Orakel
25-12-03, 22:53
2003 was het jaar van Saddam Hussein, of liever gezegd het laatste jaar van Saddam. Op 9 april viel zijn regime, tegelijk met zijn standbeeld. Daarna trotseerde hij nog acht maanden de Amerikanen. Maar op 14 december kwam ook daar een eind aan. De ontluisterende beelden van zijn arrestatie maakten definitief een einde aan de zorgvuldig gekoesterde mythe van de pan-Arabische krachtpatser. Leidt de val van het Iraakse regime tot democratisering van de Arabische wereld?
De roemloze val van Saddam is natuurlijk op de eerste plaats een politieke aardverschuiving in Irak zelf. Maar voor de neoconservatieven in de Bush regering, die de architecten waren van de oorlog, ging het niet alleen om Irak maar om een totale transformatie van het Midden Oosten. Een gemoderniseerd en toekomstig democratisch Irak zou het startsein moeten vormen voor democratische veranderingen elders in de Arabische en islamitische wereld. Hoe staat het daarmee, acht maanden na de militaire overwinning?
Lijdzaam ondergaan
Democratie per decreet bestaat niet, dat blijkt dagelijks in Irak waar de door de Amerikanen geïnstalleerde regeringsraad van Iraakse ballingen de grootste moeite heeft haar gezag te doen gelden. Afgezien van een harde kern van opposanten die aanslagen blijven plegen, lijken de meeste Irakezen nog steeds blij te zijn dat ze van Saddam zijn verlost. Maar dit vertaalt zich nog allerminst in een actieve medewerking met de Amerikaanse bezetting die ze eerder lijdzaam lijken te ondergaan dan dat ze die begroeten als het begin van een nieuw tijdperk. Misschien zal dit na de arrestatie van Saddam geleidelijk veranderen, nu de dreiging van zijn mogelijke terugkeer de Irakezen niet meer bang kan maken.
Het opbouwen van een meer democratisch Irak zal hoe dan ook veel tijd kosten. Succes daarvan zou op termijn Amerika's "soft power", zijn zachte macht, de aantrekkingskracht van zijn democratisch waardensysteem vergroten. Voorlopig heerst in de regio echter vooral ontzag voor Amerika's "hard power", voor de harde hand die dreigt met militair ingrijpen naar het voorbeeld van Irak.
Harde aanpak
De spectaculaire bekering van de Libische leider Kadhafi lijkt een eclatant bewijs voor het succes van de harde aanpak. Kadhafi was jarenlang de ‘bad boy', de slechterik van het Midden-Oosten. Elke radicale anti-westerse groep in de wereld werd door hem gesteund. Diezelfde Kadhafi ontmantelt nu vrijwillig al zijn installaties voor massavernietigingswapens en accepteert de strengste inspecties zonder dat er een schot is gelost.
Strikt genomen is dit niet direct een gevolg van de inval in Irak. De toenadering van Kadhafi tot het Westen was al begonnen in 1999, toen hij de twee Libische verdachten van de Lockerbie aanslag uit 1988 uitleverde. Gevolgd door de 2,7 miljard dollar smartengeld van Libië voor de nabestaanden. Dit alles om van de Amerikaanse economische sancties af te komen. De totale ontwapening is hiervan de laatste stap. Maar ook al is de stap niet direct veroorzaakt door het lot van Saddam, hij is er ongetwijfeld door versneld.
Syrië
Hoe dan ook, Kadhafi's radicale ommekeer zal in de regio ongetwijfeld worden gezien als een direct uitvloeisel van de Irak-oorlog. En dat is in de politiek vaak al genoeg om effectief te zijn. In dezelfde week dat Kadhafi omging, bleek Iran na veel tegenstribbelen tenslotte ook bereid om het extra protocol te tekenen dat strengere en onaangekondigde wapeninspecties mogelijk maakt. Ook daar is de boodschap van Saddams val dus aangekomen. En nu neemt de druk op het naburige Syrië toe om zijn chemische wapenarsenaal en zijn politieke strijd met Israël op te geven. Naar buiten toe houdt Syrië de poot nog stijf, maar achter de schermen zoekt ook Damascus naar een dialoog met de Verenigde Staten.
Maar de erkenning van de Amerikaanse suprematie leidt vooralsnog niet tot een uitbraak van democratie, niet in Libië, niet in Syrië en ook niet in Egypte. Dat land is al jaren een bondgenoot van de Verenigde Staten, zonder dat dit heeft geleid tot noemenswaardige pressie op het regime van Mubarak om nu eindelijk eens te democratiseren. Dit ondermijnt natuurlijk wel de geloofwaardigheid van het Amerikaanse plan voor de regio, ook al beloofde president Bush onlangs dat de VS ook de autocratische Arabische bondgenoten zullen aanpakken.
Soft power
Hoe dan ook, het oude pan-Arabische systeem is politiek failliet en kraakt na de val van Saddam in al zijn voegen. Maar om dat failliete systeem in democratische zin te hervormen is meer nodig dan een harde hand. Daarvoor moet Amerika niet alleen ontzag inboezemen, maar ook overtuigingskracht en geloofwaardigheid. Kortom, soft power.
www.wereldomroep.nl
'k geloof d'r geen bal van dat de VS er op uit zijn om het MO te dmocratiseren. Ze willen er tandloze oude wijven van maken door de onder dreiging te ontwapenen.
De roemloze val van Saddam is natuurlijk op de eerste plaats een politieke aardverschuiving in Irak zelf. Maar voor de neoconservatieven in de Bush regering, die de architecten waren van de oorlog, ging het niet alleen om Irak maar om een totale transformatie van het Midden Oosten. Een gemoderniseerd en toekomstig democratisch Irak zou het startsein moeten vormen voor democratische veranderingen elders in de Arabische en islamitische wereld. Hoe staat het daarmee, acht maanden na de militaire overwinning?
Lijdzaam ondergaan
Democratie per decreet bestaat niet, dat blijkt dagelijks in Irak waar de door de Amerikanen geïnstalleerde regeringsraad van Iraakse ballingen de grootste moeite heeft haar gezag te doen gelden. Afgezien van een harde kern van opposanten die aanslagen blijven plegen, lijken de meeste Irakezen nog steeds blij te zijn dat ze van Saddam zijn verlost. Maar dit vertaalt zich nog allerminst in een actieve medewerking met de Amerikaanse bezetting die ze eerder lijdzaam lijken te ondergaan dan dat ze die begroeten als het begin van een nieuw tijdperk. Misschien zal dit na de arrestatie van Saddam geleidelijk veranderen, nu de dreiging van zijn mogelijke terugkeer de Irakezen niet meer bang kan maken.
Het opbouwen van een meer democratisch Irak zal hoe dan ook veel tijd kosten. Succes daarvan zou op termijn Amerika's "soft power", zijn zachte macht, de aantrekkingskracht van zijn democratisch waardensysteem vergroten. Voorlopig heerst in de regio echter vooral ontzag voor Amerika's "hard power", voor de harde hand die dreigt met militair ingrijpen naar het voorbeeld van Irak.
Harde aanpak
De spectaculaire bekering van de Libische leider Kadhafi lijkt een eclatant bewijs voor het succes van de harde aanpak. Kadhafi was jarenlang de ‘bad boy', de slechterik van het Midden-Oosten. Elke radicale anti-westerse groep in de wereld werd door hem gesteund. Diezelfde Kadhafi ontmantelt nu vrijwillig al zijn installaties voor massavernietigingswapens en accepteert de strengste inspecties zonder dat er een schot is gelost.
Strikt genomen is dit niet direct een gevolg van de inval in Irak. De toenadering van Kadhafi tot het Westen was al begonnen in 1999, toen hij de twee Libische verdachten van de Lockerbie aanslag uit 1988 uitleverde. Gevolgd door de 2,7 miljard dollar smartengeld van Libië voor de nabestaanden. Dit alles om van de Amerikaanse economische sancties af te komen. De totale ontwapening is hiervan de laatste stap. Maar ook al is de stap niet direct veroorzaakt door het lot van Saddam, hij is er ongetwijfeld door versneld.
Syrië
Hoe dan ook, Kadhafi's radicale ommekeer zal in de regio ongetwijfeld worden gezien als een direct uitvloeisel van de Irak-oorlog. En dat is in de politiek vaak al genoeg om effectief te zijn. In dezelfde week dat Kadhafi omging, bleek Iran na veel tegenstribbelen tenslotte ook bereid om het extra protocol te tekenen dat strengere en onaangekondigde wapeninspecties mogelijk maakt. Ook daar is de boodschap van Saddams val dus aangekomen. En nu neemt de druk op het naburige Syrië toe om zijn chemische wapenarsenaal en zijn politieke strijd met Israël op te geven. Naar buiten toe houdt Syrië de poot nog stijf, maar achter de schermen zoekt ook Damascus naar een dialoog met de Verenigde Staten.
Maar de erkenning van de Amerikaanse suprematie leidt vooralsnog niet tot een uitbraak van democratie, niet in Libië, niet in Syrië en ook niet in Egypte. Dat land is al jaren een bondgenoot van de Verenigde Staten, zonder dat dit heeft geleid tot noemenswaardige pressie op het regime van Mubarak om nu eindelijk eens te democratiseren. Dit ondermijnt natuurlijk wel de geloofwaardigheid van het Amerikaanse plan voor de regio, ook al beloofde president Bush onlangs dat de VS ook de autocratische Arabische bondgenoten zullen aanpakken.
Soft power
Hoe dan ook, het oude pan-Arabische systeem is politiek failliet en kraakt na de val van Saddam in al zijn voegen. Maar om dat failliete systeem in democratische zin te hervormen is meer nodig dan een harde hand. Daarvoor moet Amerika niet alleen ontzag inboezemen, maar ook overtuigingskracht en geloofwaardigheid. Kortom, soft power.
www.wereldomroep.nl
'k geloof d'r geen bal van dat de VS er op uit zijn om het MO te dmocratiseren. Ze willen er tandloze oude wijven van maken door de onder dreiging te ontwapenen.