PDA

Bekijk Volledige Versie : Pechtold over het benarde politieke midden



IbnRushd
18-12-07, 14:40
Pechtold over het benarde politieke midden

Gepubliceerd: 17 december 2007 17:31 | Gewijzigd: 17 december 2007 17:49

D66 spreekt dinsdagmiddag op het nieuwscollege in Den Haag, tijdens een debat georganiseerd door NRC Handelsblad en Campus Den Haag. Hier een samenvatting van de te houden toespraak, over vlucht van middenpartijen naar de flanken van de politiek.

Door Alexander Pechtold

Twee spoken verjagen partijen uit het politieke centrum: angst voor sociaal-economische hervormingen en vrees voor het onbekende. De kloof tussen de ideologische pretenties van partijen en het bewustzijn van kiezers is groot. De etiketten ‘sociaal-democratisch’, ‘christen-democratisch’ en ‘liberaal’ geven geen duidelijk beeld meer van wie onder die vlag vaart.

Hoe de politieke stromingen uit het midden ook werden gedefinieerd, zorg voor stabiele sociaal-economische ontwikkeling maakte er altijd deel vanuit. Voor het CDA vanuit het oogpunt van rentmeesterschap, voor de VVD om het bedrijfsleven te versterken, voor de PvdA om de verzorgingsstaat en de zorg te bekostigen en voor D66 vooral om de ontplooiing van het individu mogelijk te maken en het onderwijs te financieren.

De term liberaal is misschien nog wel het meest aan inflatie onderhevig. De problemen in de VVD, na de afsplitsing van Wilders en Verdonk, vloeien voort uit de verwoede pogingen om het onverenigbare te verenigen. Stamdenken gaat niet samen met een open economie en een liberale, open samenleving. De ervaring leert hier dat een partij zich ontwikkelt naar haar afsplitsing toe.

In de PvdA is het niet anders. Met de hete adem van de SP in zijn nek heeft Wouter Bos in no time afstand genomen van een liberale koers op sociaal-economisch terrein, met het ontslagrecht als meest pregnante voorbeeld. Het CDA ondertussen is onmachtig in de coalitie en slaagt er niet in de hervormingen uit Balkenende 2 voort te zetten.

Terwijl Wilders de media bezig weet te houden met angst voor het vreemde en de SP met succes het failliet van het “neo-liberalisme” predikt en de verzorgingsstaat aanbidt, willen de meeste Nederlanders nog steeds een vrij en welvarend leven. Twee wensen die nauw met elkaar verbonden zijn. Was het immers niet in de welvarende jaren ’90 dat D66 vrijheden als euthanasie en een openstelling van het huwelijk voor homo’s wist te bewerkstelligen?

Intussen gaat de versnippering van het electoraal verder. Als antwoord daarop kiest het midden voor een behoudende lijn. Stilstand alom: hun leiders laten sociaal-economische hervormingen en een verdere Europese integratie links liggen. In plaats daarvan kiezen ze voor het heilig verklaren van de sociaal-economische status quo en een naargeestige zoektocht naar een vastomlijnde Nederlandse identiteit; een identiteit gebaseerd op de jaren ’50 van de twintigste eeuw, en niet op een ambitieus toekomstdoel.

De middenpartijen nemen steeds meer afstand van de hervormingsagenda. Als het gaat om de woningmarkt, waar starters geen huis meer kunnen vinden; als het gaat om meer mensen aan het werk te krijgen door de AOW-gerechtigde leeftijd stapsgewijs te verhogen tot 67 in 2030 geeft het midden niet thuis. Ondertussen daalt het aantal werkenden dat tegenover iedere 65-plusser staat snel: van 4,2 nu naar 3,6 in 2013. De urgentie van deze problemen wordt maar niet onderkend.

Ook de twijfel over een verdere integratie van de Europese Unie plaats ik in dit licht: hoe kan het politieke midden het fundament van onze economie, de Europese markt, zo met de nek aankijken? Een verdere integratie van de Europese markt kan naar schatting een potentiële groei van 60% van de Nederlandse dienstensector betekenen. Toch hield de Nederlandse politiek zich afzijdig bij de harmonisering van de interne markt. Problemen van exporterende Nederlandse bedrijven krijgen zo weinig aandacht in Brussel.

De afgelopen week kwam de angst voor sociaal-economische verandering en de angst voor het vreemde bij elkaar. Op de vraag of we in tijden van hoogconjunctuur hardwerkende Oost-Europeanen moeten toelaten tot onze arbeidsmarkt, klonk een “nee” uit het midden. En dat terwijl werkgevers waarschuwen voor een te krappe arbeidsmarkt: er is een record aantal vacatures van zo'n 250.000. Met alle gevolgen voor de economische groei van dien.

De weigering om onze economie te versterken strekt zich uit over de hele breedte. In 2006 leek er consensus te bestaan over de modernisering van het ontslagrecht, maar in 2007 leidde diezelfde modernisering bijna tot een kabinetscrisis. Bovendien is inmiddels afstand genomen van de Zalmnorm, worden de belastingen verhoogd en herkeuringen in de WAO gedeeltelijk teruggedraaid.

De middenpartijen vluchten naar de flanken op zoek naar onzekere kiezers. De kunst is echter om sociaal-economische verandering en arbeidsmigratie niet tegen te houden, maar in goede banen te leiden. Nu verlammen stamdenken en een starre weerstand tegen de omschakeling van verzorgings- naar participatiestaat de politiek. De fictie van de extremen dat de globalisering tegen kan worden gehouden leidt op de lange termijn tot sociaal-economische en culturele neergang en moet daarom krachtig weersproken worden. De middenpartijen moeten niet onzeker worden van de angstbeelden op de flanken, maar door een krachtdadig hervormingsbeleid en een ambitieus toekomstperspectief sociaal-economische en sociaal-culturele ontwikkeling mogelijk maken.

Alexander Pechtold is fractieleider van D66.

nrc.nl