PDA

Bekijk Volledige Versie : Interssante boek voor waarheidsgetrouwe Moslims



lpg4life
02-07-03, 10:36
Hieronder volgt een korte beschrijving van de auteur, Dr.Ahmad Ghorab.

Dit boek is een gepassioneerd verweer van de zaak van de Moslims en hun religie door een voormalig docent aan de 'King Saud University', in Saoedi- Arabië, wiens contract werd beeindigd vanwege zijn kritiek. Dit is een 'kruitvat' in ons tijdperk vol controverses.

Dr.Ahmad Ghorab is een Islam-geleerde. Hij is afgestudeerd aan de Universiteit van Cairo en heeft zijn Doctoraal in de Islamitsche filosofy behaald aan de Universiteit van Oxford. Hij doceerde aan verschillende universiteiten waaronder Oxford, Cairo, Kano(Nigeria), de Islamitische Universiteit van Constantijn (Algerië) en aan de Koning Saud Universiteit.

Tot zijn gepubliceerde werken in het Engels en Arabisch behoort ook een kritische uitgave en studie van een uniek manuscript over vergelijkende religies door de Moslim-filosoof Abu al-Hasan al-Amiri, 'de Islamitisch visie op het orientalisme', 'het menselijk character in het licht van de Qor'an', 'Islam en Wetenschap', 'de Moderne Islamitiche opleving', 'de Qor'anische uitleg en het Islamitisch begrip van Cultuur'.




"Subverting Islam" (Minerva Press, London), is een prijzenswaardig boek van Dr. Ahmad Ghorab, waarin hij Orientalisten ontmastkert en de rol die zij spelen in de pogingen tot het omverwerpen van Islam.

Dr. Ghorab's moed en recht- toe-recht-aan oprechtheid is bewonderingswaardig en een inspiratie voor waarheidsgetrouwe Moslims. Hij is er in geslaagd een belangrijk front in de huidige Euro-Amerikaanse kruistocht tegen de Islamitische beweging, te ontmaskeren; de vorming van een antie-moslim netwerk van instituten en geleerden onder het mom van 'Islam studie'.

Als ingewijde van de 'Islam studie', demonstreert Dr. Ghorab in zijn boek, hoe een nieuwe gedachtengang bij moslims wordt geintroduceert door het aantrekken van bereidwillige Moslim-geleerden en professoren, als Ja'afar Sheikh Idris, Yusuf al-Qaradawi, Abdullah en Akbar Ahmed, om maar enkele te noemen. Daarbij zijn Christelijke missionarissen en professoren, zoals Bischop Kenneth Cragg, pater Montgomery Watt en John Esposito, zoals Dr. Ghorab aantoont, ook altijd in de buurt om verschillende 'Islam studie' programma's te 'begeleiden'.

Dr. Ghorab stelt in zijn boek ook de rol van de Saudies aan de kaak,die dergelijke programma's financieren, zowel in de islamitische wereld als in verschillende Europese en Amerikaanse instituten. Het 'Centrum voor Islam studie' in Oxford is een van instituten die onder de loep wordt genomen, waar 'Islam studie' programma's lopen, daarnaast noemt hij ook andere instituten met soortgelijke programma's waaronder de Universiteit van Princeton.

Door in zijn boek mensen en plaatsen met naam en toe naam te vermelden, heeft Dr. Ghorab de Islamitische beweging een grote dienst bewezen. Moslims die het toetreden tot dergelijke instituten overwegen of overwegen bij deze geleerden te rade te gaan, zouden eerst Dr. Ghorab's boek goed moeten lezen.

Aanvullend aan Dr. Ghorab's boek, moeten en kunnen vele boeken worden geschreven over de talrijke 'Islam studie' programma's, binnen westerse academische instituten . Dit is vooral ook noodzakelijk, omdat sommige door Moslims bestuurde instellingen, als 'the Institute of Islamic Thought' in Malaysie, hun faculteiten bijna uitsluitend onttrekken aan westerse universiteiten.

De Columbia Universiteit in New York, voldoet aan de beschrijving die Dr. Ghorab in zijn boek geeft, van een instituut die een rol speelt in de poging tot het omverwerpen van Islam. Hoewel er niet perse een afdeling is voor Islam studie, is Islam toch de focus binnen de verschillende takken van de afdeling voor 'Middle East Languages and Cultures' (MELAC), Religie, Muziek,en Anthropologie, evenzo binnen het Midden Oosten instituut van de Universiteit. Hoewel het personeel hoofdzakelijk bestaat uit Joden en Christenen, zijn er, voor het gezicht, ook enkele Moslim-professoren. Hoewel de studenten-corps voor een derde uit Joden bestaat, promoveren sommige Moslim-studenten aan de Colombia universiteit en sommige in MELAC.
MELAC is echter vooral populair bij nieuwe of zwakke Moslims die hopen door er lessen te volgen hun r geloofsovertuiging te vergroten of zodoende meer te leren over hun religie en geschiedenis.

In MELAC zijn hoofdzakelijk taal programma's ondergebracht, en het biedt daarnaast ook Islam studies in zovere ze verband houden met de studie van klassieke schriften. Werkzaam op de faculteit zijn o.a. Maan Madina, Hamid Dabashi, George Saliba, and Jeanette Wakin.
Madina, een seculiere Arabische-nationalist en produkt van de Amerikaanse universiteit van Beiroet, die zijn Arabische taal lessen gebruikt om het bestuderen van de werken van onder andere Taha Husayn, Ali Abdul Raziq, and Michel Aflaq te promoten. (laatst genoemde is de stichter van de Ba'ath partij en was een mentor voor Saddam).
Madina is een begerig verzamelaar van Islamitische kunst, en geeft zo nu en dan cursussen in samenwerking met het 'New York Metropolitan Museum of Art'. Voor hem is Islam een overblijfsel van het Arabisch verleden dat of in het museum thuis hoort, of moet worden herzien door westerse geleerden.
Wakin geeft onderricht over Islamitisch schrift. Ofschoon ze al vele jaren doceert aan de Columbia Universiteit., heeft ze geen academische titel; haar academische legitimiteit ontleent ze aan het feit dat ze leerling is geweest van Joseph Schacht, de welbekende orientalist die getracht heeft de Sharia (Islamitische wetgeving) in discrediet te brengen met als argument dat het tijd-gebonden zou zijn en niet van toepassing is op, of zelfs irrelevant is voor een moderne gemeenschap. Wakin is aanhanger van een dergelijke overtuiging evenals van Schachts 'geweldige bijdrage' aan de Islam-studie, hij beweert namelijk dat hadieth's (overleveringen van de profeet Mohammed, vrede zij met hem) verzinsels en daarom onbetrouwbare bronnen zijn. Wakin's lessen, onder het mom van taal-studies, zijn zorgvuldige en gerichte aanvallen op de fundamenten van de Islamitische beschaving.

Vele studenten die taal-studies doen aan de Universiteit. van Columbia, doen dit als voor-opleiding voor de Israelische Mossad of de Amerikaanse geheime dienst (CIA). Amerikaanse studenten met matige resultaten, maar die toch een dergerlijke cariere ambieren, krijgen studie-beurzen om hun studie voort te zetten in plaatsen als de Amerikaanse Universiteit in Cairo of het Robert College in Turkeye.
Taal-studies vermomd als 'cultuur' wetenschap ten behoeve van de politiek, hieraan ontleent deze afdeling haar legitimiteit en is voortdurende financiering gegarandeerd.

MELAC biedt niet alleen taalstudies. George Saliba geeft les in Islam-wetenschap en onderschrijft de Hans Kung leerstellingen en daarbij worden boeken gehanteerd als John Burton's 'Collection of the Qur'an', welke een regelrechte aanval is op de waarde van de Qor'an als het woord van God.
Hamid Dabashi is een ontevreden Iranier die haat en vijandelijkheid koestert voor Imam Khomeini en verbitterd is over de Islamitische Revolutie in zijn land. Net zoals de anderen onderwijst hij Islamitiche literatuur en filosofie vanuit het gezichtspunt van de westerse traditie, zoals Dr. Ghorab ze kenschetst: 1) Ontkenning van de geldigheid van de openbaring; 2) Ontkenning van de betrouwbaarheid van Islamitische bronnen.; 3) Het weigeren om Islam anders te benaderen of voor te stellen, dan als object voor academische studie; 4) Ontwijken van elke vorm van persoonlijke binding met de Islam.
Op de Colombia behoren politieke studies met betrekking tot Islam, tot de taak van het Midden-Oosten instituut, welke onderdeel is van de de universiteits-school voor internationale betrekkingen en dat een recruten-oord is voor de CIA.
Aan dit instituut zijn orientalisten verbonden als Richard Bulliet evenals een aantal zionisten. Het heeft een echt belegerings mentaliteit als het gaat om de Islam en ze zijn er bezeten van het in discrediet brengen van Imam Khomeini en de Islamitische Revolutie.
In het verleden is het bestuurd door mensen asl Linda S. Walbridge, een Amerikaanse Baha'i geleerde, die gespecialiseerd is op het gebied van Moslims in de VS, en wiens echtgenoot ,eveneens een Baha'i geleerde , de editor is van de encyclopedie van het Baha'isme.

Men zou verwachten dat dergelijke studie-richtingen zouden zijn ondergebracht in afdelingen die als doel hebben het bestuderen van Islam en het midden-oosten. Hoewel de staf van de andere afdelingen in Colombia ook met dergelijke mensen is bezet. Bijvoorbeeld de afdeling voor Etnomusicologische studie, die wordt geleid door Dieter Christensen, die een lange en bedenkelijke staat van dienst heeft ten aanzien van het bestuderen van de Islamitische wereld, daarbij hoort ook zijn werk in Iran ten tijde van de beruchte Shah. Hij heeft tegenwoordig een magisch tapijt, dat hem sinds 1985 jaarlijks, op uitnodiging van de Sultan van Oman, Sultan Qaboos, naar Oman voert.
Sultan Qaboos huurt westerse geleerden om hem te adviseren over zijn cultureel beleid ten aanzien van de moslims in zijn land. Dieter Christensen is tevens de directeur van het Centrum voor Traditionele muziek in Muscat.

Tijdens zijn seminars in Colombia, stelt Christensen, die overigens geen woord Arabische spreekt, de Islam voor als een obstakel voor academisch onderzoek, hij beklaagt zich er vaak over hoe 'extreme' Omani moslims telkens, te lange onderbrekingen nemen om het gebed te doen, of hoe de vastenmaand Ramadaan zijn schema helemaal in de war gooit. Tegerlijkertijd pocht hij dan met veel vermaak hoe hij met 'moderne' Omanies bier drinkt . Hij is ook de editor van het jaarboek van traditionele muziek, welke zionisten en antie-moslim geleerden gebruiken om de Islam aan te vallen of moslim-culturen ter bekijks te zetten.
Christensen die naar alle waarschijnlijkheid banden heeft met de Amerikaanse, Duitse en Israelische geheimediensten, heeft ook een staat van dienst als consultant voor laatste-jaars studenten wiens onderzoeken in de Moslim-wereld of elders verbonden is met missionaire activiteiten.

De 'Muslim Student Association' (MSA) op de Colombia, is volgens Dr. Ghorab een schoolvoorbeeld van 'Islam-studies' in praktijk. In het begin van de jaren negentig, was diens directeur een Joodse bekeerling tot Islam ( die naar men zegt inmiddels weer terug is bekeerd.). Een voorbeeldige 'gematigde' Moslim, hij was een theologie student, een studie richting op de Colombia waarin de Islam wordt voorgesteld als een gewelddadige tegenstelling op het Boeddhisme, de religie van voorkeur op deze faculteit. Onder zijn leiding leek het wel of de campus-rabbie meer te zeggen had dan de Moslims. Om een voorbeeld te noemen; toen op een vrijdag de gebruikelijke ruimte waar djoemmah (het vrijdag-gebed in de moskee) werd gehouden weer eens dubbel gereserveerd bleek, stelden enkele moslims voor uit protest op de stoeprand te gaan bidden, omdat dit telkens voorkwam als een andere groep ook die ruimte nodig had. Na overleg met zijn rabbie, besloot de MSA-voorman te bemiddelen en regelde het zo, dat de moslims in een kerkerachtige kelder van de Campus kerk mochten bidden, ondanks dat de moslims de gebruikelijke ruimte ruimschoots van te voren hadden gereserveerd.

Zoals de vele hoofdstukken van het MSA, luistert die van de Colombia eveneens nauw naar de Saoedies. In 1992 toen de Saoediesche ambassadeur Bandar bin Sultan voorstelde om samen met de zionisten de uitzetting van de Joden en Moslims uit Spanje te herdenken, werden op het MSA-hoofdkantoor in Indiana al snel maatregelen getroffen om dit idee uit te voeren op alle bij hun aangesloten Campusses. Maar toen enkele Moslims studenten op de Colombia voorstelden om dan ook Dr. T. B. Irving ui te nodigen, een geleerde die gespecialiseerd is in Islamitisch-Spanje, protesteerden de Joodse studenten daartegen en beweerden ze dat Dr. Irving een 'extremist' en een 'antie-semiet' was, het laatste is trouwens een verzachtende uitdrukking voor iedereen die de suprioriteit van Israel in twijfel trekt.
Uiteindelijk heeft men dan toch van de herdenking afgezien omdat de Saoedies en de zionisten geen spreker konden vinden waar iedereen vrede mee zou hebben.

Deze en andere gebeurtenissen zouden vaak openbaar gemaakt moeten worden, Dr. Ghorab is er in geslaagd de banden en de dynamiek weer te geven die binnen de Islam-studie programma's aanwezig zijn. Dergelijke 'Islamstudie' praktijken, komen in verschillende organisaties voor, ook buiten de academische wereld. Ten aanzien hiervan, berust het ontmaskeren van dergelijke praktijken op de schouders van waarheidsgetrouwe Moslims die verbonden zijn aan dergelijke instituten en organisaties in hun omgeving.
Er moet nog veel werk worden verzet op dit terrein. Bijvoorbeeld, maar niet alleen in VS, de basis van wat Sayyied Qutb de 'Amerikaanse Islam' noemde. In de VS genieten mensen als John Esposito groot aanzien als Islam-geleerde, ook onder Moslim-organisaties. Maar zoals Dr. Ghorab in zijn boek aantoont, is Esposito (een rooms-katholieke priester) al sinds 1983 een welcome gast bij de Saoedies, toen hij voorstelde een intutuut voor Islam-studies op te richtten. Sindsdien heeft Sheikh Esposito ook zetel in de adviesraad van 'American Muslim Organizations', en sinds kort ook in het 'American Muslim Council', ten aanzien van het laatste deelt hij deze eer met andere 'Islam-studie' kopstukken waaronder Hassan Hathout en Ali Mazrui. De alomtegenwoordige Ja'afar Sheikh Idris, verschijnt ook op AMC gelegenheden.

Dr. Ghorab pleit er in zijn boek voor, dat er een onderzoek komt naar de banden tussen het AMC en de Saoedies en de 'officieele' Islam in plaatsen als Egypte evenals een onderzoek naar de relaties met Amerikaanse overheidsinstanties en bedrijven.
Het AMC is in 1990 opgericht, volgens Dr. Ghorab slechts twee maanden nadat bestuurslid Hathout een door de Saoediesch gesponserde conferentie had bijgewoond in Riyaad. De eerste AMC nieuwsbrief kwam uit in het najaar van 1990, in een tijd dat de Saoedies morele steun zochten bij Moslims voor de moordadige oorlog tegen Iraq om Amerikaanse olie .

lpg4life
02-07-03, 10:38
Een van de officieel gestelde doelen van het AMC is om ervoor te zorgen dat Moslims in de VS verwikkeld raken in de Amerikaanse partij-politiek, dit is ook een doel van de Amerikaanse regering, op advies van CIA-analisten en de RAND-cooperatie, zoals vermeld in een speciaal rapport aan het Amerikaanse ministerie van Defensie.
Oprichter van het AMC en bestuurslid Robert Crane, die tijdens zijn lange staat van dienst voor de Amerikaanse regering ook VS-ambassadeur is geweest in de Verenigde Arabisch Emiraten, is tevens een van de ideologen van het AMC.

Het AMC speelt ook een duidelijke rol in het aanmoedigen moslims te onderscheiden in 'gematigden ' en 'extremisten', ook een van praktijken van orientalisten, zoals ook blijkt uit hun commentaren op bijvoorbeeld Steve Emersons boek "Zionisten 'Jihaad ' tegen muslims" of de zogenaamde 'rechtszaak' tegen Sheikh Omar Abdel Rahman en andere Moslims in New York.

Dr. Ghorab geeft in zijn boek ook een methodische aanpak om systematisch de zogenaamde 'Islam-studie' programma's in het westen en in Moslim instituten te ontmaskeren . Hij brengt ze in verband met de voortdurende kruistocht van het westen tegen de Islam en toont daarbij aan dat dergelijke programma's en de orientalisten die daarbij betrokken zijn opereren in dienst van de 'taghoot' (tegenstanders van shari'ah).

Waarheidsgetrouwe Moslims kunnen en moeten naar manieren blijven zoeken om zijn initiatief voort te zetten en daarmee Insja-Allaah (met Allaah's wil) proberen te voorkomen dat een Islam anders dan naar het voorbeeld van profeet Mohammed (vrede zij met hem) steeds meer terrein wint.

"De Islam is door profeet Mohammed(vzmh) of door de sahaba's (metgezellen van de profeet) nooit gezien als als een object voor studie. De Islam is een levenswijze die we van Allah (swt) moeten toepassen in ons leven en de Qor'an is geen boek waar we ons toe moeten wenden omwille van kennis, dit is slechts een "neven-effect". De Qor'an is als een 'instructie-boek' waarin Allah (swt) ons aanwijzingen geeft hoe we omwille van Hem ons leven moeten inrichten." (Sayyed Qutb, milestones)

Een bedoein die alleen maar 'La illaha ila Allah' weet, maar er van overtuigd is, is een betere leermeerster, dan iemand die indrukwekkend veel kennis heeft over Islam, maar er toch niet van overtuigd is.

door Br. Rahhalah Haqq

rafiq
02-07-03, 17:20
Beste LPG 4 LiFE,


Leuk stukje.
Je hebt dat ook hier in Nederland.

Wiardi Beckman is een gerenommeerd instituut; dat betekend het wordt vaak genoemd lett; herhaaldelijk noemen.

Dat wij herhaaldelijk noemen (in de reclame weten wij dat herhaaldelijk noemen goed werkt) zijn gaan begrijpen als vermaard, goed bekend staan, een goede naam bij het publiek hebben ligt evenzeer aan ons dan aan het instituut of het product of het merk dat er voor zorgt dat zij herhaald genoemd worden.

Wat het instituut doet is wetenschappelijk bewijzen dat de socialisten die nu de dienst uitmaken gelijk hebben zoals de theologen bewezen dat de kerk gelijk had.

Waarom denk jij dat ik zo voor de scheiding van wetenschappen en staat ben?