Eric de Blois
19-04-16, 00:40
Oproep tot de eenheid I.
Bron : hizb-tu-tahir.nl (http://www.hizb-ut-tahrir.nl/images/pdf/oproep_tot_eenheid.pdf) - door : Okay Pala - 17 april 2016
http://deoemma.nl/wp-content/uploads/2016/04/12472593_1063311720398302_7067846072976164753_n.jp g
Er valt niet te ontkennen dat onze Islamitische identiteit de laatste jaren onder grote druk is komen te staan. Door verschillende gebeurtenissen voelen moslims zich steeds minder welkom en onveilig in Nederland. Onze moskeeën worden bedreigd, sommigen van onze zusters zijn openlijk op straat belaagd en er worden steeds meer maatregelen door de overheid genomen om onze dierbare Islamitische identiteit onder druk te zetten. De aanval die zij uitvoeren is tegenwoordig niet meer gericht op personen die geweld plegen, maar het is zover gekomen dat ze de moslims willen opleggen hoeze moeten denken en hoe ze niet mogen denken; welke ideeën we mogen hebben en welke ideeën we niet mogen hebben.
Het meest recentelijke voorbeeld hiervan is de motie voor een verbod van het salafisme, waarin sommige politici openlijk hebben gepleit voor het verbieden van bepaalde ideeën. Hiervoor zijn er al verschillende beleidsstukken door de overheid geschreven, waarin zij duidelijk hebben gemaakt dat wanneer moslims vinden dat de islamitische wetgeving superieur is aan de democratie, dat dit een probleem is dat aangepakt moet worden. Hierover kunt u verderop in dit boekwerk meer lezen.
Het is voor ons allemaal duidelijk geworden dat de rol die de media en de overheid tezamen spelen, niet meer berust op toevalligheden, maar een beleid wordt gevoerd, een anti-islambeleid waarin er actief gewerkt wordt om de Islamitische identiteit te veranderen in een andere identiteit die zij wel wenselijk achten. Het is een assimilatiebeleid waarin wij niet meer vrij zijn te geloven waarin wij geloven, maar onze waarden onder druk moeten inruilen voor andere waarden.
In deze moeilijke atmosfeer is het van groot belang dat wij als moslims een eenheid vormen om de Islamitische identiteit te beschermen. Dat we samenkomen en met elkaar deze problemen bespreken, elkaar bewust maken van verstrekkende gevaren en plannen en elkaar steunen wanneer een lid van onze gezegende Oemma in Nederland aangevallen wordt.
Dit is niet enkel rationeel gezien een logische stapvoor de moslims, maar het is ook een gebod vanonze Heer Allah (swt) in wie wij allen tezamengeloven, toen Hij (swt) zei:
واُ قرَفََ تً وِميعاَِه جِل اللَْ بِحُ وا بِصمَتَْ اعو
"En houd jullie allen tezamen vast aan het koord van Allah en weest niet verdeeld"
Om deze reden hebben wij als leden van Hizb utTahrir - Nederland het initiatief genomen om dit kleine document uit te brengen en hiermee onze hand aan onze broeders en zusters uit te steken.Hierin wordt duidelijk gemaakt wat het beleid isvan de overheid ten opzichte van de moslims en wordt er gepoogd een aantal punten neer te zetten waar we het als Oemma in Nederland over eens moeten zijn om samen een eenheid te vormen.
Dit werk is bedoeld om een eenheid tussen ons allen te creëren, waarin onze verschillen gerespecteerd worden en onze geschillen opzij gezet worden om samen met elkaar deze uitdaging in Nederland aan te gaan. Zodat ook onze kinderen en de toekomstige generaties nog steeds deze geweldige Islamitische identiteit kunnen behouden die ons gegeven is door niemand minder dan Allah (swt), de Heer der Werelden.
Het overheidsbeleid ten opzichte van de Moslims: toen en nu
Moslims wonen nu al enkele decennia in Nederland en hebben verschillende periodes van gemak en ongemak gekend. Mogelijk zult u denken: waar is het tolerante Nederland gebleven van de periode dat de arbeidsmigranten zichzelf in Nederland begonnen te vestigen? Toen de moslims vrijer werden gelaten in het beleven van hun religie en soms zelfs gestimuleerd werden om hun eigen identiteit te behouden. Hoe kan het dat dit alles is veranderd in een repressief beleid waarin een moslim niet eens meer vrij is in zijn denken, laat staan in zijn handelen?
Om dit goed te begrijpen dienen we een blik te werpen op de geschiedenis van de moslims in Nederland en de houding van de overheid ten opzichte van hen gedurende hun aanwezigheid in Nederland. Deze veranderende houding is duidelijk te zien wanneer men de beleidsstukken van de overheid leest.
Om deze reden hebben we in het volgende eenkorte samenvatting gemaakt van belangrijke punten uit deze beleidsstukken, met een korte toelichting op bepaalde uitspraken die in deze documenten gedaan worden.
MOSLIMS ALS GASTARBEIDERS
In 1970 werd er een nota geschreven genaamd Nota Buitenlandse Werknemers. Hierin werd geschreven over de gastarbeiders van wie verwacht werd dat ze tijdelijk in Nederland zouden blijven om vervolgens weer te vertrekken naar hun thuisland.
We zien dat de Nederlandse overheid in deze periode de gastarbeiders motiveerde om hun cultuur en identiteit te behouden, zodat ze geen problemen zouden hebben bij terugkeer. Dit valt te zien in de volgende uitspraken:
" …Hier rijst de vraag welk soort onderwijsnodig is:
- zuiver eigen nationaal onderwijs met het oog op een mogelijke terugkeer van de ouders naar hun eigen land, zodat de aansluiting ophet onderwijs daar geen moeilijkheden oplevert"
" …in dit laatste geval moet dan zekeraanvullend onderwijs worden gegeven dat tendoel heeft de kinderen de nodige kennis vanhun eigen taal en cultuur bij te brengen om dekloof, die tussen de ouders en kinderen bijemigratie te ontstaan, zo klein mogelijk tedoen zijn" (pag.12)
In 1979 werd het Rapport Etnische Minderheden geschreven waarin er een besef ontstond dat de gastarbeiders niet zouden terugkeren naar het land van herkomst, zoals aanvankelijk gedacht werd, maar dat zij voorgoed zouden blijven.
"Kern van de boodschap van Etnischeminderheden was dat, anders dan toen werd gedacht, de meeste migranten niet tijdelijk in Nederland zouden blijven, maar voorgoed"
Vervolgens constateerden ze dat er steeds meer migranten naar Nederland kwamen. Men begon zich toen zorgen te maken over de werkloosheid en discriminatie. Dit is terug te vinden in het stuk Allochtonenbeleid, uitgebracht in 1989:
"De overheid dient de culturele en levensbeschouwelijke verscheidenheid, die van oudsher mede haar oorsprong vindt in de immigratie, te eerbiedigen" (pag. 13)
"Integratie behoeft zeker geen culturele assimilatie in te houden" (pag 24)
Bron : hizb-tu-tahir.nl (http://www.hizb-ut-tahrir.nl/images/pdf/oproep_tot_eenheid.pdf) - door : Okay Pala - 17 april 2016
http://deoemma.nl/wp-content/uploads/2016/04/12472593_1063311720398302_7067846072976164753_n.jp g
Er valt niet te ontkennen dat onze Islamitische identiteit de laatste jaren onder grote druk is komen te staan. Door verschillende gebeurtenissen voelen moslims zich steeds minder welkom en onveilig in Nederland. Onze moskeeën worden bedreigd, sommigen van onze zusters zijn openlijk op straat belaagd en er worden steeds meer maatregelen door de overheid genomen om onze dierbare Islamitische identiteit onder druk te zetten. De aanval die zij uitvoeren is tegenwoordig niet meer gericht op personen die geweld plegen, maar het is zover gekomen dat ze de moslims willen opleggen hoeze moeten denken en hoe ze niet mogen denken; welke ideeën we mogen hebben en welke ideeën we niet mogen hebben.
Het meest recentelijke voorbeeld hiervan is de motie voor een verbod van het salafisme, waarin sommige politici openlijk hebben gepleit voor het verbieden van bepaalde ideeën. Hiervoor zijn er al verschillende beleidsstukken door de overheid geschreven, waarin zij duidelijk hebben gemaakt dat wanneer moslims vinden dat de islamitische wetgeving superieur is aan de democratie, dat dit een probleem is dat aangepakt moet worden. Hierover kunt u verderop in dit boekwerk meer lezen.
Het is voor ons allemaal duidelijk geworden dat de rol die de media en de overheid tezamen spelen, niet meer berust op toevalligheden, maar een beleid wordt gevoerd, een anti-islambeleid waarin er actief gewerkt wordt om de Islamitische identiteit te veranderen in een andere identiteit die zij wel wenselijk achten. Het is een assimilatiebeleid waarin wij niet meer vrij zijn te geloven waarin wij geloven, maar onze waarden onder druk moeten inruilen voor andere waarden.
In deze moeilijke atmosfeer is het van groot belang dat wij als moslims een eenheid vormen om de Islamitische identiteit te beschermen. Dat we samenkomen en met elkaar deze problemen bespreken, elkaar bewust maken van verstrekkende gevaren en plannen en elkaar steunen wanneer een lid van onze gezegende Oemma in Nederland aangevallen wordt.
Dit is niet enkel rationeel gezien een logische stapvoor de moslims, maar het is ook een gebod vanonze Heer Allah (swt) in wie wij allen tezamengeloven, toen Hij (swt) zei:
واُ قرَفََ تً وِميعاَِه جِل اللَْ بِحُ وا بِصمَتَْ اعو
"En houd jullie allen tezamen vast aan het koord van Allah en weest niet verdeeld"
Om deze reden hebben wij als leden van Hizb utTahrir - Nederland het initiatief genomen om dit kleine document uit te brengen en hiermee onze hand aan onze broeders en zusters uit te steken.Hierin wordt duidelijk gemaakt wat het beleid isvan de overheid ten opzichte van de moslims en wordt er gepoogd een aantal punten neer te zetten waar we het als Oemma in Nederland over eens moeten zijn om samen een eenheid te vormen.
Dit werk is bedoeld om een eenheid tussen ons allen te creëren, waarin onze verschillen gerespecteerd worden en onze geschillen opzij gezet worden om samen met elkaar deze uitdaging in Nederland aan te gaan. Zodat ook onze kinderen en de toekomstige generaties nog steeds deze geweldige Islamitische identiteit kunnen behouden die ons gegeven is door niemand minder dan Allah (swt), de Heer der Werelden.
Het overheidsbeleid ten opzichte van de Moslims: toen en nu
Moslims wonen nu al enkele decennia in Nederland en hebben verschillende periodes van gemak en ongemak gekend. Mogelijk zult u denken: waar is het tolerante Nederland gebleven van de periode dat de arbeidsmigranten zichzelf in Nederland begonnen te vestigen? Toen de moslims vrijer werden gelaten in het beleven van hun religie en soms zelfs gestimuleerd werden om hun eigen identiteit te behouden. Hoe kan het dat dit alles is veranderd in een repressief beleid waarin een moslim niet eens meer vrij is in zijn denken, laat staan in zijn handelen?
Om dit goed te begrijpen dienen we een blik te werpen op de geschiedenis van de moslims in Nederland en de houding van de overheid ten opzichte van hen gedurende hun aanwezigheid in Nederland. Deze veranderende houding is duidelijk te zien wanneer men de beleidsstukken van de overheid leest.
Om deze reden hebben we in het volgende eenkorte samenvatting gemaakt van belangrijke punten uit deze beleidsstukken, met een korte toelichting op bepaalde uitspraken die in deze documenten gedaan worden.
MOSLIMS ALS GASTARBEIDERS
In 1970 werd er een nota geschreven genaamd Nota Buitenlandse Werknemers. Hierin werd geschreven over de gastarbeiders van wie verwacht werd dat ze tijdelijk in Nederland zouden blijven om vervolgens weer te vertrekken naar hun thuisland.
We zien dat de Nederlandse overheid in deze periode de gastarbeiders motiveerde om hun cultuur en identiteit te behouden, zodat ze geen problemen zouden hebben bij terugkeer. Dit valt te zien in de volgende uitspraken:
" …Hier rijst de vraag welk soort onderwijsnodig is:
- zuiver eigen nationaal onderwijs met het oog op een mogelijke terugkeer van de ouders naar hun eigen land, zodat de aansluiting ophet onderwijs daar geen moeilijkheden oplevert"
" …in dit laatste geval moet dan zekeraanvullend onderwijs worden gegeven dat tendoel heeft de kinderen de nodige kennis vanhun eigen taal en cultuur bij te brengen om dekloof, die tussen de ouders en kinderen bijemigratie te ontstaan, zo klein mogelijk tedoen zijn" (pag.12)
In 1979 werd het Rapport Etnische Minderheden geschreven waarin er een besef ontstond dat de gastarbeiders niet zouden terugkeren naar het land van herkomst, zoals aanvankelijk gedacht werd, maar dat zij voorgoed zouden blijven.
"Kern van de boodschap van Etnischeminderheden was dat, anders dan toen werd gedacht, de meeste migranten niet tijdelijk in Nederland zouden blijven, maar voorgoed"
Vervolgens constateerden ze dat er steeds meer migranten naar Nederland kwamen. Men begon zich toen zorgen te maken over de werkloosheid en discriminatie. Dit is terug te vinden in het stuk Allochtonenbeleid, uitgebracht in 1989:
"De overheid dient de culturele en levensbeschouwelijke verscheidenheid, die van oudsher mede haar oorsprong vindt in de immigratie, te eerbiedigen" (pag. 13)
"Integratie behoeft zeker geen culturele assimilatie in te houden" (pag 24)