PDA

Bekijk Volledige Versie : Arabisch / Marokkaans dialect komt los van ordinair imago



Alim
04-12-06, 07:52
door Julie van Traa
Marokkanen schamen zich niet meer voor hun Arabische dialect, het darija. Hun straattaal is acceptabel geworden en verovert de media.
Het Marokkaans dialect van het Arabisch raakt steeds meer in de mode. Werd het darija altijd beschouwd als een ordinair dialect dat alleen op straat gesproken kon worden, nu is het niet meer weg te denken uit de media.

In debatten op de staatstelevisie, tijdens praatprogramma’s op de radio en in kranten en tijdschriften gebruiken steeds meer mensen hun moerstaal.

„Het is onze moedertaal, de nationale taal die wij Marokkanen, ook de Berbers, allemaal begrijpen, die uit ons binnenste komt”, zegt schrijver Youssouf Amine Elalamy. Afgelopen voorjaar gaf hij een bundel uit met korte verhalen in het darija. „Om te laten zien dat het een echte taal is, die leeft en creatief is.”

’Tqarqib Ennab’ (roddels) is het eerste boek in de Arabische wereld, voor zover hij weet, dat van begin tot einde in een ‘dialect’ is geschreven – en niet in het klassiek Arabisch, de officiële voertaal in de Arabische wereld. Ook in Marokko spreekt de koning zijn volk in die standaardtaal toe, wordt het nieuws daarin voorgelezen en worden boeken, tijdschriften en officiële teksten in die taal gepubliceerd.

„Terwijl meer dan de helft van de mensen het klassiek Arabisch niet machtig is”, zegt Elalamy. Marokkanen leren deze taal, die heel erg verschilt van het darija, op school. Volgens officiële statistieken is 43 procent analfabeet. „En veel van degenen die wel naar school zijn gegaan, begrijpen het misschien een beetje. En niemand die thuis klassiek Arabisch praat.”

De weerstand is groot in de Arabische wereld om de gesproken dialecten ook op schrift te zetten. Het brengt de mythe van de Arabische natiestaat, zo vurig bepleit door de Egyptische oud-president Abdel Nasser, in gevaar. „De eenheid in de Arabische wereld is onze taal”, zegt Elalamy.

Maar veel belangrijker is de notie dat klassiek Arabisch de taal is van Allah, de taal via welke profeet Mohammed de Koran tot zich kreeg. „Als je die taal wilt aanpassen of eraan sleutelen, dan verander je de woorden van Allah en neem je in feite zijn plaats in”, legt Elalamy uit.

Met zijn boek heeft hij willen laten zien dat het darija geen dialect is om je voor te schamen, maar het verdient om opgeschreven te worden. En overal in de Marokkaanse maatschappij zie je dat terug. Zo had columnist Rachid Nini veel succes omdat zijn columns grotendeels in het darija waren geschreven. Op straat en in cafés zag je mensen zijn columns ontleden. Toen hij stopte, liep de verkoop van de krant waarin hij schreef drastisch terug.

In de grote steden is een nieuwe generatie hip-hoppers, rappers en zangers die uitsluitend in het darija zingen en sponsors vinden om cd’s uit te brengen. Op de nieuwe radiozender Casa FM praat iedereen bijna continu darija.

„Dat zou tien jaar geleden allemaal ondenkbaar zijn geweest”, zegt journalist Mohamed Zainabi. Hij geeft Al Amal uit, een maandblad uit dat helemaal in het darija – hij zelf spreekt liever van ’Marokkaans’ – is geschreven.

Volgens hem hangt deze democratisering van het taalgebruik samen met de politieke openheid onder het regime van de jonge koning Mohammed VI. De zogeheten ’jaren van lood’ onder de vorige koning Hassan II, toen vele activisten voor jaren in de cel verdwenen, zijn voorbij.

„Omdat er veel grotere vrijheid van meningsuiting is, durven mensen ook meer te zeggen en doen dat dan in darija”, zegt Zainabi. „Ook het politieke debat is minder elitair geworden. De mensen die aan de macht zijn hebben minder minachting voor het darija”, zegt hij.

Minachting is weg, maar steun blijft uit
In Marokko verschijnen twee bladen geheel in het Arabische dialect van het koninkrijk, het darjia: Al Amal (de Hoop) en Khbar Bladna (Nieuws uit ons land).

De uitgever van Khbar Bladna is Elena Prentice, een Amerikaanse die al haar hele leven in Marokko woont. Al Amal werd op de been gehouden door een Franse stichting, maar dat geld is op. De uitgever weet niet of een volgend nummer zal uitkomen. Van officiële zijde hoeft Al Amal geen steun te verwachten

Bron: Trouw