Marsipulami
10-09-03, 09:20
Rijkswachters die Semira doodden, vandaag voor rechter
Onnodig geweld of jammerlijk ongeval?
(fvg) 10/09/2003
BRUSSEL -- Hebben de rijkswachters die Semira Adamu tijdens haar repatriėring in bedwang hielden en daarbij doodden, onnodig geweld gebruikt? Of gaat het, zoals de beklaagden ter verdediging aanvoeren, om een jammerlijk ongeval? Deze vragen vormen de inzet van het proces dat vandaag van start gaat voor de correctionele rechtbank in Brussel, vijf jaar na de feiten.
Drie rijkswachters en twee van hun officieren staan terecht wegens de dood van Semira Adamu. De toen twintigjarige asielzoekster kwam met een vals paspoort in maart 1998 in ons land aan met een vliegtuig uit Lomé, Nigeria. Ze vroeg asiel, omdat ze naar eigen zeggen zou worden uitgehuwelijkt aan een man van 65 jaar. Maar de Dienst Vreemdelingenzaken geloofde haar niet en wees haar vele asielaanvragen af.
Adamu werd opgesloten in het gesloten centrum 127bis in Steenokkerzeel. Voor de tegenstanders van de regeringspolitiek van gedwongen uitwijzingen groeide ze uit tot een symboolfiguur.
In de daaropvolgende maanden probeerde het veiligheidsdetachement van de luchthaven van Zaventem de jonge vrouw herhaaldelijk uit te wijzen, maar ze verzette zich zo hevig dat de repatriėring elke keer werd gestaakt.
Bij de zesde uitwijzingspoging, op 22 september 1998, liep het fout. De drie rijkswachters hielden de geboeide vrouw met een houdgreep in bedwang. Een van hen duwde haar gezicht in een kussen. Dat duurde minutenlang, volgens een video-opname gemaakt door een begeleidende rijkswachter.
De opname moest dienen als bewijs ten gunste van de rijkswachters, indien ze zouden worden aangeklaagd wegens gebruik van onnodig geweld. Maar precies op grond van die opname vervolgt de openbaar aanklager de rijkswachters. Ze worden beticht van opzettelijke slagen met de dood tot gevolg, hun officieren van het onopzettelijk toebrengen van slagen en van het niet verlenen van hulp aan een persoon in nood (schuldig verzuim).
Rechtbankvoorzitter Felix Vernimmen besliste eerder dat de video-opname vandaag tijdens de publieke rechtszitting wordt vertoond. Op de opname is onder meer te zien dat de rijkswachters grappen maakten, terwijl ze de asielzoekster in bedwang hielden. Van een racistische instelling is er volgens de aanklager evenwel geen sprake.
Volgens advocaat Hein Diependaele zal uit de opname blijken dat het niet om een ,,jammerlijk ongeval'' gaat, zoals de advocaten van de rijkswachters volhouden. Diependaele treedt op namens vier zusters en een broer van Semira Adamu. Zij vragen een schadevergoeding van de rijkswachters en van de Belgische overheid, de ,,werkgever'' van de dienders.
De rijkswachter die het slachtoffer in het kussen duwde, pleit onschuldig. Volgens zijn advocate Carine Flamend gaat het om ,,een betreurenswaardig ongeval''. ,,Mijn cliėnt heeft nooit de bedoeling gehad het slachtoffer te doden. Hij voerde een bevel van de overheid uit. Daarenboven is de rijkswachters nooit gewezen op de risico's van het werken met een kussentje. Hun opleiding was louter theoretisch'', verklaarde ze eerder aan deze krant.
Ook andere advocaten van de rijkswachters hebben aangekondigd dat ze tijdens het proces zullen wijzen op de rol van het ministerie van Binnenlandse Zaken dat de agenten onder druk zette om de zesde repatriėring van Adamu in elk geval te laten slagen.
De rijkswachter die de opname maakte, is eerder buiten vervolging gesteld omdat hij geregeld informeerde naar het welzijn van Adamu. Hij is als getuige opgeroepen, samen met de voormalige commandant van het rijkswachtdetachement op de luchthaven. Ook aalmoezenier Herman Boon van de luchthaven, de directeur van het gesloten centrum 127bis in Steenokkerzeel en een leidend ambtenaar van de Dienst Vreemdelingenzaken zijn als getuige opgeroepen.
©Copyright De Standaard
Onnodig geweld of jammerlijk ongeval?
(fvg) 10/09/2003
BRUSSEL -- Hebben de rijkswachters die Semira Adamu tijdens haar repatriėring in bedwang hielden en daarbij doodden, onnodig geweld gebruikt? Of gaat het, zoals de beklaagden ter verdediging aanvoeren, om een jammerlijk ongeval? Deze vragen vormen de inzet van het proces dat vandaag van start gaat voor de correctionele rechtbank in Brussel, vijf jaar na de feiten.
Drie rijkswachters en twee van hun officieren staan terecht wegens de dood van Semira Adamu. De toen twintigjarige asielzoekster kwam met een vals paspoort in maart 1998 in ons land aan met een vliegtuig uit Lomé, Nigeria. Ze vroeg asiel, omdat ze naar eigen zeggen zou worden uitgehuwelijkt aan een man van 65 jaar. Maar de Dienst Vreemdelingenzaken geloofde haar niet en wees haar vele asielaanvragen af.
Adamu werd opgesloten in het gesloten centrum 127bis in Steenokkerzeel. Voor de tegenstanders van de regeringspolitiek van gedwongen uitwijzingen groeide ze uit tot een symboolfiguur.
In de daaropvolgende maanden probeerde het veiligheidsdetachement van de luchthaven van Zaventem de jonge vrouw herhaaldelijk uit te wijzen, maar ze verzette zich zo hevig dat de repatriėring elke keer werd gestaakt.
Bij de zesde uitwijzingspoging, op 22 september 1998, liep het fout. De drie rijkswachters hielden de geboeide vrouw met een houdgreep in bedwang. Een van hen duwde haar gezicht in een kussen. Dat duurde minutenlang, volgens een video-opname gemaakt door een begeleidende rijkswachter.
De opname moest dienen als bewijs ten gunste van de rijkswachters, indien ze zouden worden aangeklaagd wegens gebruik van onnodig geweld. Maar precies op grond van die opname vervolgt de openbaar aanklager de rijkswachters. Ze worden beticht van opzettelijke slagen met de dood tot gevolg, hun officieren van het onopzettelijk toebrengen van slagen en van het niet verlenen van hulp aan een persoon in nood (schuldig verzuim).
Rechtbankvoorzitter Felix Vernimmen besliste eerder dat de video-opname vandaag tijdens de publieke rechtszitting wordt vertoond. Op de opname is onder meer te zien dat de rijkswachters grappen maakten, terwijl ze de asielzoekster in bedwang hielden. Van een racistische instelling is er volgens de aanklager evenwel geen sprake.
Volgens advocaat Hein Diependaele zal uit de opname blijken dat het niet om een ,,jammerlijk ongeval'' gaat, zoals de advocaten van de rijkswachters volhouden. Diependaele treedt op namens vier zusters en een broer van Semira Adamu. Zij vragen een schadevergoeding van de rijkswachters en van de Belgische overheid, de ,,werkgever'' van de dienders.
De rijkswachter die het slachtoffer in het kussen duwde, pleit onschuldig. Volgens zijn advocate Carine Flamend gaat het om ,,een betreurenswaardig ongeval''. ,,Mijn cliėnt heeft nooit de bedoeling gehad het slachtoffer te doden. Hij voerde een bevel van de overheid uit. Daarenboven is de rijkswachters nooit gewezen op de risico's van het werken met een kussentje. Hun opleiding was louter theoretisch'', verklaarde ze eerder aan deze krant.
Ook andere advocaten van de rijkswachters hebben aangekondigd dat ze tijdens het proces zullen wijzen op de rol van het ministerie van Binnenlandse Zaken dat de agenten onder druk zette om de zesde repatriėring van Adamu in elk geval te laten slagen.
De rijkswachter die de opname maakte, is eerder buiten vervolging gesteld omdat hij geregeld informeerde naar het welzijn van Adamu. Hij is als getuige opgeroepen, samen met de voormalige commandant van het rijkswachtdetachement op de luchthaven. Ook aalmoezenier Herman Boon van de luchthaven, de directeur van het gesloten centrum 127bis in Steenokkerzeel en een leidend ambtenaar van de Dienst Vreemdelingenzaken zijn als getuige opgeroepen.
©Copyright De Standaard