Marsipulami
14-03-13, 09:03
Beloftevolle pauskeuze
donderdag 14 maart 2013
Auteur: Bart Sturtewagen
Commentaar —
De katholieke Kerk blijft innoveren. Nadat Benedictus XVI, Joseph Ratzinger, vorige maand als eerste paus in ruim een half millennium vermoeid zijn ambt neerlegde, kozen de 115 stemgerechtigde kardinalen gisteren verbazend vlug een totale outsider als zijn opvolger: de Argentijn Jorge Mario Bergoglio. Daardoor neemt voor het eerst een Latijns-Amerikaan, zij het een met Italiaanse roots, de leiding van de wereldkerk. Zelf bracht hij de meest opmerkelijke vernieuwing door als eerste de naam Franciscus aan te nemen.
Voor een instelling die het met niets moeilijker heeft dan met verandering, was het gisteren dus een merkwaardige en zelfs beloftevolle dag. Het contrast met de vorige pausverkiezing in 2005 kon niet groter zijn. Toen haalde de grote favoriet het even snel, maar dat leidde meteen tot polarisering omdat Ratzinger bekendstond als een onbuigzame conservatief. Zijn pontificaat werd geen succes. Hij miste te opvallend het vermogen om te verbinden. Het eindigde bitter in intrige en schandaal.
Kennelijk was tot de kardinalen doorgedrongen dat het roer om moest. De eerste verschijning van de nieuwe paus toonde de wereld een ongekunstelde man, vlot met eenvoudige woorden, een man van gebed, zonder omhaal. Geen man van het apparaat ook, al zal de tijd dat moeten uitwijzen.
De keuze voor de naam Franciscus biedt het sterkste houvast voor de inhoudelijke keuze die de kerkleiders met Bergoglio lijken te hebben gemaakt. Een jezuïet als hij zou, als hij dan toch niet teruggreep naar een al eerder gebruikte pausnaam, voor Ignatius hebben kunnen kiezen, naar de stichter van de orde waartoe hij zelf behoort. Dat had een elitaire indruk kunnen maken. Met de naam Franciscus roept hij integendeel een bescheiden, nederig imago op, wars van uiterlijk vertoon en macht. Het is geen wonder dat geen enkele paus voor hem zich beriep op Franciscus van Assisi, die in een periode dat de macht van de Kerk tot uitwassen leidde, koos voor armoede en onthechting. Hij staat symbool voor een tegenbeweging. Een zachte, maar toch. Zo'n naam is een programma op zich.
De uitdagingen voor deze nieuwe paus zijn en blijven reusachtig. Het instituut dat hij moet leiden, verkeert in diepe morele crisis in Europa en Noord-Amerika. Waar het levenskrachtiger is, in Zuid-Amerika en Afrika, wordt het uitgedaagd door concurrerende christelijke kerken en sektes. In het Vaticaan zelf moet puin worden geruimd. Met zijn 76 wordt Franciscus' pontificaat er weer een van slechts enkele jaren. Zeker nu de vorige paus de weg heeft vrijgemaakt voor een bij leven eindigend pontificaat.
De nieuwe pauskeuze lijkt met zijn naamkeuze aan te geven dat hij opteert voor een bescheiden, maar profetische aanpak. Naar zo'n aanbod bestaat in een wereld op zoek naar houvast grote vraag. Ook velen die niet (meer) tot die Kerk behoren, hebben respect voor een authentiek, van heers- en bedilzucht ontdaan katholicisme.
De interessantste vraag is of dit het begin kan zijn van een meer ontspannen verhouding tussen Kerk en wereld. De weg daarheen is lang. Door zich op eeuwige zekerheden te beroepen, raken godsdiensten vaak op gespannen voet met wetenschap en tijdgeest. Behoudsgezindheid is niet verwerpelijk op zich. Maar het leidt bijna altijd tot verkramping over ethische kwesties en tot achterstelling van vrouwen, gescheiden mensen, homo's, andersdenkenden.
Wie zichzelf mentaal heeft vastgereden, kan het best beginnen met in zijn gedrag één ding te veranderen. Een patroon doorbreken. De katholieke Kerk heeft gisteren mogelijk het signaal gegeven dat ze het met die aanpak wil proberen. Als ze die zeer noodzakelijke stap zet, is dat beloftevol. Misschien moet ze maar eens een voorbeeld nemen aan de dalai lama. Weinigen treden toe tot het boeddhisme of worden aanhanger van zijn geloof in reïncarnatie, maar door zijn eenvoud en authenticiteit geniet hij desondanks in ruime kring een groot moreel gezag. Waarom zou paus Franciscus I zich hieraan niet spiegelen?
donderdag 14 maart 2013
Auteur: Bart Sturtewagen
Commentaar —
De katholieke Kerk blijft innoveren. Nadat Benedictus XVI, Joseph Ratzinger, vorige maand als eerste paus in ruim een half millennium vermoeid zijn ambt neerlegde, kozen de 115 stemgerechtigde kardinalen gisteren verbazend vlug een totale outsider als zijn opvolger: de Argentijn Jorge Mario Bergoglio. Daardoor neemt voor het eerst een Latijns-Amerikaan, zij het een met Italiaanse roots, de leiding van de wereldkerk. Zelf bracht hij de meest opmerkelijke vernieuwing door als eerste de naam Franciscus aan te nemen.
Voor een instelling die het met niets moeilijker heeft dan met verandering, was het gisteren dus een merkwaardige en zelfs beloftevolle dag. Het contrast met de vorige pausverkiezing in 2005 kon niet groter zijn. Toen haalde de grote favoriet het even snel, maar dat leidde meteen tot polarisering omdat Ratzinger bekendstond als een onbuigzame conservatief. Zijn pontificaat werd geen succes. Hij miste te opvallend het vermogen om te verbinden. Het eindigde bitter in intrige en schandaal.
Kennelijk was tot de kardinalen doorgedrongen dat het roer om moest. De eerste verschijning van de nieuwe paus toonde de wereld een ongekunstelde man, vlot met eenvoudige woorden, een man van gebed, zonder omhaal. Geen man van het apparaat ook, al zal de tijd dat moeten uitwijzen.
De keuze voor de naam Franciscus biedt het sterkste houvast voor de inhoudelijke keuze die de kerkleiders met Bergoglio lijken te hebben gemaakt. Een jezuïet als hij zou, als hij dan toch niet teruggreep naar een al eerder gebruikte pausnaam, voor Ignatius hebben kunnen kiezen, naar de stichter van de orde waartoe hij zelf behoort. Dat had een elitaire indruk kunnen maken. Met de naam Franciscus roept hij integendeel een bescheiden, nederig imago op, wars van uiterlijk vertoon en macht. Het is geen wonder dat geen enkele paus voor hem zich beriep op Franciscus van Assisi, die in een periode dat de macht van de Kerk tot uitwassen leidde, koos voor armoede en onthechting. Hij staat symbool voor een tegenbeweging. Een zachte, maar toch. Zo'n naam is een programma op zich.
De uitdagingen voor deze nieuwe paus zijn en blijven reusachtig. Het instituut dat hij moet leiden, verkeert in diepe morele crisis in Europa en Noord-Amerika. Waar het levenskrachtiger is, in Zuid-Amerika en Afrika, wordt het uitgedaagd door concurrerende christelijke kerken en sektes. In het Vaticaan zelf moet puin worden geruimd. Met zijn 76 wordt Franciscus' pontificaat er weer een van slechts enkele jaren. Zeker nu de vorige paus de weg heeft vrijgemaakt voor een bij leven eindigend pontificaat.
De nieuwe pauskeuze lijkt met zijn naamkeuze aan te geven dat hij opteert voor een bescheiden, maar profetische aanpak. Naar zo'n aanbod bestaat in een wereld op zoek naar houvast grote vraag. Ook velen die niet (meer) tot die Kerk behoren, hebben respect voor een authentiek, van heers- en bedilzucht ontdaan katholicisme.
De interessantste vraag is of dit het begin kan zijn van een meer ontspannen verhouding tussen Kerk en wereld. De weg daarheen is lang. Door zich op eeuwige zekerheden te beroepen, raken godsdiensten vaak op gespannen voet met wetenschap en tijdgeest. Behoudsgezindheid is niet verwerpelijk op zich. Maar het leidt bijna altijd tot verkramping over ethische kwesties en tot achterstelling van vrouwen, gescheiden mensen, homo's, andersdenkenden.
Wie zichzelf mentaal heeft vastgereden, kan het best beginnen met in zijn gedrag één ding te veranderen. Een patroon doorbreken. De katholieke Kerk heeft gisteren mogelijk het signaal gegeven dat ze het met die aanpak wil proberen. Als ze die zeer noodzakelijke stap zet, is dat beloftevol. Misschien moet ze maar eens een voorbeeld nemen aan de dalai lama. Weinigen treden toe tot het boeddhisme of worden aanhanger van zijn geloof in reïncarnatie, maar door zijn eenvoud en authenticiteit geniet hij desondanks in ruime kring een groot moreel gezag. Waarom zou paus Franciscus I zich hieraan niet spiegelen?