aboenoeh
23-08-10, 16:15
Het is relatief kortgeleden dat een politicus in Nederland door een groep moslims voor de rechter werd gedaagd omdat hij in een film Islam en de moslims ernstig beledigde. In deze zaak, de zaak "Fitna", oordeelde de rechter vervolgens dat "grievende of choquerende" uitlatingen het recht op vrijheid van meningsuiting niet mogen belemmeren. De rechtbank erkende dus dat de politicus had beledigd. Maar de rechtbank oordeelde dat het belangrijker was dat men in het publieke debat kan zeggen wat men wil, dan dat mensen beschermd worden tegen schending van hun gevoelens of aantasting van hun eer. De rechtbank oordeelde dus feitelijk dat de vrijheid van meningsuiting kwetsen en beledigen toestaat.
Op ongeveer hetzelfde moment werden in een Deense krant cartoons de zogenoemde "Mohammed cartoons" gepubliceerd die de heiligheden van Islam - en daarmee al de moslims wereldwijd - op ernstige wijze kwetsten en beledigden. Verschillende media en politici in Nederland namen deze cartoons over en in het publieke debat dat hierop volgde werden de moslims opgeroepen om in naam van de vrijheid van meningsuiting ook deze belediging te stilzwijgend te accepteren.
In reactie besloot de Arabisch Europese Liga op haar Nederlandse website eveneens cartoons te plaatsen, maar ditmaal cartoons die spot drijven met de Holocaust. Dit, zo verklaarde de AEL, niet om nodeloos de gevoelens te kwetsen van het joodse volk, maar om te onderzoeken of de vrijheid van meningsuiting inderdaad het recht op kwetsen en beledigen omvat zoals beweerd werd iedere keer dat men Islam en de moslims beledigde.
Naar aanleiding van de Mohammed cartoons werd niemand in Nederland vervolgd door het Openbaar Ministerie. Maar zoals de AEL en vele moslims met haar al verwachtten, werd zij vanwege haar Holocaust cartoons wel voor de rechtbank gedaagd door het Openbaar Ministerie. En, wederom zoals de AEL en vele moslims met haar al verwachtten, oordeelde de rechtbank in dit geval dat de vrijheid van meningsuiting niet het recht op kwetsen en beledigen omvat. De cartoons van de AEL waren volgens de rechtbank "te grievend om te kunnen dienen als statement in het kader van een publiek debat". En op 19 juni 2010 veroordeelde ze de AEL daarom tot de betaling van een boete van 2500 euro, waarvan 1500 euro voorwaardelijk.
Hoe denkt de rechtbank dit verschik in haar rechtspraak te rechtvaardigen? Dat de AEL cartoons verboden worden omdat zij kwetsend zijn, terwijl men tegelijkertijd publicatievrijheid voor de even kwetsend Mohammed cartoons garandeert onder het moment van vrijheid van meningsuiting?
De AEL cartoons hebben daarmee hun doel gerealiseerd. Ze hebben duidelijk gemaakt dat er in Nederland inderdaad met twee maten gemeten wordt. Er is bij de rechtbank een maatstaf wanneer de moslims beledigd worden, en in dit geval omvat de vrijheid van meningsuiting het recht op kwetsen en beledigen. En er is bij de rechtbank een tweede maatstaf wanneer iemand anders dan de moslims beledigd wordt, of wanneer de moslims iemand kwetsen of beledigen. In dit geval, namelijk, omvat de vrijheid van meningsuiting het recht op kwetsen en beledigen niet.
En voor wie het nog niet gerealiseerd heeft, deze praktijk, het meten met twee maten bij rechtspraak, draagt de naam apartheid.
__________________
Oorspronkelijk geplaatst op forums.ansaar.nl
Op ongeveer hetzelfde moment werden in een Deense krant cartoons de zogenoemde "Mohammed cartoons" gepubliceerd die de heiligheden van Islam - en daarmee al de moslims wereldwijd - op ernstige wijze kwetsten en beledigden. Verschillende media en politici in Nederland namen deze cartoons over en in het publieke debat dat hierop volgde werden de moslims opgeroepen om in naam van de vrijheid van meningsuiting ook deze belediging te stilzwijgend te accepteren.
In reactie besloot de Arabisch Europese Liga op haar Nederlandse website eveneens cartoons te plaatsen, maar ditmaal cartoons die spot drijven met de Holocaust. Dit, zo verklaarde de AEL, niet om nodeloos de gevoelens te kwetsen van het joodse volk, maar om te onderzoeken of de vrijheid van meningsuiting inderdaad het recht op kwetsen en beledigen omvat zoals beweerd werd iedere keer dat men Islam en de moslims beledigde.
Naar aanleiding van de Mohammed cartoons werd niemand in Nederland vervolgd door het Openbaar Ministerie. Maar zoals de AEL en vele moslims met haar al verwachtten, werd zij vanwege haar Holocaust cartoons wel voor de rechtbank gedaagd door het Openbaar Ministerie. En, wederom zoals de AEL en vele moslims met haar al verwachtten, oordeelde de rechtbank in dit geval dat de vrijheid van meningsuiting niet het recht op kwetsen en beledigen omvat. De cartoons van de AEL waren volgens de rechtbank "te grievend om te kunnen dienen als statement in het kader van een publiek debat". En op 19 juni 2010 veroordeelde ze de AEL daarom tot de betaling van een boete van 2500 euro, waarvan 1500 euro voorwaardelijk.
Hoe denkt de rechtbank dit verschik in haar rechtspraak te rechtvaardigen? Dat de AEL cartoons verboden worden omdat zij kwetsend zijn, terwijl men tegelijkertijd publicatievrijheid voor de even kwetsend Mohammed cartoons garandeert onder het moment van vrijheid van meningsuiting?
De AEL cartoons hebben daarmee hun doel gerealiseerd. Ze hebben duidelijk gemaakt dat er in Nederland inderdaad met twee maten gemeten wordt. Er is bij de rechtbank een maatstaf wanneer de moslims beledigd worden, en in dit geval omvat de vrijheid van meningsuiting het recht op kwetsen en beledigen. En er is bij de rechtbank een tweede maatstaf wanneer iemand anders dan de moslims beledigd wordt, of wanneer de moslims iemand kwetsen of beledigen. In dit geval, namelijk, omvat de vrijheid van meningsuiting het recht op kwetsen en beledigen niet.
En voor wie het nog niet gerealiseerd heeft, deze praktijk, het meten met twee maten bij rechtspraak, draagt de naam apartheid.
__________________
Oorspronkelijk geplaatst op forums.ansaar.nl