Waterval
01-11-03, 09:23
Marokkaanse jongeren zijn een synoniem geworden voor
criminelen. Deze beeldvorming is funest voor
de integratie, meent Mohamed el Aissati, initiatiefnemer
van de succesvolle website Maroc.NL
Deze site bewijst dat veel Marokkanen wel degelijk
betrokken zijn bij Nederland.
DoorCasparJanssen
------
Hij groeide op in het Twentse dorpje Goor en misschien wel daarom werd Mohamed el Aissati (31) vijf jaar geleden de initiatiefnemer en drijvende kracht achter Maroc.NL, de inmiddels meest bezochte en meest complete Marokkaanse website in Nederland. In Goor, in splendid isolation tussen de Nederlanders, had hij als vanzelf perfect Nederlands geleerd met een Herman Finkers-accent, hij had er met vallen en opstaan het vwo afgemaakt en de computer ontdekt. Met de opkomst van internet, begin jaren negentig, ging er letterlijk een wereld voor hem open. In de machinefabriek waar hij stage liep, kreeg hij de opdracht om te onderzoeken wat internet voor het bedrijf zou kunnen betekenen, maar voor hemzelf werd het nieuwe medium een manier om contact te zoeken met andere Marokkanen die net als hij bezig waren met een zoektocht naar hun identiteit.
Op de internationale chatbox Maroc vond hij een tiental Nederlandse lotgenoten, voorlopers op internet, die voornamelijk vanaf universiteiten in het westen van het land opereerden. Een probleem was dat ze keer op keer uit de internationale chatbox werden 'geknikkerd', omdat ze het liefst in het Nederlands communiceerden. De Nederlandse groep chatters begon hierop een eigen chatbox en El Aissati raakte geobsedeerd door het idee van een volwaardige, gratis website met gratis diensten. Een paar jaar lang werkte hij er aan, vooral in de nachtelijke uren en begin 2000 was het zover: Maroc.NL verscheen op het net. 'Het was een allegaartje en het zag er allemaal nog niet goed uit. Maar ik dacht: daar kijken ze wel doorheen.'
Dat bleek te kloppen. Maroc.NL was vanaf de eerste dag een 'doorslaand succes'. Vooral het 'forum' bleek een hit. Spontaan barstten er discussies los over religie, over Nederland, over Marokko, over het Midden-Oosten, over relaties. Sindsdien is de toeloop alleen maar groter geworden. Zeker op hoogtijdagen zoals nu. Of het nu gaat over de dood van Anja Joos, over het onderzoek naar criminele Marokkaanse jongens in Amsterdam-West van VU-on-derzoeker Jaap Noorda, over het onderzoek naar de dood van Driss Arbib of over uitspraken van Ayaan Hirsi Ali over de islamitische school, het nieuws is nog niet bekend of de eerste discussiebijdragen stromen binnen. Het aardige van het forum van Maroc.NL is dat er zelden een discussie plaatsvindt tussen alleen maar gelijkgestemden.
El Aissati: 'We koesteren de andersdenkenden, we spreken een gemèleerd publiek aan.' Met als gevolg dat de site tijdens de opkomst van Pim Fortuyn werd overspoeld door Nederlandse tegenstanders van de multiculturele samenleving. 'Toen nam het echt epidemische vormen aan. Op een gegeven moment was het ook geen discussie meer, maar ontaardde het in schelden op Marokkanen. Dat hebben we toen een halt toe moeten roepen. Alleen de serieuze tegenstanders zijn blijven hangen. De bezoekers vormen nu een melange van voor- en tegenstanders.'
Het succes van Maroc.NL trok direct de aandacht. De makers en beheerders (Maroc.NL is inmiddels een stichting en wordt beheerd door een groep mensen) werden er aanvankelijk door overvallen. Er kwamen concurrenten (bijvoorbeeld het commerciële Magh-reb.nl), de overheid en adverteerders ontdekten de website als een manier om Marokkaanse jongeren te bereiken, de reguliere media klopten aan op zoek naar Marokkaanse schoffies en Marokkaanse fundamentalisten en tegenstanders probeerden Maroc.NL in de extremistische en/of discriminerende hoek te drukken.
Mohamed el Aissati, inmiddels verhuisd naar Amsterdam-West, kreeg een spoedcursus maatschappijleer en werd al snel een 'bceldvormingsdeskundige'. 'Het bleek al heel snel dat wij de functie van draaischijf vervulden. Soms werkte dat positief, maar er waren ook vervelende effecten. Af en toe leek het erop dat we mensen produceerden voor tv-programma's die vervolgens de vooroordelen over onze groep in stand wilden houden.'
Tegenstanders hielden Maroc.NL scherp in de gaten. El Aissati: 'We hebben een rubriek: te koop aangeboden en gevraagd. Ten tijde van de dood van die twee Eindhovense jongens in Kasj-mir plaatste een grappenmaker een advertentie: Kalasjnikov te koop. Met een absurde tekst en een absurd bedrag erbij. Omdat we van alle leden een beknopt profiel hebben, wisten we: dit is een student met een flinke dosis humor. Maar De Telegraaf dook er bovenop. We hadden op dat moment twee reclamecampagnes lopen: van de politie in Utrecht en van de marechaussee, beide op zoek naar personeel.
'De Telegraaf ging Kamerleden bellen met het verhaal: op die site worden wapens verkocht, misschien wordt er wel geronseld voor de jihad en intussen wordt er door de overheid geadverteerd. Ook de marechaussee en de politie werden gebeld. De man die bij de
politie verantwoordelijk was voor het reclamebeleid op internet zei tegen mij: Ik moet tot mijn spijt onze banner wel terugtrekken vanwege de verontwaardiging. Dat heeft ons behoorlijk veel schade berokkend.'
Een ander voorbeeld: 'Minister Van Boxtel wilde discussiëren met Marokkaanse jongeren. Veel leden van Maroc.NL wilden graag meedoen aan de chatsessie waarbij Van Boxtel via een directe verbinding zou reageren op vragen. Van Boxtel heeft dat een uur gedaan en achteraf was iedereen erg tevreden. Wat gebeurt er: 's avonds in Den Haag Vandaag wordt het onderwerp aangekondigd met de tekst: minis¬ter heeft contact met extremistische moslims. Bleek dat iemand van de persdienst van het ministerie het op die manier aan Den Haag Vandaag had verkocht. Anders zou het niet spannend genoeg zijn. Na een week maakte de chef van die man excuus. Ik zei: Wat heb ik aan uw excuus, we zijn intussen wel voor zeshonderdduizend kijkers te kakken gezet als fundamentalisten.'
Ook het Meldpunt Discriminatie (MD1) deed van zich spreken. El Aissati: 'Het is één keer flink misgegaan. Onze beheerders filteren de boodschappen voortdurend, discriminerende berichten worden zo snel mogelijk van de site gehaald. Maar vorig jaar tijdens de vakantie, toen we allemaal in Marokko zaten, mislukte dat vanwege falende internetverbindingen in Marokko. Er verschenen een paar weken lang allerlei discriminerende boodschappen op onze site. Dat viel samen met een actie op Joods.nl om ons aan te pakken. Kamerleden werden gemaild, er werden Kamervragen gesteld en het MDI werd ingeschakeld. We hebben direct onze excuses aangeboden en een afspraak gemaakt met het MDI om te praten over hoc we dit voortaan kunnen voorkomen. Maar twee dagen voor de afspraak zegde het MDI zonder opgaaf van redenen af. Wel bleven ze ons daarna zwartmaken in de media.'
Over beeldvorming gesproken. Mohamed el Aissati is de laatste jaren cynischer geworden over het beeld dat in Nederland van Marokkanen is ontstaan. Hij noemt zichzelf in alle opzichten 'gematigd', maar betrapt zich erop dat hij tegenwoordig vaak woedend is over hoe politie, politici en onderzoekers in de media over Marokkanen (zelf spreekt hij liever over Marokkaanse Nederlanders) praten.
'Blijkbaar is de norm een of andere randgroepjongere die vooral asociaal is, hard schreeuwt en voor niemand respect heeft. Alle mensen die ik ken, voldoen helemaal niet aan dat beeld. Zij studeren of werken Maar wij worden blijkbaar niet gezien als Marokkaans. Ik heb de indruk dat vooral de polilie in Amsterdam hel eigen luien probeert ai te wentelen. Al in de jaren tachtig waren er geluiden over een harde groep criminelen die probeerde jochies die op straal rondhangen te ronselen. Dat is nooit goed aangepakt, hel is de politie en justitie in al die jaren niet gelukt om die rotte appels eruit te halen en te straffen. En nu geven ze de hele groep maar de schuld.'
Maar er is toch wel iets aan de hand in Amsterdam -West?
'Ja. Er gebeuren dingen die niet door de beugel kunnen. En die moeten benoemd en aangepakt worden. Maar nu is sprake van stigmatisering. Dat rapport van VU-onderzoeker Jaap Noorda is echt flut. Tegen Het Parool zei Noorda: "Nou ja, die dertig bejaardenhuizen, dat is een symbolisch getal. En terroriseren, dat is eigenlijk ook rondhangen". Daar was hij een paar jaar geleden niet mee weggekomen.'
Maar ondertussen is er sprake van overlast en criminaliteit, veroorzaakt door een aanzienlijke groep jongeren. Hoe los je dat op?
'Je hoeft geen deskundige te zijn om dat te bedenken. Vriend en vijand zijn het erover eens dat de aanpak van de Eng en de Glcn Mills School werkt. Maar er zijn voor Amsterdam slechts vijftien plaatsen beschikbaar. Dat is te zot voor woorden. Hett kabinet staat voor veiligheid als prioriteit, maar neemt allerlei besluiten die haaks staan op dat beleid. Je moet een flink internaat opzetten waar je recidivisten naar toe kunt sturen.
'Geloof me, als iemand twee jaar uit de samenleving is, hij wordt goed gedrild en hij komt terug met een diploma, dan is het probleem snel over. Voor mijn part laat je iemand ook een contract tekenen waarin hij zich verplicht om te verantwoorden hoe hij opeens aan een Mercedes komt, of aan een scooter. Dan zit ie toch behoorlijk klem. Als ik in zijn schoenen zou staan zou ik denken: ik moet toch iets anders. Maar vooralsnog is het zo dat criminaliteit in Nederland loont.'
Het zachte integratiebeleid heeft dus gefaald?
'Dat heeft niets met hard of zacht te maken, maar met consequent. Iedereen roept nu, mede door de invloed van Pim Fortuyn: het integratiebeleid is mislukt. Het gevolg is dat Nederland nu in hoog tempo dreigt al' te breken wat is opgebouwd. Maar Nederland heeft het helemaal niet zo slecht gedaan. Iedereen heeft het nu over de taal als middel tot integratie.
In Frankrijk spreekt iedere Marokkaan of Algerijn Frans, maar de werkloosheid, de sociale uitsluiting, de verpaupering en de gettovorming zijn er schrikbarend.
De integratie in Frankrijk is totaal mislukt. In België ligt de werkloosheid onder Marokkanen rond de 50 procent. Dat heeft alles met economische uitsluiting te maken. De situatie is er dan
ook uitermate explosief.
Als daar zoiets was gebeurd als met Driss Arbib, dan was het volledig uit de hand gelopen. Volgens de laatste cijfers in Nederland ligt de werkloosheid onder Marokkaanse jongeren rond de 15 procent. Dan gaat het toch de goede kant op.'
Integratie, meent Aissati, is economische emancipatie, maar daar dreigt het beleid nu van af te drijven, vreest hij. 'Mijn ouders hebben nu ook Nederlandse les. Dat vinden ze leuk om te doen, daar niet van, maar als je reëel bent weet je dat ze er straks niet veel mee kunnen. Intussen wordt het dagelijkse radionieuws in het Berbers en in het Arabisch afgeschaft. Mijn ouders zijn vaste luisteraars. Daar horen ze bijvoorbeeld wat er in Den Haag wordt besproken over de medicijnknaak. Dat is van belang voor mijn ouders, want zij gebruiken medicijnen. Dat contact met het Nederlandse nieuws is nu verbroken. En ook mijn ingang om met mijn ouders over Nederland (e praten is weg.'
Toegegeven, er zijn ook dingen verbeterd. 'Het paternalisme, de betutteling, de politieke correctheid, het gebrek aan sancties, de angst om problemen te benoemen, dat is gelukkig voorbij. Maar het kind lijkt nu met het badwater te worden weggegooid. Nederland heeft wel degelijk successen geboekt met diversiteit als uitgangspunt. Het alternatief is Frankrijk, met zijn garage-islam. Dat is pas een recept voor radicalisering. Het is mij ook nog steeds niet duidelijk wat er mis is met integratie met behoud van eigen identiteit.'
Misschien was dat in de praktijk een excuus om vast te houden aan de eigen identiteit zonder te integreren.
'Daar geloof ik niet in. Dan wordt integratie weer heel erg over de culturele boeg gegooid. In Amerika zijn groepen succesvol zonder dat ze hun eigen cultuur overboord hebben gegooid. Zelf voldoe ik waarschijnlijk helemaal aan het beeld van de geslaagde immigrant: ik ben redelijk succesvol, ik spreek de taal perfect, ik ben op de hoogte van de heersende normen en waarden en ik heb mijn Nederlanderschap. En toch ben ik in de eerste plaats Marokkaan. Ik ben nog steeds gek op Marokkaans eten, ik doe aan de ramadan, ik doe allerlei dingen die iemand met een soepjurk en een baard ook doet. Maar dat hoeft de integratie niet in de weg te staan. Als je op vakantie bent in Marokko zie je pas hoe ver het staat met de integratie. Daar hoor je op het strand alleen maar plat Amsterdams. Het lijkt er wel eens op dat die integratie niet wordt erkend.'
Wat is de bijdrage van Maroc.NL aan die integratie geweest?
'Alleen al het bestaan van de website draagt bij aan het zelfbewustzijn van Marokkanen. Meer in het algemeen geloof ik dat de sleutel tot integratie en emancipatie eerder bij de media ligt dan bij de politiek. Internet legt het daarbij af tegen kranten en televisie. Ik ben nu ook lid van de researchredactie van Nova. Op die manier, via de weg van de geleidelijkheid, kan ik misschien iets veranderen aan de beeldvorming over Marokkanen.'
criminelen. Deze beeldvorming is funest voor
de integratie, meent Mohamed el Aissati, initiatiefnemer
van de succesvolle website Maroc.NL
Deze site bewijst dat veel Marokkanen wel degelijk
betrokken zijn bij Nederland.
DoorCasparJanssen
------
Hij groeide op in het Twentse dorpje Goor en misschien wel daarom werd Mohamed el Aissati (31) vijf jaar geleden de initiatiefnemer en drijvende kracht achter Maroc.NL, de inmiddels meest bezochte en meest complete Marokkaanse website in Nederland. In Goor, in splendid isolation tussen de Nederlanders, had hij als vanzelf perfect Nederlands geleerd met een Herman Finkers-accent, hij had er met vallen en opstaan het vwo afgemaakt en de computer ontdekt. Met de opkomst van internet, begin jaren negentig, ging er letterlijk een wereld voor hem open. In de machinefabriek waar hij stage liep, kreeg hij de opdracht om te onderzoeken wat internet voor het bedrijf zou kunnen betekenen, maar voor hemzelf werd het nieuwe medium een manier om contact te zoeken met andere Marokkanen die net als hij bezig waren met een zoektocht naar hun identiteit.
Op de internationale chatbox Maroc vond hij een tiental Nederlandse lotgenoten, voorlopers op internet, die voornamelijk vanaf universiteiten in het westen van het land opereerden. Een probleem was dat ze keer op keer uit de internationale chatbox werden 'geknikkerd', omdat ze het liefst in het Nederlands communiceerden. De Nederlandse groep chatters begon hierop een eigen chatbox en El Aissati raakte geobsedeerd door het idee van een volwaardige, gratis website met gratis diensten. Een paar jaar lang werkte hij er aan, vooral in de nachtelijke uren en begin 2000 was het zover: Maroc.NL verscheen op het net. 'Het was een allegaartje en het zag er allemaal nog niet goed uit. Maar ik dacht: daar kijken ze wel doorheen.'
Dat bleek te kloppen. Maroc.NL was vanaf de eerste dag een 'doorslaand succes'. Vooral het 'forum' bleek een hit. Spontaan barstten er discussies los over religie, over Nederland, over Marokko, over het Midden-Oosten, over relaties. Sindsdien is de toeloop alleen maar groter geworden. Zeker op hoogtijdagen zoals nu. Of het nu gaat over de dood van Anja Joos, over het onderzoek naar criminele Marokkaanse jongens in Amsterdam-West van VU-on-derzoeker Jaap Noorda, over het onderzoek naar de dood van Driss Arbib of over uitspraken van Ayaan Hirsi Ali over de islamitische school, het nieuws is nog niet bekend of de eerste discussiebijdragen stromen binnen. Het aardige van het forum van Maroc.NL is dat er zelden een discussie plaatsvindt tussen alleen maar gelijkgestemden.
El Aissati: 'We koesteren de andersdenkenden, we spreken een gemèleerd publiek aan.' Met als gevolg dat de site tijdens de opkomst van Pim Fortuyn werd overspoeld door Nederlandse tegenstanders van de multiculturele samenleving. 'Toen nam het echt epidemische vormen aan. Op een gegeven moment was het ook geen discussie meer, maar ontaardde het in schelden op Marokkanen. Dat hebben we toen een halt toe moeten roepen. Alleen de serieuze tegenstanders zijn blijven hangen. De bezoekers vormen nu een melange van voor- en tegenstanders.'
Het succes van Maroc.NL trok direct de aandacht. De makers en beheerders (Maroc.NL is inmiddels een stichting en wordt beheerd door een groep mensen) werden er aanvankelijk door overvallen. Er kwamen concurrenten (bijvoorbeeld het commerciële Magh-reb.nl), de overheid en adverteerders ontdekten de website als een manier om Marokkaanse jongeren te bereiken, de reguliere media klopten aan op zoek naar Marokkaanse schoffies en Marokkaanse fundamentalisten en tegenstanders probeerden Maroc.NL in de extremistische en/of discriminerende hoek te drukken.
Mohamed el Aissati, inmiddels verhuisd naar Amsterdam-West, kreeg een spoedcursus maatschappijleer en werd al snel een 'bceldvormingsdeskundige'. 'Het bleek al heel snel dat wij de functie van draaischijf vervulden. Soms werkte dat positief, maar er waren ook vervelende effecten. Af en toe leek het erop dat we mensen produceerden voor tv-programma's die vervolgens de vooroordelen over onze groep in stand wilden houden.'
Tegenstanders hielden Maroc.NL scherp in de gaten. El Aissati: 'We hebben een rubriek: te koop aangeboden en gevraagd. Ten tijde van de dood van die twee Eindhovense jongens in Kasj-mir plaatste een grappenmaker een advertentie: Kalasjnikov te koop. Met een absurde tekst en een absurd bedrag erbij. Omdat we van alle leden een beknopt profiel hebben, wisten we: dit is een student met een flinke dosis humor. Maar De Telegraaf dook er bovenop. We hadden op dat moment twee reclamecampagnes lopen: van de politie in Utrecht en van de marechaussee, beide op zoek naar personeel.
'De Telegraaf ging Kamerleden bellen met het verhaal: op die site worden wapens verkocht, misschien wordt er wel geronseld voor de jihad en intussen wordt er door de overheid geadverteerd. Ook de marechaussee en de politie werden gebeld. De man die bij de
politie verantwoordelijk was voor het reclamebeleid op internet zei tegen mij: Ik moet tot mijn spijt onze banner wel terugtrekken vanwege de verontwaardiging. Dat heeft ons behoorlijk veel schade berokkend.'
Een ander voorbeeld: 'Minister Van Boxtel wilde discussiëren met Marokkaanse jongeren. Veel leden van Maroc.NL wilden graag meedoen aan de chatsessie waarbij Van Boxtel via een directe verbinding zou reageren op vragen. Van Boxtel heeft dat een uur gedaan en achteraf was iedereen erg tevreden. Wat gebeurt er: 's avonds in Den Haag Vandaag wordt het onderwerp aangekondigd met de tekst: minis¬ter heeft contact met extremistische moslims. Bleek dat iemand van de persdienst van het ministerie het op die manier aan Den Haag Vandaag had verkocht. Anders zou het niet spannend genoeg zijn. Na een week maakte de chef van die man excuus. Ik zei: Wat heb ik aan uw excuus, we zijn intussen wel voor zeshonderdduizend kijkers te kakken gezet als fundamentalisten.'
Ook het Meldpunt Discriminatie (MD1) deed van zich spreken. El Aissati: 'Het is één keer flink misgegaan. Onze beheerders filteren de boodschappen voortdurend, discriminerende berichten worden zo snel mogelijk van de site gehaald. Maar vorig jaar tijdens de vakantie, toen we allemaal in Marokko zaten, mislukte dat vanwege falende internetverbindingen in Marokko. Er verschenen een paar weken lang allerlei discriminerende boodschappen op onze site. Dat viel samen met een actie op Joods.nl om ons aan te pakken. Kamerleden werden gemaild, er werden Kamervragen gesteld en het MDI werd ingeschakeld. We hebben direct onze excuses aangeboden en een afspraak gemaakt met het MDI om te praten over hoc we dit voortaan kunnen voorkomen. Maar twee dagen voor de afspraak zegde het MDI zonder opgaaf van redenen af. Wel bleven ze ons daarna zwartmaken in de media.'
Over beeldvorming gesproken. Mohamed el Aissati is de laatste jaren cynischer geworden over het beeld dat in Nederland van Marokkanen is ontstaan. Hij noemt zichzelf in alle opzichten 'gematigd', maar betrapt zich erop dat hij tegenwoordig vaak woedend is over hoe politie, politici en onderzoekers in de media over Marokkanen (zelf spreekt hij liever over Marokkaanse Nederlanders) praten.
'Blijkbaar is de norm een of andere randgroepjongere die vooral asociaal is, hard schreeuwt en voor niemand respect heeft. Alle mensen die ik ken, voldoen helemaal niet aan dat beeld. Zij studeren of werken Maar wij worden blijkbaar niet gezien als Marokkaans. Ik heb de indruk dat vooral de polilie in Amsterdam hel eigen luien probeert ai te wentelen. Al in de jaren tachtig waren er geluiden over een harde groep criminelen die probeerde jochies die op straal rondhangen te ronselen. Dat is nooit goed aangepakt, hel is de politie en justitie in al die jaren niet gelukt om die rotte appels eruit te halen en te straffen. En nu geven ze de hele groep maar de schuld.'
Maar er is toch wel iets aan de hand in Amsterdam -West?
'Ja. Er gebeuren dingen die niet door de beugel kunnen. En die moeten benoemd en aangepakt worden. Maar nu is sprake van stigmatisering. Dat rapport van VU-onderzoeker Jaap Noorda is echt flut. Tegen Het Parool zei Noorda: "Nou ja, die dertig bejaardenhuizen, dat is een symbolisch getal. En terroriseren, dat is eigenlijk ook rondhangen". Daar was hij een paar jaar geleden niet mee weggekomen.'
Maar ondertussen is er sprake van overlast en criminaliteit, veroorzaakt door een aanzienlijke groep jongeren. Hoe los je dat op?
'Je hoeft geen deskundige te zijn om dat te bedenken. Vriend en vijand zijn het erover eens dat de aanpak van de Eng en de Glcn Mills School werkt. Maar er zijn voor Amsterdam slechts vijftien plaatsen beschikbaar. Dat is te zot voor woorden. Hett kabinet staat voor veiligheid als prioriteit, maar neemt allerlei besluiten die haaks staan op dat beleid. Je moet een flink internaat opzetten waar je recidivisten naar toe kunt sturen.
'Geloof me, als iemand twee jaar uit de samenleving is, hij wordt goed gedrild en hij komt terug met een diploma, dan is het probleem snel over. Voor mijn part laat je iemand ook een contract tekenen waarin hij zich verplicht om te verantwoorden hoe hij opeens aan een Mercedes komt, of aan een scooter. Dan zit ie toch behoorlijk klem. Als ik in zijn schoenen zou staan zou ik denken: ik moet toch iets anders. Maar vooralsnog is het zo dat criminaliteit in Nederland loont.'
Het zachte integratiebeleid heeft dus gefaald?
'Dat heeft niets met hard of zacht te maken, maar met consequent. Iedereen roept nu, mede door de invloed van Pim Fortuyn: het integratiebeleid is mislukt. Het gevolg is dat Nederland nu in hoog tempo dreigt al' te breken wat is opgebouwd. Maar Nederland heeft het helemaal niet zo slecht gedaan. Iedereen heeft het nu over de taal als middel tot integratie.
In Frankrijk spreekt iedere Marokkaan of Algerijn Frans, maar de werkloosheid, de sociale uitsluiting, de verpaupering en de gettovorming zijn er schrikbarend.
De integratie in Frankrijk is totaal mislukt. In België ligt de werkloosheid onder Marokkanen rond de 50 procent. Dat heeft alles met economische uitsluiting te maken. De situatie is er dan
ook uitermate explosief.
Als daar zoiets was gebeurd als met Driss Arbib, dan was het volledig uit de hand gelopen. Volgens de laatste cijfers in Nederland ligt de werkloosheid onder Marokkaanse jongeren rond de 15 procent. Dan gaat het toch de goede kant op.'
Integratie, meent Aissati, is economische emancipatie, maar daar dreigt het beleid nu van af te drijven, vreest hij. 'Mijn ouders hebben nu ook Nederlandse les. Dat vinden ze leuk om te doen, daar niet van, maar als je reëel bent weet je dat ze er straks niet veel mee kunnen. Intussen wordt het dagelijkse radionieuws in het Berbers en in het Arabisch afgeschaft. Mijn ouders zijn vaste luisteraars. Daar horen ze bijvoorbeeld wat er in Den Haag wordt besproken over de medicijnknaak. Dat is van belang voor mijn ouders, want zij gebruiken medicijnen. Dat contact met het Nederlandse nieuws is nu verbroken. En ook mijn ingang om met mijn ouders over Nederland (e praten is weg.'
Toegegeven, er zijn ook dingen verbeterd. 'Het paternalisme, de betutteling, de politieke correctheid, het gebrek aan sancties, de angst om problemen te benoemen, dat is gelukkig voorbij. Maar het kind lijkt nu met het badwater te worden weggegooid. Nederland heeft wel degelijk successen geboekt met diversiteit als uitgangspunt. Het alternatief is Frankrijk, met zijn garage-islam. Dat is pas een recept voor radicalisering. Het is mij ook nog steeds niet duidelijk wat er mis is met integratie met behoud van eigen identiteit.'
Misschien was dat in de praktijk een excuus om vast te houden aan de eigen identiteit zonder te integreren.
'Daar geloof ik niet in. Dan wordt integratie weer heel erg over de culturele boeg gegooid. In Amerika zijn groepen succesvol zonder dat ze hun eigen cultuur overboord hebben gegooid. Zelf voldoe ik waarschijnlijk helemaal aan het beeld van de geslaagde immigrant: ik ben redelijk succesvol, ik spreek de taal perfect, ik ben op de hoogte van de heersende normen en waarden en ik heb mijn Nederlanderschap. En toch ben ik in de eerste plaats Marokkaan. Ik ben nog steeds gek op Marokkaans eten, ik doe aan de ramadan, ik doe allerlei dingen die iemand met een soepjurk en een baard ook doet. Maar dat hoeft de integratie niet in de weg te staan. Als je op vakantie bent in Marokko zie je pas hoe ver het staat met de integratie. Daar hoor je op het strand alleen maar plat Amsterdams. Het lijkt er wel eens op dat die integratie niet wordt erkend.'
Wat is de bijdrage van Maroc.NL aan die integratie geweest?
'Alleen al het bestaan van de website draagt bij aan het zelfbewustzijn van Marokkanen. Meer in het algemeen geloof ik dat de sleutel tot integratie en emancipatie eerder bij de media ligt dan bij de politiek. Internet legt het daarbij af tegen kranten en televisie. Ik ben nu ook lid van de researchredactie van Nova. Op die manier, via de weg van de geleidelijkheid, kan ik misschien iets veranderen aan de beeldvorming over Marokkanen.'