PDA

Bekijk Volledige Versie : Hamas: partner voor vrede?



Orakel
07-01-09, 18:20
Hamas: partner voor vrede?

Hamas wordt steeds genoemd als radicale partij met wie geen vredesoverleg mogelijk is. Maar is dat zo? Wij analyseren het daadwerkelijke gedrag vanaf vorig jaar.

Op 25 januari 2006 neemt Hamas voor het eerst deel aan de verkiezingen voor het Palestijnse parlement. Zij winnen deze met een grote meerderheid (76 van de 132 zetels). Voorafgaand daaraan heeft de Israëlische commentator Arnon Regular het Hamas verkiezingsplatform geanalyseerd (Haaretz 11-1-2006). Hem vallen de grote verschillen met het Handvest uit 1988 en speeches van de afgelopen jaren op. Er wordt nergens meer gesproken van de vernietiging van Israël (en de daarbij behorende claim op alle land ten westen van de Jordaan). Wel worden het recht op gewapend verzet tegen de Israëlische bezetting en het recht op terugkeer van vluchtelingen gehandhaafd.

Palestijnse reacties

In een interview met CNN na de verkiezingen bevestigt Hamas leider Mahmoud Zahar de overgang naar een andere fase “Wij verwachten onze eigen staat te vestigen op het gebied van voor 1967 en wij bieden een langdurige “hudna” (wapenstilstand, JE)” (Haaretz 30-1-2006). De Amerikaanse minister Rice stelt direkt aanvullende voorwaarden: “Hamas moet ontwapenen voordat ze tot de politiek toetreden” (Haaretz 10-2-2006). Zij noemt het Noord-Ierse Goede Vrijdag Akkoort waarbij de IRA zich tot ontwapening verplichtte (een essentieel verschil noemt zij niet: de IRA ontwapende nadat er overeenstemming was, terwijl van Hamas gevraagd wordt te ontwapenen voordat ze tot overleg worden toegelaten).

In een ander interview (met de Guardian, 31-1-2006) geeft Hamas voorman Khalid Meshal commentaar op de zojuist gewonnen verkiezingen: “Palestijnen kozen Hamas omdat ze hun legitieme rechten niet willen opgeven”. Zijn wil om niet alleen de eigen Hamas-achterban, maar de volledige Palestijnse bevolking te vertegenwoordigen, blijkt uit de woorden “het doel op middellange termijn is om de rol van de PLO te opnieuw te bezien, zodat ze de echte vertegenwoordiger van alle Palestijnen worden” (dit is lijn met wat westerse mogendheden altijd zeiden te willen). Ten aanzien van Israel is hij principieel en praktisch tegelijk “….zullen nooit het bestaansrecht van een Zionistische staat op ons grondgebied erkennen. Maar als men een langdurig bestand wil aanvaarden zijn wij bereid over de condities daarvan te onderhandelen. Hamas strekt een hand uit voor vrede naar diegenen die werkelijk geinteresseerd zijn in een vrede op basis van gerechtigheid”. Belangrijk zijn de woorden “Zionistische staat” (men heeft bezwaren tegen het voor Arabieren discriminerende karakter van de staat Israël; dat is iets anders dan nooit welke Israëlische staat dan ook erkennen).

In een interview met Haaretz (13-3-2006) houdt beoogd premier Haniyeh vast aan Palestijnse rechten “Gewapend verzet is een wettige methode om Palestijnse rechten te realiseren”. Over voorgaande overeenkomsten zegt hij “…het kabinet zal uitgaan van de realiteit van voorgaande accoorden op basis van het internationale recht en ze uitvoeren om de rechten en belangen van ons volk te beschermen”.

Israëlische reacties

De Israëlische regering wil de komende Hamas regering isoleren en economisch afknijpen (Weisglass: “de Palestijnse natie op dieet zetten”). Een editorial in Haaretz onder de titel “Dieet in plaats van wijsheid” (20-2-2006) reageert gematigder “Op dit moment gedraagt Hamas zich meer verantwoordelijk dan de Israëlische regering” en verwijst naar het “streven naar een langdurige hudna”.

Voor een goed begrip van de situatie moeten wij in gedachten houden dat al die tijd, zelfs al handhaaft Hamas het sinds begin 2005 van kracht zijnde eenzijdige bestand, Israelische aanvallen doorgaan waardoor leiders (en omstanders) gedood worden, massale arrestaties plaats vinden, enz. Defensie minister Mofaz waarschuwt dat toekomstig premier Haniyeh een “militair doel” zou kunnen worden (Jordan Times 7-3-2006). Ondertussen worden steeds meer gebieden voor Palestijnen afgesloten. Haaretz (13-3-2006) rapporteert over het ontoegankelijk maken van de Jordaan vallei. Olmert kondigt grote uitbreidingen van nederzettingen aan bij Jeruzalem (Haaretz 9-5-2006) en later worden grote uitbreidingen op de Westoever aangekondigd (Haaretz 21-5-2006). In het najaar zal ook de Westoever, door een gewijzigd visumbeleid, voor minder Palestijnen toegankelijk gemaakt worden. Rapporten van o.a. de Wereldbank tonen dat door het sterk toegenomen aantal checkpoints de Palestijnse economie vrijwel volledig tot stilstand kwam. In een artikel in de Jordan Times (12-3-2006) is de Amerikaanse ex-president Jimmy Carter duidelijk: de Israëlische handelwijze sluit vrede uit.


Ook in Israël is er kritiek. Commentator Yonatan Touval schrijft in Haaretz (23-3-2006) “….De Routekaart is dood, maar zoals Israel zeker stelde, hij nooit tot leven kwam”.

Hij herinnert er aan dat reeds in september 2005 Sharon had duidelijk gemaakt dat er na zijn “ontruimingsplan” plan niets meer zou volgen, omdat daarna het vredesproces in formaldehyde geplaatst zou worden. Zijn woordvoerder Weisglas zei “Als je dat proces bevriest, voorkom je de vestiging van een Palestijnse staat en je voorkomt een discussie over vluchtelingen, de grenzen en Jeruzalem”. Hij noemde de Routekaart voor de vrede “definitief van de agenda verwijderd”.

Kadima wint verkiezingen

Op 28-3-2006 wordt de Kadima partij van premier Olmert in de Israëlische verkiezingen de grootste (29 zetels in de Knesset). Haaretz commentator Gideon Levy schrijft over diens opvattingen “De ‘vrede’ zoals door Olmert voorgesteld is niet minder dan racistisch” en verder over de stemming in de Israëlische bevolking “Niemand praat meer over vrede met ze, niemand wil dat echt. Waar we het allemaal over eens zijn is om van ze af te komen, op welke wijze dan ook“. Olmert heeft geen interesse in besprekingen met de Palestijnen. Met Hamas wil hij niet spreken en “Abbas is zijn autoriteit kwijt, hij is geen adres voor vredesbesprekingen” (Haaretz 8-4-2006).

De EU neemt de economische en politieke boycott, die Israël en de VS hadden ingesteld tegen het nieuwe Palestijnse bewind, over. Haniyeh zegt hierover “wij zullen niet buigen voor buitenlandse druk” en “ze zullen geen politieke concessies van ons afdwingen die de rechten van het Palestijnse volk aantasten” (Haaretz 8-4-2006). Het Kwartet handhaaft zijn eisen (volledige formele erkenning van Israel, afzweren van geweld en instemming met alle voorgaande akkoorden).

Ondertussen gaan grote Israëlische raids, waarbij tientallen Palestijnse doden vallen, door. De VS voorkomen in de VN steeds een veroordeling van het “extreem geweld” dat Israel toepast. In deze volkomen vastgelopen situatie vindt op 17-4-2006 in Tel Aviv een zelfmoordaanslag door Jihad plaats, waarbij 9 doden vallen. Hamas heeft er niets mee van doen, maar spreekt wel van een “gerechtvaardigd antwoord op Israëlische agressie”. Op grond daarvan wordt (als straf) parlementsleden van Hamas uit Jeruzalem verboden daar nog langer te wonen, wat op feitelijke deportatie neerkomt.

Ondanks dit alles blijft ook het (meestal meer radikale) Hamas leiderschap in Damascus zich voor politieke regelingen uitspreken. Meshal zegt in een interview in Haaretz (4-5-2006) dat Hamas vredesbewegingen van Israël zal beantwoorden als het Palestijnse rechten erkent en zich terug trekt op de grenzen van 1967 “Wanneer Israel instemt met het Arabische initiatief, zal Hamas een beslissing nemen” (m.b.t. erkenning, JE). Feitelijk vraagt Hamas niet meer van Israel dan VN resoluties na te leven.

Gevangenen overeenkomst

De tegenstellingen tussen Fatah (dat bij voorbaat veel concessies wil doen) en Hamas (dat blijft opkomen voor Palestijnse rechten) worden overbrugd in de “gevangenen overeenkomst”, die gezamenlijk is opgesteld door leden van Fatah en Hamas die in Israëlische gevangenissen zitten. Aan Palestijnse zijde is hierover vergaande overeenstemming. De Hamas minister van Buitenlandse Zaken Zahar stelt zich er volledig achter. Het plan houdt feitelijke erkenning van Israel (binnen de grenzen van 1967) in. Haaretz schrijft in een editorial (13-5-2006) “Dat de impliciete erkenning van Israel een grote verandering zou betekenen voor Hamas”.

De beweging aan Palestijnse zijde blijft niet onopgemerkt in Israël. De voormalige chef van de Israëlische veiligheidsdienst Mossad (Ephraim Halevy) verklaart in Haaretz (26-5-2006) dat Israël het aanbod voor een “lange termijn wapenstilstand” moet aanvaarden, omdat het overeenkomt met alle criteria van internationaal recht. De Nederlands/Israëlische hoogleraar Tanya Reinhart schrijft “In een rechtvaardige en wel georderdende wereld zou het ondenkbaar zijn dat een regering die aldus verkozen is gediskwalificeerd zou worden omdat de keuze Israël niet bevalt” en “De Palestijnen zullen het recht van bestaan van Israël alleen erkennen als Israel bereid is het Palestijnse recht van bestaan erkennen” (Electronic Intifada, 1-6-2006). Ook de Israelische vredesactivist Menachim Klein valt de veranderde houding van Hamas op “De taal van Hamas is praktisch en tegengesteld aan de hoogdravende taal uit het Handvest” Hij heeft twijfels: positief acht hij het concentreren op de grenzen van 1967, maar negatief acht hij het noemen van het recht op terugkeer en de volledige terugtrekking tot de grenzen van 1967 (Haaretz 1-6-2006).

Bestand stort in

Ondertussen gaan Israëlische raids door, in Gaza middels granaatbeschietingen en luchtaanvallen. Dat is dan deels een reactie op het afschieten van primitieve raketten door Palestijnen (die overigens tot dat moment geen slachtoffers eisen en nauwelijks schade veroorzaken, dit in tegenstelling tot de massale Israëlische aanvallen, waarbij tientallen doden vallen en hele wijken verwoest worden). Hamas komt onder toenemende druk eindelijk terug te slaan. Deze druk wordt nog groter als op 9-6-2006 door een granaataanval op een strand in Gaza 7 mensen (bijna een gehele familie) gedood worden. Later komt Israël met een verklaring over een andere oorzaak, maar internationale waarnemers achten die niet geloofwaardig en bovendien maken legercommuniques van die dag melding van een aanval met 11 (burger)slachtoffers. (Haaretz, Jordan Times, 13-6-2006). De druk wordt te groot en even later zegt Hamas het eenzijdige bestand op (dat vanaf februari 2005 gedurende 16 maanden goed werd nageleefd).

Enkele weken later nemen Palestijnse strijders bij een overval op een Israëlische legerpost Gilad Shalit gevangen en worden 2 andere soldaten gedood. Daarop volgen grote Israëlische operaties, in Gaza en op de Westoever, waarbij zo’n 400 slachtoffers vallen. Ook worden meer dan 30 Palestijnse ministers en parlementariërs gevangen genomen. De Libanese Hezbolla tracht de druk op het zuidelijke front te verlichten door ook een overval te plegen op een Israëlische post, waarbij 2 soldaten gevangen worden genomen. Daarop volgt de Libanon oorlog waardoor 1.100-1.500 Libanezen worden gedood, o.a. bij 7.000 luchtaanvallen, 30.000 huizen worden verwoest en 970.000 mensen op de vlucht worden gedreven (Amnesty Int., 29-8-2006).

Regering moeilijk te vormen

Elk perspectief voor vrede lijkt voor geruime tijd afwezig, maar toch lijken de tegenstellingen tussen Hamas en Fatah overbrugbaar als het plaatsvervangend hoofd van Hamas (Moussa Abu Marzak) verklaart “dat Hamas wat reserves heeft m.b.t. het Arabische vredesplan, maar de overeenkomsten die de PLO tekende, zou honoreren” (Haaretz 20-9-2006). Men hoopt op een “regering van nationale eenheid” die een einde kan maken aan de economische blokkade. Die leidde tot een dramatische armoedeval en kostte, door gebrek aan medicijnen, ook doden. Hamas heeft nog steeds moeite met formele erkenning van Israël, met name als een Joodse staat (waar blijven dan de rechten van Arabieren die daar wonen?). Toch herhaalt men zijn bereidheid tot een “lange termijn bestand” (Haaretz 22-9-2006).

Voor het Kwartet (VS, EU, VN en Rusland) zijn de toezeggingen onvoldoende: het “voldoet niet aan Amerikaanse eisen” (Haaretz 23-9-2006). De Israelische commentator Danny Rubinstein trekt een vergelijking met de erkenning van Israël door de PLO: “Arafat en de PLO erkenden de staat Israël in de Oslo overeenkomsten en wat hebben ze er mee gewonnen? Alleen maar lijden en ongeluk”. In combinatie met de grote uitbreiding van nederzettingen is de boodschap duidelijk “Jullie Palestijnen hebben geen kans. Jullie erkenden Israël en wat jullie terug kregen was alleen maar de liquidatie van jullie nationale hoop. Dus waarom zou Hamas die erkenning herhalen, waarvan de resultaten al bekend zijn?” (Haaretz 25-9-2006).

Tegen de achtergrond van het voorgaande moeten wij zien dat Israëlische aanvallen, arrestatie-raids, vernietiging van gebouwen en installaties steeds doorgaan, wat tot tientallen doden leidt. Het klimaat voor overleg tussen Abbas en Meshal is (zoals de Israelische commentator Rubinstein opmerkte) wel heel slecht als dat overleg plaats vindt enkele dagen na grote raids op Beit Hanoun, waarbij 53 Palestijnen, veelal burgers, omkomen. Meshal roept op tot “daden van verzet” terwijl Abbas alleen maar een “gecoördineerd antwoord” wil (Haaretz 10-11-2006).

Rubinstein constateert een “groeiende publieke druk om met minstens een grote aanval te antwoorden”. Men wordt het dan weer niet eens over een “eenheidsregering” en Abbas wil daarna een “technocraten regering”, te leiden door dr. Shabin, want die is “gematigd en acceptabel voor de Verenigde Staten” (Haaretz 14-11-2006). Merkwaardig is dat acceptabel zijn voor de VS blijkbaar meer telt dan het Palestijnse volk achter zich hebben.

Hamas herhaalt zijn bereidheid voor een bestand in Gaza (waar na de Israëlische raids de raketbeschietingen op zuidelijk Israël hervat waren) mits dit wederzijds is. Er komt op 26-11-2006 inderdaad een bestand.

Palestijnse meningen blijven tegen elkaar staan. Meshal wil onderhandelingen door Abbas een kans geven, maar stelt wel een limiet “We geven zes maanden om een werkelijke horizon te openen….we waren het eens om een Palestijnse staat te stichten, met de grenzen van 4 juni 1967” (Jordan Times 26-11-2006). Hij dreigt: “als er binnen die tijd geen overeenkomst is bereikt, zal Hamas sterker worden en vervolgen met een derde opstand ”.

Hij blijft (ondanks zijn akkoord gaan met de 1967 grens) moeite hebben met de formele erkenning van Israel. Daarentegen lijkt Abbas niet uit te gaan van Palestijnse rechten, maar van wat hij denkt dat haalbaar is, want blijkens zijn woordvoerder gaat hij uit van wat “wat de Verenigde Staten en andere Westerse landen vragen” want “wij zitten niet in een onafhankelijke staat om te beslissen wat we willen”. Tegenstellingen blijven. Haniyeh zegt “Hamas wil het recht op terugkeer van vluchtelingen behouden, evenals het recht op verzet tegen de bezetting, totdat er een Palestijnse staat is gevestigd” 26-12-2006).

Internationale bemoeienissen helpen niet verder

Ondertussen is van een eigen Europese mening geen sprake. De speciale gezand van de VS Elloit Abrams meldt aan Olmert dat EU leiders beloofden elk initiatief tevoren met de VS te zullen coördineren (Haaretz 29-11-2006). Ook recente voorstellen door Frankrijk, Italië en Spanje zullen “niet worden nagestreefd zonder Amerikaanse instemming”. Het woord “instemming” valt op. Blijkbaar ontneemt Europa zich bij voorbaat het recht op een eigen mening.

Palestijnse premier Haniyeh herhaalt in een interview met het Italiaanse blad Republica (samengevat in Haaretz 11-12-2006) zijn oproep voor een 10-jarig bestand, bereidheid de facto de 1967 grenzen te erkennen (“terug brengen van Israël’s grenzen naar voor-1967”) en een feitelijke 2-staten oplossing (“Wij accepteren de noodzaak te bestaan voor twee landen, maar Israël is onwettig zolang de bezetting voortduurt”).

Het (in de ogen van de schrijver) toch wat Vichy-achtige karakter van de “tegenregering” rond Abbas, blijkt uit de grote steun die Abbas i.v.m. nieuwe verkiezingen krijgt van Israel, de VS en Engeland. Een gesprek tussen Abbas en Olmert op 23-12-2006 toont de machtsverhoudingen. Abbas krijgt wel wat belastinggeld dat Israël voor de Palestijnen inhield, maar er is geen erkenning van het feit dat al het geld de Palestijnse regering toebehoort en daarom onmiddellijk moet worden overgemaakt. Ook zullen wel een aantal checkpoints worden opgeheven, maar er is geen erkenning van het feit dat de Israëlische controle over Palestijns gebied moet ophouden. Op het punt van de gevangenen werd geen voortgang geboekt.

Verklaring van Mecca voorkomt burgeroorlog

In december 2006 en januari 2007 komt het diverse malen tot gevechten tussen Fatah en Hamas aanhangers, waarbij tientallen doden vallen. Een konvooi van premier Haniyeh wordt bij terugkeer in Gaza wordt aangevallen en het geld dat hij uit het buitenland (o.a. Iran) meebracht moet worden achterlaten (na overleg tussen Egypte en Israël). Ook de aankondiging van nieuwe verkiezingen door Abbas op 16-12-2006 leidt tot grote woede. Het democratisch gekozen parlement is immers nog geen jaar in funktie. De spanningen vergroten als de VS aan Abbas $ 86 miljoen toezegt voor het bewapenen en versterken van de veiligheidsdiensten onder zijn controle (Haaretz 5-1-2007). Abbas verklaart de Executive Force (veiligheidsdienst van Hamas) buiten de wet (Jordan Times 8-1-2007). Een aantal bestanden helpen voorlopig, maar worden daarna weer geschonden.

De tegenstellingen worden pas overbrugd tijdens een conferentie in Mecca waarbij Fatah en Hamas (incl. de leiding in Damascus) onder leiding van de Saudische koning bijeenkomen.

De hoofdlijnen van de Verklaring van Mecca zijn (Haaretz 8-2-2007): er komt een Palestijnse eenheidsregering met 9 ministers van Hamas, 6 van Fatah en 4 van andere partijen (plus een verdeling van bepaalde posten) partijen (incl. Hamas) zullen alle (internationale) overeenkomsten tot nu tot respecteren de nieuwe regering krijt $ 500 miljoen voor heropbouw

Naar de mening van de Saudische koning moet het voor westerse landen voldoende zijn dat Hamas nu in feite de voorgaande accoorden (zoals Oslo en het Arabische Initiatief) heeft erkend. Olmert staat aanvankelijk vrij neutraal tegenover de Verklaring (Haaretz 12-2-2007) maar na aandringen van de VS handhaven westerse regeringen de boycott en blijft de diplomatieke impasse in stand.

Naschrift van de auteur: gestelde eisen (o.a. erkenning van Israël)

Tot hier toe doorliepen wij de feitelijke gang van zaken vanaf de verkiezingsoverwinning door Hamas tot heden. In het nu volgende deel van het artikel volgt het commentaar van de auteur hierop.

Men kan zich verwonderd afvragen hoe het komt dat Hamas, zoals uit het voorgaande bleek, vele vredesinitiatieven nam, maar er toch het gehele jaar geen voortgang geboekt is. Dat komt doordat de internationale gemeenschap alle Palestijnse voorstellen (zoals de facto erkenning van Israël binnen de grenzen van 1967 en een zeer langdurig bestand) als “onvoldoende” van de hand wees. Geëist werd dat volledig moest worden voldaan aan alle eisen:

erkenning van Israel
afzweren van geweld
erkenning van alle voorgaande overeenkomsten

Op zich lijken deze eisen redelijk. De context waarin ze gesteld worden maakt ze echter volkomen onevenwichtig. De eerste eis houdt verband met de verdrijving van Palestijnen in 1948. Toen werden diverse dorpen uitgemoord, ruim 500 dorpen bewust volledig vernietigd en bijna een miljoen mensen op de vlucht verdreven. Geen van de oorlogsmisdadigers van toen is ooit vervolgd (in tegendeel: ze kregen hoge posities, d.a. Begin en Sharon) en slachtoffers kregen nooit enige compensatie. In 1967 werden wederom honderdduizenden verdreven uit de gebieden waar ze eeuwenlang woonden. Aan de voorwaarde waaronder Israël tot de VN werd toegelaten (terugkeer van vluchtelingen) werd nooit voldaan, evenals aan tientallen VN-resoluties (o.a. over terugtrekking uit bezette gebieden).

Door de eis “erkenning van Israël” wordt van de Palestijnen verlangd met dit alles akkoord te gaan zonder ooit op hun rechten terug te mogen komen. Tegenover de eis “erkenning van Israel” zou de internationale gemeenschap van Israel moeten eisen “erkenning van de Nakba” (ramp van 1948) en “erkenning van een Palestijnse staat” (waar tot nu toe geen enkele Israëlische regering toe bereid was, ondanks het feit dat de PLO (als vertegenwoordigend lichaam van de Palestijnen) Israël al vele jaren erkent.

Er zijn nog enkele problemen rond die erkenning: Israël stelt als aanvullende eis “erkenning als Joodse staat”. Dat houdt in dat de Palestijnen moeten instemmen met de voor Arabische inwoners zeer discriminerende wetgeving. Merkwaardig is dat aan Hamas, om alleen al aan gesprekken te mogen deelnemen, veel hogere eisen worden gesteld dan na onderhandelingen met Egypte en Jordanië werden overeengekomen (die vredesverdragen spreken van een “bestaansrecht” en niet van “bestaansrecht als Joodse staat”).

Een ander probleem betreft het gebied. Er wordt niet gevraagd om “erkenning van Israël binnen de grenzen van 1967” maar om erkenning in het algemeen, van een Israel dat heeft aangekondigd zijn grenzen eenzijdig te zullen vaststellen. Golda Meir verbood op landkaarten de Groene Lijn aan te geven en sindsdien worden Israëliërs opgevoed met kaarten van Groot Israël. Toen een Israëlische minister onlangs voorstelde de Groene Lijn met stippellijnen aan te geven, stak een storm van protest op. Recent gaf de minister van Binnenlandse Zaken Roni Bar-On plannen vrij om de bouw van nederzettingen op de Golan te versnellen. Hij zei “De Golanhoogte moet in elk opzicht als regio van Israël behandeld worden” (Haaretz 19-12-2006).

Naar het oordeel van de auteur zou tegenover de eis aan Palestijnen om Israël te erkennen van Israël “erkenning van de grenzen van voor 1967” geëist moeten worden. Als men dan tegenwerpt die eis niet te kunnen stellen omdat Israël daar niet toe bereid is, blijkt pas waar het werkelijke probleem ligt.

Nog een eis van Israël betreft het “recht op terugkeer” van vluchtelingen, waar nooit meer over gepraat mag worden. Dit is een wezenlijk punt voor Palestijnen. Niet zozeer omdat men massaal naar Israël zou willen komen (onderzoekingen tonen aan dat hoogstens een paar procent dat wil en er gaat dan ook geen enkele “bedreiging” voor Israël van uit), maar omdat het gaat om erkenning van het leed dat de Palestijnen decennia lang werd aangedaan. Westerse politici die deze eis als “vanzelfsprekend onmogelijk” ter zijde schuiven tonen een totaal onbegrip voor wat leeft onder de Palestijnse vluchtelingen. Op dit punt mag verwezen worden naar het rapport “Right of Return” van de British Joint Parlementary Middle East Councils, die een Commission of Enquiry uitzond in 2004.

Naschrift: andere eisen

De eis van afzweren van geweld is merkwaardig omdat die gesteld werd op een moment dat Hamas zich al bijna een jaar aan een bestand hield, terwijl Israëlisch militair geweld doorging. Ook het afgelopen jaar vielen weer honderden Palestijnse doden, veelal onschuldige burgers waaronder grote aantallen kinderen. Het is volkomen irreëel om aan een verzetsbeweging die eis te stellen als er nog geen enkel uitzicht is op een beëindiging van de bezetting. Ondanks het feit dat Israël doorging met militaire akties blijft Hamas trouw aan het bestand. Grote operaties waren er bijv. recent in Nablus, nauwelijks weergegeven in de pers doordat Israël perswerk onmogelijk maakte (zie protest Committee to Protect Journalists, 28-2-2007).

Een hoofdprobleem is dat “vredesplannen” tot nu toe (zoals bijv. de Routekaart) niet zozeer gericht zijn op het beëindigen van de bezetting, maar op het onmogelijk maken van verzet daartegen.

De andere eis betreft het instemmen met alle voorgaande akkoorden. Die eis is merkwaardig omdat de huidige Israëlische regering diverse leden kent die fel tegenstander van de Oslo overeenkomst etc. zijn. Niemand heeft ooit van hen “persoonlijke instemming met alle voorgaande overeenkomsten” gevraagd. Ook hier is het weer de eenzijdigheid van Westerse eisen die, naar het oordeel van de auteur, contraproductief werkt voor het vredesproces.

Toenemende weerstand

De starheid van westerse eisen wordt steeds meer gehekeld, met name sinds de Verklaring van Mecca. Prof. Siegman (Londen University) schrijft in een artikel “Mecca opent de weg voor Europa” (Herald Tribune 14-2-2007) dat de rol van Europa essentieel is: “Nu zelfs Abbas begint te begrijpen dat de VS-rol irrelevant is voor welke voortgang van de vrede dan ook, is het de vraag of Europa zich kan bevrijden van zijn onderworpenheid aan Washington en zelf een constructief initiatief kan ondernemen”. Hij hekelt de dodelijke rol van de VS: iedere keer als enige voortgang in het vredesproces “dreigde”, werd Elliott Abrams (belast in het Witte Huis met het vredesproces) naar Europa gestuurd om in het geheim vertegenwoordigers van Olmert te verzekeren dat er niets zou gebeuren. Siegman stelt voor dat Europa direkt de boycott beëindigt en een open dialoog start met de nieuwe Palestijnse eenheidsregering.

Ook in het Britse parlement is er beweging. Het Comité voor Internationale Ontwikkeling van het House of Commons betwijfelt in een rapport dd. 24-1-2007 zowel de wijsheid als de effectiviteit van de boycott. De verergerende situatie kan zelfs de mogelijkheid van een Palestijnse staat in gevaar brengen. Maatregelen tegen Israël om de bezetting te beëindigen zijn daarom nodig. In de Guardian (31-1-2007) schrijft John Hilary hierover “..de roep om actie door parlementsleden van het Ontwikkelingscomité moet het begin zijn van een radicale heroriëntering van het Britse beleid t.a.v. het Midden Oosten. Sancties tegen Israël is een eerste en noodzakelijke stap op die weg”.

De VN-rapporteur m.b.t. de mensenrechtensituatie in Palestijnse gebieden, prof. John Dugard wijst op de historisch unieke situatie dat een bezet volk wordt getroffen door een economische boycott (voor een weergave van de ernstige situatiein Palestina zie zijn rapport A/HRC/4/17 dd. 29-1-2007).

Zelfs in Israël is er verzet. Vredesactivist en auteur Meron Benvenisti beschrijft in Haaretz van 1-3-2007 hoe gevoelig het punt van “erkenning van Israël” ligt voor o.a. de vluchtelingen en hij concludeert “….het is duidelijk dat iedereen die hier op blijft aandringen als conditie voor onderhandelingen, geen vrede zoekt, maar een voortzetting van het conflict”.

Conclusie

De eisen die de internationale gemeenschap stelt aan de Palestijnen, alleen al om tot gesprekken te worden toegelaten, zijn erg onevenwichtig als niet tegelijkertijd aan Israël vergelijkbare eisen worden gesteld. Wat dat betreft moet het roer om.

Tot dit gewijzigde beleid behoren dan:

onmiddellijke opheffing van de economische blokkade (mensen tot de hongerdood veroordelen om ze zo te dwingen tot een mening die tegen hun opvattingen indruist, is middeleeuws) onmiddellijke erkenning van een Palestijnse staat (bestaande uit Gaza, Westoever en Oost-Jeruzalem) binnen de grenzen van 1967 onderhandelingen op basis van het internationale recht starten, gebruik makend van het langdurige bestand dat Hamas herhaaldelijk aanbood, waarbij ook Hamas deelnemer is

Tegen praten met Hamas zal men wellicht tegenwerpen dat die organisatie vele terreurdaden pleegde. Dat is zo, maar dat geldt net zo goed voor het staatsterrorisme dat Israël bedreef en desondanks praat men wel met Israël (men denke bijv. aan massaslachtingen in Jenin, Beit Hanoun en Beirout). Ook houdt Hamas zich al bijna twee jaar keurig aan het bestand (wat van Israël niet gezegd kan worden).

De Hamas bereidheid tot een langdurige “hudna” houdt veel in. Dat is niet zomaar een bestand (voor 10 jaren of zelfs generatielang), maar in het Arabisch taalgebruik een situatie die deelnemers moreel dwingt alles te doen om tot een blijvende oplossing te komen.


Wordt het geen tijd dat de Westerse wereld eindelijk reageert op de vele vredesvoorstellen die Hamas deed (tegen het herhaalde “is niet mee te praten” imago in), ook in het afgelopen jaar?


(C) Jan Elshout (7 maart 2007)

Een verkorte versie van het artikel is eerder gepubliceerd in International Spectator van maart (Jrg. 61/3, pp. 164-166).

--------------------------------------------------------------------------------

© 2009 | United Civilians for Peace | Disclaimer

mark61
07-01-09, 18:22
Ja, to cut a long story short :hihi:

Sallahddin
07-01-09, 21:36
Hamas: partner voor vrede?

Hamas wordt steeds genoemd als radicale partij met wie geen vredesoverleg mogelijk is. Maar is dat zo? Wij analyseren het daadwerkelijke gedrag vanaf vorig jaar.

Op 25 januari 2006 neemt Hamas voor het eerst deel aan de verkiezingen voor het Palestijnse parlement. Zij winnen deze met een grote meerderheid (76 van de 132 zetels). Voorafgaand daaraan heeft de Israëlische commentator Arnon Regular het Hamas verkiezingsplatform geanalyseerd (Haaretz 11-1-2006). Hem vallen de grote verschillen met het Handvest uit 1988 en speeches van de afgelopen jaren op. Er wordt nergens meer gesproken van de vernietiging van Israël (en de daarbij behorende claim op alle land ten westen van de Jordaan). Wel worden het recht op gewapend verzet tegen de Israëlische bezetting en het recht op terugkeer van vluchtelingen gehandhaafd.

Palestijnse reacties

In een interview met CNN na de verkiezingen bevestigt Hamas leider Mahmoud Zahar de overgang naar een andere fase “Wij verwachten onze eigen staat te vestigen op het gebied van voor 1967 en wij bieden een langdurige “hudna” (wapenstilstand, JE)” (Haaretz 30-1-2006). De Amerikaanse minister Rice stelt direkt aanvullende voorwaarden: “Hamas moet ontwapenen voordat ze tot de politiek toetreden” (Haaretz 10-2-2006). Zij noemt het Noord-Ierse Goede Vrijdag Akkoort waarbij de IRA zich tot ontwapening verplichtte (een essentieel verschil noemt zij niet: de IRA ontwapende nadat er overeenstemming was, terwijl van Hamas gevraagd wordt te ontwapenen voordat ze tot overleg worden toegelaten).

In een ander interview (met de Guardian, 31-1-2006) geeft Hamas voorman Khalid Meshal commentaar op de zojuist gewonnen verkiezingen: “Palestijnen kozen Hamas omdat ze hun legitieme rechten niet willen opgeven”. Zijn wil om niet alleen de eigen Hamas-achterban, maar de volledige Palestijnse bevolking te vertegenwoordigen, blijkt uit de woorden “het doel op middellange termijn is om de rol van de PLO te opnieuw te bezien, zodat ze de echte vertegenwoordiger van alle Palestijnen worden” (dit is lijn met wat westerse mogendheden altijd zeiden te willen). Ten aanzien van Israel is hij principieel en praktisch tegelijk “….zullen nooit het bestaansrecht van een Zionistische staat op ons grondgebied erkennen. Maar als men een langdurig bestand wil aanvaarden zijn wij bereid over de condities daarvan te onderhandelen. Hamas strekt een hand uit voor vrede naar diegenen die werkelijk geinteresseerd zijn in een vrede op basis van gerechtigheid”. Belangrijk zijn de woorden “Zionistische staat” (men heeft bezwaren tegen het voor Arabieren discriminerende karakter van de staat Israël; dat is iets anders dan nooit welke Israëlische staat dan ook erkennen).

In een interview met Haaretz (13-3-2006) houdt beoogd premier Haniyeh vast aan Palestijnse rechten “Gewapend verzet is een wettige methode om Palestijnse rechten te realiseren”. Over voorgaande overeenkomsten zegt hij “…het kabinet zal uitgaan van de realiteit van voorgaande accoorden op basis van het internationale recht en ze uitvoeren om de rechten en belangen van ons volk te beschermen”.

Israëlische reacties

De Israëlische regering wil de komende Hamas regering isoleren en economisch afknijpen (Weisglass: “de Palestijnse natie op dieet zetten”). Een editorial in Haaretz onder de titel “Dieet in plaats van wijsheid” (20-2-2006) reageert gematigder “Op dit moment gedraagt Hamas zich meer verantwoordelijk dan de Israëlische regering” en verwijst naar het “streven naar een langdurige hudna”.

Voor een goed begrip van de situatie moeten wij in gedachten houden dat al die tijd, zelfs al handhaaft Hamas het sinds begin 2005 van kracht zijnde eenzijdige bestand, Israelische aanvallen doorgaan waardoor leiders (en omstanders) gedood worden, massale arrestaties plaats vinden, enz. Defensie minister Mofaz waarschuwt dat toekomstig premier Haniyeh een “militair doel” zou kunnen worden (Jordan Times 7-3-2006). Ondertussen worden steeds meer gebieden voor Palestijnen afgesloten. Haaretz (13-3-2006) rapporteert over het ontoegankelijk maken van de Jordaan vallei. Olmert kondigt grote uitbreidingen van nederzettingen aan bij Jeruzalem (Haaretz 9-5-2006) en later worden grote uitbreidingen op de Westoever aangekondigd (Haaretz 21-5-2006). In het najaar zal ook de Westoever, door een gewijzigd visumbeleid, voor minder Palestijnen toegankelijk gemaakt worden. Rapporten van o.a. de Wereldbank tonen dat door het sterk toegenomen aantal checkpoints de Palestijnse economie vrijwel volledig tot stilstand kwam. In een artikel in de Jordan Times (12-3-2006) is de Amerikaanse ex-president Jimmy Carter duidelijk: de Israëlische handelwijze sluit vrede uit.


Ook in Israël is er kritiek. Commentator Yonatan Touval schrijft in Haaretz (23-3-2006) “….De Routekaart is dood, maar zoals Israel zeker stelde, hij nooit tot leven kwam”.

Hij herinnert er aan dat reeds in september 2005 Sharon had duidelijk gemaakt dat er na zijn “ontruimingsplan” plan niets meer zou volgen, omdat daarna het vredesproces in formaldehyde geplaatst zou worden. Zijn woordvoerder Weisglas zei “Als je dat proces bevriest, voorkom je de vestiging van een Palestijnse staat en je voorkomt een discussie over vluchtelingen, de grenzen en Jeruzalem”. Hij noemde de Routekaart voor de vrede “definitief van de agenda verwijderd”.

Kadima wint verkiezingen

Op 28-3-2006 wordt de Kadima partij van premier Olmert in de Israëlische verkiezingen de grootste (29 zetels in de Knesset). Haaretz commentator Gideon Levy schrijft over diens opvattingen “De ‘vrede’ zoals door Olmert voorgesteld is niet minder dan racistisch” en verder over de stemming in de Israëlische bevolking “Niemand praat meer over vrede met ze, niemand wil dat echt. Waar we het allemaal over eens zijn is om van ze af te komen, op welke wijze dan ook“. Olmert heeft geen interesse in besprekingen met de Palestijnen. Met Hamas wil hij niet spreken en “Abbas is zijn autoriteit kwijt, hij is geen adres voor vredesbesprekingen” (Haaretz 8-4-2006).

De EU neemt de economische en politieke boycott, die Israël en de VS hadden ingesteld tegen het nieuwe Palestijnse bewind, over. Haniyeh zegt hierover “wij zullen niet buigen voor buitenlandse druk” en “ze zullen geen politieke concessies van ons afdwingen die de rechten van het Palestijnse volk aantasten” (Haaretz 8-4-2006). Het Kwartet handhaaft zijn eisen (volledige formele erkenning van Israel, afzweren van geweld en instemming met alle voorgaande akkoorden).

Ondertussen gaan grote Israëlische raids, waarbij tientallen Palestijnse doden vallen, door. De VS voorkomen in de VN steeds een veroordeling van het “extreem geweld” dat Israel toepast. In deze volkomen vastgelopen situatie vindt op 17-4-2006 in Tel Aviv een zelfmoordaanslag door Jihad plaats, waarbij 9 doden vallen. Hamas heeft er niets mee van doen, maar spreekt wel van een “gerechtvaardigd antwoord op Israëlische agressie”. Op grond daarvan wordt (als straf) parlementsleden van Hamas uit Jeruzalem verboden daar nog langer te wonen, wat op feitelijke deportatie neerkomt.

Ondanks dit alles blijft ook het (meestal meer radikale) Hamas leiderschap in Damascus zich voor politieke regelingen uitspreken. Meshal zegt in een interview in Haaretz (4-5-2006) dat Hamas vredesbewegingen van Israël zal beantwoorden als het Palestijnse rechten erkent en zich terug trekt op de grenzen van 1967 “Wanneer Israel instemt met het Arabische initiatief, zal Hamas een beslissing nemen” (m.b.t. erkenning, JE). Feitelijk vraagt Hamas niet meer van Israel dan VN resoluties na te leven.

Gevangenen overeenkomst

De tegenstellingen tussen Fatah (dat bij voorbaat veel concessies wil doen) en Hamas (dat blijft opkomen voor Palestijnse rechten) worden overbrugd in de “gevangenen overeenkomst”, die gezamenlijk is opgesteld door leden van Fatah en Hamas die in Israëlische gevangenissen zitten. Aan Palestijnse zijde is hierover vergaande overeenstemming. De Hamas minister van Buitenlandse Zaken Zahar stelt zich er volledig achter. Het plan houdt feitelijke erkenning van Israel (binnen de grenzen van 1967) in. Haaretz schrijft in een editorial (13-5-2006) “Dat de impliciete erkenning van Israel een grote verandering zou betekenen voor Hamas”.

De beweging aan Palestijnse zijde blijft niet onopgemerkt in Israël. De voormalige chef van de Israëlische veiligheidsdienst Mossad (Ephraim Halevy) verklaart in Haaretz (26-5-2006) dat Israël het aanbod voor een “lange termijn wapenstilstand” moet aanvaarden, omdat het overeenkomt met alle criteria van internationaal recht. De Nederlands/Israëlische hoogleraar Tanya Reinhart schrijft “In een rechtvaardige en wel georderdende wereld zou het ondenkbaar zijn dat een regering die aldus verkozen is gediskwalificeerd zou worden omdat de keuze Israël niet bevalt” en “De Palestijnen zullen het recht van bestaan van Israël alleen erkennen als Israel bereid is het Palestijnse recht van bestaan erkennen” (Electronic Intifada, 1-6-2006). Ook de Israelische vredesactivist Menachim Klein valt de veranderde houding van Hamas op “De taal van Hamas is praktisch en tegengesteld aan de hoogdravende taal uit het Handvest” Hij heeft twijfels: positief acht hij het concentreren op de grenzen van 1967, maar negatief acht hij het noemen van het recht op terugkeer en de volledige terugtrekking tot de grenzen van 1967 (Haaretz 1-6-2006).

Bestand stort in

Ondertussen gaan Israëlische raids door, in Gaza middels granaatbeschietingen en luchtaanvallen. Dat is dan deels een reactie op het afschieten van primitieve raketten door Palestijnen (die overigens tot dat moment geen slachtoffers eisen en nauwelijks schade veroorzaken, dit in tegenstelling tot de massale Israëlische aanvallen, waarbij tientallen doden vallen en hele wijken verwoest worden). Hamas komt onder toenemende druk eindelijk terug te slaan. Deze druk wordt nog groter als op 9-6-2006 door een granaataanval op een strand in Gaza 7 mensen (bijna een gehele familie) gedood worden. Later komt Israël met een verklaring over een andere oorzaak, maar internationale waarnemers achten die niet geloofwaardig en bovendien maken legercommuniques van die dag melding van een aanval met 11 (burger)slachtoffers. (Haaretz, Jordan Times, 13-6-2006). De druk wordt te groot en even later zegt Hamas het eenzijdige bestand op (dat vanaf februari 2005 gedurende 16 maanden goed werd nageleefd).

Enkele weken later nemen Palestijnse strijders bij een overval op een Israëlische legerpost Gilad Shalit gevangen en worden 2 andere soldaten gedood. Daarop volgen grote Israëlische operaties, in Gaza en op de Westoever, waarbij zo’n 400 slachtoffers vallen. Ook worden meer dan 30 Palestijnse ministers en parlementariërs gevangen genomen. De Libanese Hezbolla tracht de druk op het zuidelijke front te verlichten door ook een overval te plegen op een Israëlische post, waarbij 2 soldaten gevangen worden genomen. Daarop volgt de Libanon oorlog waardoor 1.100-1.500 Libanezen worden gedood, o.a. bij 7.000 luchtaanvallen, 30.000 huizen worden verwoest en 970.000 mensen op de vlucht worden gedreven (Amnesty Int., 29-8-2006).

Regering moeilijk te vormen

Elk perspectief voor vrede lijkt voor geruime tijd afwezig, maar toch lijken de tegenstellingen tussen Hamas en Fatah overbrugbaar als het plaatsvervangend hoofd van Hamas (Moussa Abu Marzak) verklaart “dat Hamas wat reserves heeft m.b.t. het Arabische vredesplan, maar de overeenkomsten die de PLO tekende, zou honoreren” (Haaretz 20-9-2006). Men hoopt op een “regering van nationale eenheid” die een einde kan maken aan de economische blokkade. Die leidde tot een dramatische armoedeval en kostte, door gebrek aan medicijnen, ook doden. Hamas heeft nog steeds moeite met formele erkenning van Israël, met name als een Joodse staat (waar blijven dan de rechten van Arabieren die daar wonen?). Toch herhaalt men zijn bereidheid tot een “lange termijn bestand” (Haaretz 22-9-2006).

Voor het Kwartet (VS, EU, VN en Rusland) zijn de toezeggingen onvoldoende: het “voldoet niet aan Amerikaanse eisen” (Haaretz 23-9-2006). De Israelische commentator Danny Rubinstein trekt een vergelijking met de erkenning van Israël door de PLO: “Arafat en de PLO erkenden de staat Israël in de Oslo overeenkomsten en wat hebben ze er mee gewonnen? Alleen maar lijden en ongeluk”. In combinatie met de grote uitbreiding van nederzettingen is de boodschap duidelijk “Jullie Palestijnen hebben geen kans. Jullie erkenden Israël en wat jullie terug kregen was alleen maar de liquidatie van jullie nationale hoop. Dus waarom zou Hamas die erkenning herhalen, waarvan de resultaten al bekend zijn?” (Haaretz 25-9-2006).

Tegen de achtergrond van het voorgaande moeten wij zien dat Israëlische aanvallen, arrestatie-raids, vernietiging van gebouwen en installaties steeds doorgaan, wat tot tientallen doden leidt. Het klimaat voor overleg tussen Abbas en Meshal is (zoals de Israelische commentator Rubinstein opmerkte) wel heel slecht als dat overleg plaats vindt enkele dagen na grote raids op Beit Hanoun, waarbij 53 Palestijnen, veelal burgers, omkomen. Meshal roept op tot “daden van verzet” terwijl Abbas alleen maar een “gecoördineerd antwoord” wil (Haaretz 10-11-2006).

Rubinstein constateert een “groeiende publieke druk om met minstens een grote aanval te antwoorden”. Men wordt het dan weer niet eens over een “eenheidsregering” en Abbas wil daarna een “technocraten regering”, te leiden door dr. Shabin, want die is “gematigd en acceptabel voor de Verenigde Staten” (Haaretz 14-11-2006). Merkwaardig is dat acceptabel zijn voor de VS blijkbaar meer telt dan het Palestijnse volk achter zich hebben.

Hamas herhaalt zijn bereidheid voor een bestand in Gaza (waar na de Israëlische raids de raketbeschietingen op zuidelijk Israël hervat waren) mits dit wederzijds is. Er komt op 26-11-2006 inderdaad een bestand.

Palestijnse meningen blijven tegen elkaar staan. Meshal wil onderhandelingen door Abbas een kans geven, maar stelt wel een limiet “We geven zes maanden om een werkelijke horizon te openen….we waren het eens om een Palestijnse staat te stichten, met de grenzen van 4 juni 1967” (Jordan Times 26-11-2006). Hij dreigt: “als er binnen die tijd geen overeenkomst is bereikt, zal Hamas sterker worden en vervolgen met een derde opstand ”.

Hij blijft (ondanks zijn akkoord gaan met de 1967 grens) moeite hebben met de formele erkenning van Israel. Daarentegen lijkt Abbas niet uit te gaan van Palestijnse rechten, maar van wat hij denkt dat haalbaar is, want blijkens zijn woordvoerder gaat hij uit van wat “wat de Verenigde Staten en andere Westerse landen vragen” want “wij zitten niet in een onafhankelijke staat om te beslissen wat we willen”. Tegenstellingen blijven. Haniyeh zegt “Hamas wil het recht op terugkeer van vluchtelingen behouden, evenals het recht op verzet tegen de bezetting, totdat er een Palestijnse staat is gevestigd” 26-12-2006).

Internationale bemoeienissen helpen niet verder

Ondertussen is van een eigen Europese mening geen sprake. De speciale gezand van de VS Elloit Abrams meldt aan Olmert dat EU leiders beloofden elk initiatief tevoren met de VS te zullen coördineren (Haaretz 29-11-2006). Ook recente voorstellen door Frankrijk, Italië en Spanje zullen “niet worden nagestreefd zonder Amerikaanse instemming”. Het woord “instemming” valt op. Blijkbaar ontneemt Europa zich bij voorbaat het recht op een eigen mening.

Palestijnse premier Haniyeh herhaalt in een interview met het Italiaanse blad Republica (samengevat in Haaretz 11-12-2006) zijn oproep voor een 10-jarig bestand, bereidheid de facto de 1967 grenzen te erkennen (“terug brengen van Israël’s grenzen naar voor-1967”) en een feitelijke 2-staten oplossing (“Wij accepteren de noodzaak te bestaan voor twee landen, maar Israël is onwettig zolang de bezetting voortduurt”).

Het (in de ogen van de schrijver) toch wat Vichy-achtige karakter van de “tegenregering” rond Abbas, blijkt uit de grote steun die Abbas i.v.m. nieuwe verkiezingen krijgt van Israel, de VS en Engeland. Een gesprek tussen Abbas en Olmert op 23-12-2006 toont de machtsverhoudingen. Abbas krijgt wel wat belastinggeld dat Israël voor de Palestijnen inhield, maar er is geen erkenning van het feit dat al het geld de Palestijnse regering toebehoort en daarom onmiddellijk moet worden overgemaakt. Ook zullen wel een aantal checkpoints worden opgeheven, maar er is geen erkenning van het feit dat de Israëlische controle over Palestijns gebied moet ophouden. Op het punt van de gevangenen werd geen voortgang geboekt.

Verklaring van Mecca voorkomt burgeroorlog

In december 2006 en januari 2007 komt het diverse malen tot gevechten tussen Fatah en Hamas aanhangers, waarbij tientallen doden vallen. Een konvooi van premier Haniyeh wordt bij terugkeer in Gaza wordt aangevallen en het geld dat hij uit het buitenland (o.a. Iran) meebracht moet worden achterlaten (na overleg tussen Egypte en Israël). Ook de aankondiging van nieuwe verkiezingen door Abbas op 16-12-2006 leidt tot grote woede. Het democratisch gekozen parlement is immers nog geen jaar in funktie. De spanningen vergroten als de VS aan Abbas $ 86 miljoen toezegt voor het bewapenen en versterken van de veiligheidsdiensten onder zijn controle (Haaretz 5-1-2007). Abbas verklaart de Executive Force (veiligheidsdienst van Hamas) buiten de wet (Jordan Times 8-1-2007). Een aantal bestanden helpen voorlopig, maar worden daarna weer geschonden.

De tegenstellingen worden pas overbrugd tijdens een conferentie in Mecca waarbij Fatah en Hamas (incl. de leiding in Damascus) onder leiding van de Saudische koning bijeenkomen.

De hoofdlijnen van de Verklaring van Mecca zijn (Haaretz 8-2-2007): er komt een Palestijnse eenheidsregering met 9 ministers van Hamas, 6 van Fatah en 4 van andere partijen (plus een verdeling van bepaalde posten) partijen (incl. Hamas) zullen alle (internationale) overeenkomsten tot nu tot respecteren de nieuwe regering krijt $ 500 miljoen voor heropbouw

Naar de mening van de Saudische koning moet het voor westerse landen voldoende zijn dat Hamas nu in feite de voorgaande accoorden (zoals Oslo en het Arabische Initiatief) heeft erkend. Olmert staat aanvankelijk vrij neutraal tegenover de Verklaring (Haaretz 12-2-2007) maar na aandringen van de VS handhaven westerse regeringen de boycott en blijft de diplomatieke impasse in stand.

Naschrift van de auteur: gestelde eisen (o.a. erkenning van Israël)

Tot hier toe doorliepen wij de feitelijke gang van zaken vanaf de verkiezingsoverwinning door Hamas tot heden. In het nu volgende deel van het artikel volgt het commentaar van de auteur hierop.

Men kan zich verwonderd afvragen hoe het komt dat Hamas, zoals uit het voorgaande bleek, vele vredesinitiatieven nam, maar er toch het gehele jaar geen voortgang geboekt is. Dat komt doordat de internationale gemeenschap alle Palestijnse voorstellen (zoals de facto erkenning van Israël binnen de grenzen van 1967 en een zeer langdurig bestand) als “onvoldoende” van de hand wees. Geëist werd dat volledig moest worden voldaan aan alle eisen:

erkenning van Israel
afzweren van geweld
erkenning van alle voorgaande overeenkomsten

Op zich lijken deze eisen redelijk. De context waarin ze gesteld worden maakt ze echter volkomen onevenwichtig. De eerste eis houdt verband met de verdrijving van Palestijnen in 1948. Toen werden diverse dorpen uitgemoord, ruim 500 dorpen bewust volledig vernietigd en bijna een miljoen mensen op de vlucht verdreven. Geen van de oorlogsmisdadigers van toen is ooit vervolgd (in tegendeel: ze kregen hoge posities, d.a. Begin en Sharon) en slachtoffers kregen nooit enige compensatie. In 1967 werden wederom honderdduizenden verdreven uit de gebieden waar ze eeuwenlang woonden. Aan de voorwaarde waaronder Israël tot de VN werd toegelaten (terugkeer van vluchtelingen) werd nooit voldaan, evenals aan tientallen VN-resoluties (o.a. over terugtrekking uit bezette gebieden).

Door de eis “erkenning van Israël” wordt van de Palestijnen verlangd met dit alles akkoord te gaan zonder ooit op hun rechten terug te mogen komen. Tegenover de eis “erkenning van Israel” zou de internationale gemeenschap van Israel moeten eisen “erkenning van de Nakba” (ramp van 1948) en “erkenning van een Palestijnse staat” (waar tot nu toe geen enkele Israëlische regering toe bereid was, ondanks het feit dat de PLO (als vertegenwoordigend lichaam van de Palestijnen) Israël al vele jaren erkent.

Er zijn nog enkele problemen rond die erkenning: Israël stelt als aanvullende eis “erkenning als Joodse staat”. Dat houdt in dat de Palestijnen moeten instemmen met de voor Arabische inwoners zeer discriminerende wetgeving. Merkwaardig is dat aan Hamas, om alleen al aan gesprekken te mogen deelnemen, veel hogere eisen worden gesteld dan na onderhandelingen met Egypte en Jordanië werden overeengekomen (die vredesverdragen spreken van een “bestaansrecht” en niet van “bestaansrecht als Joodse staat”).

Een ander probleem betreft het gebied. Er wordt niet gevraagd om “erkenning van Israël binnen de grenzen van 1967” maar om erkenning in het algemeen, van een Israel dat heeft aangekondigd zijn grenzen eenzijdig te zullen vaststellen. Golda Meir verbood op landkaarten de Groene Lijn aan te geven en sindsdien worden Israëliërs opgevoed met kaarten van Groot Israël. Toen een Israëlische minister onlangs voorstelde de Groene Lijn met stippellijnen aan te geven, stak een storm van protest op. Recent gaf de minister van Binnenlandse Zaken Roni Bar-On plannen vrij om de bouw van nederzettingen op de Golan te versnellen. Hij zei “De Golanhoogte moet in elk opzicht als regio van Israël behandeld worden” (Haaretz 19-12-2006).

Naar het oordeel van de auteur zou tegenover de eis aan Palestijnen om Israël te erkennen van Israël “erkenning van de grenzen van voor 1967” geëist moeten worden. Als men dan tegenwerpt die eis niet te kunnen stellen omdat Israël daar niet toe bereid is, blijkt pas waar het werkelijke probleem ligt.

Nog een eis van Israël betreft het “recht op terugkeer” van vluchtelingen, waar nooit meer over gepraat mag worden. Dit is een wezenlijk punt voor Palestijnen. Niet zozeer omdat men massaal naar Israël zou willen komen (onderzoekingen tonen aan dat hoogstens een paar procent dat wil en er gaat dan ook geen enkele “bedreiging” voor Israël van uit), maar omdat het gaat om erkenning van het leed dat de Palestijnen decennia lang werd aangedaan. Westerse politici die deze eis als “vanzelfsprekend onmogelijk” ter zijde schuiven tonen een totaal onbegrip voor wat leeft onder de Palestijnse vluchtelingen. Op dit punt mag verwezen worden naar het rapport “Right of Return” van de British Joint Parlementary Middle East Councils, die een Commission of Enquiry uitzond in 2004.

Naschrift: andere eisen

De eis van afzweren van geweld is merkwaardig omdat die gesteld werd op een moment dat Hamas zich al bijna een jaar aan een bestand hield, terwijl Israëlisch militair geweld doorging. Ook het afgelopen jaar vielen weer honderden Palestijnse doden, veelal onschuldige burgers waaronder grote aantallen kinderen. Het is volkomen irreëel om aan een verzetsbeweging die eis te stellen als er nog geen enkel uitzicht is op een beëindiging van de bezetting. Ondanks het feit dat Israël doorging met militaire akties blijft Hamas trouw aan het bestand. Grote operaties waren er bijv. recent in Nablus, nauwelijks weergegeven in de pers doordat Israël perswerk onmogelijk maakte (zie protest Committee to Protect Journalists, 28-2-2007).

Een hoofdprobleem is dat “vredesplannen” tot nu toe (zoals bijv. de Routekaart) niet zozeer gericht zijn op het beëindigen van de bezetting, maar op het onmogelijk maken van verzet daartegen.

De andere eis betreft het instemmen met alle voorgaande akkoorden. Die eis is merkwaardig omdat de huidige Israëlische regering diverse leden kent die fel tegenstander van de Oslo overeenkomst etc. zijn. Niemand heeft ooit van hen “persoonlijke instemming met alle voorgaande overeenkomsten” gevraagd. Ook hier is het weer de eenzijdigheid van Westerse eisen die, naar het oordeel van de auteur, contraproductief werkt voor het vredesproces.

Toenemende weerstand

De starheid van westerse eisen wordt steeds meer gehekeld, met name sinds de Verklaring van Mecca. Prof. Siegman (Londen University) schrijft in een artikel “Mecca opent de weg voor Europa” (Herald Tribune 14-2-2007) dat de rol van Europa essentieel is: “Nu zelfs Abbas begint te begrijpen dat de VS-rol irrelevant is voor welke voortgang van de vrede dan ook, is het de vraag of Europa zich kan bevrijden van zijn onderworpenheid aan Washington en zelf een constructief initiatief kan ondernemen”. Hij hekelt de dodelijke rol van de VS: iedere keer als enige voortgang in het vredesproces “dreigde”, werd Elliott Abrams (belast in het Witte Huis met het vredesproces) naar Europa gestuurd om in het geheim vertegenwoordigers van Olmert te verzekeren dat er niets zou gebeuren. Siegman stelt voor dat Europa direkt de boycott beëindigt en een open dialoog start met de nieuwe Palestijnse eenheidsregering.

Ook in het Britse parlement is er beweging. Het Comité voor Internationale Ontwikkeling van het House of Commons betwijfelt in een rapport dd. 24-1-2007 zowel de wijsheid als de effectiviteit van de boycott. De verergerende situatie kan zelfs de mogelijkheid van een Palestijnse staat in gevaar brengen. Maatregelen tegen Israël om de bezetting te beëindigen zijn daarom nodig. In de Guardian (31-1-2007) schrijft John Hilary hierover “..de roep om actie door parlementsleden van het Ontwikkelingscomité moet het begin zijn van een radicale heroriëntering van het Britse beleid t.a.v. het Midden Oosten. Sancties tegen Israël is een eerste en noodzakelijke stap op die weg”.

De VN-rapporteur m.b.t. de mensenrechtensituatie in Palestijnse gebieden, prof. John Dugard wijst op de historisch unieke situatie dat een bezet volk wordt getroffen door een economische boycott (voor een weergave van de ernstige situatiein Palestina zie zijn rapport A/HRC/4/17 dd. 29-1-2007).

Zelfs in Israël is er verzet. Vredesactivist en auteur Meron Benvenisti beschrijft in Haaretz van 1-3-2007 hoe gevoelig het punt van “erkenning van Israël” ligt voor o.a. de vluchtelingen en hij concludeert “….het is duidelijk dat iedereen die hier op blijft aandringen als conditie voor onderhandelingen, geen vrede zoekt, maar een voortzetting van het conflict”.

Conclusie

De eisen die de internationale gemeenschap stelt aan de Palestijnen, alleen al om tot gesprekken te worden toegelaten, zijn erg onevenwichtig als niet tegelijkertijd aan Israël vergelijkbare eisen worden gesteld. Wat dat betreft moet het roer om.

Tot dit gewijzigde beleid behoren dan:

onmiddellijke opheffing van de economische blokkade (mensen tot de hongerdood veroordelen om ze zo te dwingen tot een mening die tegen hun opvattingen indruist, is middeleeuws) onmiddellijke erkenning van een Palestijnse staat (bestaande uit Gaza, Westoever en Oost-Jeruzalem) binnen de grenzen van 1967 onderhandelingen op basis van het internationale recht starten, gebruik makend van het langdurige bestand dat Hamas herhaaldelijk aanbood, waarbij ook Hamas deelnemer is

Tegen praten met Hamas zal men wellicht tegenwerpen dat die organisatie vele terreurdaden pleegde. Dat is zo, maar dat geldt net zo goed voor het staatsterrorisme dat Israël bedreef en desondanks praat men wel met Israël (men denke bijv. aan massaslachtingen in Jenin, Beit Hanoun en Beirout). Ook houdt Hamas zich al bijna twee jaar keurig aan het bestand (wat van Israël niet gezegd kan worden).

De Hamas bereidheid tot een langdurige “hudna” houdt veel in. Dat is niet zomaar een bestand (voor 10 jaren of zelfs generatielang), maar in het Arabisch taalgebruik een situatie die deelnemers moreel dwingt alles te doen om tot een blijvende oplossing te komen.


Wordt het geen tijd dat de Westerse wereld eindelijk reageert op de vele vredesvoorstellen die Hamas deed (tegen het herhaalde “is niet mee te praten” imago in), ook in het afgelopen jaar?


(C) Jan Elshout (7 maart 2007)

Een verkorte versie van het artikel is eerder gepubliceerd in International Spectator van maart (Jrg. 61/3, pp. 164-166).

--------------------------------------------------------------------------------

© 2009 | United Civilians for Peace | Disclaimer

Nobody cares 'bout the truth or facts : or 'bout justice, fairness ...



take a look at the following :

truth 'bout the real backgrounds of the current situation in the ME :

try to read these very enlightening articles on the situation:

that of israeli insider & professionnal Uri Avnery ("Molten lead " or how israel is multiplying Hamas by a thousand !) & that of Jennifer Loewenstein : " IF Hamas did not exist"

+that of Arab israeli analyst & ex_member of the israeli parliament =knesset : Azmi Bishara = Al Jazeera interview !

http://www.counterpunch.com/avnery01022009.html

http://www.counterpunch.com/loewenstein01012009.html



http://www.islamicity.com/m/news_frame.asp?Frame=1&referenceID=41827

Orakel
07-01-09, 22:04
Ja, to cut a long story short :hihi:


:D Tjah, zag al dat geleuter hier en dacht, mot ff wat realiteit in. Dees is ook leuk:


Praten met Hamas

Door Sietse Bosgra en Paul Aarts. Dit artikel werd gepubliceerd in de Internationale Spectator, jaargang 62, nummer 4, april 2008.



Voor een succesvolle vredesregeling met Israël is een van de belangrijkste vereisten dat die getroffen wordt door een Palestijnse regering die op brede steun van de Palestijnse bevolking kan rekenen. Alleen zo’n regering kan eventuele pijnlijke concessies aan haar achterban verkopen en kan garanderen dat de gemaakte afspraken ook inderdaad worden nageleefd. Dat betekent dat de islamitische beweging Hamas weer deel moet uitmaken van het politieke proces in Palestina en het mogelijk toekomstige vredesakkoord zal moeten onderschrijven.



In 2005 waren de vooruitzichten hierop nog positief: Hamas besloot met instemming van president Abbas aan de parlementsverkiezingen deel te nemen. Die deelname werd ook ondersteund door de westerse landen, die via een voorzichtige dialoog toenadering tot de organisatie zochten. Maar na de onverwachte verkiezingsoverwinning van Hamas in januari 2006 gooide Washington zijn beleid plotseling om: de Amerikaanse regering besloot niet alleen Hamas aan een compleet diplomatiek en politiek isolement te onderwerpen, maar men stuurde ook aan op een gewelddadige confrontatie tussen Hamas en Fatah.


Lees het artikel verder in pdf-formaat.

http://home.medewerker.uva.nl/p.w.h.aarts/bestanden/PratenMetHamas_Bosgra_Aarts.pdf

mark61
07-01-09, 22:12
:D Tjah, zag al dat geleuter hier en dacht, mot ff wat realiteit in. Dees is ook leuk:


Praten met Hamas

Door Sietse Bosgra en Paul Aarts. Dit artikel werd gepubliceerd in de Internationale Spectator, jaargang 62, nummer 4, april 2008.

:moe: Dit verhaal vertel ik hier al her en der, tussen het geskreeuw door.

Maar onze Slingert vindt de Internationale Spectator natuurlijk maar een antisemitisch vod :hihi:

H.P.Pas
07-01-09, 23:41
Hamas: partner voor vrede?



:fpetaf: Thnx.
Voor beide verhelderende artikelen.
Dit gezegd hebbend kan ik voor sommige Israëlische reserves wel begrip opbrengen:

Art 32
()
The Zionist plan is limitless. After Palestine, the Zionists aspire to expand from the Nile to the Euphrates. When they will have digested the region they overtook, they will aspire to further expansion, and so on. Their plan is embodied in the "Protocols of the Elders of Zion", and their present conduct is the best proof of what we are saying.

knuppeltje
08-01-09, 09:56
Voor een succesvolle vredesregeling met Israël is een van de belangrijkste vereisten dat die getroffen wordt door een Palestijnse regering die op brede steun van de Palestijnse bevolking kan rekenen. Alleen zo’n regering kan eventuele pijnlijke concessies aan haar achterban verkopen en kan garanderen dat de gemaakte afspraken ook inderdaad worden nageleefd. Dat betekent dat de islamitische beweging Hamas weer deel moet uitmaken van het politieke proces in Palestina en het mogelijk toekomstige vredesakkoord zal moeten onderschrijven.


Zo lang ze in Israël en Amerika niet willen inzien dat je met vrienden gaat vissen, en met je vijanden afspraken maakt, komt er zo van dat vissen ook niet veel.
Ronduit te stom voor woorden wat er nu gebeurt.

Sallahddin
08-01-09, 11:33
He Sallahddin, overbodig om die hele lap text te citeren voor je reactie. Die meters die ik hier moet scrollen ...

:lol:


ok , dat was ter illustratie gedaan voor de talloze denial freaks hier !