HUISBAAS
02-09-10, 07:13
Beledigen is niet altijd even erg
http://images.volkskrant.com/volkskra/www/opinie/media/arganjb4_134598_300.jpg
Beledigen van Joden wekt beduidend meer verontwaardiging dan het beledigen van moslims De Arabisch-Europese Liga (AEL) werd vorige week veroordeeld door het gerechtshof in Arnhem voor het plaatsen van een cartoon die beledigend is voor Joden. Het Hof oordeelde dat de cartoon niet viel onder de vrijheid van meningsuiting. Dit is geen merkwaardige uitspraak, zij is in lijn met de huidige wetgeving en jurisprudentie op het gebied van vrijheid van meningsuiting in Nederland. Wat echter wel wonderlijk is, is dat deze ‘inperking’ van de vrijheid van meningsuiting onweersproken bleef. Waar in andere gevallen, zoals in de zaak tegen cartoonist Gregorius Nekschot de zelfbenoemde strijders voor de vrijheid van meningsuiting op de barricades staan, gaf bij de veroordeling van de AEL niemand een kik.
Protest
Nu is er een aantal verschillen tussen de AEL-zaak en de Nekschotzaak. Zo werd in de AEL zaak niet de cartoonist aangeklaagd maar de organisatie die de cartoon plaatste. Ook werd Nekschot met buitenproportionele middelen gearresteerd, een gedeelte van het protest was – mijns inziens terecht – hiertegen gericht.
Maar er was nog een verschil. In het geval van Nekschot gaat het om een autochtone cartoonist die tekeningen maakt die strafbaar zijn omdat zij beledigend zijn voor onder anderen moslims. Beide groepen zijn even beschermingswaardig organisatie die Joden beledigt.
Het recht behandelt de vrijheid van meningsuiting voor Nekschot en de AEL gelijk, zoals het hoort. De strijders voor de absolute vrijheid van meningsuiting doen dat niet. Voor hen is de vrijheid van Nekschot beschermingswaardiger dan die van de AEL. Dit doet twijfelen aan de motieven die aan deze strijd voor de absolute vrijheid ten grondslag liggen.
Vrijheid
Daarnaast roept het verschil in maatschappelijke reactie vragen op over wiens vrijheid men beschermt en op basis waarvan. Immers: als het om de absolute vrijheid te doen is, zou de vrijheid van Arabieren om Joden te beledigen net zo belangrijk moeten zijn als de vrijheid van Nekschot om moslims te beledigen. Niets lijkt minder waar nu in het geval van de veroordeling van de AEL apathie regeert.
Beide groepen zijn even beschermingswaardig. Misbruik van de vrijheid van meningsuiting om een bevolkingsgroep in diskrediet te brengen, moet volgens wet en jurisprudentie worden bestreden, of het nu om de Joden of om de moslims gaat.
Sille Jansen is directeur Meldpunt Discriminatie Internet
Volkskrant
__________________
Oorspronkelijk geplaatst op forums.ansaar.nl
http://images.volkskrant.com/volkskra/www/opinie/media/arganjb4_134598_300.jpg
Beledigen van Joden wekt beduidend meer verontwaardiging dan het beledigen van moslims De Arabisch-Europese Liga (AEL) werd vorige week veroordeeld door het gerechtshof in Arnhem voor het plaatsen van een cartoon die beledigend is voor Joden. Het Hof oordeelde dat de cartoon niet viel onder de vrijheid van meningsuiting. Dit is geen merkwaardige uitspraak, zij is in lijn met de huidige wetgeving en jurisprudentie op het gebied van vrijheid van meningsuiting in Nederland. Wat echter wel wonderlijk is, is dat deze ‘inperking’ van de vrijheid van meningsuiting onweersproken bleef. Waar in andere gevallen, zoals in de zaak tegen cartoonist Gregorius Nekschot de zelfbenoemde strijders voor de vrijheid van meningsuiting op de barricades staan, gaf bij de veroordeling van de AEL niemand een kik.
Protest
Nu is er een aantal verschillen tussen de AEL-zaak en de Nekschotzaak. Zo werd in de AEL zaak niet de cartoonist aangeklaagd maar de organisatie die de cartoon plaatste. Ook werd Nekschot met buitenproportionele middelen gearresteerd, een gedeelte van het protest was – mijns inziens terecht – hiertegen gericht.
Maar er was nog een verschil. In het geval van Nekschot gaat het om een autochtone cartoonist die tekeningen maakt die strafbaar zijn omdat zij beledigend zijn voor onder anderen moslims. Beide groepen zijn even beschermingswaardig organisatie die Joden beledigt.
Het recht behandelt de vrijheid van meningsuiting voor Nekschot en de AEL gelijk, zoals het hoort. De strijders voor de absolute vrijheid van meningsuiting doen dat niet. Voor hen is de vrijheid van Nekschot beschermingswaardiger dan die van de AEL. Dit doet twijfelen aan de motieven die aan deze strijd voor de absolute vrijheid ten grondslag liggen.
Vrijheid
Daarnaast roept het verschil in maatschappelijke reactie vragen op over wiens vrijheid men beschermt en op basis waarvan. Immers: als het om de absolute vrijheid te doen is, zou de vrijheid van Arabieren om Joden te beledigen net zo belangrijk moeten zijn als de vrijheid van Nekschot om moslims te beledigen. Niets lijkt minder waar nu in het geval van de veroordeling van de AEL apathie regeert.
Beide groepen zijn even beschermingswaardig. Misbruik van de vrijheid van meningsuiting om een bevolkingsgroep in diskrediet te brengen, moet volgens wet en jurisprudentie worden bestreden, of het nu om de Joden of om de moslims gaat.
Sille Jansen is directeur Meldpunt Discriminatie Internet
Volkskrant
__________________
Oorspronkelijk geplaatst op forums.ansaar.nl