IbnRushd
24-10-11, 20:33
Dood van Khaddafi: Tien mythes over de oorlog tegen Libië
donderdag 20 oktober 2011
door Marc Vandepitte
Bij elke oorlog is de waarheid het eerste slachtoffer. De leugens om de invasie in Irak of Afghanistan zijn genoegzaam bekend. Bij de recente oorlog tegen Libië werden opnieuw heel wat mythes verspreid om de publieke opinie mee te krijgen.
Er is daarover al heel wat geschreven. Hier zetten we nog eens de belangrijkste mythes (leugens) op een rij in de hoop dat we bij een volgende gelegenheid tweemaal nadenken vooraleer ten strijde te trekken. We baseren ons daarbij op onverdachte bronnen.
1. Net zoals in Tunesië en Egypte kwam het volk massaal in opstand tegen een autoritaire leider
Libië is Egypte of Tunesië niet. Libië is een stammenmaatschappij. De stammen bepalen nog steeds in grote mate de houding van de bevolking. De meeste en belangrijkste stammen steunden Khaddafi, en dit tot op het einde.
De levensstandaard is in Libië ook veel beter dan in de twee andere landen. Libië staat op de VN-ranglijst van menselijke ontwikkeling (Human Development Index) op de 53ste plaats. Tunesië op de 81ste en Egypte op de 101ste. Het inkomen per hoofd van de bevolking is in Libië bijna driemaal zo groot als in Egypte en meer dan tweemaal dat van Tunesië. Huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg zijn vrij goed georganiseerd en heel wat diensten en basisgoederen zijn spotgoedkoop.
Khaddafi was allesbehalve een democraat, maar genoot in tegenstelling tot beide andere Magreblanden steun van een groot deel van de bevolking. De sociale ontwikkeling zat daar voor veel tussen. In het oosten had hij van oudsher veel minder steun, idem bij de Berberbevolking. Dat had te maken met achteruitstelling van de regio en gebrek aan democratie.
In de jaren negentig had er al eens een belangrijke opstand plaatsgevonden in het oosten. Die werd toen bloedig de kop ingedrukt. Deze keer was er het elan van de Arabische lente en kon de opstand rekenen op buitenlandse militaire inmenging.
Het gegeven van de stammenmaatschappij zal het voor de overgangsraad moeilijk, zoniet onmogelijk maken, om een stabiele regering te vormen en heel het land onder zich te verenigen. [1]
2. Het ging hier net zoals in Tunesië en Egypte om een vreedzame opstand van de bevolking
Het begon op 15 februari met vreedzame betogingen van jongeren en politieke leiders in Benghazi, in het oosten van het land. Een elite-eenheid onder leiding van een zoon van Khaddafi beantwoordde een van die manifestaties met buitensporig en onverantwoord geweld. Daarbij vielen een kleine twintig doden, zowel bij de manifestanten als bij de politie.
Reeds na drie dagen gingen de vreedzame protesten over in een gewapende opstand en kreeg de rebellie het karakter van een burgeroorlog. Een heel ander plaatje dus dan te zien was geweest in Tunesië of Egypte. Van in het begin kon je op TV-beelden rebellen zien met het geweer in aanslag.
De eerste grote gewapende operatie was de aanval op de gevangenis van Benghazi. Van in het begin was het duidelijk dat ze zich organiseerden voor een militair treffen met het leger van Khaddafi. Deze opstand was kennelijk voorbereid. De opstandelingen konden daarbij rekenen op de steun van de veiligheidsdiensten uit de VS, Frankrijk, Groot-Brittannië en andere Arabische landen, die al een hele tijd actief waren in het land.
In het begin waren het leger en de politie totaal verrast. De rebellen slaagden er in enkele dagen tijd in om praktisch het hele oosten van het land te controleren. In die regio liepen heel wat militairen over. Pas na enkele dagen begon het leger van Khaddafi een antwoord te bieden op dit offensief vanuit het oosten. [2]
3. Khaddafi was van plan een genocide te plegen tegen zijn bevolking, bombardeerde zijn eigen volk en verspreidde viagra om massaverkrachtingen te organiseren
De aantijging van ‘genocide’ kwam van Ibrahim Dabbashi, de permanente vertegenwoordiger van Libië bij de VN, die helemaal in het begin overliep. Zijn verwijzing naar genocide was nergens op gebaseerd en wordt door mensenrechtenorganisaties niet au sérieux genomen. De beschuldiging was strategisch wel heel belangrijk omdat een genocide een militaire interventie door of vanuit de VN rechtvaardigt.
De beschuldiging zijn eigen bevolking te bombarderen kwam van Al Jazeera en BBC. Het kon niet bevestigd worden door onafhankelijke bronnen, wat zowel de defensieminister van de VS als de opperbevelhebber van het VS-leger achteraf moesten toegeven.
De letterlijk meest lullige mythe was die van de verspreiding van viagra, verspreid door Al Jazeera. Het bericht werd overgenomen door Hillary Clinton, door de VS-ambassadeur bij de VN en door de hoofdaanklager bij het Internationaal Gerechtshof. Professor Cherif Bassiouni, medeoprichter van het Internationaal Strafhof en werkzaam geweest bij de VN, ging ter plaatse kijken en kon vaststellen dat er slechts sprake was van vier gevallen van verkrachting. [3]
4. Er was buitenlandse tussenkomst nodig om een bloedbad te voorkomen en tot een oplossing te komen
De Afrikaanse Unie heeft bemiddeld en een vreedzame oplossing voorgesteld. Ook de Venezolaanse president Hugo Chávez heeft voorgesteld om te bemiddelen. Het voorstel van de Afrikaanse Unie werd door Khaddafi aanvaard, maar door de NAVO en de rebellen van tafel geveegd.
De overtuiging dat Khaddafi een bloedbad zou aanrichten, was het sleutelargument om tot militair ingrijpen over te gaan. De eerste week van de opstand vielen er 84 doden, langs beide zijden. Dat is (te) veel, maar geen bloedbad. Achteraf is ook gebleken dat Khaddafi bij heroverde steden als Zawiy, Misurata en Ajdabiy geen bloedbad heeft aangericht. Ten slotte is nu duidelijk dat maandenlange oorlog tienduizenden slachtoffers heeft gemaakt. Er is dus veeleer een bloedbad aangericht dan wel vermeden.
De NAVO, aangevoerd door Frankrijk en Groot-Brittannië, koos resoluut voor de militaire aanpak. Volgende redenen hebben daarbij een rol gespeeld: Libië heeft de grootste oliereserves van Afrika. Zowel Europa als de VS willen hun (militaire) greep op het continent versterken nu opkomende groeilanden zoals China meer en meer vaste economische voet beginnen te krijgen op het Afrikaanse continent.
Wellicht zal de VS in het land een militaire basis installeren. Bijkomende redenen zijn de gedaalde populariteit van Sarkozy; militaire lobby’s en operationele legers die baat hebben bij ‘echte’ militaire ‘oefeningen’; het tegenhouden van vluchtelingen. Uiteraard werden deze redenen verzwegen en werd de hele operatie – zoals gewoonlijk – verpakt als een humanitair optreden. [4]
5. Khaddafi zette zwarte huurlingen in om de rebellen te bestrijden
Nog zo’n mythe verspreid door Al Jazeera. Ze werd onderuit gehaald door o.a. Human Right Watch. Maar ondertussen was en is het kwaad geschied.
In Libië werkten tot begin dit jaar zo’n 2,5 miljoen migranten, waaronder veel zwarte Afrikanen. Ook een klein deel van de Libische bevolking is zwart. Vóór de opstand was er geen sprake van discriminatie of ernstige raciale problemen.
Nadat de mythe bij het begin van de opstand werd gelanceerd, sloeg die situatie om en werden zwarten het mikpunt van agressie en doodslag. De rebellen hebben zich in dat verband schuldig gemaakt aan systematische discriminatie en zware schendingen van mensenrechten. Er is o.a. melding gemaakt van een ‘zwart’ dorp waarvan de gehele bevolking ‘verdwenen’ is na de belegering van de rebellen. In de mainstream media werd en wordt deze kwestie nagenoeg volledig verzwegen. [5]
6. Khaddafi werd verdreven door de rebellen. De NAVO zorgde vooral voor luchtdekking zodat er geen burgerslachtoffers zouden vallen
De NAVO heeft het zolang mogelijk geheim gehouden, maar het is uiteindelijk toch uitgekomen dat de militaire operaties in feite gevoerd werden door gespecialiseerde commando’s van Frankrijk en Groot-Brittannië. Ook elite-eenheden van Jordanië en Qatar waar daarbij betrokken. Rebellen werden vooral in de media opgevoerd als cover voor de publieke opinie wereldwijd.
Het is ook zonneklaar dat de NAVO van bij aanvang zich niet gehouden heeft aan de VN-resolutie. Het ging niet om het beschermen van burgerslachtoffers, maar om de val van Khaddafi. Dat is ook met zoveel woorden vrij snel toegegeven door zowat alle politieke leiders van de NAVO-landen.
President Obama ziet de gebruikte methode in Libië als een model voor toekomstige militaire interventies. Bij de klassieke militaire interventies werden ‘eigen’ grondtroepen massaal ingezet. Libië toont dat het ook anders kan. De grondoorlog moet uitbesteed worden aan lokale troepen of bevriende legers uit de regio.
Speciale eigen eenheden kunnen dan tot een minimum beperkt worden en zelfs verborgen gehouden worden voor de publieke opinie. De ‘light’ interventie (‘light-footprint approach’) is m.a.w. te verkiezen boven de massale ontplooiing van buitenlandse troepen onder Bush. Volgens Britse militairen moet de NAVO zich in het vervolg meer toeleggen op het trainen van de lokale of bevriende legers. [6]
[...]
donderdag 20 oktober 2011
door Marc Vandepitte
Bij elke oorlog is de waarheid het eerste slachtoffer. De leugens om de invasie in Irak of Afghanistan zijn genoegzaam bekend. Bij de recente oorlog tegen Libië werden opnieuw heel wat mythes verspreid om de publieke opinie mee te krijgen.
Er is daarover al heel wat geschreven. Hier zetten we nog eens de belangrijkste mythes (leugens) op een rij in de hoop dat we bij een volgende gelegenheid tweemaal nadenken vooraleer ten strijde te trekken. We baseren ons daarbij op onverdachte bronnen.
1. Net zoals in Tunesië en Egypte kwam het volk massaal in opstand tegen een autoritaire leider
Libië is Egypte of Tunesië niet. Libië is een stammenmaatschappij. De stammen bepalen nog steeds in grote mate de houding van de bevolking. De meeste en belangrijkste stammen steunden Khaddafi, en dit tot op het einde.
De levensstandaard is in Libië ook veel beter dan in de twee andere landen. Libië staat op de VN-ranglijst van menselijke ontwikkeling (Human Development Index) op de 53ste plaats. Tunesië op de 81ste en Egypte op de 101ste. Het inkomen per hoofd van de bevolking is in Libië bijna driemaal zo groot als in Egypte en meer dan tweemaal dat van Tunesië. Huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg zijn vrij goed georganiseerd en heel wat diensten en basisgoederen zijn spotgoedkoop.
Khaddafi was allesbehalve een democraat, maar genoot in tegenstelling tot beide andere Magreblanden steun van een groot deel van de bevolking. De sociale ontwikkeling zat daar voor veel tussen. In het oosten had hij van oudsher veel minder steun, idem bij de Berberbevolking. Dat had te maken met achteruitstelling van de regio en gebrek aan democratie.
In de jaren negentig had er al eens een belangrijke opstand plaatsgevonden in het oosten. Die werd toen bloedig de kop ingedrukt. Deze keer was er het elan van de Arabische lente en kon de opstand rekenen op buitenlandse militaire inmenging.
Het gegeven van de stammenmaatschappij zal het voor de overgangsraad moeilijk, zoniet onmogelijk maken, om een stabiele regering te vormen en heel het land onder zich te verenigen. [1]
2. Het ging hier net zoals in Tunesië en Egypte om een vreedzame opstand van de bevolking
Het begon op 15 februari met vreedzame betogingen van jongeren en politieke leiders in Benghazi, in het oosten van het land. Een elite-eenheid onder leiding van een zoon van Khaddafi beantwoordde een van die manifestaties met buitensporig en onverantwoord geweld. Daarbij vielen een kleine twintig doden, zowel bij de manifestanten als bij de politie.
Reeds na drie dagen gingen de vreedzame protesten over in een gewapende opstand en kreeg de rebellie het karakter van een burgeroorlog. Een heel ander plaatje dus dan te zien was geweest in Tunesië of Egypte. Van in het begin kon je op TV-beelden rebellen zien met het geweer in aanslag.
De eerste grote gewapende operatie was de aanval op de gevangenis van Benghazi. Van in het begin was het duidelijk dat ze zich organiseerden voor een militair treffen met het leger van Khaddafi. Deze opstand was kennelijk voorbereid. De opstandelingen konden daarbij rekenen op de steun van de veiligheidsdiensten uit de VS, Frankrijk, Groot-Brittannië en andere Arabische landen, die al een hele tijd actief waren in het land.
In het begin waren het leger en de politie totaal verrast. De rebellen slaagden er in enkele dagen tijd in om praktisch het hele oosten van het land te controleren. In die regio liepen heel wat militairen over. Pas na enkele dagen begon het leger van Khaddafi een antwoord te bieden op dit offensief vanuit het oosten. [2]
3. Khaddafi was van plan een genocide te plegen tegen zijn bevolking, bombardeerde zijn eigen volk en verspreidde viagra om massaverkrachtingen te organiseren
De aantijging van ‘genocide’ kwam van Ibrahim Dabbashi, de permanente vertegenwoordiger van Libië bij de VN, die helemaal in het begin overliep. Zijn verwijzing naar genocide was nergens op gebaseerd en wordt door mensenrechtenorganisaties niet au sérieux genomen. De beschuldiging was strategisch wel heel belangrijk omdat een genocide een militaire interventie door of vanuit de VN rechtvaardigt.
De beschuldiging zijn eigen bevolking te bombarderen kwam van Al Jazeera en BBC. Het kon niet bevestigd worden door onafhankelijke bronnen, wat zowel de defensieminister van de VS als de opperbevelhebber van het VS-leger achteraf moesten toegeven.
De letterlijk meest lullige mythe was die van de verspreiding van viagra, verspreid door Al Jazeera. Het bericht werd overgenomen door Hillary Clinton, door de VS-ambassadeur bij de VN en door de hoofdaanklager bij het Internationaal Gerechtshof. Professor Cherif Bassiouni, medeoprichter van het Internationaal Strafhof en werkzaam geweest bij de VN, ging ter plaatse kijken en kon vaststellen dat er slechts sprake was van vier gevallen van verkrachting. [3]
4. Er was buitenlandse tussenkomst nodig om een bloedbad te voorkomen en tot een oplossing te komen
De Afrikaanse Unie heeft bemiddeld en een vreedzame oplossing voorgesteld. Ook de Venezolaanse president Hugo Chávez heeft voorgesteld om te bemiddelen. Het voorstel van de Afrikaanse Unie werd door Khaddafi aanvaard, maar door de NAVO en de rebellen van tafel geveegd.
De overtuiging dat Khaddafi een bloedbad zou aanrichten, was het sleutelargument om tot militair ingrijpen over te gaan. De eerste week van de opstand vielen er 84 doden, langs beide zijden. Dat is (te) veel, maar geen bloedbad. Achteraf is ook gebleken dat Khaddafi bij heroverde steden als Zawiy, Misurata en Ajdabiy geen bloedbad heeft aangericht. Ten slotte is nu duidelijk dat maandenlange oorlog tienduizenden slachtoffers heeft gemaakt. Er is dus veeleer een bloedbad aangericht dan wel vermeden.
De NAVO, aangevoerd door Frankrijk en Groot-Brittannië, koos resoluut voor de militaire aanpak. Volgende redenen hebben daarbij een rol gespeeld: Libië heeft de grootste oliereserves van Afrika. Zowel Europa als de VS willen hun (militaire) greep op het continent versterken nu opkomende groeilanden zoals China meer en meer vaste economische voet beginnen te krijgen op het Afrikaanse continent.
Wellicht zal de VS in het land een militaire basis installeren. Bijkomende redenen zijn de gedaalde populariteit van Sarkozy; militaire lobby’s en operationele legers die baat hebben bij ‘echte’ militaire ‘oefeningen’; het tegenhouden van vluchtelingen. Uiteraard werden deze redenen verzwegen en werd de hele operatie – zoals gewoonlijk – verpakt als een humanitair optreden. [4]
5. Khaddafi zette zwarte huurlingen in om de rebellen te bestrijden
Nog zo’n mythe verspreid door Al Jazeera. Ze werd onderuit gehaald door o.a. Human Right Watch. Maar ondertussen was en is het kwaad geschied.
In Libië werkten tot begin dit jaar zo’n 2,5 miljoen migranten, waaronder veel zwarte Afrikanen. Ook een klein deel van de Libische bevolking is zwart. Vóór de opstand was er geen sprake van discriminatie of ernstige raciale problemen.
Nadat de mythe bij het begin van de opstand werd gelanceerd, sloeg die situatie om en werden zwarten het mikpunt van agressie en doodslag. De rebellen hebben zich in dat verband schuldig gemaakt aan systematische discriminatie en zware schendingen van mensenrechten. Er is o.a. melding gemaakt van een ‘zwart’ dorp waarvan de gehele bevolking ‘verdwenen’ is na de belegering van de rebellen. In de mainstream media werd en wordt deze kwestie nagenoeg volledig verzwegen. [5]
6. Khaddafi werd verdreven door de rebellen. De NAVO zorgde vooral voor luchtdekking zodat er geen burgerslachtoffers zouden vallen
De NAVO heeft het zolang mogelijk geheim gehouden, maar het is uiteindelijk toch uitgekomen dat de militaire operaties in feite gevoerd werden door gespecialiseerde commando’s van Frankrijk en Groot-Brittannië. Ook elite-eenheden van Jordanië en Qatar waar daarbij betrokken. Rebellen werden vooral in de media opgevoerd als cover voor de publieke opinie wereldwijd.
Het is ook zonneklaar dat de NAVO van bij aanvang zich niet gehouden heeft aan de VN-resolutie. Het ging niet om het beschermen van burgerslachtoffers, maar om de val van Khaddafi. Dat is ook met zoveel woorden vrij snel toegegeven door zowat alle politieke leiders van de NAVO-landen.
President Obama ziet de gebruikte methode in Libië als een model voor toekomstige militaire interventies. Bij de klassieke militaire interventies werden ‘eigen’ grondtroepen massaal ingezet. Libië toont dat het ook anders kan. De grondoorlog moet uitbesteed worden aan lokale troepen of bevriende legers uit de regio.
Speciale eigen eenheden kunnen dan tot een minimum beperkt worden en zelfs verborgen gehouden worden voor de publieke opinie. De ‘light’ interventie (‘light-footprint approach’) is m.a.w. te verkiezen boven de massale ontplooiing van buitenlandse troepen onder Bush. Volgens Britse militairen moet de NAVO zich in het vervolg meer toeleggen op het trainen van de lokale of bevriende legers. [6]
[...]