PDA

Bekijk Volledige Versie : Zeer interessant: Dispensationalisme: theologie van het christelijk zionisme



Hatert
16-03-11, 13:51
"Dispensationalisme: theologie van het christelijk zionisme"

Christelijke zionisten geloven dat de terugkeer van de joden naar het Heilige Land, Palestina, Israel– of welke naam dan ook zij aan het desbetreffende stuk land in het Midden Oosten geven – is voorspeld in bijbelse profetien. Dat een geloof alleen niet voldoende is om zaken voor elkaar te krijgen, toont de geschiedenis van het zogenoemde dispensationalisme (verbonden met puriteinse vormen van het protestantisme) tot de 19e eeuw in Engeland.

De bijbel staat vol met passages waarin de joden Gods uitverkoren volk worden genoemd. Voor veel puriteinse protestanten is dit een reden om de joodse wortels van het christendom te benadrukken. Sommigen gaan zelfs zo ver joodse gewoonten in hun eigen handelen over te nemen. Zij zijn ook van mening dat, om de profetien van Jezus’ terugkeer op aarde bewaarheid te doen worden, een aanzienlijk aantal joden Jezus moet aanvaarden als hun messias.

Dispensaties
Het idee dat de bijbelse geschiedenis in verschillende periodes (dispensaties) kan worden verdeeld, waarbinnen God op een bepaalde manier met de mensen omgaat, is al oud. Ireneus van Lyon (130-202), Clement van Alexandrie (150-215), Aurelius Augustinus (Augustinus van Hippo, 354-430) en andere vroege kerkvaders hebben zich ermee beziggehouden

Een belangrijk onderdeel hierbij was de leerstelling met betrekking tot het Duizendjarige Rijk. Op grond van een interpretatie van het bijbelboek Openbaring (Apocalyps) zal Jezus na zijn terugkeer op aarde op de troon van koning David over een duizendjarig vredesrijk heersen.

De Reformatie van 1517 onder leiding van Maarten Luther (en later van Johannes Calvijn) leidde tot de afscheiding van de protestanten van de Rooms-katholieke kerk. De verwachting van het duizendjarige rijk verdwijnt naar de achtergrond.<BR><BR>

Verbondstheologie
Volgens de zogenoemde gereformeerde verbondstheologie is er slechts een volk van God, in eenheid verenigd in Jezus. De christelijke kerk is gesticht voor de verlossing van de mensheid, dus ook van de joden.

Omdat de joden in overgrote meerderheid Jezus als Christus afwezen – christos betekent in het Grieks ‘gezalfde’, evenals messias in het Hebreeuws (mashiach); koningen werden niet gekroond maar gezalfd met heilige olie – zijn zij in deze optiek niet langer het ware Israel. De verbondstheologie stelt dat de christenen als ‘opvolgers’ van de joden het volk van God zijn.

Dispensationalisme
Vanaf de 19e eeuw wordt in bepaalde puriteinse protestantse kringen de ‘waarheid’ van de bijbelse profetien herontdekt, het geloof in de stichting van een duizendjarig vredesrijk. Dit rijk zal voorafgegaan worden door de beproeving van de eindtijd (tribulation), een ongetwijfeld bijzonder onaangename tijd op aarde.

Voorwaarden voor de komst van de eindtijd zijn dat de joden weer het hun beloofde land bewonen en dat de tempel in Jeruzalem wordt herbouwd. Dispensationalisten geloven dus in een joodse terugkeer naar Israel, en zij willen zich ook daarvoor actief inzetten.

Het nieuwe dispensationalisme – een veel uitgewerkter systeem dan dat van de oude kerkvaders – verdeelt de geschiedenis van de mensheid in een aantal opeenvolgende perioden, ofwel dispensaties (in het Nederlands ook wel ‘bedelingen’ genoemd), waarbinnen God op een bepaalde manier met de mensheid omgaat. In de periode van Mozes tot Jezus bijvoorbeeld was de verhouding tussen de mens en God geregeld op basis van de Mozaische wet.

Elke dispensatie wordt afgesloten met een ‘oordeel’ (eigenlijk een straf, want elk oordeel blijkt vooral rampspoed op te leveren). Zo wordt de periode ‘van de onschuld’ afgesloten met de verdrijving uit het paradijs. De zondvloed, de slavernij in Egypte en de verstrooiing (diaspora) zijn andere oordelen. Afhankelijk van de stroming van het dispensationalisme worden er drie, vier, zeven of acht dispensaties onderscheiden.

Dispensationalisme en de eindtijd
Het dispensationalisme ziet het tijdperk van de christelijke kerk als een intermezzo (parenthesis) in Gods relatie met de joden. Het evangelie ging dan wel naar niet-joden, Gods continue verantwoordelijkheid voor de joden zal worden onthuld aan het eind van de huidige dispensatie, wanneer de joden terugkeren naar hun land en Jezus als messias aanvaarden.

In tegenstelling tot bijvoorbeeld de katholieke kerk en de verbondstheologie zien de dispensationalisten het in de oudtestamentische profetien aan de joden beloofde koninkrijk ook in het nieuwe testament aan de joden beloofd worden. De joden die naar Israel terugkeren en zich bekeren, worden gered. Het is nog wel een twistpunt of de joden zich moeten bekeren voor zij naar Israel vertrekken of dat zij dat ter plaatse moeten doen.

De dispensationalisten maken een duidelijk onderscheid tussen Israel en de kerk. Israel bestaat uit de van Abraham afstammende joden (etnisch criterium), de kerk bestaat uit alle geredde individuen. De groepen overlappen, er zijn joden die hun vertrouwen in Jezus hebben gesteld, met als bekende en vroege voorbeelden Petrus en Paulus.

Terugkeer van de joden naar Israel
Al snel na de Reformatie waren er puriteinse protestanten die op grond van hun christelijke overtuigingen de terugkeer van de joden naar het beloofde land bepleitten. Zij hadden een duidelijk andere opvatting dan veel van hun geloofsgenoten voor wie Palestina het heilige land van de christenen was dat helaas aan de islam was verloren.

Omdat het puriteinse geloof dicht tegen het joodse geloof aanligt, stonden de puriteinen welgezinder tegenover de joden dan in die tijd gebruikelijk was. De joden waren in 1290 uit Engeland verbannen. Pas 360 jaar later werden zij weer in het land toegelaten, in eerste instantie slechts gedoogd.

De theoloog Thomas Brightman (1562-1607) wordt gezien als de Britse vader van het concept van de terugkeer van de joden. In 1615 schreef hij dat er niets zekerder was dan dat de joden naar Jeruzalem zullen terugkeren, omdat dit overal door de profeten wordt bevestigd. In 1621 publiceert Henry Finch (1558-1625) zijn “The World’s Great Restoration or Calling of the Jews, (and with them) all the Nations and Kingdoms of the Earth, to the Faith of Christ” waarin hij de joden oproept tot een terugkeer naar het beloofde land en zich te bekeren tot het christendom.

Joanna Cartwright en haar zoon Ebenezer, twee Engelse puriteinen die in Amsterdam woonden en zich tot het jodendom zouden hebben bekeerd, dienden in 1649 een petitie bij de Engelse overheid in om de joden weer tot Engeland toe te laten. Daarnaast zochten zij Engelse ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van schepen, om de joden naar het land van hun voorvaderen te laten terugkeren.

John Nelson Darby
Het dispensationalisme als uitgewerkt systeem, met zijn nadruk op het einde der tijden en de oprichting van het duizendjarige rijk, is vooral bekend geworden door de Vergadering van Gelovigen (Plymouth Brethren), waaraan onlosmakelijk de naam van John Nelson Darby (1800-1882) is verbonden.

Centraal in Darby’s idee&euml;n staat het onderscheid dat God maakt tussen de kerk als het hemelse volk van God en de joden als zijn aardse volk. Maar bij het einde der tijden zou alles weer goed kunnen komen, na hun bekering natuurlijk. Een joodse staat met de naam Isra&euml;l zou Gods instrument zijn om diens plannen gedurende de laatste dagen van de menselijke geschiedenis ten uitvoer te brengen. En alleen ware, ofwel herboren, christenen zouden worden weggevoerd naar de hemel voor de eindstrijd (Armageddon).

Darby maakte vele reizen door Engeland en het vasteland van Europa in de jaren dertig en veertig en ook naar Noord-Amerika en Nieuw Zeeland in de jaren zestig en zeventig. Met veel passie droeg hij zijn dispensationalistische opvattingen uit.

Oliver Cromwell
De religieuze argumenten om de joden te helpen terug te keren naar hun land waren voor de politieke machthebbers niet doorslaggevend voor hun handelen. Een leider als Oliver Cromwell (1599-1658), zelf een puritein, stond de joden toe terug te keren naar Engeland – dit deel van de petitie van de Cartwrights van 1649 was succesvol – maar hij was niet in beweging te krijgen om ze vervolgens te helpen naar Palestina te vertrekken.

Wat bij Cromwell speelde was een combinatie van handelsbelangen en religieuze rechtvaardiging. Het Engeland van Cromwell was in conflict met landen zoals de Nederlanden die, in zijn optiek, door hun aanzienlijke joodse gemeenschappen er economisch goed voorstonden. Hun joodse gemeenschappen stonden bekend om hun rijkdom en vaardigheden op het vlak van handel en internationale relaties.

Door de joden naar Engeland te laten terugkeren hoopte Cromwell ‘zijn’ joden te kunnen inzetten om de Engelse handelsmacht weer te vergroten. De joden zouden ook kunnen optreden als informanten over de handelspolitiek van zijn concurrenten.

Beperkte invloed
Tot veel praktische daden kwam het dispensationalisme niet, ook en vooral omdat de Engelse joden er zelf vooralsnog weinig in zagen Engeland weer te verlaten en zich in een land te vestigen waar zij, behalve spiritueel, weinig mee hadden. Het feit dat de joden onder Cromwell naar Engeland mochten terugkeren, had meer met andere factoren te maken die werden voorzien van een religieus sausje.

In de 19e eeuw zijn meer voorbeelden te vinden van gebeurtenissen in het niet-religieuze leven die op zijn minst een invloed van het dispensationalisme verraden. De verklaring hiervoor moet worden gezocht in het gaan samenlopen van een aantal factoren: religie (dispensationalisme en zich daarop baserende godsdienstige stromingen), politiek en economie (kolonialisme en later imperialisme) en vanaf het laatste kwart van de eeuw, seculier zionisme.


http://mens-en-samenleving.infonu.nl/religie/45052-dispensationalisme-theologie-van-het-christelijk-zionisme.html