Marsipulami
06-03-03, 23:48
Britten hielpen Saddam aan mosterdgasfabriek
LONDEN -- Groot-Brittannië heeft in 1985, achter de rug van de VS om, in Irak een chemische fabriek gebouwd, ook al wist de toenmalige regering Thatcher dat Saddam er mosterdgas en zenuwgas zou produceren. Het was diezelfde fabriek die in het recente VN-pleidooi van VS-minister Colin Powell aangewezen werd als een reden waarom een Irakoorlog nodig is.
Britain's dirty secret (Groot-Brittannië's vuil geheim). Met die kop op de frontpagina openbaarde de Britse krant The Guardian gisteren het verhaal van de Falluja 2 -fabriek.
In 1985 was de Britse firma Uhde Ltd, dochter van het gelijknamige Duitse moederbedrijf, rechtstreeks betrokken bij de bouw van een chemische fabriek op zo'n 80 kilometer van Bagdad, vlakbij de luchtmachtbasis van Habbaniya. Het kostenplaatje: 20,5 miljoen euro.
Documenten waarop The Guardian beslag kon leggen, tonen aan dat de betrokken Britse ministers wisten dat de site, officieel bedoeld voor de productie van chlorine, gebruikt zou kunnen worden voor het aanmaken van mosterd- en zenuwgas.
Het was bekend dat Saddam tijdens de toen gevoerde oorlog tegen Iran chemische wapens inzette. Niettemin boden ministers van de toenmalige regering Thatcher de firma Uhde Ltd financiële ondersteuning onder de vorm van verzekeringsgaranties.
Verborgen
Paul Channon, de toenmalige Britse minister van Handel, hield het bestaan van de Falluja 2 -fabriek bewust verborgen voor de Amerikaanse regering, die in die periode aandrong op controles op dat soort export naar Irak. Channon gaf het ECGD-departement, dat de export-kredietgarantie moest regelen, ook het bevel om het hele dossier geheim te houden voor het publiek.
Uit de documenten die The Guardian kon inkijken, blijkt dat zowel het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken als Defensie ernstige bezwaren aantekenden tegen de ,,risicovolle'' operatie. Maar ,,in lijn met met de Thatcher-politiek van voorzichtige ondersteuning van het Iraakse regime'' dreef Channon de zaak toch door ,,om de andere Britse handelsvooruitzichten in Irak niet te schaden''.
De door Groot-Brittannië mee gefinancierde Falluja 2 -site werd in de Golfoorlog van '90-'91 door VS-bombardementen zo goed als vernield. Maar in het Amerikaanse Irak-dossier dat Colin Powell, de VS-minister van Buitenlandse Zaken, vorige maand voor de VN-Veiligheidsraad verdedigde, haalde hij Falluja 2 aan als bezwarende bewijslast tegen Saddam. Volgens Powell, die zich baseerde op satellietbeelden, was dat één van de chemische sites die door Irak was heropgebouwd met het oog op productie van nieuwe massavernietigingswapens.
De onthullingen van The Guardian komen ongelegen voor de huidige Britse regering van Tony Blair, die net als de VS, Saddam manu militari wil verdrijven omdat hij volgens hen niet voldoet aan de ontwapeningseisen opgelegd door diverse VN-resoluties.
07/03/2003
©Copyright The Guardian
LONDEN -- Groot-Brittannië heeft in 1985, achter de rug van de VS om, in Irak een chemische fabriek gebouwd, ook al wist de toenmalige regering Thatcher dat Saddam er mosterdgas en zenuwgas zou produceren. Het was diezelfde fabriek die in het recente VN-pleidooi van VS-minister Colin Powell aangewezen werd als een reden waarom een Irakoorlog nodig is.
Britain's dirty secret (Groot-Brittannië's vuil geheim). Met die kop op de frontpagina openbaarde de Britse krant The Guardian gisteren het verhaal van de Falluja 2 -fabriek.
In 1985 was de Britse firma Uhde Ltd, dochter van het gelijknamige Duitse moederbedrijf, rechtstreeks betrokken bij de bouw van een chemische fabriek op zo'n 80 kilometer van Bagdad, vlakbij de luchtmachtbasis van Habbaniya. Het kostenplaatje: 20,5 miljoen euro.
Documenten waarop The Guardian beslag kon leggen, tonen aan dat de betrokken Britse ministers wisten dat de site, officieel bedoeld voor de productie van chlorine, gebruikt zou kunnen worden voor het aanmaken van mosterd- en zenuwgas.
Het was bekend dat Saddam tijdens de toen gevoerde oorlog tegen Iran chemische wapens inzette. Niettemin boden ministers van de toenmalige regering Thatcher de firma Uhde Ltd financiële ondersteuning onder de vorm van verzekeringsgaranties.
Verborgen
Paul Channon, de toenmalige Britse minister van Handel, hield het bestaan van de Falluja 2 -fabriek bewust verborgen voor de Amerikaanse regering, die in die periode aandrong op controles op dat soort export naar Irak. Channon gaf het ECGD-departement, dat de export-kredietgarantie moest regelen, ook het bevel om het hele dossier geheim te houden voor het publiek.
Uit de documenten die The Guardian kon inkijken, blijkt dat zowel het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken als Defensie ernstige bezwaren aantekenden tegen de ,,risicovolle'' operatie. Maar ,,in lijn met met de Thatcher-politiek van voorzichtige ondersteuning van het Iraakse regime'' dreef Channon de zaak toch door ,,om de andere Britse handelsvooruitzichten in Irak niet te schaden''.
De door Groot-Brittannië mee gefinancierde Falluja 2 -site werd in de Golfoorlog van '90-'91 door VS-bombardementen zo goed als vernield. Maar in het Amerikaanse Irak-dossier dat Colin Powell, de VS-minister van Buitenlandse Zaken, vorige maand voor de VN-Veiligheidsraad verdedigde, haalde hij Falluja 2 aan als bezwarende bewijslast tegen Saddam. Volgens Powell, die zich baseerde op satellietbeelden, was dat één van de chemische sites die door Irak was heropgebouwd met het oog op productie van nieuwe massavernietigingswapens.
De onthullingen van The Guardian komen ongelegen voor de huidige Britse regering van Tony Blair, die net als de VS, Saddam manu militari wil verdrijven omdat hij volgens hen niet voldoet aan de ontwapeningseisen opgelegd door diverse VN-resoluties.
07/03/2003
©Copyright The Guardian