PDA

Bekijk Volledige Versie : Knuffelen in het brein



reallife
14-05-11, 13:03
Sociaal gedrag beïnvloed door hormoon

In Nijmegen doen Ellen de Bruijn en haar collega’s onderzoek naar het hormoon oxytocine: normaal gebruikt om weeën op te wekken bij zwangere vrouwen, maar ook bekend als knuffelhormoon. Helpt dit hormoon om mensen socialer te maken, en beter in het herkennen van emoties?

Het hormoon oxytocine beïnvloedt de sociale vaardigheid van mensen; dankzij het hormoon spreek je makkelijker mensen aan en maak je eerder vrienden. Maar hoe zit dat precies? In Nijmegen combineren ze nu sociale psychologie met neurologie om te ontdekken wat het effect is van oxytocine op sociaal gedrag.

Proefpersoon
Het onderzoek wordt geleid door neurobioloog Ellen de Bruijn, en is op dit moment bezig. Om te kijken waar het om gaat en hoe het onderzoek wordt uitgevoerd, ben ik langsgegaan bij de Radboud Universiteit Nijmegen en heb ik als proefpersoon meegedaan. Een verslag van hoe psychosociaal neuro-onderzoek in zijn werk gaat.

'We willen uitvinden hoe mensen reageren op emoties, en sociaal gedrag vertonen’, vertelt De Bruijn. ‘Als je een boos gezicht ziet, hebben de meeste mensen de behoefte om weg te gaan van dat boze gezicht. Het kan immers gevaarlijk zijn. Met het onderzoek willen we testen hoe de hersenen reageren bij dit soort acties en, nog belangrijker, wat het effect van oxytocine is op dit gedrag.'


Knopjes drukken voor een prijs
Het onderzoek dat De Bruijn doet is eenvoudig van opzet. Je zit achter een computer, en op het scherm verschijnt een 5-letterig patroon. De middelste letter is steeds een S of een T. Afhankelijk van welke letter in het midden staat, druk je de linker- of de rechterknop in op het bord dat voor je ligt. Simpel zat, maar het gaat in een rap tempo. Je moet snel reageren, en zo min mogelijk fouten maken. Als je het goed doet, en je eindigt het hoogst van alle proefpersonen, kan je een prijs winnen!

Terwijl je deze toets doet, wordt je hersenactiviteit gemeten. 'We zijn geïnteresseerd in wat er met de hersenen gebeurt als je een fout maakt. Wat 'voel' je dan? Daar proberen we achter te komen. Maar we willen eigenlijk vooral kijken naar de reactie als je een fout maakt, die ook voor anderen consequenties heeft. En of oxytocine die reactie verandert.'

Teamspirit
En daarom wordt in de tweede ronde van het spelletje een kleine wijziging ingebouwd: je speelt niet meer in je uppie voor de prijs, maar samen met een ander. Deze andere persoon komt naast je te zitten, maar er zit wel een scherm tussen zodat je elkaar niet afleidt. Nu moet je presteren, niet alleen voor jezelf, maar ook voor je teamgenoot: je wilt immers niet dat je iemand anders benadeelt met je eigen fouten. 'We denken daarom dat mensen anders reageren als ze een fout maken in teamverband. En als je oxytocine neemt, zou de reactie op het maken van een fout, die ook consequenties heeft voor een ander, moeten toenemen.'

Want bij het dubbelblinde onderzoek krijg je aan het begin een neusspray, die al dan niet oxytocine bevat. Zelf weet je niet wat je krijgt, waardoor de onderzoekers objectief kunnen onderzoeken wat het effect is van het hormoon. Ik voelde me, tijdens het onderzoek, niet knuffeliger dan gewoonlijk. Maar dat is ook niet wat oxytocine hoort te doen. Het heet het knuffelhormoon omdat het bij zwangere vrouwen de band tussen vrouw en kind versterkt, en dus de moeder de behoefte geeft het kind te knuffelen. Daarnaast wekt oxytocine trouwens weeën op, waardoor zwangere vrouwen helaas niet aan dit onderzoek mee kunnen doen.


Ongemakkelijk dichtbij
Het onderzoek ging verder dan alleen maar het spelletje met de letters. Ook het gevoel voor persoonlijke ruimte werd onderzocht: hoe dicht durf je bij iemand te komen voordat het ongemakkelijk begint te voelen? Om dit te testen, liep ik vanaf een afstand op iemand af. Ik moest stoppen als het ongemakkelijk werd voor mij, en vervolgens nog wat doorlopen totdat het heel ongemakkelijk werd.

De afstanden waarop je stopt werden gemeten, en vormen zo een maat voor hoe dichtbij je mensen durft te laten komen. Als je heel dichtbij komt, merk je hoe naar het voelt om zo dicht op iemand te staan. Oxytocine zou dat gevoel van ongemakkelijkheid moeten verzwakken, waardoor je dichterbij durft te komen. Door de ‘ongemakkelijkheidsafstand’ bij veel mensen te meten, zie je een verschil verschijnen tussen met en zonder oxitocine. Althans, dat hopen de onderzoekers.

Antisociale stoornissen
Het onderzoek loopt nog, en er zijn nog geen resultaten bekend. Maar wat er in de toekomst gaat gebeuren, daar weet de Bruijn veel over te vertellen. 'We willen uiteindelijk onze resultaten ook gebruiken om mensen met sociale stoornissen te helpen. Autisme en psychopathie zijn twee aandoeningen waarbij het gebrek aan sociale vaardigheid meteen duidelijk is. Als oxytocine inderdaad zorgt dat je makkelijker sociale contacten aangaat, kan dat mensen met sociale aandoeningen helpen.'

Om dit te kunnen testen, werken de onderzoekers nauw samen met de Pompeklinniek, de TBS-kliniek in Nijmegen. 'En daarnaast hebben we contact met andere universiteiten, die al onderzoek doen naar aandoeningen als autisme en schizofrenie. Hopelijk kunnen we in de toekomst deze mensen helpen, door nu te onderzoeken wat oxytocine met het brein doet.'

Marc Seijlhouwer

Labyrint Radio wijdt aanstaande zondag 15 mei een reportage aan het onderzoek van Ellen de Bruijn. Labyrint Radio zendt iedere zondag live uit tussen 20.00 en 21.00 op Radio 1.

http://noorderlicht.vpro.nl/artikelen/44730578/