PDA

Bekijk Volledige Versie : ’Tempelschatten in klooster bij Bethlehem’



tukkersterror
10-10-06, 10:40
’Tempelschatten in klooster bij Bethlehem’
Britse historicus beweert te weten waar de schat is

Geplaatst op 9/10 '06 om 21:49u
Door Stefan Kortrijk (Bron: www.alpha-online.nl)


LONDEN (RKnieuws.net) - Vraag een willekeurige Jood waar de verdwenen Tempelschatten zijn en de kans is groot dat hij het Vaticaan aan zal wijzen als de plaats waar ze verborgen liggen. Algemeen wordt aangenomen dat de Tempelschatten daar ooit terecht zijn gekomen. Een Britse historicus werpt echter een heel nieuw licht op de zaak. Hij zegt te weten dat de Tempelschatten in een klooster liggen, vlakbij Bethlehem in Palestijns gebied.

Volgens de berichten sleepten de Romeinen meer dan vijftig ton aan goud en zilver uit de Tempel, voordat ze het bouwwerk in het jaar 70 na Christus verwoestten. Daaronder een enorme menorah. Niemand heeft de Tempelschatten ooit teruggezien. Waar ze zijn is een van de onopgeloste raadsels van de geschiedenis.

Toch wijzen de meeste mensen Rome als vindplaats aan. En dat komt niet zozeer omdat het de Romeinen waren die de Tempel leegroofden, als wel een afbeelding op de ’Titusboog’, een poort in Rome waarop beelhouwwerk. Die poort werd opgericht ter ere van Titus, die van 79 tot 81 over Rome regeerde. Kort na zijn dood werd de poort of boog gebouwd.

Daarop is te zien hoe Romeinse soldaten allerlei voorwerpen uit de Tempel op hun schouders meedragen. Daaronder de menorah, maar ook trompetten van zilver en een met juwelen ingelegde tafel. Van die laatste twee zaken (de tafel en de trompetten) is bekend dat de Romeinse keizer Vespasianus en zijn zoon Titus die mee terug namen uit Jeruzalem als een ’oorlogsbuit’. Maar omdat de menorah ook op de Titus-boog staat afgebeeld en de menorah zich tot aan de verwoesting van de Tempel in die Tempel bevond, denken velen dat de Tempelschatten door Vespasianus en Titus ook zijn meegenomen naar Rome.

Ze zouden uiteindelijk terecht zijn gekomen in de ondergrondse kamers van het Vaticaan. Onder het Vaticaan en onder delen van Rome liggen uitgestrekte gangenstelsels, waarin zich een ongelooflijke hoeveelheid goederen bevindt. Allerlei geschenken die pauzen in de loop der eeuwen kregen, bevinden zich daar ook. Letterlijk geen mens weet wat er zich allemaal in de gangen bevindt.

Toen Israël en het Vaticaan in de jaren negentig eindelijk betrekkingen aanknoopten, vroeg Israël officieus aan het Vaticaan om te onderzoeken of de Tempelschatten zich in (of onder) het Vaticaan bevonden. Het Vaticaan zegde toe dat te zullen doen. Tot op de dag van vandaag is echter nog steeds niet gemeld of medewerkers van het Vaticaan de schatten nu wel of niet hebben gevonden.

Volgens sommige bronnen zou ten minste een deel van de Tempelschatten tussen het jaar 75 en de vijfde eeuw regelmatig in Rome tentoongesteld zijn geweest in een zaal die ’tempel van de vrede’ heette en die zich in het Romeinse Forum bevond. Maar andere bronnen bevestigen dat niet.

Voor Joden is het in ieder geval volkomen duidelijk: De Tempelschatten liggen weggestouwd, ergens in de donkere spelonken onder het Vaticaan.

Fout, zegt de Britse historicus Sean Kingsley. Zich baserend op historische teksten en nieuwe archeologische vondsten, beweert Kingsley dat de Tempelschatten tot het jaar 455 in Rome zijn gebleven. Maar toen vielen de Vandalen het Romeinse rijk binnen en werden de Tempelschatten weggevoerd. Na heel veel omzwervingen kwamen ze weer in Israël terecht.

Kingsley schreef er een zeer onderhoudend boek over: ’God’s Gold: The Quest for the Lost Temple Treasure of Jerusalem’. Dat is afgelopen week verschenen bij uitgeverij John Murray. In dat boek schrijft Kingsley dat de Tempelschatten vanuit Rome eerst naar Carthago in Tunisië zijn gebracht, vandaar naar Hippo Regius in Algerije, vervolgens naar Constantinopel (het huidige Istanboel) in Turkije en vandaar uiteindelijk naar Israël. Daar kwamen ze in het midden van de zesde eeuw aan en werden begraven in de wildernis van Judea.

Tegenwoordig, zegt Kingsley, bevinden de Tempelschatten, waaronder de menorah, zich in het afgelegen Grieks-orthodoxe klooster dat is gewijd aan St. Theodosius. Het klooster ligt ongeveer 12 kilometer oostelijk van Bethlehem.

Kingsley is niet de eerste de beste avonturier. Hij geldt als een van ’s werelds experts op het gebied van economische betrekkingen in het oostelijk deel van het Middellandse Zeegebied in de Late Oudheid. "Eén ding is absoluut zeker", zegt hij, "de Tempelschatten zijn niet ergens onder de grond van het Vaticaan weggestopt. Dat is zeker. En ik kan het bewijzen ook."

Kingsley zegt aanwijzingen voor de verblijfplaats van de Tempelschatten te hebben gevonden bij de Romeinse historicus Josephus Flavius, maar ook bij een geschrift van Procopius, een schrijver van de Byzantijnse keizer Justinianus, die in het jaar 562 overleed.

Evenals werk van Theophanes Confessor (circa 760 817), een christelijke monnik uit Constantinopel. In zijn geschrift ’Chronographia’, dat deperiode 284 tot 813 omvat, schrijft Theophanes dat Geiseric de Lamme, koning van de Germaans stam de Vandalen, de Tempelschatten "die Titus naar Rome had gebracht na de verovering van Jeruzalem" op een boot heeft geladen en ze naar Charthago heeft laten overbrengen. Dat zou in het jaar 455 zijn gebeurd.

De Vandalen hebben door de eeuwen heen een slechte pers gehad. Ons woord ’vandalisme’ is aan hen ontleend. Maar volgens Kingsley waren ze niet zo slecht als de geschiedenis later over hen heeft geoordeeld. "Ze voldeden aan het verzoek van paus Leo I om Rome te sparen. In ruil daarvoor kregen ze van Leo goud en zilver. Daaronder dus ook de Tempelschatten", zegt Kingsley.

In het jaar 533 ondernam de Byzantijnse generaal Flavius Belisarius een geboekstaafde poging de Noord-Afrikaanse provincies van het Romeinse rijk weer onder Rome te brengen. Toen hij met zijn schepen voor de kust van Algerije verscheen, zag hij juist een schip van de Vandalen uit de haven van Hippo Regius (het tegenwoordige Annaba) wegvaren. Hij ging er achteraan en overviel het schip. Het bleek de Tempelschatten aan boord te hebben.

Belisarius bracht ze over naar Constantinopel, de hoofdstad van het toenmalige Byzantijnse rijk. Uit dankbaarheid daarvoor verordenneerde keizer Justinianus dat Belisarius een ’Romeinse triomftocht’ te beurt zou vallen. Het zou voor het laatst in de geschiedenis zijn dat iemand die Romeinse eer zou krijgen. In de parade die volgde in de straten van Constantinopel, zouden ook de Tempelschatten zijn meegevoerd, zegt Kingsley te weten.

In de zevende eeuw drongen de Perzen op naar Jeruzalem, doodden er duizenden christenen en sleepten de patriarch Zacharias mee naar Perzië. Dat, zegt Kingsley, is waarschijnlijk de aanleiding geweest voor de volgende verhuizing van de Tempelschatten. In Constantinopel vreesde men namelijk dat de Perzische legers ook Constantinopel wel eens zouden kunnen overvallen. Men besefte de waarde van de Tempelschatten en besloot die te begraven op een plaats waar niemand ze zou zoeken: in de woestijn van Judea. Dat zou zijn gebeurd in het jaar 614.

De Tempelschatten zouden zijn begraven op het terrein van het klooster van St. Theodosius, dat tegenwoordig in Grieks-orthodoxe handen is. Dat klooster werd al in het jaar 476 gebouwd. Tegenwoordig ligt het klooster in Palestijns gebied, gecontroleerd door Hamas. De kans dat Israëli’s wetenschappers er een kijkje mogen nemen is minder dan nul. En ook andere wetenschappers zijn er waarschijnlijk niet welkom. Kingsley zelf slaagde er niet in ter plekke op onderzoek uit te gaan. Het werd hem niet toegestaan.

Zouden de Tempelschatten werkelijk gevonden worden, dan heeft dat een enorme impact, die veel verder gaat dan alleen maar een bijzondere vondst uit archeologisch oogpunt. "De Tempelschatten vormen in de huidige situatie in het Midden-Oosten een dodelijk politiek wapen", meent Kingsley.

Maar er is meer. Het heeft ook ’Messiaanse implicaties’, denkt hij. "Als de Tempelschatten werkelijk worden ontdekt, dan kan dat een enorme stap zijn in de richting van de herbouw van de Tempel, het opnieuw invoeren van bijbelse offers en uiteindelijk van de komst van de Messias."