PDA

Bekijk Volledige Versie : Turkse en Marokkaanse Nederlanders: liever samen wonen en naar school



freya
14-11-03, 15:34
Turkse en Marokkaanse Nederlanders: liever samen wonen en naar school

van de SP site



08-11-2003 • Turkse en Marokkaanse Nederlanders willen een actievere rol van de overheid om gemengd wonen en naar school gaan te bevorderen. Men is bezorgd over de eigen jeugd en erkent dat er in de opvoeding te veel mis gaat. Ook Nederlanders moeten zich meer inzetten om van de integratie een succes te maken. Dit zijn de belangrijkste conclusies uit een rapport van de SP, gebaseerd op onderzoek naar de opvattingen van Turkse en Marokkaanse Nederlanders.

In het rapport “Hoe gaat het?” staan ervaringen, opvattingen, wensen en voorstellen van de bijna 500 Turkse en Marokkaanse Nederlanders die de afgelopen maanden diepgaand zijn ondervraagd. Centraal staat hun kijk op hun eigen situatie en de voortgang van de integratie. Hoewel de meeste ondervraagden op zich tevreden zijn met hun woning en de school van hun kinderen, geeft ruim 40 procent aan te willen verhuizen om zo in een meer gemengde wijk terecht te komen en daarmee de kans op een gemengde school voor hun kinderen te vergroten. Het belang van de kinderen, in het bijzonder het leren van de Nederlandse taal en de kans op integratie, is daarbij doorslaggevend. De overgrote meerderheid stelt dat de overheid zich meer zou moeten inzetten om gemengd wonen en naar school gaan te bevorderen.

Veel Turkse en Marokkaanse Nederlanders maken zich zorgen over de opvoeding en begeleiding van de jongeren in onze samenleving. Er gaat best heel wat mis in de opvoeding en dat zou moeten veranderen. Hulp daarbij van instanties en politie wordt gewaardeerd. Voor hun inzet bestaat veel respect, maar ook is er de nodige kritiek.

Beter Nederlands leren wordt door vrijwel iedereen genoemd als eerste voorwaarde voor geslaagde integratie. Een grote meerderheid zou alsnog graag gebruik maken van taallessen.


hele raport (http://www.sp.nl/partij/theorie/standpunten/rapport_hoegaathet.pdf)

Tomas
14-11-03, 15:38
Ik wil nog altijd even graag mijn buren ruilen tegen nieuwe.

Suiker
14-11-03, 15:40
Freya,

Jouw avatar is echt ENG

000NobelPrizes
14-11-03, 15:43
Geinig dat Turkse & Marokkaanse Nederlanders zelf om racistische maatregelen vragen.


PS: Gelukkig heeft de SP de uitlatingen op dit forum over gespreid wonen buiten beschouwing gelaten.

Maslov
14-11-03, 16:00
Freya was jij laatst niet degene die vragen zette bij de objectiviteit bij de enquete van de SP?

Simon
14-11-03, 16:08
TURKSE EN MAROKKAANSE NEDERLANDERS AAN HET WOORD
Oktober 2003 – Wetenschappelijk Bureau SP
Hoofdstuk 7
SAMENVATTING EN CONCLUSIES
De 462 Turkse en Marokkaanse Nederlanders met wie we intensief spraken hebben geen blad
voor de mond genomen om ons bij te praten over hun kijk op hun eigen situatie en over de
integratie in het algemeen.
Het is duidelijk: onze gesprekspartner voelen zich geenszins zielenpieten die de hele dag
treurig zitten te wezen. Integendeel: binnen de mogelijkheden die ze hebben zijn ze over het
algemeen redelijk tevreden. Over hun woning en over hun woonomgeving. En ze zijn meestal
(erg) tevreden over de school en de schoolprestaties van hun kinderen.
Veel van onze gesprekspartners voelen zich redelijk tot goed geïntegreerd in de Nederlandse
samenleving – hoewel het niet eenvoudig is om precies aan te geven wat daaronder verstaan
zou moeten worden. Ze denken meestal dat ook hun (autochtone) kennissen en collega’s hen
redelijk tot goed geïntegreerd vinden. Slechts een minderheid oordeelt minder positief over de
mate van eigen geïntegreerdheid en het oordeel van anderen daarover.
Toch wil dit niet zeggen dat alles in orde is als we het hebben over het samen leven van
Turkse en Marokkaanse met autochtone Nederlanders. Allereerst mogen autochtone
Nederlanders zich wel eens wat beter realiseren dat integratie een tweezijdig proces is, het kan
niet allemaal van één kant komen. Volgens onze gesprekspartners doen veel autochtone
Nederlanders maar matig hun best om er samen het beste van te maken. Daar tegenover staat
een grote groep die wél de handen uit de mouwen steekt om de integratie te bevorderen.
Ook van Turkse en Marokkaanse Nederlanders mag iets verwacht worden. Beter Nederlands
leren noemt vrijwel iedereen als voorwaarde om te kunnen integreren. De deelnemers aan ons
onderzoek vinden het erg belangrijk dat kinderen zo snel mogelijk Nederlands leren, omdat
daardoor integratie een veel betere kans krijgt. Hoe sneller hoe beter, is de overheersende
mening.
Ook volwassenen willen graag (beter) Nederlands leren, omdat zij weten hoe belangrijk dat is
om mee te kunnen komen in de samenleving. In veel gevallen is er dat niet van gekomen,
omdat men naar Nederland kwam om te werken of in het kader van de gezinshereniging en
gezinsvorming. Voor velen was er nog geen inburgeringcursus of men wist niet dat zo’n
cursus bestond. Een grote meerderheid zou alsnog graag gebruik maken van taallessen. Voor
een grote groep (bijna de helft van de deelnemers aan het onderzoek) mogen die taallessen
overigens best al beginnen voordat migranten naar Nederland komen, waarbij echter niet
meteen met verplichtingen en voorwaarden gezwaaid moet worden.
Onze gesprekspartners vinden niet dat het op slot doen van de grenzen nodig is. Wel denkt
een aanzienlijk deel van hen dat er kritischer naar economische migratie gekeken zou kunnen
worden. Tegen illegaal verblijf in Nederland mag, volgens een grote minderheid, harder
worden opgetreden. Beperken van gezinshereniging en gezinsvorming wordt door een
overgrote meerderheid afgewezen, net als het beperken van het recht op asiel voor politieke
vluchtelingen.
Hoewel de meeste deelnemers op zich tevreden zijn met hun woning en de school van de
kinderen, geeft een groot deel aan te willen verhuizen, om zo in een meer gemengde wijk
terecht te komen en daarmee de kans op een gemengde school voor hun kinderen te vergoten.
Het belang van de kinderen wordt daarbij door de meeste deelnemers aan ons onderzoek als
doorslaggevend genoemd. In de randstad is die behoefte nog groter dan in kleinere
gemeenten, wat waarschijnlijk te maken heeft met de hogere mate van concentratie van
wonen en scholen in de grootste steden van ons land.
Gemengd wonen en gemengd naar school gaan zijn zaken die volgens het overgrote deel van
onze gesprekspartners eigenlijk vanzelfsprekend zouden moeten zijn in de Nederlandse
samenleving. Gemengd wonen vergroot de kans om contact met autochtone Nederlanders te
leggen en vergroot de eigen ontwikkelingsmogelijkheden en die van de kinderen. Gemengde
scholen worden door vrijwel iedereen verre geprefereerd boven de ‘zwarte’ school.
Veel Turkse en Marokkaanse Nederlanders maken zich zorgen over de opvoeding en
begeleiding van de jongeren in onze samenleving. Over het algemeen doen Turkse en
Marokkaanse ouders hun best om de opvoeding zo goed mogelijk te verzorgen, maar er wordt
kritisch gekeken naar de praktijk. Er gaat best heel wat mis in de opvoeding en dat zou
moeten veranderen. Hulp daarbij, van allerlei instanties en de politie, wordt gewaardeerd.
Voor hun inzet bestaat veel respect, maar ook hier is het nodige aan kritiek en worden
suggesties gedaan voor verbeteringen. Opvoedingshulp via internaten is een kwestie die
buitengewoon omstreden is. Tegenover grote voorstanders staat een evenzo grote groep
fervente tegenstanders.
Gemengd wonen en scholen zijn zaken waarvoor, althans volgens de overgrote meerderheid
van de Turkse en Marokkaanse Nederlanders die wij ernaar vroegen, de overheid zich veel
actiever zou moeten inzetten dan nu het geval is. Gemengd wonen en scholen zijn beslist geen
taboes voor Turkse en Marokkaanse Nederlanders, maar veeleer voorwaarden om
daadwerkelijk het integratieproces te bevorderen.
Tegelijk realiseert vrijwel iedereen zich dat tussen wens en daad nog een zee aan praktische
en politieke problemen ligt. Dat mag echter geen reden zijn om niet vanaf nu vastberaden de
koers naar gemengd wonen en scholen in te zetten – en daardoor onze gezamenlijke
maatschappij meer ‘van apart naar samen’ te brengen.

TURKSE EN MAROKKAANSE NEDERLANDERS AAN HET WOORD 35.
Oktober 2003 – Wetenschappelijk Bureau SP

Simon
14-11-03, 16:30
Ik heb het rapport even snel doorgelezen en ik vind het wel een leuk en lezenswaardig verhaal. Mij valt vooral op dat allochtonen helemaal niet zo anders denken over de dingen als de meeste autochtonen. Nu is die laatste groep niet meegenomen in het onderzoek maar zo schat ik het in. Maar ja, ik denk ook dat je een bepaalde groep niet bereikt als je een dergelijk onderzoek uitvoert. Dan bedoel ik de groep waar je een tolk bij nodig hebt om deze vragen te kunnen stellen.

jaja
14-11-03, 16:42
zie wellicht ook
http://www.maroc.nl/nieuws/forums/showthread.php?s=&postid=1043976#post1043976

nefertiti
14-11-03, 16:49
Ik begrijp het allemaal niet zo goed.

Was er nu net geen rapport verschenen waaruit bleek dat zwarte scholen helemaal niet slechter waren dan witte scholen?

En dat witte ouders werden aangemoedigd om hun kinderen in een zwarte school onder te brengen?

dus nu willen allochtonen hunkinderen onderbrengen in witte scholen en witte ouders hun kinderen in zwarte scholen? :denk:

Rare Nederlanders toch!

Hier in Belgie heeft men een spreidingsbeleid: elke school moet ongeveer maximum 10% allochtonen toelaten of zoiets.
Blijkt dat het AEL en de allochtonenorganisaties zich daartegen willen verzetten.....

Allemaal leuke dingen voor de mens.

freya
14-11-03, 17:07
Geplaatst door Maslov
Freya was jij laatst niet degene die vragen zette bij de objectiviteit bij de enquete van de SP?

Inderdaad

Kijk eens naar de 'wetenschappelijke' methode waarmee de ondervraagden geselecteerd zijn:

Gespreksmethode
Onze gesprekspartners vonden we via afspraken bij sportverenigingen, in buurthuizen, bij
moskeeën, en vervolgens vroegen we aan de gevonden deelnemers om nieuwe suggesties
voor nieuwe deelnemers. Om die manier kregen we gaandeweg een goed gemengd panel om
onze vragen aan voor te leggen.
De gesprekken werden op afspraak gemaakt, met maximaal twee enquêteurs. Waar mogelijk
bestonden de duo’s uit een autochtone en een allochtone enquêteur. De gespreksduur
varieerde van 45 tot 120 minuten. Na een aantal gesprekken werd steeds geëvalueerd met de
lokale onderzoekscoördinator.

Een aantal bekenden en hun vrienden en kennissen dus.
Niet bepaald een dwarsdoorsnede van de islamitische bevolking lijkt mij. Vooral omdat er op deze manier heel makkelijk gestuurd kan worden wie wel en wie niet ondervraagd zal worden.
Werd er gebruik gemaakt van tolken? staat er niet dus zal wel niet, alweer een deel van de doelgroep afgevallen.

Wat werd er geevalueerd? Of de antwoorden wel wenselijk genoeg waren of dat er toch in een andere vriendengroep verder moest worden onderzocht?

Of ben ik nu te argwanend?


Neeh, tis wel een politieke partij, met een eigen programma :moe: