Marsipulami
08-11-02, 00:19
Kader Abdullah:
"Op het laatste ging er nauwelijks een nacht voorbij zonder het angstaanjagende geluid van inslaande raketten en bombardementen."
Gesprek met een Afghaanse vluchteling uit Hasselt
Afghanistan staat reeds jarenlang in de media-belangstelling. In 1979 rolden Russische tanks het land binnen. Tien jaar later werden ze onder druk van gewapende Moslim-strijders -de moedjahedien- terug verdreven. In plaats van de verhoopte vrede begonnen de moedjahedien hun vetes onder elkaar uit te vechten. In het midden van de negentiger jaren werd orde op zaken gesteld door de Taliban, die zich echter lieten leiden door een zeer onverdraagzame interpretatie van de islam. Bovendien betoonden ze sympathie voor de gewelddadige ideeën van Osama Bin Laden. In deze omgeving kreeg de gewone Afghaanse burger het hard te verduren. Miljoenen onder hen zochten bescherming in de vluchtelingenkampen van Pakistan en Iran. Een paar honderdduizend vonden een toevluchtsoord in het rijke Westen. Enkelen vestigden zich in Hasselt. Met één van hen, de goedlachse en westers uitgedoste Kader Abdullah, had Spaanders een diepgaand gesprek. Op uitdrukkelijk verzoek van de geïnterviewde gebruiken we deze naam als pseudoniem: hij is immers bevreesd dat bepaalde uitspraken tegen hem zouden kunnen gebruikt worden.
Kader, uit welke streek van Afghanistan ben je afkomstig ?
Ik kom uit de streek van de Noordelijke Alliantie tegen de Taliban. Dat is het gebied dat ligt boven de bergketen Hindu Kush die Afghanistan van west naar oost in tweeën deelt. Ik ben geboren en getogen in Parwan, een middelgrote stad van ongeveer 250.000 inwoners, die ook hoofdstad is van de provincie Charikar. Via een lange tunnel dwars door de Hindu Kush is onze stad verbonden met Kabul, de hoofdstad van Afghanistan, die 65 kilometer zuidwaarts gelegen is.
Zelf ben ik een Tadjik, één van de vele volkeren die Afghanistan rijk is. Mijn taal is het 'Dari' dat een Perzische oorsprong heeft en ook in Iran en Tadjikistan gebruikt wordt. De schrijftaal is dezelfde als in Iran, maar de spreektalen verschillen. Je kunt dat vergelijken met het Vlaams en het Hollands. Het 'dari' is één van de twee officiële talen van Afghanistan en wordt gesproken door ongeveer één derde van de bevolking. De meerderheid, ongeveer de helft van de Afghanen, zijn Pathanen die het "Pashtoen" spreken. We zijn praktisch allemaal moslims van de soennitische strekking maar een kleine minderheid, langs de grens met Iran, is sjiit.
Vertel eens iets over jezelf en over je familie !
Wel, je zult me niet geloven, maar ik ben geboren in het jaar 1352 en toch ben ik nog maar 28 jaar oud (Kader schaterlacht). In Afghanistan rekenen we namelijk met de Perzische kalender, die zowel verschilt van de westerse als van de gewone islamitische jaartelling. Volgens jullie kalender zag ik het levenslicht in het jaar 1973.
Ik kom uit een groot nest: ik ben de oudste uit een gezin met zes kinderen. Ik heb nog twee broers en drie zussen van wie er telkens één getrouwd is. De ongetrouwde kinderen en ook mijn getrouwde jongere broer en mijn schoonzus wonen allemaal samen in het huis van mijn vader. Mijn vader en broers werken als automechaniciens in de garage van een oom. In Afghanistan wordt er veel met oude wagens gereden zodat er voortdurend behoefte is aan wisselstukken. Die gaan we dan halen in de hoofdstad Kabul. Ook ikzelf heb in mijn jeugd regelmatig meegeholpen in de garage. Dat is ook de reden waarom ik hier in Hasselt graag een beroepsopleiding automechaniek bij de VDAB zou volgen. Nu is mijn Nederlands nog onvoldoende. Maar mijn toekomst ligt in de autosector.
Nochtans ben ik van opleiding leraar. Als oudste zoon stelde mijn vader me in de gelegenheid normaalonderwijs te volgen. Ik studeerde af in de vakken chemie en biologie. Daarna heb ik trouwens vier jaar lesgegeven in Parwan.
Vanaf de inval van de Russen in 1979, toen je nog een kleine jongen was heb je niets anders dan oorlog meegemaakt. Kun je ons iets vertellen over die periode ?
Volgens onze jaartelling zijn de Russen in 1357 ons land binnengevallen. Ik was toen vijf of zes jaar oud. Mijn herinneringen aan die tijd zijn natuurlijk heel vaag. Mijn vader vertelde me wel dat er in die tijd gewelddadige presidentswisselingen plaatsvonden die gepaard gingen met grote bloedbaden, vooral in Kabul. Zelf herinner ik me het nachtelijk geluid van vliegtuigen die bommen dropten boven onze stad. De mensen wisten niet wat er aan de hand was en ze hadden heel veel schrik. Maar eigenlijk hadden we niet zo veel last van die Russen. Ik weet nog wel dat veel schoolkinderen in het kader van de moderniseringspolitiek voor een tijd naar Rusland gestuurd werden om daar school te lopen. Ook was het in die tijd gemakkelijk om aan een buitenlands visum te geraken als je het in Afghanistan niet meer zag zitten. Ach ja ... elke avond zond de tv gedurende één uur Russische programma's uit. Zo kon ik me als tiener redelijk goed uitdrukken in het Russisch, maar nu ben ik bijna alles terug vergeten. Ik merk dat als ik hier in Hasselt Russische vluchtelingen probeer aan te spreken.
Toch was er ook passief verzet tegen de Russische overheersing. Voor 1979 organiseerde de overheid regelmatig straatopruimacties in Parwan. Een ambtenaar riep dan met een luidspreker alle mannen op om op vrije dagen mee te helpen. Daar werd massaal op gereageerd, zelfs kinderen vanaf acht jaar deden mee. Na 1979 stierf dat vrijwilligerswerk een stille dood. In de loop van de tachtiger jaren werd het verzet van de moedjahedien, de Islamitische strijders, steeds heviger. Hier in Parwan staken ze enkele scholen in brand. Voortdurend ook werden de vrachtwagenkonvooien tussen Parwan en Kabul aangevallen. Op het laatste ging er nauwelijks een nacht voorbij zonder het angstaanjagende geluid van inslaande raketten en bombardementen. Met kloppend hart lagen we dan in bed: komen ze dichterbij of trekken ze zich terug? Ik heb daar een chronische slapeloosheid aan overgehouden. Zelfs hier in België zijn er weinig nachten dat ik voor 2 of 3 u. inslaap en dan is het meestal nog maar voor een hazenslaapje.
Op een bepaald moment ben je zelf in de problemen geraakt ?
Oh, maar dat was een hele tijd later. De Russen waren toen al lang verdwenen uit Afghanistan. Na hun verdrijving kregen de verschillende moehadjedien-groepen het met elkaar aan de stok. Er werd een vernietigende oorlog uitgevochten tussen de commandanten Ahmed Shah Massoud, de Oesbeek Abdul Rashid Dostum en de strenge islamiet Gulbuddin Hekmatayar. Het was ook in die jaren dat Kabul helemaal aan flarden geschoten werd. Onze stad lag in de invloedssfeer van commandant Massoud. Dat was een eerlijke en tolerante moslim die echter vorig jaar -net voor de gebeurtenissen van 11 september- bij een aanslag vermoord werd. Als hij nu nog zou leven dan zou de toekomst van Afghanistan er een stuk rooskleuriger uitzien. Ikzelf heb Massoud een paar keer persoonlijk ontmoet. Eén keer kwam hij onverwacht onze school inspecteren. Hij heeft misschien wel 20 minuten toegekeken terwijl ik les gaf. Ik stond gewoon te trillen op mijn benen. Maar toen hij de school verliet was hij heel tevreden en hij schreef zelfs een mooie aanbevelingsbrief voor mij.
Toen begonnen de Taliban, gesteund door Pakistan, aan hun opmars. De leiders van de Taliban zijn allemaal afkomstig uit de armste en minst ontwikkelde Pashtoen-provincies van Afghanistan. Je weet wat hun politiek was: een heel strenge sharia (islamitische wetgeving) instellen, de vrouwen onderdrukken, film en muziek verbieden en iedereen die zich niet aan hun regels hield opsluiten en excecuteren. Toch hadden ze succes en de troepen van onze Massoud kregen het hard te verduren. Het was in die periode dat mannen van Massoud het huis van mijn vader binnendrongen en van mij eisten dat ik, onder het mom van de autohandel, voor hen zou gaan spioneren in Kabul dat ondertussen in handen was gevallen van de Taliban. Mijn vader protesteerde: hij zei dat ik leraar was en dat ik niks met de autohandel te maken had. Dat haalde niks uit. Trouwens, persoonlijk zag ik wel wat in een 'toeristische' uitstap naar Kabul. Maar mijn avontuur was van korte duur. Ik werd verklikt en opgesloten in de gevangenis. Twee maanden lang, elke dag ondervragingen, slaag en folteringen ... (Kader toont mij een lelijk dichtgegroeid litteken op zijn linkeronderarm).
"Op het laatste ging er nauwelijks een nacht voorbij zonder het angstaanjagende geluid van inslaande raketten en bombardementen."
Gesprek met een Afghaanse vluchteling uit Hasselt
Afghanistan staat reeds jarenlang in de media-belangstelling. In 1979 rolden Russische tanks het land binnen. Tien jaar later werden ze onder druk van gewapende Moslim-strijders -de moedjahedien- terug verdreven. In plaats van de verhoopte vrede begonnen de moedjahedien hun vetes onder elkaar uit te vechten. In het midden van de negentiger jaren werd orde op zaken gesteld door de Taliban, die zich echter lieten leiden door een zeer onverdraagzame interpretatie van de islam. Bovendien betoonden ze sympathie voor de gewelddadige ideeën van Osama Bin Laden. In deze omgeving kreeg de gewone Afghaanse burger het hard te verduren. Miljoenen onder hen zochten bescherming in de vluchtelingenkampen van Pakistan en Iran. Een paar honderdduizend vonden een toevluchtsoord in het rijke Westen. Enkelen vestigden zich in Hasselt. Met één van hen, de goedlachse en westers uitgedoste Kader Abdullah, had Spaanders een diepgaand gesprek. Op uitdrukkelijk verzoek van de geïnterviewde gebruiken we deze naam als pseudoniem: hij is immers bevreesd dat bepaalde uitspraken tegen hem zouden kunnen gebruikt worden.
Kader, uit welke streek van Afghanistan ben je afkomstig ?
Ik kom uit de streek van de Noordelijke Alliantie tegen de Taliban. Dat is het gebied dat ligt boven de bergketen Hindu Kush die Afghanistan van west naar oost in tweeën deelt. Ik ben geboren en getogen in Parwan, een middelgrote stad van ongeveer 250.000 inwoners, die ook hoofdstad is van de provincie Charikar. Via een lange tunnel dwars door de Hindu Kush is onze stad verbonden met Kabul, de hoofdstad van Afghanistan, die 65 kilometer zuidwaarts gelegen is.
Zelf ben ik een Tadjik, één van de vele volkeren die Afghanistan rijk is. Mijn taal is het 'Dari' dat een Perzische oorsprong heeft en ook in Iran en Tadjikistan gebruikt wordt. De schrijftaal is dezelfde als in Iran, maar de spreektalen verschillen. Je kunt dat vergelijken met het Vlaams en het Hollands. Het 'dari' is één van de twee officiële talen van Afghanistan en wordt gesproken door ongeveer één derde van de bevolking. De meerderheid, ongeveer de helft van de Afghanen, zijn Pathanen die het "Pashtoen" spreken. We zijn praktisch allemaal moslims van de soennitische strekking maar een kleine minderheid, langs de grens met Iran, is sjiit.
Vertel eens iets over jezelf en over je familie !
Wel, je zult me niet geloven, maar ik ben geboren in het jaar 1352 en toch ben ik nog maar 28 jaar oud (Kader schaterlacht). In Afghanistan rekenen we namelijk met de Perzische kalender, die zowel verschilt van de westerse als van de gewone islamitische jaartelling. Volgens jullie kalender zag ik het levenslicht in het jaar 1973.
Ik kom uit een groot nest: ik ben de oudste uit een gezin met zes kinderen. Ik heb nog twee broers en drie zussen van wie er telkens één getrouwd is. De ongetrouwde kinderen en ook mijn getrouwde jongere broer en mijn schoonzus wonen allemaal samen in het huis van mijn vader. Mijn vader en broers werken als automechaniciens in de garage van een oom. In Afghanistan wordt er veel met oude wagens gereden zodat er voortdurend behoefte is aan wisselstukken. Die gaan we dan halen in de hoofdstad Kabul. Ook ikzelf heb in mijn jeugd regelmatig meegeholpen in de garage. Dat is ook de reden waarom ik hier in Hasselt graag een beroepsopleiding automechaniek bij de VDAB zou volgen. Nu is mijn Nederlands nog onvoldoende. Maar mijn toekomst ligt in de autosector.
Nochtans ben ik van opleiding leraar. Als oudste zoon stelde mijn vader me in de gelegenheid normaalonderwijs te volgen. Ik studeerde af in de vakken chemie en biologie. Daarna heb ik trouwens vier jaar lesgegeven in Parwan.
Vanaf de inval van de Russen in 1979, toen je nog een kleine jongen was heb je niets anders dan oorlog meegemaakt. Kun je ons iets vertellen over die periode ?
Volgens onze jaartelling zijn de Russen in 1357 ons land binnengevallen. Ik was toen vijf of zes jaar oud. Mijn herinneringen aan die tijd zijn natuurlijk heel vaag. Mijn vader vertelde me wel dat er in die tijd gewelddadige presidentswisselingen plaatsvonden die gepaard gingen met grote bloedbaden, vooral in Kabul. Zelf herinner ik me het nachtelijk geluid van vliegtuigen die bommen dropten boven onze stad. De mensen wisten niet wat er aan de hand was en ze hadden heel veel schrik. Maar eigenlijk hadden we niet zo veel last van die Russen. Ik weet nog wel dat veel schoolkinderen in het kader van de moderniseringspolitiek voor een tijd naar Rusland gestuurd werden om daar school te lopen. Ook was het in die tijd gemakkelijk om aan een buitenlands visum te geraken als je het in Afghanistan niet meer zag zitten. Ach ja ... elke avond zond de tv gedurende één uur Russische programma's uit. Zo kon ik me als tiener redelijk goed uitdrukken in het Russisch, maar nu ben ik bijna alles terug vergeten. Ik merk dat als ik hier in Hasselt Russische vluchtelingen probeer aan te spreken.
Toch was er ook passief verzet tegen de Russische overheersing. Voor 1979 organiseerde de overheid regelmatig straatopruimacties in Parwan. Een ambtenaar riep dan met een luidspreker alle mannen op om op vrije dagen mee te helpen. Daar werd massaal op gereageerd, zelfs kinderen vanaf acht jaar deden mee. Na 1979 stierf dat vrijwilligerswerk een stille dood. In de loop van de tachtiger jaren werd het verzet van de moedjahedien, de Islamitische strijders, steeds heviger. Hier in Parwan staken ze enkele scholen in brand. Voortdurend ook werden de vrachtwagenkonvooien tussen Parwan en Kabul aangevallen. Op het laatste ging er nauwelijks een nacht voorbij zonder het angstaanjagende geluid van inslaande raketten en bombardementen. Met kloppend hart lagen we dan in bed: komen ze dichterbij of trekken ze zich terug? Ik heb daar een chronische slapeloosheid aan overgehouden. Zelfs hier in België zijn er weinig nachten dat ik voor 2 of 3 u. inslaap en dan is het meestal nog maar voor een hazenslaapje.
Op een bepaald moment ben je zelf in de problemen geraakt ?
Oh, maar dat was een hele tijd later. De Russen waren toen al lang verdwenen uit Afghanistan. Na hun verdrijving kregen de verschillende moehadjedien-groepen het met elkaar aan de stok. Er werd een vernietigende oorlog uitgevochten tussen de commandanten Ahmed Shah Massoud, de Oesbeek Abdul Rashid Dostum en de strenge islamiet Gulbuddin Hekmatayar. Het was ook in die jaren dat Kabul helemaal aan flarden geschoten werd. Onze stad lag in de invloedssfeer van commandant Massoud. Dat was een eerlijke en tolerante moslim die echter vorig jaar -net voor de gebeurtenissen van 11 september- bij een aanslag vermoord werd. Als hij nu nog zou leven dan zou de toekomst van Afghanistan er een stuk rooskleuriger uitzien. Ikzelf heb Massoud een paar keer persoonlijk ontmoet. Eén keer kwam hij onverwacht onze school inspecteren. Hij heeft misschien wel 20 minuten toegekeken terwijl ik les gaf. Ik stond gewoon te trillen op mijn benen. Maar toen hij de school verliet was hij heel tevreden en hij schreef zelfs een mooie aanbevelingsbrief voor mij.
Toen begonnen de Taliban, gesteund door Pakistan, aan hun opmars. De leiders van de Taliban zijn allemaal afkomstig uit de armste en minst ontwikkelde Pashtoen-provincies van Afghanistan. Je weet wat hun politiek was: een heel strenge sharia (islamitische wetgeving) instellen, de vrouwen onderdrukken, film en muziek verbieden en iedereen die zich niet aan hun regels hield opsluiten en excecuteren. Toch hadden ze succes en de troepen van onze Massoud kregen het hard te verduren. Het was in die periode dat mannen van Massoud het huis van mijn vader binnendrongen en van mij eisten dat ik, onder het mom van de autohandel, voor hen zou gaan spioneren in Kabul dat ondertussen in handen was gevallen van de Taliban. Mijn vader protesteerde: hij zei dat ik leraar was en dat ik niks met de autohandel te maken had. Dat haalde niks uit. Trouwens, persoonlijk zag ik wel wat in een 'toeristische' uitstap naar Kabul. Maar mijn avontuur was van korte duur. Ik werd verklikt en opgesloten in de gevangenis. Twee maanden lang, elke dag ondervragingen, slaag en folteringen ... (Kader toont mij een lelijk dichtgegroeid litteken op zijn linkeronderarm).