PDA

Bekijk Volledige Versie : Niet jongere maar maatschappij verdient bescherming



Marsipulami
16-11-02, 18:35
Niet jongere maar maatschappij verdient bescherming
Minderjarige staat voor beroepsrechter voor dood van Patrick Mombaerts

Van onze redactrice

Een dertienjarige jongen veroorzaakte in 1998 de dood van elektricien Patrick Mombaerts. Na zeven maanden in een gesloten instelling komt hij er vanaf met een berisping. Maandag wordt de zaak opnieuw behandeld in beroep. Een vooruitblik.

Na de eerste uitspraak reageerde minister van Justitie, Marc Verwilghen, verontwaardigd. Het parket ging in beroep. Maar was die berisping wel een te milde uitspraak? En worden jonge delinquenten sindsdien strenger behandeld?

Jeugdrechter Eddy Allossery: ,,We moeten de jongeren beschermen tegen de maatschappij, maar sommige jongeren plegen zo'n zware feiten dat de maatschappij beschermd moet worden tegen hen.''

Vrijdagnamiddag 28 november 1998: Patrick Mombaerts uit Heverlee en zijn collega komen uit een café aan het station van Schaarbeek. Ze willen geld uit een bankautomaat halen, maar worden achtervolgd door zeven jongeren die hen willen beroven. De 13-jarige B. gooit een ijzeren staaf over zijn schouder. Die komt tegen het hoofd van Mombaerts terecht. In het ziekenhuis overlijdt Mombaerts aan zijn verwondingen.

De jeugdrechter plaatst B. in een gesloten instelling. Hij zal er uiteindelijk zeven maanden verblijven. Daarna wordt hij vrijgelaten onder strikte voorwaarden en wordt hij intensief begeleid.

Pas drieënhalf jaar later, op 3 mei 2002, volgt een uitspraak over de grond van de zaak. De vermeende bendeleider wordt vrijgesproken wegens een gebrek aan bewijs. B. moet de familie van Mombaerts 165.141 euro schadevergoeding betalen maar komt er voor het overige met een berisping van af. De jeugdrechter noemt de zaak een ,,accident de parcours''.

Uit het onderzoek bleek dat B. die staaf niet gericht had gegooid en niet de bedoeling had te doden.

Maar de publieke opinie reageert verontwaardigd op de berisping. Minister van Justitie Verwilghen dreigt ermee zijn positief injunctierecht te gebruiken -- het parket te verplichten om in beroep te gaan -- tegen het volgens hem te milde vonnis.

Zover komt het niet, want het parket gaat zelf in beroep. Het vraagt dat B. tot zijn 20ste zou worden begeleid. En dat de vermeende bendeleider naar de correctionele rechtbank wordt verwezen.

Maar de verontwaardiging bij advocaten, magistraten en politici -- die Verwilghen verwijten de zaak te misbruiken voor politieke doeleinden -- is groot. ,,De tussenkomst gaf ten onrechte de indruk dat de jeugdrechters hun werk niet goed doen'', zegt Eddy Allossery, voorzitter van de Unie van Jeugdmagistraten. ,,Terwijl de minister het dossier niet eens kende.''

De plooien zijn inmiddels glad gestreken. Verwilghen gaf later in een interview met Het Nieuwsblad (7 september 2002) toe dat hij zich niet met de zaak had mogen bemoeien. ,,Ik heb te emotioneel gereageerd. Maar het blijft een feit dat een berisping het rechtvaardigheidsgevoel van de publieke opinie schokt.''

,,De andere jeugdrechters vonden de uitspraak niet verwonderlijk'', zegt jeugdrechter Allossery. ,,De jeugdrechter oordeelde dat de begeleiding haar vruchten had afgeworpen en dat de jongen klaar was voor reïntegratie in de maatschappij. Dan kun je hem moeilijk opnieuw naar een gesloten instelling sturen.''

,,Wat had de rechter dan kunnen doen? Hem tot zijn tot zijn achttiende onder toezicht plaatsen. Dat betekent concreet dat iemand van de sociale dienst om de zes maanden een verslag maakt. Als dat verslag al gemaakt wordt, beperkt het zich tot een telefoontje naar de school, de politie en thuis. Het is niet meer dan een papieren toezicht en dat kun je de sociale dienst niet eens verwijten. Ze hebben te veel werk.''

Heeft de verontwaardiging bij de publieke opinie ertoe geleid dat jeugdrechters strenger optreden tegen minderjarige delinquenten? Volgens Patrick Verraes van de vzw Advocaten voor Jongeren en volgens jeugdrechter Allossery niet. ,,Jeugdrechters en parketten laten zich niet leiden door zo'n tussenkomst van de minister.''

Maar jeugdadvocaat Katelijne Van Bellingen vindt toch dat er strenger wordt opgetreden tegen minderjarige delinquenten. ,,Niet alleen door de zaak-Mombaerts, maar door het hele maatschappelijke klimaat rond minderjarige delinquenten. De samenleving pikt het niet meer dat dergelijke jongeren mild worden behandeld, en jeugdmagistraten zijn daar zeker ook gevoelig voor. De minister heeft toen een verkeerd signaal gegeven aan de parketten en de jeugdrechters. Die voelden zich duidelijk aangevallen. Ik ben zeker dat het parket niet in beroep zou zijn gegaan tegen de berisping als de minister niet had gereageerd.''

Onder de huidige wet op de jeugdbescherming kan de jeugdrechter aan de minderjarige geen echte straf opleggen. Onder het jeugdsanctierecht waar Verwilghen aan werkt wel. ,,De jeugdrechters zijn in principe niet tegen zo'n jeugdsanctierecht'', zegt jeugdrechter Allossery. ,,Het zou in elk geval duidelijker zijn, ook voor de publieke opinie. Nu geldt het principe dat wij beschermingsmaatregelen opleggen. Dat we de jongeren beschermen tegen de maatschappij. Maar die maatschappij zegt: Wij zijn niet gevaarlijk, zij zijn gevaarlijk, en u gaat hen dan nog een beetje beschermen. Sommige jongeren hebben zulke zware feiten gepleegd dat we hen een straf zouden moeten kunnen opleggen.''

Van Bellingen is het daar niet mee eens. ,,Ik ben tegen een jeugdsanctierecht. Als de gepleegde feiten te ernstig zijn kan de rechter de jongere uit handen geven. Dan wordt hij berecht voor een correctionele rechtbank en kan hij wel een straf krijgen. Ik merk dat het steeds vaker gebeurt. Ik heb verschillende cliënten die in de gevangenis zijn beland.''

Ook Verraes is geen voorstander van een jeugdsanctierecht. ,,Ik ben voor een herstelrecht. Ik heb al verschillende Hergos -- herstelgericht groepsoverleg -- meegemaakt.De minderjarige wordt samen met mensen uit zijn omgeving geconfronteerd met het slachtoffer, met de bedoeling dat hij de schade vergoedt. Dat is erg confronterend voor de jongere en louterend voor hemzelf en het slachtoffer.''

Van Bellingen denkt er net zo over. ,,Ik had een jongere die een zware roofoverval had gepleegd. Door die Hergo is hij een totaal andere weg ingeslagen. Zo'n ommezwaai zou door opsluiting of plaatsing nooit bereikt kunnen worden.''

,,De samenleving voelt zich bedreigd en er is een stroming, onder invloed van minister Verwilghen die vindt dat er liefst zo weinig mogelijk onderscheid wordt gemaakt tussen minder- en meerderjarigen'', zegt Jan Fermon, raadsman van de ouders van B.

Begin november verschenen krantenartikels dat B. de leider van een jeugdbende zou zijn en het Schaarbeekse Verbroeckhovenplein onveilig zou maken. Hij werd ook ondervraagd door de politie over een vechtpartij maar niet aangehouden.

B. geeft toe dat hij iemand een vuistslag heeft gegeven, maar ontkent de rest. ,,Het is gewoon een vete tussen twee families'', vertelt Fermon. ,,Een jongen tergt B. al een jaar en maakt hem uit voor moordenaar. Dat is B. een keer te veel geworden. Er komt een klacht tegen die jongen, tegen de politieman wegens laster en eerroof omdat hij B. voortdurend oppakt en allerlei leugens over hem vertelt. En tegen La Dernière Heure die al die laster heeft verspreid.''

In beroep kan de jeugdrechter beslissen dat B. toch nog begeleid moet worden of gemeenschapsdienst moet verlenen. Hij kan ook het vonnis bevestigen. ,,B. komt uit een gezin met elf kinderen, geen enkel kind is op het verkeerde pad terechtgekomen. Ook B. niet. Ik vond die berisping terecht en de rechter heeft dat vonnis ook goed gemotiveerd'', aldus Fermon.

16/11/2002 Inge Ghijs

©Copyright De Standaard