PDA

Bekijk Volledige Versie : Schaduw van de Ster een gesprek met Peter Edel over zijn boek



rafiq
05-02-03, 20:47
Onlangs ontstond commotie rond het twee maanden geleden verschenen boek De schaduw van de ster van Peter Edel, dat de visie van een aantal antizionisten aan de Nederlandstalige lezer voor stelt. Aanleiding was een bespreking in Trouw van 29-11-’02, waarin Yoram Stein het boek antisemitisch noemde.

Om maar met deur in huis te vallen: ben je een antisemiet?

Verre van. Er is veel kritiek op mijn boek, maar niemand heeft aan de hand van citaten hard kunnen maken dat ik mij schuldig heb gemaakt aan antisemitisme. Dat heeft ook Trouw erkend in een redactioneel schrijven van 6-12-’02. Bovendien ligt het voor de hand dat joodse organisaties via een juridische procedure zouden pogen het boek uit de handel te nemen als er antisemitisme aangetoond zou kunnen worden.
De schaduw van de ster is zonder meer een antizionistisch boek, maar met antisemitisme heeft het niets te maken. Eén van mijn drijfveren om het boek te schrijven was juist aan te tonen dat antizionisme absoluut niet met antisemitisme verward mag worden. Hoe zou dat kunnen als veel zionisten niet eens joods zijn. Neem de christelijke zionisten in de VS, die zijn niet gering in aantal. Antizionisme heeft ook betrekking op hen.
Omgekeerd zijn lang niet alle joden overtuigd van het zionisme. Ik meen zelfs dat de meest krachtig beargumenteerde kritiek op het zionisme uit joodse hoek komt. Het is dan ook geen toeval dat zo’n 90% van de bronnen in mijn boek een joodse achtergrond heeft. Zware kritiek op het zionisme is er niet alleen onder niet-religieuze joden, maar ook onder religieuze joden. Het is misschien moeilijk voorstelbaar, maar er zijn orthodoxe joden die het eigendomsrecht over het ‘heilige land’ het liefst zo snel mogelijk aan de autochtone bevolking terug zouden willen geven. Zij hebben mij geleerd dat het joodse geloof ook heel goed langs humanistische wegen geïnterpreteerd kan worden. Zo weet ik dat de wetten van het judaïsme een vreedzame samenleving met niet-joden niet uitsluit. Daar ben ik twee maal in mijn boek op ingegaan en dat lijkt me nogal a-typisch voor een antisemiet. Ik spreek zionisten erop aan dat zij de humanistische kant van het joodse geloof niet eerbiedigen. Dat is iets totaal anders dan antisemitisme; het is antizionisme.

rafiq
05-02-03, 20:47
Ben je onverwacht van antisemitisme beschuldigd?

Zeker niet. Karel Glastra van Loon voorspelde het ook al in zijn voorwoord. Antisemitisme is het argument bij uitstek van zionisten om kritiek op Israël en het zionisme te verketteren. Het gebeurde eerder dit jaar met Gretta Duisenberg en nu gebeurt het met mij. Maar het begrip antisemitisme is langzamerhand zo vaag dat het nauwelijks nog betekenis heeft. Voor mij maakt iemand zich schuldig aan antisemitisme als hij moedwillig onwaarheden verspreid over joden om de joodse gemeenschap als geheel in een kwaad daglicht te plaatsen. Maar in een zionistische context heeft dit begrip een totaal andere lading gekregen. Ik bedoel maar, als zelfs kritiek op de machtspolitiek van de VS door zionisten antisemitisme wordt genoemd, wat blijft er dan van over. Ook in Israël is antisemitisme een relatief begrip. Voor de religieuze kolonisten is Likoed antisemitisch omdat deze partij naar hun zin niet hard genoeg optreedt tegen de Palestijnen. Binnen Likoed is het Netanyahu die Sharon om soortgelijke redenen van antisemitisme beschuldigt. Maar samen vatten ze de ‘land voor vrede’ politiek van de Arbeiderpartij onder deze noemer. Alle zionisten in Israël tezamen richten tenslotte het verwijt van antisemitisme aan Europa, als daar protest de kop opsteekt over de misdaden tegen de Palestijnen.

De oud-hoofdredactrice van het Nieuw Israëlitisch Weekblad Tamara Benima verweet je zondag tijdens een radio-uitzending van de Ikon te hebben verwezen naar artikelen van de Israëlische journalist Israel Shamir. Naar haar mening houdt hij er antisemitische opvattingen op na. Wat vind je daarvan?

Shamir is een geval apart. Zijn artikelen zijn van een extreem literair gehalte voor publicaties over het Israëlisch/Palestijnse conflict. Maar hij stelt zich vaak erg provocatief op, door zo nu en dan keihard uit te halen. Zo maakt hij geen onderscheid tussen joden en zionisten en dat is een gevaarlijke redenatie. Maar begrijp wel dat Shamir vanuit Israëlische perspectief schrijft. En daar denkt men hoofdzakelijk in termen van joden versus Arabieren, of joden versus gojim. Shamir heeft ondertussen schoon genoeg van de wijze waarop het judaïsme door het zionisme wordt geïnterpreteerd Daarom heeft hij zich recentelijk tot het christendom bekeerd. Zionisten kunnen zich naar zijn mening niet meer op uitverkorenheid beroepen en moeten daarom christenen en moslims als hun broeders en zusters accepteren. In tegenstelling tot Shamir ben ik niet religieus, maar ik kan me veel voorstellen bij zijn idee dat gelijkheid de enige basis is voor een oplossing. Shamir brengt zijn solidariteit met Palestijnen overigens in de praktijk door als levend schild tegen kogels van kolonisten te fungeren, wanneer Palestijnse boeren hun olijven oogsten.
Omdat hij zijn zware kritiek op de Israëlische apartheid niet verhuld en daar ook nog eens religieuze thema’s bij betrekt, stelt Shamir zich kwetsbaar op. Het ligt daarom voor de hand dat hem de beschuldiging van antisemitisme ten deel valt. Maar of hij een kwade intentie heeft, meen ik serieus te moeten betwijfelen. Daarvoor is zijn onvoorwaardelijke geloof in een verbroedering tussen joden, moslims en christenen, te intens. De opvattingen van Shamir zijn zeker geen gemeengoed onder antizionisten, maar tegelijk moet hij wel tot hen worden gerekend. Overigens heb ik maar een beperkt aantal keer naar hem verwezen. En waar hij naar mijn mening over de schreef gaat door aanleiding te geven tot antisemitisme, heb ik daar afstand van genomen. Tamara Benima zag dat over het hoofd.

Dat kun je allemaal wel zeggen, maar volgens Tamara Benima is Shamir zelfs door twee Palestijnen van antisemitisme beschuldigd en dat gaat wel ver.

Ik ben bekend met de kritiek op Shamir van Ali Abunimah en Hussein Ibish. Maar wat Benima vergat te vertellen was dat beide zich niet gebaseerd hebben op de woorden van Shamir zelf, maar op wat de rechtse Jerusalem Post van de ultrazionist Conrad Black aan hem heeft toegeschreven. Daar komt Shamir inderdaad naar voren als een antisemiet die geschreven heeft dat joden hun matzes in het bloed van Palestijnse kinderen dopen; een oud antisemitisch vooroordeel. Shamir ontkent dit ten stelligste geschreven te hebben. Zelf ben ik woorden van deze strekking nooit tegengekomen in zijn artikelen.
Begrijp goed dat de tegenstanders van Shamir alles gebruiken om hem onderuit te halen. Ik zal een voorbeeld noemen. Laatst vond ik op een discussiesite een opmerking met de naam van Shamir eronder. Hoewel Shamir normaal gesproken geen gelegenheid voorbij laat gaan om zijn respect voor Palestijnen uit te spreken, distantieerde hij zich hier scherp van hen. Plotseling kwam hij over als een ultrazionist en ik moet zeggen dat de verwarring toen bij mij toesloeg. Een paar weken later ontving ik een bericht waarin hij schreef dat er in zijn computer was ingebroken en dat er links en rechts tegenstrijdige uitspraken van hem op internet waren verschenen. Sindsdien ga ik er alleen nog vanuit dat teksten van Shamir afkomstig als ze op zijn website staan.

Heb je in de afgelopen iets soortgelijks ondervonden bij de reacties op je boek ?

Zeker, want wat Yoram Stein in Trouw aan mijn boek toeschreef, is daar niet in terug te vinden. Nergens heb ik geschreven dat zionisten (mede)verantwoordelijk voor de holocaust zijn, of dat het judaïsme een racistische religie is. Deze laster gaat zwaar aan de inhoud van mijn boek voorbij en is duidelijk politiek geladen. Het ergste is dat zoiets snel een eigen bestaan gaat leiden. Andere media namen het citaat van Stein klakkeloos over en schreven het direct aan mijn boek toe. Zo citeerde Henk van Dorp tijdens BVD zogenaamd uit mijn boek, terwijl het in werkelijkheid om de woorden van Stein ging.

Naast de beschuldiging dat De schaduw van de ster antisemitisch zou zijn, is er ook andere kritiek. Hoewel aan de historische correctheid niet of nauwelijks wordt getwijfeld, zou je boek teveel overhoop halen. Ook binnen de pro-Palestijnse beweging zijn deze geluiden hoorbaar.

Het is van belang hier op te merken dat de pro-Palestijnse beweging uit tal van geledingen bestaat. Samen met o.a. de Vlaamse publicist Lucas Catherine vorm ik daarbij zo’n beetje de meest extreme vleugel in het Nederlandse taalgebied. Anderen willen aanmerkelijk minder ver gaan. Er bestaat een groot verschil tussen pro-Palestijns en antizionistisch activisme. Iedere antizionist is uit de aard van de zaak pro-Palestijns, maar het omgekeerde is zeker niet altijd het geval. Integendeel, want binnen de pro-Palestijnse beweging gaan velen uit van een oplossing van het Israëlisch/Palestijnse conflict binnen het kader van het zionisme.
De Israëlische vredesactivist Uri Avneri stelt zich aldus op. In Nederland heeft hij veel invloed, zoals op het ‘Steuncomité Israëlische Vredesgroepen en Mensenrechtenorganisaties (SIVMO)’. Het SIVMO publiceert De Brug. Ooit heeft de redactie van dit tijdschrift overwogen één van mijn artikelen te publiceren, maar dat ging niet door omdat ik (officieel althans) niet van joodse komaf ben. Later trof ik in de Brug een advertentie aan waarin een medewerker werd gevraagd. Daarbij was een joodse achtergrond gewenst. Zie je wat ik bedoel? Kun je je voorstellen wat er gebeurt als het Nederlands Palestina Komité (NPK) een advertentie plaats waarin een medewerker wordt gevraagd, waarbij een joodse achtergrond niet gewenst is? In het NPK streven niet-joden overigens samen met joden naar een rechtvaardige vrede in Israël/Palestina.
Toch heb ik waardering voor de tak van het pro-Palestijns activisme die in Nederland o.a. door het SIVMO wordt vertegenwoordigd. Want men zet zich in voor de belangen van de Palestijnen en dat is hoe dan ook hard nodig. Neem bijvoorbeeld de Nederlandse schrijfster Anja Meulenbelt, die deel uitmaakt van het comité van aanbeveling van het SIVMO. Zij maakt zich in mijn ogen zeer verdienstelijk door met de stichting Kifaia geld in te zamelen voor medische hulp aan Palestijnse jongeren in de bezette gebieden. Dergelijke initiatieven hebben mijn volledige sympathie en ik werk er dan ook met volle inzet aan mee.
Maar dat wil niet zeggen dat de oplossing die men in de kring rond het SIVMO veronderstelt realistisch is. Voor mij staat deze benadering gelijk aan dweilen met de kraan open. De zionistische ideologie baseert zich op denkbeelden uit de negentiende eeuw. Het toont nog alle kenmerken van een beweging die streeft naar raszuiverheid en dat verdraagt zich niet met een humanistische oplossing van de problematiek. Zionisten ontkennen dit raciale aspect, of zeggen dat het niet meer van toepassing is. Maar zij kunnen niet uitleggen waarom joden in Israël vandaag de dag nog altijd niet met niet-joden mogen trouwen. In het zionisme zijn verder de trekken van het sociaaldarwinisme uit de negentiende eeuw herkenbaar. Deze antieke leer stelt dat zwakkere bevolkingsgroepen moeten wijken voor sterkere. De verdrijving van Palestijnen uit hun leefgebied door zionisten is wat dit betreft illustratief. Zolang er geen verandering in deze vorm van apartheid komt, is een oplossing naar mijn mening uitgesloten.
Vooral binnen het pro-Palestijnse zionisme van Uri Avneri en het SIVMO vindt men dat het beter was geweest als ik voor een meer geleidelijke aanpak had gekozen. Liever had men gezien dat ik via allerlei omtrekkende bewegingen de harde waarheid wat had verzacht. Bijvoorbeeld door gevoelige informatie over drie boeken te verspreiden. Men meent dat het boek in deze vorm te confronterend is. Ook neemt men mij kwalijk dat ik er op voorhand vanuit ben gegaan dat het zionisme niet deugt. Dat ik in mijn conclusie alsnog heb overwogen of er positieve kwalificaties aan het zionisme kunnen worden verbonden, is kennelijk niet voldoende. Gezien de zionistische misdaden die dagelijks via de TV mijn woonkamer binnenkomen, kan ik weinig begrip voor dit argument opbrengen. Laat ik een vergelijking met een overeenkomstige situatie maken. Als ik een boek had geschreven over de racistische misdaden tijdens de apartheid in Zuid-Afrika, had ik er dan ook niet vanuit mogen gaan dat apartheid verderfelijk is? Had ik dan eerste de goede kanten de apartheid moeten noemen? Die zijn er niet en hetzelfde geldt voor het zionisme, dat zich in tal van opzichten met de apartheid in Zuid-Afrika laat vergelijken. Dit is het zoveelste signaal dat er aparte regels in Nederland gelden als het over Israël gaat en dat is nu precies één van de zaken die ik met mijn boek aan wil tonen. Dat is hard nodig, zeker nu blijkt dat het meten met twee maten over het zionisme zich tot de pro-Palestijnse beweging uitstrekt.
Een geleidelijk aanpak is een luxe waar momenteel geen ruimte voor bestaat. Het radicaal openbreken van de huidige consensus over het zionisme is nodig omdat voor alles de tijd dringt. Het koloniseringproces van de bezette gebieden heeft ondertussen zulke vormen aangenomen dat een Palestijnse staat met de dag minder haalbaar wordt. Het zal daardoor niet lang meer duren voordat een tweestaten-oplossing per definitie uitgesloten is. Daarmee dreigen slechts twee opties over te blijven. De eerste is een transfer van Palestijnen uit de bezette gebieden naar andere landen, zoals Jordanië. Het behoeft geen betoog dat dit concept vooral binnen rechts zionistische kringen populair is. Een dergelijk scenario is immers volledig in lijn met de zionistische ideologie, Maar tegelijkertijd zou het voor de Palestijnen een humanitaire ramp van ongekende omvang teweeg brengen.
De andere mogelijkheid is het ideaal waar ik met veel van de in mijn boek genoemde antizionisten naar streef: de vestiging van een seculiere democratie met volledige rechten voor alle inwoners, dus ook voor Palestijnen. Het voornaamste bezwaar voor zionisten is dat Israël aldus zijn joodse karakter kwijt zou raken. Dat is onzin, want een joods karakter valt sowieso niet uit Israël weg te denken. Maar tegelijkertijd kent dit bijzondere land een islamitisch en christelijk karakter. Dat hoeft geen probleem te zijn, want een seculiere democratie kan het karakter van meerdere religies uitstralen. Zo is Nederland van huis uit zowel protestants als katholiek van karakter. Maar tegelijkertijd is het een seculiere democratie waar ook anderen gelijke rechten hebben.
Ik kan me voorstellen dat velen de optie van een seculiere democratie in Israël onder de huidige omstandigheden onrealistisch noemen. Maar wie in plaats daarvan een tweestaten-concept als oplossing beschouwt, loopt achter de feiten aan. Het Palestijnse Gezag gelooft nauwelijks meer dat er een Palestijnse staat zal komen. Uit politieke overwegingen geeft men daar niet veel ruchtbaarheid aan, omdat er vrees bestaat voor een conflict met de vredesactivisten in Europa waar de tweestaten-oplossing door een gebrek aan inzicht nog hoog in het vaandel staat.
Ondertussen kan ik me de angst onder de Palestijnen goed voorstellen, want terwijl Europa zich fixeert op een langzamerhand onmogelijk traject, neemt de dreiging van transfer met de dag toe. Zeker in het licht van de op handen zijnde aanval van de VS op Irak. Want alom bestaat de vrees dat Sharon van de gelegenheid gebruik zal maken om de Palestijnen massaal te verdrijven. Aan de consequenties daarvan wil ik niet denken. Niet wat betreft de Palestijnen, maar ook niet wat betreft de wereldvrede.

Hoe kijk je terug op het optreden van Jan Marijnissen bij Barend en Van Dorp?

Dat was natuurlijk geen verheffende vertoning. Van Barend en Van Dorp verwachtte ik niet anders, ik had mijn werk niet goed gedaan als ik van hen een positieve reactie had gekregen. Maar de manier waarop Marijnissen de belangen van zijn partij beschermde door Karel Glastra van Loon en mij zonder enige gelegenheid tot verdediging te laten vallen, is zonder meer beschamend. Maar laat ik daar niet bij stil staan. Belangrijker is dat een debat ontstaat over de haalbaarheid van een Palestijnse staat, zodat vervolgens overwogen kan worden of er nog alternatieven zijn om aan het schrikbeeld van transfer te ontkomen. Ik hoop dat mijn boek er ondanks alles toe bijdraagt dat dit thema bespreekbaar wordt in de Nederlandse politiek. Met de verkiezingen voor de deur ziet dat er de komende tijd niet naar uit, want de opstelling van Jan Marijnissen laat zien aan dat Israël onder deze omstandigheden taboe is voor de politiek. Misschien kan het na de verkiezingen wel. Hopelijk is het dan niet te laat. Want tijd is, met een Amerikaanse aanval op Irak in het verschiet, momenteel de belangrijkste factor.

Simon
05-02-03, 21:51
Er zijn overigens veel paralellen met het debat rond Hirshi Ali als je onderstaande leest. Zij vindt immers ook dat de bronnen zelf in sterke mate de bron van een aantal misstanden zijn.

Simon

Recensie van Peter Zegers, Marcel Poorthuis en Theo Salemink

Peter Edel
De schaduw van de ster. Zionisme en antizionisme.
EPO, Berchem 2002, 327 pp.
We zullen het er snel over eens zijn dat de huidige politiek van Israël volop bediscussieerd mag en moet worden. Ook is het duidelijk dat de beschuldiging van antisemitisme elke politieke discussie doodslaat en daarom wel heel terughoudend gebezigd moet worden. Maar terughoudendheid betekent niet: de ogen sluiten voor wat evident uit troebele bron is geput. Dat is het geval met het boek van Peter Edel, De schaduw van de ster. Weinigen zullen van de schrijver gehoord hebben. Tot nu toe schreef hij alleen voor de linkse actiebladen Ravage (Amsterdam) en Kleintje Muurkrant (Den Bosch). Zijn debuutartikel in 1996 leverde nogal wat opschudding op vanwege antisemitische tendensen. Zo was volgens hem de 'joodse elite' zelf verantwoordelijk voor het aan de macht brengen van Hitler en heeft het jodendom bijgevolg de Holocaust aan zichzelf te wijten. Deze volgens hem 'objectieve geschiedschrijving' kon hij de laatste tijd ook slijten aan pro- Palestijnse media. En nu is het allemaal op een nog hoger plan getild door het verschijnen van zijn boek bij de Belgische extreem-linkse uitgeverij EPO. Voor Nederland is er de extra pikantheid dat Karel Glastra van Loon, schrijver en lid van de Socialistische Partij een lovend voorwoord schreef.

Peter Edel wil zich inzetten voor nobele humanistische en democratische waarden, maar maakt hierbij 'zionisme' en joodse religie tot exclusieve vijanden van deze waarden. Het jodendom zou al eeuwen lang bezig zijn met een samenzwering om de wereldmacht naar zich toe te trekken. De Talmoed is volgens Edel de bakermat van deze agressieve joodse drang. Dit alles heeft natuurlijk niets te maken met feitelijke geschiedenis, maar is een bekend element uit antisemitische propaganda. Die eeuwenoude propaganda kent zowel een ultrarechtse als een extreemlinkse variant! Edel gaat nog verder: er zou ook nog een samenzwering zijn van wetenschappers, historici en theologen die proberen de ware funeste aard van het jodendom te verdoezelen. Hierdoor zouden niet-joden er van worden weerhouden door te dringen tot de ware aard van jodendom en zionisme. De kern van beide vormt volgens Edel namelijk de gedachte dat de joden een superieur ras zouden vormen. Dit racisme vindt volgens Edel zijn oorsprong in de joodse religieuze geschriften zelf. Hiermee is de kring rond in een mechanisme dat psychologen 'blaming the victim' noemen: het jodendom is geen slachtoffer van racisme, maar is zelf racistisch!

Een legitiem links debat over de politiek van de staat Israël en het zionisme als politieke beweging raakt zo verweven met een oud Europees antisemitisch betoog. Fragmenten van een aantal mythes, die diep terugreiken in de geschiedenis van Europa, worden geherinvesteerd voor een politiek debat over het Midden-Oosten en over de rol van supermacht Amerika.

Het gaat om een vijftal mythen:
Ten eerste: het Oude Testament, door Edel ook genoemd het klassieke judaïsme¹, dat een politieke Messias verwacht hetgeen de basis zou vormen voor een politiek streven van de joden naar macht, uitlopend op het zionisme. Het verwijt van een politiek messianisme is een belangrijke topos in het christelijk politieke antisemitisme van de 19e eeuw en begin van 20 eeuw.
Ten tweede: De Talmoed uit het rabbijnse jodendom zou een joodse superioriteit verkondigen en principieel xenofoob zijn. Dit sluit aan bij de mythe over het gevaar van de Talmoed, zoals die in het laatste kwart van de 19e eeuw door antisemieten als Drumont en vooral Rohling ontwikkeld is.
Ten derde: de rabbijnen, een machtige en op macht beluste joodse elite, zou de superioriteit van een joods ras prediken en een hervorming van het jodendom van binnenuit tegenhouden.
Ten vierde: Edel schrijft aan de mystieke stroming van de kabbala heeft een geheimzinnige invloed toe in de geschiedenis van het jodendom. Ze zou het politieke machtsstreven van de zionisten gevoed hebben. Door nevenschikking suggereert Edel dat er een verband bestaat tussen joodse kabbala en interesse voor kabbala in arische kringen.
Ten vijfde: het politieke streven naar zelfbestuur en staatsvorming door het joodse volk, legitiem of niet, duidt Edel om tot een raciaal projekt. De gelijkstelling van zionisme met racisme en nationaal-socialisme heeft wortels in de jaren dertig, met name in de kring van orthodoxe katholieke kringen, maar is in de jaren zestig en zeventig rond de zesdaagse oorlog en de Jom Kippoer-oorlog door linkse auteurs als slogan ontwikkeld. Het Palestina-komitee in Nederland sprak in deze zin. Het opmerkelijke aan de techniek van deze ideologische beeldvorming is dat causale argumentatie vervangen wordt door een argumentatie volgens analogie en associatie die kennelijk ten doel heeft de last van de jodenvervolging uit het geweten te bannen.

Vrijwel alle verwijzingen die Edel aan het werk van serieuze historici ontleent zijn gemanipuleerd. In de meest extreme gevallen staat er zelfs het tegendeel van wat Edel daar meende te hebben gelezen. Maar zelfs dan bleek het materiaal nog niet alles op te leveren wat zijn onwankelbare idée fixe bevestigde. Daarom haalt hij extreem-rechts bronnenmateriaal aan om te 'bewijzen' dat joodse organisaties in de V.S. neo-nazistische groeperingen er toe aanzetten om aanslagen tegen joodse doelen te plegen. Dit volgens hem om toch vooral maar de psychose van vermeend antisemitisme levend te houden. Dat is goed voor het ophalen van donaties en bovendien levert het goodwill op voor Israël. Dat is volgens Edel de cynische redenering van deze joodse organisaties.

Uit angst om voor antisemiet uitgemaakt te worden, deinzen historici er volgens Edel voor terug de betrokkenheid van zionisten bij de Holocaust uit de doeken te doen. Maar behalve dat zionisten zelf medeplichtig zouden zijn aan de vernietiging van zes miljoen joden, bestaan zij het om er ook nog een lonende onderneming van te maken, aldus Edel. Met grote sommen chantagegeld nemen deze zionisten geen genoegen, ook straffeloosheid voor het misdadige regime in Israël is wat zionisten de wereld volgens de waanvoorstellingen van Edel opdringen. Volgens hem zijn de zionisten de vijanden van de mensheid. Hoe antiracistisch Edel zich ook voordoet, het valt toch op dat hij bij voorkeur joodse auteurs citeert. Een werkwijze die niets ten gunste van Edel uitzegt, maar vanouds door antisemitische auteurs wordt gebruikt.

De oplossing van Edel bestaat uit een nogal verouderde en vage slogan: assimilatie. Joden moeten volgens hem afzien van elke vorm van eigen identiteit. Ook hier wreekt zich het geringe historische besef van de Amsterdamse kunstenaar. Juist in landen als Duitsland en Oostenrijk waren de meeste joden perfect geassimileerd. Zoals bekend leidde dat toen echter tot de Holocaust en geenszins tot het verdwijnen van het antisemitisme. Onder het mom van antizionisme worden aloude antisemitische stereotiepen opnieuw tot leven gewekt. Antizionisme is inderdaad niet altijd hetzelfde als antisemitisme, maar de grenzen tussen beide zijn vloeiend en er is weinig voor nodig om van het een in het ander terecht te komen. Het boek van Peter Edel is daar een sprekend voorbeeld van. Dat de politiek van de staat Israël bekritiseerd moet worden, daar zijn we het hartgrondig mee eens. Maar dat het antisemitisme de schuld is van die politiek, wijzen we ten sterkste af. Antisemitisme kent geen enkele rechtvaardiging.
De strijd voor de legitieme rechten van Palestijnen is nooit gebaat geweest met aanleunen tegen ranzige antisemitische publicaties. Edel heeft met zijn boek de Palestijnse zaak dan ook een slechte dienst bewezen. Dat Glastra van Loon meent dat dit 'pijnlijke boek' de oplossing van het midden Oostenconflict naderbij brengt, geeft wel aan hoe weinig besef deze schrijver van geschiedenis en politiek heeft. Het boek is pijnlijk, maar wel heel anders dan hij bedoelde.

Peter Zegers (1965) is freelance-journalist en bezig met een onderzoek naar antisemitische samenzweringstheorieën.
Marcel Poorthuis (1955) en Theo Salemink (1946) schrijven in het kader van het onderzoeksproject Relatie Jodendom Christendom de geschiedenis van katholieke beeldvorming van joden in Nederland. Ze zijn als onderzoekers verbonden aan de Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht

Shaheed
06-02-03, 13:46
En ja hoor weer een bewijs dat de joden lange tenen hebben, je hoeft maar kritiek te uiten op Israel en je wordt uitgemaakt voor anti-semiet.