mark61
13-08-10, 13:05
Gepubliceerd: 13 augustus 2010 12:03 | Gewijzigd: 13 augustus 2010 13:40
Door Hieke Jippes / NRC
Londen, 13 aug. Negen vooraanstaande deskundigen twijfelen aan de manier waarop David Kelly, een Britse wapenexpert die een belangrijke rol speelde in het Irak-onderzoek, in juli 2003 om het leven kwam. In een open brief aan de regering, vandaag gepubliceerd in The Times, dringen zij aan op een hernieuwd en volledig lijkschouwersonderzoek, waarbij cruciaal medisch bewijsmateriaal alsnog kan worden onderzocht.
De deskundigen zeggen dat het onwaarschijnlijk is dat Kelly is doodgebloed, zoals de officiële versie tot nu toe luidt. De vraag of de wapenexpert al dan niet zelfmoord pleegde, ligt daarmee weer open.
De coalitieregering staat nu onder druk om de ‘Kelly-affaire’ opnieuw tegen het licht te houden. Betrokken ministers hebben eerder overlegd, maar nog geen beslissing genomen. Heropening van de zaak zou erkenning betekenen dat de Hutton-commissie die destijds onderzoek deed naar de zaak gefaald heeft.
Dat onderzoek concludeerde dat Kelly aan een bosrand, niet ver van zijn huis in Oxfordshire, zijn eigen pols had doorgesneden. Uit wanhoop, omdat hij door Blairs perswoordvoerder Alastair Campbell geïdentificeerd was als de bron voor een BBC-bericht dat de regering het oordeel van de veiligheidsdiensten over de aanwezigheid van wapens van massavernietiging in Irak zou hebben „aangedikt (sexed up)”. Critici kwalificeerden Huttons bevindingen vanaf het begin als poging om de affaire „schoon te wassen”.
De negen ondertekenaars van de brief zijn forensische wetenschappers, juristen en lijkschouwers. Zij beroepen zich op een aantal feiten, die na het Hutton-onderzoek aan het licht zijn gekomen: het feit dat Kelly volgens een naaste collega vanwege een arm- en handblessure „te zwak” zou zijn geweest om zijn eigen pols door te snijden en het feit dat er te weinig bloed is aangetroffen om te kunnen concluderen dat Kelly zou zijn leeggebloed. Ook zaten er geen vingerafdrukken op het mes dat Kelly gebruikt zou hebben terwijl Kelly geen handschoenen droeg.
In januari bleek dat Hutton in het geheim alle medische gegevens over Kelly en diens dood voor 70 jaar onder geheimhouding in de archieven heeft ondergebracht. De minister van Justitie zou die geheimhouding nu moeten opheffen.
Vorige week veranderde een van de twee politiemannen, die Kelly's stoffelijk overschot vond, Graham Coe, de versie van de getuigenis die hij aan de Hutton-commissie gaf. Getuigen-vrijwilligers die meezochten hadden gesproken van een derde man in Coe’s team. De politieman, inmiddels gepensioneerd, gaf in een interview toe dat het om een aspirant-politieman ging. Anderen denken dat het mogelijk een inlichtingen-man was.
-----
Dit vind ik nou es verdacht.
Door Hieke Jippes / NRC
Londen, 13 aug. Negen vooraanstaande deskundigen twijfelen aan de manier waarop David Kelly, een Britse wapenexpert die een belangrijke rol speelde in het Irak-onderzoek, in juli 2003 om het leven kwam. In een open brief aan de regering, vandaag gepubliceerd in The Times, dringen zij aan op een hernieuwd en volledig lijkschouwersonderzoek, waarbij cruciaal medisch bewijsmateriaal alsnog kan worden onderzocht.
De deskundigen zeggen dat het onwaarschijnlijk is dat Kelly is doodgebloed, zoals de officiële versie tot nu toe luidt. De vraag of de wapenexpert al dan niet zelfmoord pleegde, ligt daarmee weer open.
De coalitieregering staat nu onder druk om de ‘Kelly-affaire’ opnieuw tegen het licht te houden. Betrokken ministers hebben eerder overlegd, maar nog geen beslissing genomen. Heropening van de zaak zou erkenning betekenen dat de Hutton-commissie die destijds onderzoek deed naar de zaak gefaald heeft.
Dat onderzoek concludeerde dat Kelly aan een bosrand, niet ver van zijn huis in Oxfordshire, zijn eigen pols had doorgesneden. Uit wanhoop, omdat hij door Blairs perswoordvoerder Alastair Campbell geïdentificeerd was als de bron voor een BBC-bericht dat de regering het oordeel van de veiligheidsdiensten over de aanwezigheid van wapens van massavernietiging in Irak zou hebben „aangedikt (sexed up)”. Critici kwalificeerden Huttons bevindingen vanaf het begin als poging om de affaire „schoon te wassen”.
De negen ondertekenaars van de brief zijn forensische wetenschappers, juristen en lijkschouwers. Zij beroepen zich op een aantal feiten, die na het Hutton-onderzoek aan het licht zijn gekomen: het feit dat Kelly volgens een naaste collega vanwege een arm- en handblessure „te zwak” zou zijn geweest om zijn eigen pols door te snijden en het feit dat er te weinig bloed is aangetroffen om te kunnen concluderen dat Kelly zou zijn leeggebloed. Ook zaten er geen vingerafdrukken op het mes dat Kelly gebruikt zou hebben terwijl Kelly geen handschoenen droeg.
In januari bleek dat Hutton in het geheim alle medische gegevens over Kelly en diens dood voor 70 jaar onder geheimhouding in de archieven heeft ondergebracht. De minister van Justitie zou die geheimhouding nu moeten opheffen.
Vorige week veranderde een van de twee politiemannen, die Kelly's stoffelijk overschot vond, Graham Coe, de versie van de getuigenis die hij aan de Hutton-commissie gaf. Getuigen-vrijwilligers die meezochten hadden gesproken van een derde man in Coe’s team. De politieman, inmiddels gepensioneerd, gaf in een interview toe dat het om een aspirant-politieman ging. Anderen denken dat het mogelijk een inlichtingen-man was.
-----
Dit vind ik nou es verdacht.