Marsipulami
09-09-15, 21:46
Wat die vluchtelingen me leren
VRT
wo 09/09/2015 - 14:37 Steven Decraene
Steven Decraene maakt al enkele weken voor VRT-nieuws reportages over het leven van vluchtelingen. En die ervaringen laten een mens diep nadenken. Hij trekt tien besluiten.
Van Kos over Athene langs Thessaloniki, over de Macedonische grens, door Servië, even wat oponthoud in Hongarije, maar dan met open armen ontvangen in Oostenrijk om uiteindelijk in Duitsland te belanden. Ziedaar de tocht die tienduizenden vluchtelingen deze zomer maakten. Sommigen deden er twee weken over, anderen maanden tot jaren. Sommigen reisden al bij al comfortabel, maar de meerderheid heeft serieus afgezien om de droom te bereiken: een leven zonder oorlog, armoede of discriminatie. Het is een ware odyssee. En voor Europa de grootste volksverhuizing sinds de Tweede Wereldoorlog.
Samen met mijn team bezocht ik de afgelopen maand alle “hotspots” op de route die de vluchtelingen van Turkije tot Duitsland aandoen, de zogenaamde Balkanroute. Ik lijst even op wat ons het meeste opviel.
1. Goeden en slechten
Als je de clichés mag geloven, deugt er geen enkel volk. Dan zijn Grieken lui en maken ze alleen maar chaos, Hongaren tonen zich als bloeddorstige vluchtelingenjagers en Duitsers worden plotseling de vriendelijksten onder aller volkeren. Blijf je stereotiep denken dan vind je onder de vluchtelingen alleen sukkels en terroristen. Niks is minder waar.
In nagenoeg elk land roepen de vluchtelingen verdeelde reacties op. Veel Europeanen zijn oprecht bekommerd om hun lot, dus waren er ook Hongaren die gezinnen met kinderen hielpen in Boedapest of zag ik Grieken die ’s ochtends vroeg langs de kustlijn van Kos brood gaven aan gesluierde vrouwen.
Toch heerst er bij veel Europeanen ook een ander gevoel: meer en meer Duitsers vragen zich af of hun land zoveel vluchtelingen wel kan opvangen. Dat hoor je eerst wat mompelend zeggen, later wordt die vraag luidop gesteld, en soms lijken groepen klaar te staan om met toortsen en nazivlaggen de zogenaamde christelijk-westerse waarden te verdedigen.
De realiteit is wat ze is: de wereld is niet zwart-wit. Ook onder de vluchtelingen schuilen er zowel welopgevoede mensen als racaille. Zoiets is onvermijdelijk. En eigenlijk is het bijna wiskunde. De grootte van het getal, nietwaar. Statistiek, enzovoort.
2. Deutschland über alles
Een sterke democratie op een veilig continent, een bondskanselier die de indruk geeft zich het lot van honderdduizenden vluchtelingen aan te trekken en een economische grootmacht die garant staat voor jobs. Bovendien verloopt de opvang van de asielzoekers er efficiënt en menswaardig. Wie zou als oorlogsvluchteling Duitsland niet op de kaart aanwijzen als droombestemming?
De Duitsers zelf weten wat vluchten betekent: na de Tweede Wereldoorlog waren er miljoenen Duitsers op de vlucht, op hun beurt weggejaagd uit onder andere het toenmalige Tsjechoslovakije en het huidige Polen.
Maar Duitsers denken ook pragmatisch. Het land heeft een van de laagste geboortecijfers in Europa en heeft nood aan jonge krachten om de economie draaiende te houden. Krachten die de asielzoekers graag willen leveren. Een kleine win-win dus.
Onderschat ook het psychologisch effect niet: de schuld over de twee wereldoorlogen vorige eeuw en een daaruit gegroeide morele verplichting om mensen te helpen. Humaniteit is in Duitsland geen loos begrip omdat de meerderheid van de Duitsers de wereld wil tonen dat xenofoob en racistisch gedrag toch al zeventig jaar achter hen liggen.
3. It’s on instagram, stupid.
Vroeger kon je mensen eigenlijk alles wijs maken. De grens is dicht, de trein rijdt naar Oostenrijk en aan vier stempels heb je genoeg om Europeaan te zijn. Die tijd is voorbij. Dankzij de goede uitwisseling van informatie via gesloten Facebookgroepen, Messenger- of WhatsAppberichten kan de hedendaagse vluchteling alles achterhalen en checken.
Toen Hongarije besloot om de vluchtelingen toch op een bus te zetten en naar de grens te voeren, waren er weinigen die zich eraan waagden. Ze dachten aan die trein die richting Oostenrijk toch afgeleid werd naar een opvangkamp in Bicske. Pas toen de eerste vluchteling veilig de grens bereikte en erover een tweet stuurde, wou iedereen op de Boedapest-Wenen-Expres springen.
“Google maps” is uitermate handig om grensposten te omzeilen en een sluipweg uit te stippelen. En op Instagram kan je tonen hoe hip Berlijn is en hoeveel geld er wel in Beieren moet zitten. Nee, de vluchteling 2.0 kent meer van sociale media dan de gemiddelde Vlaming. Het is misschien nog een minderheid onder onze asielzoekers, maar nagenoeg alle jongeren uit Syrië kunnen meer uit hun smartphone halen dan de MNM-luisteraar. Wat zei u, niet-opgeleide jongeren die geen toekomst hebben? Wacht maar.
4. Massa’s in beweging
Dranghekken in Athene, oproerpolitie in Macedonië, prikkeldraad in Hongarije, stilstaande treinen in Boedapest, ze hebben echt waar bijna alles geprobeerd om de tienduizenden vluchtelingen tegen te houden, maar overal waar Ahmed, Youssef of Khalid langs kwamen sneuvelden de versperringen. Oké, het duurde soms enkele dagen en er was geweld, maar iedereen met gezond verstand besefte gelukkig op tijd dat je die grote massa mensen niet kan tegenhouden. Als Europa asielzoekers echt wil weren, dan volstaan deze maatregelen dus niet.
De problemen bij de bron aanpakken dan maar, ook al betekent dat de handen vuil maken in Syrië, Irak en Afghanistan. Een Griek zei het me vlakaf en ik citeer hem wat vrij omdat zijn Engels hetzelfde niveau haalde als mijn Grieks: “Wat we nu meemaken, is een wonde die ettert van een eerdere kwetsuur. Een kwetsuur die we al lang kennen maar nooit wilden verplegen. Zonder aandacht en verzorging kan een klein wondje verzweren tot een abces dat op uitbreken staat.“ De vergelijking kan oneerbiedig klinken, maar ze snijdt wel hout. Wie zijn ogen sluit in het Midden-Oosten, zal ze in Europa moeten openen.
5. Een kastensysteem onder de vluchtelingen
In Wenen wou een Syriër een selfie nemen met mij erbij. Ik weet niet of dat dan een “onzie” heet of zo, maar enfin, hij nam die foto. Het toestel dat hij gebruikte, kon hij bijna niet met beide handen vasthouden, zo groot was dat ding, een iPhone 6 plus. Ja, zo zijn er ook. Vluchtelingen die reizen per taxi en elke avond ergens in een goed hotel willen slapen. Toegegeven een minderheid, maar ze bestaan. Ze hebben geld en schamen zich er niet voor. “Wij willen jullie geld niet eens, ik heb genoeg”, zeggen asielzoekers me vaak. Dat gaat zeker op voor enkelen, maar opnieuw uitzonderingen bevestigen de regels. Onder de mensenzee zie ik ook heel veel arme stumperds. Zo kan je een soort kastensysteem onder de vluchtelingen ontdekken.
In de hogere kaste tref je de vijfsterrenvluchtelingen zoals de Syriërs die uit de hogere middenklasse uit Damascus komen en nu vluchten omdat ze Assad voelen wankelen. Viersterrenvluchtelingen zijn de jongeren uit Syrië en Irak die de oorlog niet gezien hebben, maar hem wel willen vermijden door te ontsnappen aan de verplichte legerdienst.
In de lagere kaste zitten Koerden en Iraniërs. Ze kennen wat talen en weten zich staande te houden tussen de anderen, drie sterren voor hen. De twee sterren zijn voor de Pakistanen, Bangladeshi en Nepalezen, ze zijn met veel en knokken zich letterlijk een weg naar voren. De Afrikanen sluiten de rij: ze zijn met weinig en de sympathiefactor ligt deze keer in Syrië. Je hoort het de Syriërs en Afghanen bijna zeggen: Sorry, maar jullie hebben jullie kans al gehad, nu is het aan ons.
.../...
VRT
wo 09/09/2015 - 14:37 Steven Decraene
Steven Decraene maakt al enkele weken voor VRT-nieuws reportages over het leven van vluchtelingen. En die ervaringen laten een mens diep nadenken. Hij trekt tien besluiten.
Van Kos over Athene langs Thessaloniki, over de Macedonische grens, door Servië, even wat oponthoud in Hongarije, maar dan met open armen ontvangen in Oostenrijk om uiteindelijk in Duitsland te belanden. Ziedaar de tocht die tienduizenden vluchtelingen deze zomer maakten. Sommigen deden er twee weken over, anderen maanden tot jaren. Sommigen reisden al bij al comfortabel, maar de meerderheid heeft serieus afgezien om de droom te bereiken: een leven zonder oorlog, armoede of discriminatie. Het is een ware odyssee. En voor Europa de grootste volksverhuizing sinds de Tweede Wereldoorlog.
Samen met mijn team bezocht ik de afgelopen maand alle “hotspots” op de route die de vluchtelingen van Turkije tot Duitsland aandoen, de zogenaamde Balkanroute. Ik lijst even op wat ons het meeste opviel.
1. Goeden en slechten
Als je de clichés mag geloven, deugt er geen enkel volk. Dan zijn Grieken lui en maken ze alleen maar chaos, Hongaren tonen zich als bloeddorstige vluchtelingenjagers en Duitsers worden plotseling de vriendelijksten onder aller volkeren. Blijf je stereotiep denken dan vind je onder de vluchtelingen alleen sukkels en terroristen. Niks is minder waar.
In nagenoeg elk land roepen de vluchtelingen verdeelde reacties op. Veel Europeanen zijn oprecht bekommerd om hun lot, dus waren er ook Hongaren die gezinnen met kinderen hielpen in Boedapest of zag ik Grieken die ’s ochtends vroeg langs de kustlijn van Kos brood gaven aan gesluierde vrouwen.
Toch heerst er bij veel Europeanen ook een ander gevoel: meer en meer Duitsers vragen zich af of hun land zoveel vluchtelingen wel kan opvangen. Dat hoor je eerst wat mompelend zeggen, later wordt die vraag luidop gesteld, en soms lijken groepen klaar te staan om met toortsen en nazivlaggen de zogenaamde christelijk-westerse waarden te verdedigen.
De realiteit is wat ze is: de wereld is niet zwart-wit. Ook onder de vluchtelingen schuilen er zowel welopgevoede mensen als racaille. Zoiets is onvermijdelijk. En eigenlijk is het bijna wiskunde. De grootte van het getal, nietwaar. Statistiek, enzovoort.
2. Deutschland über alles
Een sterke democratie op een veilig continent, een bondskanselier die de indruk geeft zich het lot van honderdduizenden vluchtelingen aan te trekken en een economische grootmacht die garant staat voor jobs. Bovendien verloopt de opvang van de asielzoekers er efficiënt en menswaardig. Wie zou als oorlogsvluchteling Duitsland niet op de kaart aanwijzen als droombestemming?
De Duitsers zelf weten wat vluchten betekent: na de Tweede Wereldoorlog waren er miljoenen Duitsers op de vlucht, op hun beurt weggejaagd uit onder andere het toenmalige Tsjechoslovakije en het huidige Polen.
Maar Duitsers denken ook pragmatisch. Het land heeft een van de laagste geboortecijfers in Europa en heeft nood aan jonge krachten om de economie draaiende te houden. Krachten die de asielzoekers graag willen leveren. Een kleine win-win dus.
Onderschat ook het psychologisch effect niet: de schuld over de twee wereldoorlogen vorige eeuw en een daaruit gegroeide morele verplichting om mensen te helpen. Humaniteit is in Duitsland geen loos begrip omdat de meerderheid van de Duitsers de wereld wil tonen dat xenofoob en racistisch gedrag toch al zeventig jaar achter hen liggen.
3. It’s on instagram, stupid.
Vroeger kon je mensen eigenlijk alles wijs maken. De grens is dicht, de trein rijdt naar Oostenrijk en aan vier stempels heb je genoeg om Europeaan te zijn. Die tijd is voorbij. Dankzij de goede uitwisseling van informatie via gesloten Facebookgroepen, Messenger- of WhatsAppberichten kan de hedendaagse vluchteling alles achterhalen en checken.
Toen Hongarije besloot om de vluchtelingen toch op een bus te zetten en naar de grens te voeren, waren er weinigen die zich eraan waagden. Ze dachten aan die trein die richting Oostenrijk toch afgeleid werd naar een opvangkamp in Bicske. Pas toen de eerste vluchteling veilig de grens bereikte en erover een tweet stuurde, wou iedereen op de Boedapest-Wenen-Expres springen.
“Google maps” is uitermate handig om grensposten te omzeilen en een sluipweg uit te stippelen. En op Instagram kan je tonen hoe hip Berlijn is en hoeveel geld er wel in Beieren moet zitten. Nee, de vluchteling 2.0 kent meer van sociale media dan de gemiddelde Vlaming. Het is misschien nog een minderheid onder onze asielzoekers, maar nagenoeg alle jongeren uit Syrië kunnen meer uit hun smartphone halen dan de MNM-luisteraar. Wat zei u, niet-opgeleide jongeren die geen toekomst hebben? Wacht maar.
4. Massa’s in beweging
Dranghekken in Athene, oproerpolitie in Macedonië, prikkeldraad in Hongarije, stilstaande treinen in Boedapest, ze hebben echt waar bijna alles geprobeerd om de tienduizenden vluchtelingen tegen te houden, maar overal waar Ahmed, Youssef of Khalid langs kwamen sneuvelden de versperringen. Oké, het duurde soms enkele dagen en er was geweld, maar iedereen met gezond verstand besefte gelukkig op tijd dat je die grote massa mensen niet kan tegenhouden. Als Europa asielzoekers echt wil weren, dan volstaan deze maatregelen dus niet.
De problemen bij de bron aanpakken dan maar, ook al betekent dat de handen vuil maken in Syrië, Irak en Afghanistan. Een Griek zei het me vlakaf en ik citeer hem wat vrij omdat zijn Engels hetzelfde niveau haalde als mijn Grieks: “Wat we nu meemaken, is een wonde die ettert van een eerdere kwetsuur. Een kwetsuur die we al lang kennen maar nooit wilden verplegen. Zonder aandacht en verzorging kan een klein wondje verzweren tot een abces dat op uitbreken staat.“ De vergelijking kan oneerbiedig klinken, maar ze snijdt wel hout. Wie zijn ogen sluit in het Midden-Oosten, zal ze in Europa moeten openen.
5. Een kastensysteem onder de vluchtelingen
In Wenen wou een Syriër een selfie nemen met mij erbij. Ik weet niet of dat dan een “onzie” heet of zo, maar enfin, hij nam die foto. Het toestel dat hij gebruikte, kon hij bijna niet met beide handen vasthouden, zo groot was dat ding, een iPhone 6 plus. Ja, zo zijn er ook. Vluchtelingen die reizen per taxi en elke avond ergens in een goed hotel willen slapen. Toegegeven een minderheid, maar ze bestaan. Ze hebben geld en schamen zich er niet voor. “Wij willen jullie geld niet eens, ik heb genoeg”, zeggen asielzoekers me vaak. Dat gaat zeker op voor enkelen, maar opnieuw uitzonderingen bevestigen de regels. Onder de mensenzee zie ik ook heel veel arme stumperds. Zo kan je een soort kastensysteem onder de vluchtelingen ontdekken.
In de hogere kaste tref je de vijfsterrenvluchtelingen zoals de Syriërs die uit de hogere middenklasse uit Damascus komen en nu vluchten omdat ze Assad voelen wankelen. Viersterrenvluchtelingen zijn de jongeren uit Syrië en Irak die de oorlog niet gezien hebben, maar hem wel willen vermijden door te ontsnappen aan de verplichte legerdienst.
In de lagere kaste zitten Koerden en Iraniërs. Ze kennen wat talen en weten zich staande te houden tussen de anderen, drie sterren voor hen. De twee sterren zijn voor de Pakistanen, Bangladeshi en Nepalezen, ze zijn met veel en knokken zich letterlijk een weg naar voren. De Afrikanen sluiten de rij: ze zijn met weinig en de sympathiefactor ligt deze keer in Syrië. Je hoort het de Syriërs en Afghanen bijna zeggen: Sorry, maar jullie hebben jullie kans al gehad, nu is het aan ons.
.../...