PDA

Bekijk Volledige Versie : Rabbijn in Kandahar en satan



Hatert
16-10-10, 12:18
Uit Uruzgan: De rabbijn bidt gewoon verder

15-10-2010 20:25 | Ds. P. L. D. Visser


Wat overweldigd loop ik er rond: KAF, het Kandahar Air Field. Een enorme basis is het, waar ongeveer 28.000 mensen wonen en werken. In het hart van de stad, want dat is het toch, ligt het vliegveld. Hier arriveren en vertrekken op elk uur van de dag tientallen vliegtuigen. De basis zoemt als een bijenkorf en de verkeersdrukte is onontwijkbaar.

Op de Joodse kalender blijkt het Grote Verzoendag te zijn. Ik ontmoet een Amerikaanse rabbijn die hiervoor is ingevlogen. Ik vraag of ik de hoogtijdag kan meemaken. In Nederland, leg ik desgevraagd uit, zijn reformatorischen zich erg bewust van het feit dat ze het Oude Testament te danken hebben aan de ”oudste broeder”. Op vrijdagavond ga ik dus naar de ‘synagoge’. Schriftgedeelten en gebeden worden in rap Hebreeuws gezongen met soms prachtige melodieën. Van buiten klinkt raketalarm. De rabbijn bidt onverstoorbaar door. Tussendoor merkt hij op: „Satan wil onze gebeden verstoren, dat horen jullie aan het alarm. We zijn dus goed bezig door te bidden!” Na twee uur sluit de rabbijn af, om op sabbatochtend weer een dienst van drie uur te houden, afgesloten door een avonddienst van twee uur. Ik besluit mee te doen aan het vasten, maar dat vergt nogal veel. Je wordt licht in je hoofd en de diensten worden staande doorgebracht, zodat je behoorlijk uitgeput raakt.

Het laatste halfuur van de sabbat, zo vertelt de rabbijn, gaan de poorten van de hemel sluiten. De boeken, waarin God de gebeurtenissen van het komende nieuwe jaar schrijft, zullen gesloten worden. Het is nu het gunstige moment om onze verzoeken bij Hem te brengen. We moeten ons verlangen naar eten en drinken te boven komen en ons volledig concentreren op de gebeden. „Make it count” (Laat het tellen), spoort de rabbijn ons aan. Hoewel ik getroffen word door de Schriftlezingen en de grote ijver van de Joden komen er steeds meer vragen bij mij boven tijdens de diensten. Wat voor Godsbeeld is hier eigenlijk aan de orde?

Ik probeer na afloop mijn vragen voor te leggen: Hoe weet je nu dat je kipoer (verzoening) hebt gekregen? Er wordt ferm gereageerd: God belooft het, dus als je op Jom Kipoer bidt, dan krijg je ook verzoening. En hoe zit het dan met de tempeldienst en de offers – die kun je toch niet meer brengen? Is dat geen theologisch probleem? Dat schijnt het niet te zijn. Veel verder kom ik niet en ik ben ook aan het eind van mijn Latijn (en Hebreeuws).

Buiten is het donker geworden. Bij de boardwalk, het commerciële hart van KAF, is een gospelconcert aan de gang. Een Amerikaanse soldaat rapt een getuigenis. Op weg naar mijn legeringskamer hoor ik ergens een beat dreunen. Het komt uit de Dutch Corner, het Nederlandse honk. De Joden hebben hun Jom Kipoer, de Amerikanen hun gospel, de Nederlanders alleen (?) een oorverdovende beat.

Ds. P. L. D. Visser, krijgsmachtpredikant vanuit de Christelijke Gereformeerde Kerken, is eind juli uitgezonden naar Uruzgan. Regelmatig geeft hij een impressie van zijn verblijf.


http://kerkplein.refdag.nl/kerkplein/kerknieuws/uit_uruzgan_de_rabbijn_bidt_gewoon_verder_1_509122

Raar dat de Joden niet als Amerikanen of Nederlanders worden gezien. En raar dat Amerikanen vereenzelvigd worden met Christenen en hun gospel.