procent van de bevolking tot de bedelstaf. Zo'n 75 procent van het inkomen van Gaza is afhankelijk van de landbouw en de export van bloemen, groente en fruit. Israël regelt de mobiliteit van de Palestijnen en hun goederen door de afsluiting van de checkposten en houdt de Palestijnse gebieden in een economische wurggreep. Twee maanden geleden sloot het de Karni-controlepost - de belangrijkste goederendoorgang - af, waardoor de Palestijnse export van bloemen en groente naar Israël, de Westelijke Jordaanoever en het buitenland stagneerde en de oogst verrotte. Tientallen miljoenen euro's gingen verloren en vele Palestijnen werden werkloos.
Omdat de Palestijnen uit Gaza geen uitreisvergunning krijgen, is daarmee ook de laatste mogelijkheid op werk - in Israël - afgesneden. Emplooi bij de overheid is uitgesloten want de failliete Hamas-regering kan door de staking van de Europese budgetsteun al sinds februari geen salarissen meer betalen.
Intussen verkeert Gaza in een situatie van toenemende bandeloosheid en onveiligheid. In een jaar tijd werden 56 Palestijnse burgers door medeburgers gedood en velen gewond, openbare gebouwen en eigendommen werden vernield en beroofd, aldus The Palestinian Human Rights Monitoring Group, een onafhankelijke organisatie die de schending van mensenrechten van de Palestijnen registreert.
Op de belangrijke kruispunten zien we groepjes jonge Palestijnen met machinegeweren, die verveeld tegen de muren hangen. De vele kleine rivaliserende milities en de beslechting van familievetes maken het leven van de gewone burgers onveilig, maar niemand schijnt zich daar druk over te maken. Het slecht bewapende en onbetaalde politieapparaat kan de orde niet handhaven.
En terwijl de internationale media zich concentreerden op de oorlog tussen Israël en Libanon, woedde er in Gaza bijna ongemerkt een andere oorlog. Na de kidnapping van de Israëlische soldaat Gilad Shalit door Palestijnse militanten en als reactie op de raketaanvallen van Hamas op Israël, startte Israël twee maanden geleden de 'Operatie Zomerregen'. Israël viel met tanks de Gazastrook binnen en voerde 768 militaire acties met 217 luchtaanvallen op Gaza uit. Daarbij werden in de maanden juli en augustus 212 Palestijnen gedood en 395 gewond, aldus een rapport van de Palestinian Human Rights Monitoring Group. Dat is het hoogste dodenaantal in Gaza sinds 2004.
Mohammed Sharif, de opzichter van Gaza Power Generator Company, de enige elektriciteitscentrale van Gaza, kan erover meepraten. Hij werd midden in de nacht letterlijk uit zijn bed gelicht door het geluid van een verschrikkelijke explosie. 'Raketten hadden de drie transformators geraakt. Het waren voltreffers. Er ontstond een vuurzee, want de transformators werken op olie. De twee medewerkers, die nachtdienst hadden, trachtten het vuur nog te blussen, maar raakten door de explosies ernstig gewond', herinnert Sharif zich.
De centrale, die zo'n 200 tot 300 megawatt moet produceren, ligt nu praktisch stil. En Gaza zit zonder stroom.
'Wij krijgen voortdurend wanhopige telefoontjes', legt Sharif uit. 'De boeren kunnen de droge woestijngrond niet irrigeren, want de elektrische waterpompen werken niet en de nieuwe aanplant droogt uit. De koelinstallaties voor groente en fruit liggen stil. De rijkere boeren hebben nog wel een generator, maar die loopt op diesel en men weet niet hoelang dieselolie nog voorradig is. De burgers leven al dagen zonder licht, warm water, koelkasten. Dit is verschrikkelijk. Je kunt mensen toch niet de primaire voorzieningen van water en elektriciteit onthouden?'
Sharifs ogen schieten vuur. Hij begrijpt niet waarom Israël zijn centrale aanviel. Dit heeft volgens hem niets met de bestrijding van terroristen of lanceerbases van de Kassem-raketten te maken. 'Wij zijn een privébedrijf. We zijn geen terreurorganisatie. We lanceren geen Kassems en houden geen terroristen verborgen. Onze schade loopt in de miljoenen euro's. Het zal maanden duren om het systeem weer te activeren. Wie zal onze schade vergoeden? Israël?'
Hand in eigen boezem
Toch zijn er Palestijnen, die menen dat het te gemakkelijk is om de oorzaak van al het kwaad en de ellendige omstandigheden in Gaza bij de Israëliërs te zoeken. De Palestijnen moeten ook de hand in eigen boezem steken.
Een kwartiertje rijden verderop naast het vluchtelingenkamp Khan Yunis inspecteert Achmed, een bewaker van de Palestijnse overheid, een terrein met honderden groentekassen. De kassen waren vroeger het eigendom van de Joodse bewoners van de nederzetting Morag. Na de terugtrekking werden ze door Amerikaans-Joodse donors gekocht en aan de Palestijnse Autoriteit geschonken.
De kassen zijn leeg. De Palestijnse staat en buitenlandse donors hebben miljoenen euro's geïnvesteerd om enkele kassen weer operatief te maken, maar dit potentieel lucratieve project stortte in omdat het onmogelijk bleek om de groente te verbouwen. Sindsdien ligt het werk stil. Achmed: 'Kijk, Gaza is na de terugtrekking achteruitgehold, en dat komt in de eerste plaats door het onderlinge geweld.'
Achmed wijst naar de kassen: 'Neem nu deze groentekassen. Het is een miljoeneninvestering, die vele burgers weer een inkomen kan geven. Maar de kassen moeten zwaar bewaakt worden, want anders worden ze door horden Palestijnen leeggeroofd en vernield. Voordat we bewaking hadden, werden de kassen letterlijk gestript. Er bleef niets meer over. Het is de hoogste tijd dat wij optreden tegen dat geweld, voordat het te laat is.'
In de zuidelijkste punt van Gaza, langs de kilometersbrede militaire bufferzone voor de Palestijns-Egyptische grens (de beruchte Philadelfi-route), werkt Oda op zijn land. Shoka is een zwaarmoedig dorp van ruïnes van huizen met golfplaten daken in een van de gevaarlijkste en zwaarst getroffen gebieden van Gaza. De Palestijnen durven hier nauwelijks nog te komen.
Oda is een man met treurige ogen in een verweerd gezicht, dat getekend wordt door honderden kleine rimpeltjes. Twee weken geleden werden zijn tomatenkassen geraakt bij een raketaanval. De zoon van Oda toont vol ijver waar een raket is geland. Het gat in de grond is grijs en er liggen overal granaatscherven. Oda's broer raakte gewond. Dit was voor Oda de druppel die de emmer deed overlopen. Zijn vorige oogst was verrot bij de checkpost omdat Israël de uitvoer verbood en nu dit weer? 'Waar ik me het meeste voor schaam, is dat ik de moed heb opgegeven', zegt Oda. 'Mijn gezin leeft nu van de voedselpakketten van Unrwa (de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen in het Midden-Oosten, nvdr).'
De stilte wordt doorbroken door het staccato geluid van geweerschoten uit het Rafah-vluchtelingenkamp, zo'n kilometer verderop. Oda zucht: 'De mensen zijn gespannen. Een familieruzie kan uitmonden in een bloedbad.'
Hoe een Palestijn leeft onder die dreiging van luchtaanvallen en het geweld beschrijft hij als volgt. 'Het eerste wat ik doe als ik mijn ogen open, is de radio aanzetten om te horen of er al een militaire actie is geweest. Als het 's nachts rustig is geweest, haal ik opgelucht adem. Maar vervolgens bekruipt me het onzekere gevoel dat er dan misschien nog een aanval zal volgen. En waar zal de bom neerkomen? Ik heb gehoord dat het leger de mensen tegenwoordig waarschuwt als het een huis gaat bombarderen. Je hebt dan zo'n half uur om je huis te ontruimen. Maar ja, wat doe ik als ze mijn land weer bombarderen? Schuilen gaat niet want er zijn geen schuilkelders in de omgeving. We slapen slecht uit angst voor de bommen, maar kan ik verhuizen? We zitten hier in Gaza als muizen in de val.'
Zou het helpen als Hamas de raketaanvallen op Israël staakt? Hij haalt zijn schouders op.
'Ik heb nog nooit op Israëliërs geschoten, maar laten de Israëliërs mijn oogst met rust?'
Hij maakt een vermoeide handbeweging naar zijn velden. 'Lang geleden stonden deze velden vol tomaten. Lang geleden toen we nog een leven hadden...'
Simone Korkus
Knack - 06-09-2006
Puinhoop Gaza
In de zomer van 2005 ontruimde het Israëlische leger onder luid gejuich van de Palestijnen de Joodse nederzettingen in de Gazastrook. Een jaar later reist Knack-correspondente Simone Korkus opnieuw naar Gaza en stelt vast dat er van euforie helemaal geen sprake meer is. 'We zitten hier als muizen in de val.'
De Gazastrook, halfnegen in de ochtend. De auto slingert in ijltempo over de drukke Salah a Din-straat, de 50 kilometer lange hoofdweg die de noordelijke Gazastrook met het zuiden verbindt. Een jaar geleden bezocht ik dit gebied voor een reportage in Knack. Ik berichtte toen over het leven van de verontruste Joodse kolonisten uit Gush Katif die door Israël werden geëvacueerd. Aan de andere kant van de Gazastrook vierden de Palestijnen feest. Langs deze weg schoten Palestijnse mannen uit vreugde hun geweren leeg en wapperden overal de Palestijnse vlaggen. De Palestijnse burgers leefden in een nu vrijwel vergeten roes van overwinning en onafhankelijkheid. De 8500 Israëlische kolonisten uit de 21 nederzettingen die Gush Katif vormden, zijn inmiddels vertrokken - en met hen de aanvankelijke Palestijnse euforie. Een jaar later zien we aan weerszijden van de weg een ander beeld van een verslagen Gaza.
De Erez- checkpost, de enige personendoorgang met Israël in het noorden van de Gazastrook, lag er vanochtend verlaten bij. Op dit uur passeerden hier vroeger duizenden Palestijnen, als een kudde vee tussen de metalen dranghekken van de kilometerlange veiligheidstunnel met zijn röntgencabine en metaaldetectors, op weg naar hun werk in Israël. Nu waren wij samen met twee medewerkers van Artsen zonder Grenzen en het groepje taxichauffeurs dat zich bij de ingang naar Gaza wanhopig op iedere eenzame reiziger stort, de enige bezoekers. Buitenlanders, met inbegrip van journalisten, komen hier nauwelijks nog. Gaza lijkt een jaar na de Disengagement (de 'terugtrekking') door de wereld te zijn vergeten.
Het eerste wat je opvalt als je Gaza binnenrijdt, is de enorme puinhoop. Letterlijk een zee van puin. Lange rijen grauwe betonnen skeletten van kapotgeschoten en gebombardeerde Palestijnse huizen, overheidsgebouwen waarvan de buitenmuren zijn verdwenen - ruïnes op ruïnes - worden afgewisseld door kilometerslange velden met betonafval, die je het gevoel geven dat je door een oneindig slagveld rijdt.
'Dit is de erfenis van Gush Katif' wijst Majed, onze Palestijnse chauffeur. 'Hier waren de Joodse nederzettingen: Kfar Darom, Nezer Hazani, Gan Or.'
Na de ontruiming vernietigde het Israëlische leger de huizen van de kolonisten om te voorkomen dat ze in handen van de vijand - onder meer de Palestijnse milities van de Islamitische Jihad - zouden vallen. Het gevolg is dat Gaza werd opgezadeld met tonnen puinafval die de Palestijnse Autoriteit niet kan opruimen omdat puinverwerking erg duur is.
Ook de hoofdweg heeft betere tijden gekend. Er zitten gaten in het asfalt, de verkeerslichten werken niet en overal ligt zwerfvuil. De vuilnismannen van de gemeente Gaza zijn sinds maart niet meer uitbetaald en hebben daarom het werk neergelegd.
Bij 'Wadi Gaza' ('de vallei van Gaza') verdwijnt de weg opeens in een diep gat. De brug is twee weken geleden door het Israëlische leger platgebombardeerd en heeft nu de vorm van een wiskundig wortelteken. We moeten via een omweg naar de andere kant rijden.
''s Winters loopt de vallei vol water. We zullen dan volledig van het zuiden zijn afgesneden', meent Majed.
Wurggreep
Het dichtbevolkte Gaza met zijn 1,4 miljoen inwoners verkeert een jaar na de ontruiming van de Israëlische nederzettingen in een staat van chaos. Een combinatie van factoren bracht 78 procent van de bevolking tot de bedelstaf. Zo'n 75 procent van het inkomen van Gaza is afhankelijk van de landbouw en de export van bloemen, groente en fruit. Israël regelt de mobiliteit van de Palestijnen en hun goederen door de afsluiting van de checkposten en houdt de Palestijnse gebieden in een economische wurggreep. Twee maanden geleden sloot het de Karni-controlepost - de belangrijkste goederendoorgang - af, waardoor de Palestijnse export van bloemen en groente naar Israël, de Westelijke Jordaanoever en het buitenland stagneerde en de oogst verrotte. Tientallen miljoenen euro's gingen verloren en vele Palestijnen werden werkloos.
Omdat de Palestijnen uit Gaza geen uitreisvergunning krijgen, is daarmee ook de laatste mogelijkheid op werk - in Israël - afgesneden. Emplooi bij de overheid is uitgesloten want de failliete Hamas-regering kan door de staking van de Europese budgetsteun al sinds februari geen salarissen meer betalen.
Intussen verkeert Gaza in een situatie van toenemende bandeloosheid en onveiligheid. In een jaar tijd werden 56 Palestijnse burgers door medeburgers gedood en velen gewond, openbare gebouwen en eigendommen werden vernield en beroofd, aldus The Palestinian Human Rights Monitoring Group, een onafhankelijke organisatie die de schending van mensenrechten van de Palestijnen registreert.
Op de belangrijke kruispunten zien we groepjes jonge Palestijnen met machinegeweren, die verveeld tegen de muren hangen. De vele kleine rivaliserende milities en de beslechting van familievetes maken het leven van de gewone burgers onveilig, maar niemand schijnt zich daar druk over te maken. Het slecht bewapende en onbetaalde politieapparaat kan de orde niet handhaven.
En terwijl de internationale media zich concentreerden op de oorlog tussen Israël en Libanon, woedde er in Gaza bijna ongemerkt een andere oorlog. Na de kidnapping van de Israëlische soldaat Gilad Shalit door Palestijnse militanten en als reactie op de raketaanvallen van Hamas op Israël, startte Israël twee maanden geleden de 'Operatie Zomerregen'. Israël viel met tanks de Gazastrook binnen en voerde 768 militaire acties met 217 luchtaanvallen op Gaza uit. Daarbij werden in de maanden juli en augustus 212 Palestijnen gedood en 395 gewond, aldus een rapport van de Palestinian Human Rights Monitoring Group. Dat is het hoogste dodenaantal in Gaza sinds 2004.
Mohammed Sharif, de opzichter van Gaza Power Generator Company, de enige elektriciteitscentrale van Gaza, kan erover meepraten. Hij werd midden in de nacht letterlijk uit zijn bed gelicht door het geluid van een verschrikkelijke explosie. 'Raketten hadden de drie transformators geraakt. Het waren voltreffers. Er ontstond een vuurzee, want de transformators werken op olie. De twee medewerkers, die nachtdienst hadden, trachtten het vuur nog te blussen, maar raakten door de explosies ernstig gewond', herinnert Sharif zich.
De centrale, die zo'n 200 tot 300 megawatt moet produceren, ligt nu praktisch stil. En Gaza zit zonder stroom.
'Wij krijgen voortdurend wanhopige telefoontjes', legt Sharif uit. 'De boeren kunnen de droge woestijngrond niet irrigeren, want de elektrische waterpompen werken niet en de nieuwe aanplant droogt uit. De koelinstallaties voor groente en fruit liggen stil. De rijkere boeren hebben nog wel een generator, maar die loopt op diesel en men weet niet hoelang dieselolie nog voorradig is. De burgers leven al dagen zonder licht, warm water, koelkasten. Dit is verschrikkelijk. Je kunt mensen toch niet de primaire voorzieningen van water en elektriciteit onthouden?'
Sharifs ogen schieten vuur. Hij begrijpt niet waarom Israël zijn centrale aanviel. Dit heeft volgens hem niets met de bestrijding van terroristen of lanceerbases van de Kassem-raketten te maken. 'Wij zijn een privébedrijf. We zijn geen terreurorganisatie. We lanceren geen Kassems en houden geen terroristen verborgen. Onze schade loopt in de miljoenen euro's. Het zal maanden duren om het systeem weer te activeren. Wie zal onze schade vergoeden? Israël?'
Hand in eigen boezem
Toch zijn er Palestijnen, die menen dat het te gemakkelijk is om de oorzaak van al het kwaad en de ellendige omstandigheden in Gaza bij de Israëliërs te zoeken. De Palestijnen moeten ook de hand in eigen boezem steken.
Een kwartiertje rijden verderop naast het vluchtelingenkamp Khan Yunis inspecteert Achmed, een bewaker van de Palestijnse overheid, een terrein met honderden groentekassen. De kassen waren vroeger het eigendom van de Joodse bewoners van de nederzetting Morag. Na de terugtrekking werden ze door Amerikaans-Joodse donors gekocht en aan de Palestijnse Autoriteit geschonken.
De kassen zijn leeg. De Palestijnse staat en buitenlandse donors hebben miljoenen euro's geïnvesteerd om enkele kassen weer operatief te maken, maar dit potentieel lucratieve project stortte in omdat het onmogelijk bleek om de groente te verbouwen. Sindsdien ligt het werk stil. Achmed: 'Kijk, Gaza is na de terugtrekking achteruitgehold, en dat komt in de eerste plaats door het onderlinge geweld.'
Achmed wijst naar de kassen: 'Neem nu deze groentekassen. Het is een miljoeneninvestering, die vele burgers weer een inkomen kan geven. Maar de kassen moeten zwaar bewaakt worden, want anders worden ze door horden Palestijnen leeggeroofd en vernield. Voordat we bewaking hadden, werden de kassen letterlijk gestript. Er bleef niets meer over. Het is de hoogste tijd dat wij optreden tegen dat geweld, voordat het te laat is.'
In de zuidelijkste punt van Gaza, langs de kilometersbrede militaire bufferzone voor de Palestijns-Egyptische grens (de beruchte Philadelfi-route), werkt Oda op zijn land. Shoka is een zwaarmoedig dorp van ruïnes van huizen met golfplaten daken in een van de gevaarlijkste en zwaarst getroffen gebieden van Gaza. De Palestijnen durven hier nauwelijks nog te komen.
Oda is een man met treurige ogen in een verweerd gezicht, dat getekend wordt door honderden kleine rimpeltjes. Twee weken geleden werden zijn tomatenkassen geraakt bij een raketaanval. De zoon van Oda toont vol ijver waar een raket is geland. Het gat in de grond is grijs en er liggen overal granaatscherven. Oda's broer raakte gewond. Dit was voor Oda de druppel die de emmer deed overlopen. Zijn vorige oogst was verrot bij de checkpost omdat Israël de uitvoer verbood en nu dit weer? 'Waar ik me het meeste voor schaam, is dat ik de moed heb opgegeven', zegt Oda. 'Mijn gezin leeft nu van de voedselpakketten van Unrwa (de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen in het Midden-Oosten, nvdr).'
De stilte wordt doorbroken door het staccato geluid van geweerschoten uit het Rafah-vluchtelingenkamp, zo'n kilometer verderop. Oda zucht: 'De mensen zijn gespannen. Een familieruzie kan uitmonden in een bloedbad.'
Hoe een Palestijn leeft onder die dreiging van luchtaanvallen en het geweld beschrijft hij als volgt. 'Het eerste wat ik doe als ik mijn ogen open, is de radio aanzetten om te horen of er al een militaire actie is geweest. Als het 's nachts rustig is geweest, haal ik opgelucht adem. Maar vervolgens bekruipt me het onzekere gevoel dat er dan misschien nog een aanval zal volgen. En waar zal de bom neerkomen? Ik heb gehoord dat het leger de mensen tegenwoordig waarschuwt als het een huis gaat bombarderen. Je hebt dan zo'n half uur om je huis te ontruimen. Maar ja, wat doe ik als ze mijn land weer bombarderen? Schuilen gaat niet want er zijn geen schuilkelders in de omgeving. We slapen slecht uit angst voor de bommen, maar kan ik verhuizen? We zitten hier in Gaza als muizen in de val.'
Zou het helpen als Hamas de raketaanvallen op Israël staakt? Hij haalt zijn schouders op.
'Ik heb nog nooit op Israëliërs geschoten, maar laten de Israëliërs mijn oogst met rust?'
Hij maakt een vermoeide handbeweging naar zijn velden. 'Lang geleden stonden deze velden vol tomaten. Lang geleden toen we nog een leven hadden...'
Simone Korkus
Knack - 06-09-2006