Qaiys
06-11-07, 02:08
Discriminatie in jeugdrecht
Van onze verslaggever Menno van Dongen
AMSTERDAM - Officieren van justitie discrimineren minderjarige allochtone verdachten. Voor vergelijkbare delicten worden etnische minderheden door het Openbaar Ministerie (OM) ruim twee (2,3) keer zo vaak naar de kinderrechter gestuurd.
Dat blijkt uit onderzoek dat socioloog Don Weenink (39) verrichtte bij het Willem Pompe Instituut (Universiteit Utrecht). Hij bestudeerde 409 strafdossiers van het OM uit 2002 en 2003 om na te gaan hoe ongelijke behandeling van allochtone verdachten tot stand komt. De bevindingen worden woensdag gepubliceerd in het wetenschappelijke blad Sociologie.
Volgens Weenink is de discriminatie ‘het onbedoelde gevolg van de manier waarop het jeugdstrafrecht is ingericht’. Het gaat mis tijdens de gesprekken met maatschappelijk werkers, die rapporten opstellen voor het OM. Dat beslist vervolgens of een zaak wordt geseponeerd, de verdachte een transactie krijgt aangeboden of dat hij voor de rechter komt.
‘Hulpverleners hebben minder moeite met de manier waarop Nederlanders zich opstellen: die geven vaker een grote mond. Allochtonen draaien in hun ogen meer: ze stellen zaken te mooi voor. Maatschappelijk werkers vinden dat ze geen greep krijgen op zo’n verdachte. Dat kan als riskant worden gezien.’
Hun rapport gaat naar een officier van justitie, die vanwege ‘culturele onzekerheid’ besluit de rechter te laten oordelen, aldus Weenink. ‘Hoe groter de culturele en sociaal-economische verschillen met autochtonen, hoe nadeliger dat is voor de verdachte. Surinaamse jongeren komen niet sneller voor de rechter, Marokkanen wel. Kinderen van asielzoekers zijn nog slechter af. Het OM moet zich daarvan bewust zijn. Dit heeft gevolgen: de strafeis is vaak hoger en de sanctie wordt vermeld in het justitieel documentatieregister. Daarvan kun je later last hebben.’
http://www.volkskrant.nl/binnenland/article476316.ece/Discriminatie_in_jeugdrecht
Van onze verslaggever Menno van Dongen
AMSTERDAM - Officieren van justitie discrimineren minderjarige allochtone verdachten. Voor vergelijkbare delicten worden etnische minderheden door het Openbaar Ministerie (OM) ruim twee (2,3) keer zo vaak naar de kinderrechter gestuurd.
Dat blijkt uit onderzoek dat socioloog Don Weenink (39) verrichtte bij het Willem Pompe Instituut (Universiteit Utrecht). Hij bestudeerde 409 strafdossiers van het OM uit 2002 en 2003 om na te gaan hoe ongelijke behandeling van allochtone verdachten tot stand komt. De bevindingen worden woensdag gepubliceerd in het wetenschappelijke blad Sociologie.
Volgens Weenink is de discriminatie ‘het onbedoelde gevolg van de manier waarop het jeugdstrafrecht is ingericht’. Het gaat mis tijdens de gesprekken met maatschappelijk werkers, die rapporten opstellen voor het OM. Dat beslist vervolgens of een zaak wordt geseponeerd, de verdachte een transactie krijgt aangeboden of dat hij voor de rechter komt.
‘Hulpverleners hebben minder moeite met de manier waarop Nederlanders zich opstellen: die geven vaker een grote mond. Allochtonen draaien in hun ogen meer: ze stellen zaken te mooi voor. Maatschappelijk werkers vinden dat ze geen greep krijgen op zo’n verdachte. Dat kan als riskant worden gezien.’
Hun rapport gaat naar een officier van justitie, die vanwege ‘culturele onzekerheid’ besluit de rechter te laten oordelen, aldus Weenink. ‘Hoe groter de culturele en sociaal-economische verschillen met autochtonen, hoe nadeliger dat is voor de verdachte. Surinaamse jongeren komen niet sneller voor de rechter, Marokkanen wel. Kinderen van asielzoekers zijn nog slechter af. Het OM moet zich daarvan bewust zijn. Dit heeft gevolgen: de strafeis is vaak hoger en de sanctie wordt vermeld in het justitieel documentatieregister. Daarvan kun je later last hebben.’
http://www.volkskrant.nl/binnenland/article476316.ece/Discriminatie_in_jeugdrecht