Grietje
16-06-03, 13:52
Deze dame heeft kort na 11/9 in een ruk een woedend pamflet
geschreven waarin ze van leer trekt tegen moslims en de vergoeilijkers van moslimgeweld. Ik had er destijds een stuk van gelezen en ben geschrokken van de agressie die uit de tekst spreekt. Hieronder vind je een korte beschrijving van haar persoon en daarna een stuk uit het pamflet dat de titel "De kwaadheid en de trots" kreeg.
De 71-jarige Fallaci, beroemd geworden door boeken als Insjallah over de burgeroorlog in Libanon en Interview met de geschiedenis, waarin ze met Arafat spreekt, is goed ingevoerd in de Arabische cultuur. (Ze interviewde ook Ayatollah Khomeini toen die nog in ballingschap leefde in Frankrijk. Grietje)
Ze woont een groot deel van het jaar in Manhattan, waar ze getuige was van de aanslagen op de Twin Towers. In haar brief trekt ze van leer tegen de daders, maar ook tegen andere moslims die naar het Westen zijn geëmigreerd en beter zouden moeten beseffen dat ze te gast zijn. ''Ik ga toch ook niet voor het graf van Mohammed een weesgegroetje bidden.''
De brief uit New York wordt opgenomen in een nieuw boek van Fallaci, het eerste sinds tien jaar.
"Ik vind het een schande dat er in Italië betoogd wordt voor individuen gekleed als kamikazes die schandalige beledigingen uiten jegens Israël, fotos hanterend van Israëlische bewindslieden met een swastika op hun voorhoofd, en die aanzetten tot haat tegen de Joden. En die hun eigen moeder zouden verkopen om weer eens de Joden te zien in concentratiekampen, in de gaskamers, in de crematie ovens van Dachau, Mauthausen, Buchenwald en Bergen-Belsen.
Ik vind het een schande dat de Katholieke Kerk een bisschop, die in het Vaticaan logeert, een soort valse kleine (schijn?)heilige die in Jeruzalem betrapt werd met een arsenaal wapens en springstoffen verborgen in geheime bergplaatsen van zijn mooie Mercedes, toelaat deel te nemen aan deze betogingen en via luidsprekers de kamikazes in naam van God te bedanken voor het afslachten van Joden in pizzerias en supermarkten. En die daarover spreekt als martelaars die de dood ingaan zoals men naar een feestje gaat.
Ik vind het een schande dat men in Frankrijk Synagogen verbrandt, dat men er Joden terroriseert, dat men hun begraafplaatsen profaneert, in het Frankrijk van de leuze Liberté-Egalité-Fraternité. Ik vind het een schande dat in Nederland, in Duitsland en Denemarken, de jongeren de keffieh dragen zoals de avantgardisten van Mussolini de insignes van het fascisme droegen. Ik vind het een schande dat in bijna alle Europese universiteiten de Palestijnse studenten de plak zwaaien en het antisemitisme voeden. Dat men in Zwitserland heeft gevraagd om aan Shimon Peres de Nobelprijs, door hem ontvangen in 1994 te ontnemen, om deze exclusief te behouden voor de duif met olijftak die Arafat zou zijn. Ik vind het een schande dat de uitmuntende leden van de Nobelprijs Commissie, voor wie de verdienste het zou moeten halen tegenover politieke kleur, deze vraag helemaal in aanmerking hebben kunnen nemen om maar zelfs even te veronderstellen daarop te willen antwoorden. Naar de duivel met de Nobelprijs en eer aan wie die niet ontvangt !
Ik vind het een schande dat de staatstelevisies in Italië, bijdragen tot het antisemitisme door te treuren over de Palestijnse doden en door te zwijgen over de Israëlische doden, waarover zij dikwijls amper op expeditieve wijze spreken. Ik vind het een schande dat de televisies in hun debatten zoveel schooiers met tulband en keffieh uitnodigen, juist van diegenen die zich hebben verheugd over de aanslagen van 11 september en die zich vandaag verheugen over de bloedige moordpartijen in Jerusalem, Haïfa, Netanya en Tel Aviv. Ik vind het een schande dat de geschreven pers juist hetzelfde doet, en dat deze zich verontwaardigt bij het zien van de omsingeling van de Geboorte Kerk door Israëlische tanks, terwijl deze zich helemaal niet verontwaardigt over het feit dat tweehonderd Palestijnse terroristen, waaronder aanvoerders van Hamas en El Aqsa, gewapend, met munitiën en springstoffen, in deze kerk de ongewenste gasten zijn van de monniken (en dat zij uit de handen van de soldaten van deze tanks, flessen mineraalwater en honig aanvaarden). Ik vind het een schande dat een krant heeft kunnen schrijven dat er meer Israëlis sterven bij auto ongelukken (600 in één jaar) dan sinds het begin van de tweede Intifada (412).
Ik vind het een schande dat de Osservatore Romano, de krant van de Paus diezelfde Paus die, nog niet zo lang geleden een brief in de Klaagmuur heeft geplaatst, vergiffenis vragend aan de Joden juist dit volk van uitroeiing beschuldigt, het volk dat de Christenen bij miljoenen hebben uitgeroeid. En de Europeanen ook. Ik vind het een schande dat deze krant aan de overlevenden van dat volk (waaronder velen nog een getatoeëerd nummer op hun arm dragen) het recht ontkent om te reageren, om zich te verdedigen, om zich niet alweer te laten afslachten. Ik vind het een schande dat de priesters van onze parochies en van onze sociale centra flirten met de moordenaars van diegenen die geen pizza meer kunnen gaan eten in Jeruzalem noch inkopen kunnen gaan doen zonder het risico te lopen om te ontploffen, en dit alles in de naam van Jezus Christus (een Jood, zonder wie zij vandaag de dag allemaal werkloos hadden geweest). Ik vind het een schande dat ze zich scharen achter diegenen die het terrorisme hebben gelanceerd, de dood zaaiend in vliegtuigen, op luchthavens, op de Olympische Spelen, en die westerse journalisten met grote vreugde vermoorden. Hen fusilleren, hen verminken, hen onthoofden. (Sinds ik Woede en Hoogmoed heb uitgegeven, ken ik er een in Italië die graag evenveel met mij zou willen doen. Die, met behulp van citaten uit de Koran, zijn broeders in de moskeeën en in de islamitische gemeenschappen aanspoort mij te bestraffen in naam van Allah. Mij te vermoorden. En zelfs met mij te sterven. Wetende dat het iemand is die de engelse taal goed kent, antwoord ik hem in het engels : "Fuck you").
Ik vind het een schande dat bijna geheel links vandaag de bijdrage van de Joden vergeet in de antifascistische strijd (twintig jaar geleden heeft hetzelfde links toegestaan dat een syndicale betoging een doodskist neerlegde, mafieuse verwittiging, voor de synagoge van Rome). Dat ze Carlo en Nello Rossi vergeet, bijvoorbeeld, en Leone Ginzburg, Umberto Terracini, Leo Valiani, Emilio Sereni, en vrouwen zoals mijn vriendin Anna Maria Enriquez Agnoletti, gefusilleerd te Florence op 12 juni 1944, en de 75 van de 335 die vermoord werden in de Adriatische Grachten en al de anderen die werden doodgemarteld, omgekomen in de strijd of voor de executiepelotons (vrienden en meesters uit mijn kinder-en tienerjaren). Ik vind het ook een schande dat door toedoen van links en vooral door toedoen van links, de Joden weer bang zijn in de steden van Italië hetzelfde links dat haar congressen opent met applaus voor de PLO-vertegenwoordiger in Italië, de aanvoerder van de Palestijnen die de vernietiging van Israël nastreven. En in de steden van Frankrijk, Nederland, Duitsland en Denemarken. Ik vind het een schande dat ze beven bij het zien van die defilerende schooiers gekleed als kamikazes, zoals ze beefden in Berlijn tijdens de Kristal Nacht, waarmee Hitler de jacht op de Joden opende.
Ik vind het een schande dat het woord vrede in beslag wordt genomen door diegenen die de mode volgen van het Politiek Correcte, deze domme, gemene, oneerlijke mode, waarvan de opportunisten en de parasieten profiteren. Dat ze met dit woord vrede, voortaan meer gedevalueerd dan de woorden van liefde en menselijkheid, haat en beestachtigheid kunnen verontschuldigen, maar dan van één enkele kant. Dat in naam van het pacifisme of beter gezegd het conformisme diegenen die nog niet zo lang geleden de voeten van Pol Pot likten, vandaag zoveel slecht geïnformeerde en geïntimideerde mensen meeslepen. Door hen te bederven, door hen een halve eeuw te doen achteruitgaan, naar het tijdperk van de gele ster. Deze charlatans die even weinig geven om de Palestijnen als ikzelf om hen geef, t is te zeggen helemaal niet.
Ik vind het een schande dat zoveel Italianen en zoveel Europeanen mijnheer Arafat als vaandeldrager hebben genomen. Deze onbenul die de Mussolinis uithangt dankzij de centen die hij krijgt van de Saoedische koninklijke familie; deze megalomaan die denkt in de herinnering van het nageslacht te kunnen voortleven als de George Washington van Palestina. Deze ongeletterde die, toen ik hem destijds interviewde, zelfs niet in staat was een volledige zin te bouwen laat staan een gearticuleerde toespraak te brengen. (Dermate dat ik, om het interview te kunnen publiceren, noodgedwongen alles zelf moest samenstellen en alles zelf schrijven; ik was daardoor tot de conclusie gekomen dat, met hem vergeleken, Khadafi zou doorgaan als een genie). Deze soort valse krijger die steeds in uniform rondwandelt, zoals Pinochet, zonder zich ooit als burger te kleden, maar die nooit aan geen enkele strijd heeft deelgenomen. De oorlog, die laat hij voeren door de anderen, die heeft hij altijd door de anderen laten voeren. Het is te zeggen door al die arme kerels die in hem geloven. Deze soort van hoogdravende nietsnut, die door zijn rol van Staatshoofd voor te dragen, de akkoorden van Camp David en de mediatie van Clinton heeft doen kapseizen: "Nee-nee-nee-ik-wil-Jeruzalem-helemaal-voor-mij". Deze eeuwige leugenaar die enkel naar waarheid klinkt om Israëls bestaansrecht te ontkennen (dit zegt hij enkel in privé) en die zich om de vijf seconden tegenspreekt, zoals ik het vertel in mijn boek. Die altijd dubbelspel speelt en in staat is te liegen zelfs om u te zeggen hoe laat het is.
Onmogelijk om hem te vertrouwen. Nooit! Uiteindelijk zal hij u steeds verraden. Deze eeuwige terrorist die alleen de terrorist kan uithangen, onbezorgd vanuit zijn schuilplaats en die, in de jaren zestig, toen ik zijn interview had afgenomen, de terroristen van de bende van Baader-Meinhof trainde. En samen met hen, jongens van 10 jaar. Arme kinderen. Vandaag traint hij ze om kamikaze te spelen. Een honderdtal babykamikazes zijn in de maak. Een honderdtal! Deze windhaan die zijn vrouw in Parijs achterhoudt, bediend en opgehemeld als een koningin, en die zijn volk achterhoudt in de shit. Hij haalt hen uit de shit om hen de dood in te jagen, om te doden en gedood te worden, zoals die jongeren van achttien jaar die zich, om de mannen te evenaren, met springstoffen moeten tooien en die zich laten verpulveren samen met hun slachtoffers. En nochtans houden veel Italianen van hem, echt. Zoals ze Mussolini liefhadden. En ook vele andere Europeanen.
Ik vind het een schande en ik zie daarin de geboorte van een nieuw fascisme, een nieuw nazisme. Een fascisme en een nazisme des te meer verderfelijk en walgelijk omdat deze verspreid zijn onder mensen die de heilige ziel spelen, de progressisten, de communisten, de pacifisten, de katholieken en de christenen in het algemeen, die het lef hebben om diegenen die zoals ik, luidkeels de waarheid schreeuwen, als oorlogshitsers uit te maken. Ik weet het, en ziehier wat ik te zeggen heb. Ikzelf ben nooit zacht geweest voor die tragische en shakespeariaanse Sharon (die mij tijdens een interview in 1982 met een zekere droefheid zei : "ik weet wel dat u mij bent komen opzoeken om mijn scalp aan uw verzameling toe te voegen"). Ik heb in het verleden dikwijls ruzie gemaakt met de Israëlis en de Palestijnen verdedigd. Misschien zelfs meer dan ze het verdienden. Maar ik sta aan de kant van Israël, ik sta aan de kant van de Joden. Ik sta aan hun kant zoals ik dat deed toen ik jong was en toen samen met hen vocht, en toen de Anne-Laries gefusilleerd stierven. Ik verdedig hun recht om te bestaan, om zich te verdedigen, om zich geen tweede keer te laten uitroeien. Ik walg van het antisemitisme van al deze Italianen en deze Europeanen, en ik schaam me om deze schande die mijn land en Europa onteert. Een hoop Poncius Pilatussen, géén gemeenschap van Staten. En zelfs als al de bewoners van deze planeet anders denken, dit is hetgeen ik zal blijven denken.
geschreven waarin ze van leer trekt tegen moslims en de vergoeilijkers van moslimgeweld. Ik had er destijds een stuk van gelezen en ben geschrokken van de agressie die uit de tekst spreekt. Hieronder vind je een korte beschrijving van haar persoon en daarna een stuk uit het pamflet dat de titel "De kwaadheid en de trots" kreeg.
De 71-jarige Fallaci, beroemd geworden door boeken als Insjallah over de burgeroorlog in Libanon en Interview met de geschiedenis, waarin ze met Arafat spreekt, is goed ingevoerd in de Arabische cultuur. (Ze interviewde ook Ayatollah Khomeini toen die nog in ballingschap leefde in Frankrijk. Grietje)
Ze woont een groot deel van het jaar in Manhattan, waar ze getuige was van de aanslagen op de Twin Towers. In haar brief trekt ze van leer tegen de daders, maar ook tegen andere moslims die naar het Westen zijn geëmigreerd en beter zouden moeten beseffen dat ze te gast zijn. ''Ik ga toch ook niet voor het graf van Mohammed een weesgegroetje bidden.''
De brief uit New York wordt opgenomen in een nieuw boek van Fallaci, het eerste sinds tien jaar.
"Ik vind het een schande dat er in Italië betoogd wordt voor individuen gekleed als kamikazes die schandalige beledigingen uiten jegens Israël, fotos hanterend van Israëlische bewindslieden met een swastika op hun voorhoofd, en die aanzetten tot haat tegen de Joden. En die hun eigen moeder zouden verkopen om weer eens de Joden te zien in concentratiekampen, in de gaskamers, in de crematie ovens van Dachau, Mauthausen, Buchenwald en Bergen-Belsen.
Ik vind het een schande dat de Katholieke Kerk een bisschop, die in het Vaticaan logeert, een soort valse kleine (schijn?)heilige die in Jeruzalem betrapt werd met een arsenaal wapens en springstoffen verborgen in geheime bergplaatsen van zijn mooie Mercedes, toelaat deel te nemen aan deze betogingen en via luidsprekers de kamikazes in naam van God te bedanken voor het afslachten van Joden in pizzerias en supermarkten. En die daarover spreekt als martelaars die de dood ingaan zoals men naar een feestje gaat.
Ik vind het een schande dat men in Frankrijk Synagogen verbrandt, dat men er Joden terroriseert, dat men hun begraafplaatsen profaneert, in het Frankrijk van de leuze Liberté-Egalité-Fraternité. Ik vind het een schande dat in Nederland, in Duitsland en Denemarken, de jongeren de keffieh dragen zoals de avantgardisten van Mussolini de insignes van het fascisme droegen. Ik vind het een schande dat in bijna alle Europese universiteiten de Palestijnse studenten de plak zwaaien en het antisemitisme voeden. Dat men in Zwitserland heeft gevraagd om aan Shimon Peres de Nobelprijs, door hem ontvangen in 1994 te ontnemen, om deze exclusief te behouden voor de duif met olijftak die Arafat zou zijn. Ik vind het een schande dat de uitmuntende leden van de Nobelprijs Commissie, voor wie de verdienste het zou moeten halen tegenover politieke kleur, deze vraag helemaal in aanmerking hebben kunnen nemen om maar zelfs even te veronderstellen daarop te willen antwoorden. Naar de duivel met de Nobelprijs en eer aan wie die niet ontvangt !
Ik vind het een schande dat de staatstelevisies in Italië, bijdragen tot het antisemitisme door te treuren over de Palestijnse doden en door te zwijgen over de Israëlische doden, waarover zij dikwijls amper op expeditieve wijze spreken. Ik vind het een schande dat de televisies in hun debatten zoveel schooiers met tulband en keffieh uitnodigen, juist van diegenen die zich hebben verheugd over de aanslagen van 11 september en die zich vandaag verheugen over de bloedige moordpartijen in Jerusalem, Haïfa, Netanya en Tel Aviv. Ik vind het een schande dat de geschreven pers juist hetzelfde doet, en dat deze zich verontwaardigt bij het zien van de omsingeling van de Geboorte Kerk door Israëlische tanks, terwijl deze zich helemaal niet verontwaardigt over het feit dat tweehonderd Palestijnse terroristen, waaronder aanvoerders van Hamas en El Aqsa, gewapend, met munitiën en springstoffen, in deze kerk de ongewenste gasten zijn van de monniken (en dat zij uit de handen van de soldaten van deze tanks, flessen mineraalwater en honig aanvaarden). Ik vind het een schande dat een krant heeft kunnen schrijven dat er meer Israëlis sterven bij auto ongelukken (600 in één jaar) dan sinds het begin van de tweede Intifada (412).
Ik vind het een schande dat de Osservatore Romano, de krant van de Paus diezelfde Paus die, nog niet zo lang geleden een brief in de Klaagmuur heeft geplaatst, vergiffenis vragend aan de Joden juist dit volk van uitroeiing beschuldigt, het volk dat de Christenen bij miljoenen hebben uitgeroeid. En de Europeanen ook. Ik vind het een schande dat deze krant aan de overlevenden van dat volk (waaronder velen nog een getatoeëerd nummer op hun arm dragen) het recht ontkent om te reageren, om zich te verdedigen, om zich niet alweer te laten afslachten. Ik vind het een schande dat de priesters van onze parochies en van onze sociale centra flirten met de moordenaars van diegenen die geen pizza meer kunnen gaan eten in Jeruzalem noch inkopen kunnen gaan doen zonder het risico te lopen om te ontploffen, en dit alles in de naam van Jezus Christus (een Jood, zonder wie zij vandaag de dag allemaal werkloos hadden geweest). Ik vind het een schande dat ze zich scharen achter diegenen die het terrorisme hebben gelanceerd, de dood zaaiend in vliegtuigen, op luchthavens, op de Olympische Spelen, en die westerse journalisten met grote vreugde vermoorden. Hen fusilleren, hen verminken, hen onthoofden. (Sinds ik Woede en Hoogmoed heb uitgegeven, ken ik er een in Italië die graag evenveel met mij zou willen doen. Die, met behulp van citaten uit de Koran, zijn broeders in de moskeeën en in de islamitische gemeenschappen aanspoort mij te bestraffen in naam van Allah. Mij te vermoorden. En zelfs met mij te sterven. Wetende dat het iemand is die de engelse taal goed kent, antwoord ik hem in het engels : "Fuck you").
Ik vind het een schande dat bijna geheel links vandaag de bijdrage van de Joden vergeet in de antifascistische strijd (twintig jaar geleden heeft hetzelfde links toegestaan dat een syndicale betoging een doodskist neerlegde, mafieuse verwittiging, voor de synagoge van Rome). Dat ze Carlo en Nello Rossi vergeet, bijvoorbeeld, en Leone Ginzburg, Umberto Terracini, Leo Valiani, Emilio Sereni, en vrouwen zoals mijn vriendin Anna Maria Enriquez Agnoletti, gefusilleerd te Florence op 12 juni 1944, en de 75 van de 335 die vermoord werden in de Adriatische Grachten en al de anderen die werden doodgemarteld, omgekomen in de strijd of voor de executiepelotons (vrienden en meesters uit mijn kinder-en tienerjaren). Ik vind het ook een schande dat door toedoen van links en vooral door toedoen van links, de Joden weer bang zijn in de steden van Italië hetzelfde links dat haar congressen opent met applaus voor de PLO-vertegenwoordiger in Italië, de aanvoerder van de Palestijnen die de vernietiging van Israël nastreven. En in de steden van Frankrijk, Nederland, Duitsland en Denemarken. Ik vind het een schande dat ze beven bij het zien van die defilerende schooiers gekleed als kamikazes, zoals ze beefden in Berlijn tijdens de Kristal Nacht, waarmee Hitler de jacht op de Joden opende.
Ik vind het een schande dat het woord vrede in beslag wordt genomen door diegenen die de mode volgen van het Politiek Correcte, deze domme, gemene, oneerlijke mode, waarvan de opportunisten en de parasieten profiteren. Dat ze met dit woord vrede, voortaan meer gedevalueerd dan de woorden van liefde en menselijkheid, haat en beestachtigheid kunnen verontschuldigen, maar dan van één enkele kant. Dat in naam van het pacifisme of beter gezegd het conformisme diegenen die nog niet zo lang geleden de voeten van Pol Pot likten, vandaag zoveel slecht geïnformeerde en geïntimideerde mensen meeslepen. Door hen te bederven, door hen een halve eeuw te doen achteruitgaan, naar het tijdperk van de gele ster. Deze charlatans die even weinig geven om de Palestijnen als ikzelf om hen geef, t is te zeggen helemaal niet.
Ik vind het een schande dat zoveel Italianen en zoveel Europeanen mijnheer Arafat als vaandeldrager hebben genomen. Deze onbenul die de Mussolinis uithangt dankzij de centen die hij krijgt van de Saoedische koninklijke familie; deze megalomaan die denkt in de herinnering van het nageslacht te kunnen voortleven als de George Washington van Palestina. Deze ongeletterde die, toen ik hem destijds interviewde, zelfs niet in staat was een volledige zin te bouwen laat staan een gearticuleerde toespraak te brengen. (Dermate dat ik, om het interview te kunnen publiceren, noodgedwongen alles zelf moest samenstellen en alles zelf schrijven; ik was daardoor tot de conclusie gekomen dat, met hem vergeleken, Khadafi zou doorgaan als een genie). Deze soort valse krijger die steeds in uniform rondwandelt, zoals Pinochet, zonder zich ooit als burger te kleden, maar die nooit aan geen enkele strijd heeft deelgenomen. De oorlog, die laat hij voeren door de anderen, die heeft hij altijd door de anderen laten voeren. Het is te zeggen door al die arme kerels die in hem geloven. Deze soort van hoogdravende nietsnut, die door zijn rol van Staatshoofd voor te dragen, de akkoorden van Camp David en de mediatie van Clinton heeft doen kapseizen: "Nee-nee-nee-ik-wil-Jeruzalem-helemaal-voor-mij". Deze eeuwige leugenaar die enkel naar waarheid klinkt om Israëls bestaansrecht te ontkennen (dit zegt hij enkel in privé) en die zich om de vijf seconden tegenspreekt, zoals ik het vertel in mijn boek. Die altijd dubbelspel speelt en in staat is te liegen zelfs om u te zeggen hoe laat het is.
Onmogelijk om hem te vertrouwen. Nooit! Uiteindelijk zal hij u steeds verraden. Deze eeuwige terrorist die alleen de terrorist kan uithangen, onbezorgd vanuit zijn schuilplaats en die, in de jaren zestig, toen ik zijn interview had afgenomen, de terroristen van de bende van Baader-Meinhof trainde. En samen met hen, jongens van 10 jaar. Arme kinderen. Vandaag traint hij ze om kamikaze te spelen. Een honderdtal babykamikazes zijn in de maak. Een honderdtal! Deze windhaan die zijn vrouw in Parijs achterhoudt, bediend en opgehemeld als een koningin, en die zijn volk achterhoudt in de shit. Hij haalt hen uit de shit om hen de dood in te jagen, om te doden en gedood te worden, zoals die jongeren van achttien jaar die zich, om de mannen te evenaren, met springstoffen moeten tooien en die zich laten verpulveren samen met hun slachtoffers. En nochtans houden veel Italianen van hem, echt. Zoals ze Mussolini liefhadden. En ook vele andere Europeanen.
Ik vind het een schande en ik zie daarin de geboorte van een nieuw fascisme, een nieuw nazisme. Een fascisme en een nazisme des te meer verderfelijk en walgelijk omdat deze verspreid zijn onder mensen die de heilige ziel spelen, de progressisten, de communisten, de pacifisten, de katholieken en de christenen in het algemeen, die het lef hebben om diegenen die zoals ik, luidkeels de waarheid schreeuwen, als oorlogshitsers uit te maken. Ik weet het, en ziehier wat ik te zeggen heb. Ikzelf ben nooit zacht geweest voor die tragische en shakespeariaanse Sharon (die mij tijdens een interview in 1982 met een zekere droefheid zei : "ik weet wel dat u mij bent komen opzoeken om mijn scalp aan uw verzameling toe te voegen"). Ik heb in het verleden dikwijls ruzie gemaakt met de Israëlis en de Palestijnen verdedigd. Misschien zelfs meer dan ze het verdienden. Maar ik sta aan de kant van Israël, ik sta aan de kant van de Joden. Ik sta aan hun kant zoals ik dat deed toen ik jong was en toen samen met hen vocht, en toen de Anne-Laries gefusilleerd stierven. Ik verdedig hun recht om te bestaan, om zich te verdedigen, om zich geen tweede keer te laten uitroeien. Ik walg van het antisemitisme van al deze Italianen en deze Europeanen, en ik schaam me om deze schande die mijn land en Europa onteert. Een hoop Poncius Pilatussen, géén gemeenschap van Staten. En zelfs als al de bewoners van deze planeet anders denken, dit is hetgeen ik zal blijven denken.