PDA

Bekijk Volledige Versie : De Israelische strafblad.



Al Sawt
24-02-04, 01:42
hier een aanklacht en een opsomming van de israelische terreurdaden tegen het palestijnse volk;


Verklaring van Aanklacht.



De staat Israël is direct en indirect crimineel verantwoordelijk voor het begaan van specifieke daden van volkerenmoord, etnische zuivering, inclusief het uitroeien van Palestijnen door militaire aanvallen, willekeurige arrestaties en onwettige gevangenneming, bestuurlijk oponthoud, aanvallen op vrouwen, kinderen en ouderen, stelselmatige en baldadige vernieling van bezittingen en huizen, stelselmatige onteigening en beroving, geweld tegen leven en persoon, in het bijzonder moord in alle soorten, inclusief moordaanslagen, inbeslagname van landerijen en eigendommen, vervaardigen van afgescheiden reservaten en enclaves, verstoring van het openbare leven en het terroriseren van een gehele bevolking, inclusief door middel van daden van collectieve bestraffing en represailles, rassendiscriminatie, stelen, roven en plunderen, toebrengen van ernstig lichamelijk of geestelijk lijden, inclusief marteling; mishandeling; wrede, onmenselijke en vernederende behandeling en straf, verminking, het veroorzaken van dood en ernstige verwondingen, opzettelijk toebrengen van levensvoorwaarden die erop gericht zijn om gehele of gedeeltelijke lichamelijke verwoesting teweeg te brengen; het goedkeuren en toepassen van wettelijke maatregelen die erop gericht zijn om deelname van Palestijnen aan het politieke, sociale, economische en culturele leven te verhinderen, en het opzettelijk creëren van voorwaarden die tot doel hebben de volle ontplooiing van Palestijnen te voorkomen, het exploiteren van zware arbeid, vervolging van organisaties en hun leden, het beroven van personen van fundamentele rechten en vrijheden omdat zij tegen militaire bezetting zijn; kolonialisme of apartheid, en andere criminele activiteiten.



Schendingen van wetten, verdragen en conventies.



De staat Israël is crimineel verantwoordelijk voor misdaden die worden gesteld de ernstigste misdaden te zijn met betrekking tot de internationale gemeenschap als geheel. Deze houden in:



De misdaad van volkenmoord, misdaden tegen de menselijkheid, oorlogsmisdaden en de misdaad van agressie zoals gedefinieerd en gespecificeerd in het Statuut van Rome van het Internationale Hof, zoals bijgesteld door de processen-verbaal van 10 november 1998 en 12 juli 1999.

Schendingen van 85 resoluties van de Verenigde Naties Veiligheidsraad

Schendingen van het volgende:

Handvest van de Verenigde Naties;

Conventie betreffende het voorkomen en bestraffen van de misdaad van Volkenmoord;

Conventie betreffende de niet-toepasselijkheid van statutaire beperkingen op oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid;

Conventie van Genève met betrekking tot het verdrag van krijgsgevangenen;

Conventie van Genève met betrekking tot de bescherming van burgers ten tijde van oorlog;

Protocol toegevoegd aan de Conventies van Genève van 12 augustus 1949, en betreffende de bescherming van slachtoffers van internationale gewapende conflicten;

Protocol toegevoegd aan de Conventies van Genève van 12 augustus 1949, en betreffende de bescherming van slachtoffers van niet-internationale gewapende conflicten;

Internationaal verbond voor econonomische, sociale en culturele rechten;

Internationaal verbond betreffende burgerlijke en politieke rechten;

Verklaring betreffende het recht en de verantwoordelijkheid van individuen, groepen en organen, van de Maatschappij tot Bevordering en Bescherming van Universeel Erkende Mensenrechten en Fundamentele Vrijheden;

Verklaring betreffende het verlenen van onafhankelijkheid aan koloniale landen en volken;

Internationale Conventie betreffende het verwijderen van alle vormen van rassendiscriminatie;

Internationale Conventie voor de onderdrukking en bestraffing van de misdaad van apartheid;

Conventie tegen discriminatie in opleiding;

Conventie betreffende de eliminatie van alle vormen van discriminatie tegen vrouwen;

Conventie betreffende de politieke rechten van vrouwen;

Conventie van de rechten van het kind;

Standaard minimum regels voor de behandeling van gevangenen;

Basisprincipes voor de behandeling van gevangenen;

Lichaam van principes voor de bescherming van alle personen onder elke vorm van detentie of gevangenschap;

Regels van de Verenigde Naties voor de bescherming van jongeren die van hun vrijheid beroofd zijn;

Conventie tegen martelingen en andere wrede, onmenselijke of vernederende behandelingen of straffen;

Principes voor effectief onderzoek en documentatie van martelingen en andere wrede, onmenselijke of vernederende behandelingen of straffen;

Principes voor medische ethiek, van belang voor de rol van gezondheidszorg personeel, in het bijzonder artsen, in de bescherming van gevangenen en gedetineerden tegen martelingen en andere wrede, onmenselijke en vernederende behandelingen of straffen;

Gedragscode voor politiefunctionarissen

Basisprincipes betreffende het gebruik van geweld en vuurwapens door politiefunctionarissen;

Basisprincipes aangaande de rol van advocaten;

Verenigde Naties standaard minimum regels voor de toepassing van jeugdrecht;

Basisprincipes betreffende de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht;

Principes aangaande de effectieve preventie en onderzoek van onwettige, willekeurige en standrechterlijke executies.



Specifieke tenlasteleggingen tegen de staat Israël


I. Oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.



1. De staat Israël en diens voorgaande vertegenwoordigers, hebben verscheidene handelingen begaan van genocide, het doden van duizenden Palestijnse burgers, het veroorzaken van ernstige lichamelijk en geestelijk leed aan duizenden Palestijnen, en het opzettelijk toebrengen van levensvoorwaarden die erop gericht zijn om lichamelijke verwoesting teweeg te brengen, met inbegrip van - maar niet beperkt tot - de volgende gevallen:



Baldat al-Shaikh (30-31 januari 1947), Yehida (13 december 1947), Khisas (18 december 1947), Qazaza (19 december 1947), Katamon (5 Juli 1948), Deir Yassin (9/10 april 1948), Naser al-Din (13,14 april 1948), Tantura (15 mei 1948), Beit Daras (21 mei 1948), Lydda (11 juli 1948), Dawayma (29 oktober 1948), Houla (26 oktober 1948), Sharafat (7 februari 1951), Kibya (14 oktober 1953), Kafr Kassim (29 oktober 1956), Gaza City (5 april 1956), Khan Younis (3 november 1956), Rafah (12 november 1956), Al-Sammou' (13 november 1966), Kawnin (15 oktober 1975), Bint Jbeil (21 oktober 1976), Abbasieh (17 maart 1978), Adloun (17 maart 1978), Saida (4 april 1981), Fakhani (17 juli 1981), Beirut (17 juli 1981), Sabra and Shatila (16-18 september 1982), Jibsheet (27 maart 1984), Sohmor (19 september 1984), Seer al-Gharbiah (23 maart 1985), Maaraka (5 maart 1985), Zrariah (11 maart 1985), Homeen al-Tahta (21 maart 1985), Jibaa (30 maart 1985), Yohmor (13 april 1985), Tiri (17 augustus 1986), Al-Naher al-Bared (11 december 1986), Ain al-Hilwe (5 september 1987), Nablus (16 december 1988), Nahhalin (13 april 1989), Oyon Qara (20 mei 1990), Siddiqine (25 juli 1990), Jeruzalem (8 oktober 1990), Hebron (25 februari 1994), Jalabia (28 maart 1994), Aramta (15 april 1994), Erez (17 juli 1994), Deir al-Zahrani (5 augustus 1994), Nabatiyeh (21 maart 1994), Sohmor (2 april 1996), Mansuriah (13 april 1996), Nabatiya (18 april 1996), Qana (18 april 1996), West Bank/Gaza (25-28 september 1996), Tarqumia (10 maart 1998), Janta (22 december 1998), Beirut (24 juni 1999), Western Baq'a (29 december 1999), Jeruzalem (29 september 2000), Idna (19 juli 2001), Nablus (31 juli 2001), Beit Rima (24 oktober 2001), Jenin (3-21 april 2002), Nablus (3-21 april 2002).



2. Tussen 1948 en 1949 heeft de staat Israël tenminste 13.000 Palestijnen gedood. Gedurende de oorlog van juni 1967 heeft de staat Israël - hoewel officiële cijfers nooit zijn bekendgemaakt - tenminste 15.000 Palestijnen, Egyptenaren, Jordaniërs en Syriërs gedood.



3. In Libanon doodde de staat Israël meer dan 29.500 Palestijnen en Libanese burgers; 40% waren kinderen. Gedurende verscheidene invasies heeft de staat Israël meer dan 100.000 Palestijnse en Libanese burgers met geweld verdreven.



4. Tussen december 1987 en september 1993 heeft de staat Israël meer dan 1300 Palestijnse burgers gedood, waarvan meer dan 25% jonger dan 16 jaar; bracht meer dan 100.000 Palestijnse burgers verwondingen toe, en 2089 huizen werden vernield. Tussen 1993 tot eind 1999 heeft de staat Israël 492 Palestijnse burgers gedood. Tussen 1993 en eind 1999 heeft de staat Israël ongeveer 1000 Palestijnse huizen vernield, waarbij meer dan 5000 Palestijnen dakloos werden.



5. Sinds eind september 2000 hebben de staat Israël, diens leger en burgers 1639 Palestijnen gedood, inclusief 336 kinderen.



6. Sinds eind september 2000 heeft de staat Israël minstens 103 Palestijnen gedood waarvan de helft alleen maar omstanders waren, inclusief vrouwen en kinderen - in staatsgesponsorde sluipmoorden.



7. Sinds eind september 2000 heeft de staat Israël meer dan 550 Palestijnen gedood door het bestoken met granaten en bombarderen van de burgerlijke en openbare infrastructuur, huizen, scholen en andere plaatsen. De staat Israël heeft de dood en verwondingen veroorzaakt aan nog meer Palestijnen bij checkpoints en door verhindering van medische bereikbaarheid en bewegingsbeperking.

Al Sawt
24-02-04, 01:43
8. Sinds eind september 2000 heeft de staat Israël tenminste 20.000 Palestijnen ernstig letsel toegebracht, verminkt en verwond, waarbij meer dan 2000 Palestijnen permanent invalide raakten. In dezelfde periode vernielde de staat Israël meer dan 985 Palestijnse huizen.



9. Sinds eind september 2000 heeft de staat Israël militaire aanvallen uitgevoerd op Palestijnse burgers. Deze aanvallen hielden in: schieten, bestoken met granaten en bommen in hun huizen, scholen, universiteiten, ziekenhuizen, veldhospitalen en werkplaatsen. De staat Israël mikte op duidelijk als zodanig herkenbare ambulances en paramedici, journalisten en verdedigers van mensenrechten. De staat Israël heeft zwaar wapentuig en munitie gebruikt tegen Palestijnen, inclusief bommen, mortiergranaten, tankgranaten, lucht-naar-grond en grond-naar-grond raketten die werden afgevuurd vanaf aanvalshelikopters en F-16 gevechtsvliegtuigen, oorlogsschepen, tanks en gepantserde voertuigen. De staat Israël is ook verantwoordelijk voor de dood van Palestijnen die zijn gedood door Israëlische sluipschutters die schoten met hoge-snelheids scherpe munitie op burgers in burgergebieden. In deze periode heeft de staat Israël een buitenproportioneel aantal vrouwen en kinderen gedood, duidelijk herkenbaar medisch personeel, verdedigers van mensenrechten en journalisten.



10. Sinds 1967 heeft de staat Israël dodelijke ongevallen veroorzaakt door exploderende voorwerpen en fakkels - inclusief voorwerpen die werden gegooid uit militaire jeeps en helikopters - mijnen en explosieven, en brandbare voorwerpen. Deze voorwerpen zijn ofwel geëxplodeerd waarbij ze scherfwonden veroorzaakten, ofwel in brand gevlogen waarbij ze ernstige brandwonden veroorzaakten. Bijvoorbeeld, op 13 februari 1989 werd Iktimal Dim (6 jaar) gedood en haar broertje, 'Isam Dim (10 jaar) werd gewond door een scherf van een exploderend apparaat dat uit een Israëlische helikopter werd gegooid die zweefde boven het dorp Tayasir. Sinds 1967 zijn een groot aantal Palestijnen gewond of gedood nadat ze op mijnen of andere explosieven trapten die daar door het Israëlische leger gelegd waren.



11. Sinds 1948 heeft de staat Israël bij diens militairen het gebruik van grof lichamelijk geweld tegen ongewapende, meestal jonge Palestijnen, bevolen en aangemoedigd. Inclusief het stelselmatig slaan van Palestijnse burgers door Israëlische soldaten en politie, hetgeen bijzondere beruchtheid kreeg in 1988, nadat de inmiddels overleden Yitzhak Rabin, toen minister van defensie, een beleid van 'kracht, macht en klappen' aankondigde op 18 januari 1988. Er werden Palestijnen willekeurig geslagen zonder dat er ook maar enig verband van betekenis bestond met protesten werden zij vaak uit hun huizen of van de straat gehaald en op grove wijze in elkaar geslagen. Er werden ook klappen uitgedeeld door groepen Israëlische soldaten die daarbij veeleer in samenwerkingsverband optraden dan individueel. Incidenten waarbij geslagen werd vonden plaats in situaties waarbij het slachtoffer geen weerstand bood. Bijvoorbeeld, op 19 en 21 januari 1988 pakten Israëlische soldaten twintig inwoners op in het dorp Huwarra, reden hen naar een afgelegen plek, bonden hen vast en duwden een prop in de mond, en braken daarna opzettelijk hun armen en benen. Het gebrek aan geschikte onderzoeken naar gevallen waarbij Palestijnen ernstig gewond of gedood zijn als gevolg van slagen bevestigt verder het feit dat slaan een beleid is van de staat Israël.



12. Tussen 1949 en 1956 heeft de staat Israël minstens 5000 Palestijnse vluchtelingen gedood, meestal boeren die probeerden naar huis terug te keren, ofwel te wonen en familie te zien, ofwel hun oogsten binnen te halen.



13. De staat Israël heeft ernstige beperkingen opgelegd aan Palestijns vervoer, inclusief d.m.v. sluitingen, belegering, uitgaansverboden en het gebruik van loopgraven, hekken, ijzeren poorten en muren. De staat Israël controleerde, beperkte, sloot en - alles bij elkaar genomen - weigerde Palestijnen toegang tot belangrijke faciliteiten, goederen en diensten, inclusief humanitaire hulpverlening en assistentie, inclusief ziekenhuizen en veldhospitalen, basislevensbehoeften zoals medicijnen, voedsel en water, opleidingen, het weigeren van toegang aan Palestijnen tot scholen en universiteiten; het ontzeggen van toegang aan Palestijnen tot werkplaatsen, bedrijven, landbouwgebieden, industrieën, gezins- en gemeenschapsleven.



14. De staat Israël heeft Palestijnse vrouwen aangevallen op verschillende manieren, inclusief het illegaal en zonder onderscheid gebruik van dodelijk geweld door Israëlische militaire autoriteiten, wat doden of gewonden tot gevolg had, het opzettelijk misbruik van traangas door Israëlische militairen, met als gevolg verstikking, gezondheidsproblemen en miskramen onder Palestijnse vrouwen; door soldaten gepleegde grofheid, seksuele pesterijen en intimidaties door Israëlische soldaten, het gebruik van obscene taal; het ontbloten van, en plassen op, vrouwen; mishandeling en pogingen tot verkrachting, arrestatie, verhoor en marteling binnen Israëlische gevangenissen; het gijzelen, uitzetten, hinderen en treiteren van vrouwencommissies en liefdadigheidsinstellingen, invallen in vrouwencentra, kleuterscholen en coöperaties.



15. De staat Israël heeft opzettelijk humanitaire crisis teweeggebracht, door het tot armoede doen vervallen van Palestijnse burgers en uithongeringsbeleidvoeringen. De staat Israël heeft vervoersbeperkingen opgelegd, toegang tot humanitaire hulp en assistentie geweigerd en gehinderd evenals toegang tot voedsel en water, medische voorzieningen en hulp, ziekenhuizen, werk en opleiding.



II. Weigering van gezondheidszorg


16. De staat Israël heeft aan zijn leger toegestaan om gewonde Palestijnen te slaan en vast te houden, het belemmeren van de pogingen van medisch personeel om hulp te bieden aan levensgevaarlijk gewonde Palestijnen, het vertragen van ambulances die gewonde Palestijnen vervoerden, het lichamelijk mishandelen van artsen en ander gezondheidszorgpersoneel, het mishandelen van gewonde Palestijnen, het overvallen van medische faciliteiten, het schieten op ambulances, en het nemen van maatregelen die de kwaliteit en beschikbaarheid van medische diensten verminderden. Deze misdragingen illustreren een minachting van de kant van de staat Israël voor de meest fundamentele normen van menselijkheid.



III. Verbanningen.


17. De staat Israël heeft stelselmatig Palestijnse bevolkingsgroepen onteigend, uitgeroeid en verdreven, in het geheel of in gedeeltes; en de achtergebleven Palestijnse gemeenschappen gedwongen te leven in afgescheiden, minderwaardige, minder vruchtbare, versplinterde en niet-aaneengesloten enclaves binnen zijn eigen grenzen en de bezette Palestijnse gebieden. Om het aantal Palestijnen binnen de historische grenzen te reduceren van 70% naar 50% heeft de staat Israël verscheidene methodes gebruikt, inclusief gewelddadige verbanning, handelingen van volkenmoord en etnische zuivering.



18. De staat Israël heeft met geweld meer dan 780.000 Palestijnen verdreven, hetgeen 60% van de totale Palestijnse bevolking bedraagt, en heeft 531 Palestijnse dorpen en plaatsen ontvolkt en verwoest. In 1948 heeft de staat Israël intern ongeveer 37.500 Palestijnen verdreven. Zelfs na de wapenstilstandsovereenkomsten van 1949 is de staat Israël doorgegaan met het verdrijven van duizenden Palestijnen, met name van de 'Kleine Driehoek', en in het zuiden vanaf Majdal tot aan Faluja en Bir Saba, het gebied van Hebron, en van het oosten en noorden van het Meer van Galilea.



19. De staat Israël heeft ook razzia's uitgevoerd in Palestijnse dorpen en die Palestijnen verbannen waarvan de staat Israël beslist had dat het 'illegalen' waren. In de Negev-woestijn tussen 1949 en 1953 bijvoorbeeld, verdreef de staat Israël bijna 17.000 Bedoeïenen. Alleen al in 1953 heeft de staat Israël met geweld 7000 Bedoeïenen verdreven. Zulke verbanningen gingen vaan vergezeld van grof geweld. Hetzelfde jaar, op 14 oktober 1953 doodde een Israëlisch commando onder leiding van de huidige premier van de staat Israël 69 Palestijnse burgers, meest vrouwen en kinderen, en blies 45 Palestijnse huizen op in het West-Bank dorp Qibiya. Op 29 oktober 1956 doodde de staat Israël negenenveertig Palestijnse dorpelingen, inclusief vijftien vrouwen en elf kinderen in Kafr Kassim, een Palestijns dorp in de Kleine Driehoek. De dorpelingen werden in een rij opgesteld en doodgeschoten wegens het overtreden van een uitgaansverbod (waarover zij niet geïnformeerd waren). Een dag later, op 30 oktober 1956, verbande de staat Israël ongeveer 5000 Palestijnen van Krad al Baqqara en Krad al Ghannama, naar Syrië.



20. In 1967 verdreef de staat Israël met geweld 388.500 Palestijnse burgers, inclusief 188.500 voor de tweede keer.



21. Tussen 1967 en 2002 heeft de staat Israël 1531 Palestijnen gedeporteerd, inclusief burgemeesters, schrijvers, studenten en universiteitshoogleraren, als strafmaatregel. In augustus 1971 alleen al, deporteerde de staat Israël 600 Palestijnse vluchtelingen die in de Gazastrook woonden. Alleen al in Jeruzalem trok tussen 1987 en 1999 de staat Israël de burgerrechten in van 3327 Palestijnen.



22. Tot op heden heeft de staat Israël de terugkeer verhinderd van ongeveer 6 miljoen Palestijnse vluchtelingen die ofwel verbannen zijn ofwel ontheemd. Op 26 oktober 1948 vestigde de eerste Israëlische premier David Ben-Goerion de ‘Overbrengingscommissie’ en nam diens aanbevelingen aan om de terugkeer van Palestijnse vluchtelingen te verhinderen. Tot op heden werden ongeveer 250.000 binnenlands gedeporteerde Palestijnse vluchtelingen verhinderd om naar hun huizen en dorpen terug te keren. Sinds 1948 heeft de staat Israël ongeveer driekwart van het Palestijnse volk verdreven van hun land, dit is de grootste en een van de langstdurende onopgeloste vluchtelingenzaken in de huidige wereld. De meerderheid van de Palestijnse vluchtelingen welke binnen de bezette Palestijnse gebieden wonen, en binnenlands ontheemde Palestijnen die wonen binnen de grenzen van de staat Israël wonen binnen 160 kilometer van hun oorspronkelijke woonplaatsen, maar worden het recht van terugkeer naar hun huizen en landerijen geweigerd.





IV. Het vernielen van huizen en vernielen van eigendommen


23. Sinds 1967 heeft de staat Israël minstens 9000 Palestijnse huizen verwoest, waardoor 50.000 Palestijnen dakloos werden. Alleen al in augustus 1971 heeft de staat Israël en het Israëlische leger onder bevel van de huidige Israëlische premier, 2000 Palestijnse huizen verwoest in de Gazastrook, waarbij 12.000 Palestijnse vluchtelingen voor de tweede maal in hun leven werden verdreven.


24. In 1948 en daarna heeft de staat Israël Palestijnse bezittingen geroofd in honderden Palestijnse steden en dorpen, inclusief huizen, huishoudelijke goederen, contant geld, zwaar materieel, vrachtwagens en hele veestapels. De totale hoeveelheid van Palestijnse eigendommen die in beslag genomen zijn door de staat Israël bedroeg meer dan 1,6 miljoen hectare) land, het plunderen en in beslag nemen van tienduizenden huizen, flats, winkels, fabrieken en dergelijke.



V. Het in beslag nemen en koloniseren van land.



25. De staat Israël nam 324.000 hectare van bebouwde Palestijnse akkers in beslag, inclusief oogsten; olijven tabak en fruit. Bovendien nam de staat Israël ook levende geiten, schapen en kippen in beslag.



26. De staat Israël nam goederen in beslag van de Moslimse waqf, schenkingen van land en eigendommen, welke één-tiende beslaan van alle land in Palestina voor 1948, en 70 procent van alle gemeentegebied van sommige Palestijnse steden, behalve woonwijken, huizen en bedrijven. Er wordt geschat dat de staat Israël heeft in beslaggenomen, vernield en geplunderd 1,8 miljard US dollar aan Palestijnse roerende goederen en landerijen. In deze tijd zou dit op 209 miljard US dollar getaxeerd worden.



27. Sinds 1948 heeft de staat Israël 96 % van het land in beslaggenomen dat eigendom is van Palestijnen, voor gebruik uitsluitend door Israëlische joden. Sinds 1967 heeft de staat Israël 58 % van de bezette Westbank en Gazastrook in beslag genomen, uitsluitend voor gebruik door Israëlische joden.



28. Sinds 1967 is de staat Israël verantwoordelijk voor het vestigen, financieren en beschermen van illegale joodse kolonies (nederzettingen) in de West Bank en Gaza.

De staat Israël heeft 16.000 hectare land in beslag genomen om een uitgestrekt wegennet aan te leggen in de bezette Palestijnse gebieden, die alleen mogen worden gebruikt door het Israëlische leger en kolonisten. Het meeste van het land was bebouwd door Palestijnse boeren.



29. Sinds 1967 heeft de staat Israël 400.000 kolonisten overgebracht naar de bezette Palestijnse gebieden, inclusief Oost-Jeruzalem.



30. Van 1967 tot september 2001 heeft de staat Israël 123 illegale nederzettingen gebouwd op in beslaggenomen en onteigend Palestijns land op de West Bank, exclusief Oost Jeruzalem, welke huisvesting bieden aan 198.000 kolonisten. Tussen 1993 en september 2001 is de bevolking van kolonisten toegenomen van 100.000 tot 198.000, en zodoende bijna verdubbeld. In bezet Oost Jeruzalem heeft de staat Israël tussen 1997 en september 2001 het aantal kolonisten doen toenemen tot 167.000. Tussen 1993 en augustus 2001 heeft de staat Israël meer dan 28.000 hectare Palestijns land in beslag genomen.

In 1999 alleen al, nam de staat Israël ongeveer 4.000 hectare Palestijns land in beslag.

Sinds februari 2001 alleen al, heeft de staat Israël tenminste 34 nieuwe nederzettingen laten bouwen, uitbreiding van bestaande illegale nederzettingen niet meegerekend.

Al Sawt
24-02-04, 01:44
[31. Sinds 1967 heeft de staat noch aanvallen en mishandelingen door Israëlische kolonisten op Palestijnse individuen en groepen voorkomen, noch effectief tussenbeide gekomen om dergelijke aanvallen te stoppen. Bijvoorbeeld, op 2 juni 1980 werden - tengevolge van autobommen die door Israëlische kolonisten geplaatst waren - de burgemeesters van Nablus en Ramallah, Bassam Shaka'a en Karim Khalif, die door het Israëlisch leger teruggedreven werden, ernstig verminkt.

Op 24 februari 1994 ging een Israëlische kolonist, Baruch Goldstein, de Ibrahimi moskee in Hebron binnen en opende het vuur op gelovigen die het einde van de Ramadan vierden, waarbij negenentwintig Palestijnen werden gedood. De staat Israël kon niet tussenbeide komen, behalve om nog eens zes Palestijnen te doden.

De staat Israël heeft zijn soldaten bevolen met de kolonisten in het zich overgeven aan uitbundig geweld tegen Palestijnse burgers, samen te werken.

Verder heeft de staat Israël gefaald in het verantwoordelijk houden van Israëlische kolonisten voor hun acties.

Israëlische kolonisten hebben Palestijnen gewond en gedood; en grote hoeveelheden Palestijnse eigendommen vernield, gesloopt of gestolen


32. Tot op heden heeft de staat Israël zijn beleid voortgezet van landonteigening, landverwoesting, het vernielen van eigendommen van boeren en het slopen van huizen, zowel binnen Israël als in de bezette Palestijnse gebieden. Binnen Israël heeft de staat Israël een beleid gevoerd van het voortdurend vestigen van nieuwe nederzettingen die alleen voor joden zijn, hetgeen er ook voor dient om Palestijnse groeperingen af te zonderen en te isoleren. Bovendien heeft de staat Israël massale beperkingen aan Palestijnse bouwprojecten opgedrongen.



33. Binnen Israël heeft de staat Israël Palestijnen opgesloten in beperkte en opzettelijk onderontwikkelde enclaves met verminderde toegang tot noodzakelijke hulpbronnen, diensten en faciliteiten. De staat Israël gebruikt quasi-overheidsbureaus, het in zones opdelen van gebieden en het ontwerpen van wetten om Palestijnen op te sluiten in speciale gebieden en de natuurlijke groei daarvan te verhinderen. In bezet Oost Jeruzalem verhindert de staat Israël aan Palestijnen toegang tot 66 % door middel van het in zones opdelen, het plannen en uitvoeren van beperkingen door Israël. In andere gebieden van de bezette Palestijnse gebieden heeft de staat Israël Palestijnen opgesloten in enclaves, alweer met beperkte toegang tot noodzakelijke hulpbronnen, inclusief watervoorraden, diensten en faciliteiten

VI. In beslagname van water



34. Sinds 1967 heeft de staat Israël meer dan 80% van het Palestijnse grondwater in beslag genomen. Kort na de oorlog van juni 1967 heeft de staat Israël 140 Palestijnse waterpompen vernield in de Jordaanvallei, die gebruikt werden om Palestijnse boerderijen in het gebied, te bevloeien. Sinds 1967 is alle waterbeheer in de West-Bank en de Gazastrook geplaatst onder Israëlisch militair gezag.

35. De staat Israël heeft strategisch illegale kolonies gevestigd om het Palestijnse grondwater en bronnen te exploiteren, waarbij het water op discriminatoire wijze werd toegewezen. Per hoofd van de bevolking verbruiken Israëli's meer dan vijf keer zoveel water als Palestijnen, zelfs al is hun bevolkingsaantal slechts tweemaal die van de Palestijnen, ondanks uitgebreide droogteperiodes waarin de Palestijnse watervoorraden maandenlang letterlijk opdrogen gedurende de zomer.

36. Alleen al in april en mei 2002 heeft de staat Israël de verwoesting van de Palestijnse waterssector veroorzaakt voor een waarde van 7 miljoen US dollar. In die periode vernielde de staat Israël waternetwerken waarbij Palestijnen gedurende twee weken aan een stuk geen toegang hadden tot stromend water.

37. De staat Israël heeft stelselmatig dwars over hoofdwegen greppels gegraven, waardoor water- en rioolleidingen en telecommunicatieleidingen naar Palestijnse woningen verstoord werden, waardoor schade aan pompinstallaties, opzettelijke vernietiging van waterleidingen van bronnen die buiten de stadsgrenzen lagen, blokkering van gemeentewerkers die noodreparaties uitvoerden, het doden van een gemeentelijke ingenieur in Nablus. Een waterputbedienaar uit Jenin moest twee keer in het ziekenhuis worden opgenomen.


VII. Schendingen betreffende gerechtelijke processen, en martelingen.

38. Sinds 1967 tot heden heeft de staat Israël meer dan 620.000 Palestijnen naar willekeur vastgezet. Alleen al in 1989 heeft de staat Israël 50.000 Palestijnen vastgezet, wat 16% van de hele mannelijke bevolking bedraagt van de West-Bank en de Gazastrook tussen de 14 en 55 jaar oud. Ter vergelijking: in datzelfde jaar, van de hele Afrikaanse bevolking van 24 miljoen in Zuid Afrika werden niet meer dan 5000 - of 0,2% - gevangengehouden wegens veiligheidsmisdrijven tegen het apartheidsregime.

39. Sinds 1948 heeft de staat Israël duizenden Palestijnen gevangengezet zonder aanklacht of rechtszaak.

40. Meer dan 200 Palestijnse gevangenen zijn gestorven terwijl ze in Israëlische hechtenis waren, te wijten aan marteling, mishandeling, ontzegging van medische behandeling en verwaarlozing.

41. De staat Israël heeft ongeveer 80% van alle Palestijnse gedetineerden stelselmatig gemarteld en mishandeld.

Tot de martelmethodes die gebruikt werden door de staat Israël horen zowel geestelijke als lichamelijke martelingen, inclusief slagen op gevoelige organen, verstikken, het uittrekken van lichaamshaar, langdurige eenzame opsluiting, het onderwerpen van Palestijnse gevangenen aan lawaai, schreeuwen, en het bedreigen van hun gezinnen. Andere vormen van marteling en mishandeling die door de staat Israël op Palestijnse gedetineerden werden toegepast hielden in: het iemand dwingen om te blijven staan, met een kap over het hoofd en met handboeien, gedurende langere tijdsduur, terwijl hij niet mocht slapen of eten, verder uithongering, toedienen van elektrische schokken, teweegbrengen van brandwonden, klappen met handen, vuisten, knuppels en laarzen; het beroven van voedsel, slaap en basishygiëne, wat luizen en algemeen ongemak tot gevolg had - en het dwingen van gedetineerden om gedurende extra lange tijd te blijven staan.

42. In de bezette Palestijnse gebieden heeft de staat Israël militaire rechtbanken gevestigd die niet aan behoorlijke normen van proces voldoen.

43. De staat Israël verschaft nagenoeg onschendbaarheid aan die Israëlische soldaten en kolonisten die misdaden tegen Palestijnen begaan. De staat Israël heeft gefaald in het onderzoeken danwel geschikt en onpartijdig onderzoeken danwel het vervolgen van die Israëlische soldaten en kolonisten, die misdaden begaan hebben tegen Palestijnen. De staat Israël heeft elk rechtsmiddel (om verhaal te halen) voor Palestijnse slachtoffers geweigerd, en weigert ook elke schadeloosstelling





VIII. Verwoesting van middelen van levensonderhoud



44. Sinds 1967 heeft de staat Israël honderdduizenden bomen ontworteld. In 1984 vaardigde de staat Israël een militair bevel uit dat het illegaal maakte voor Palestijnen om zonder vergunning een nieuwe of vervangende fruitboom te planten. Tijdens de zomer van 1988 verbrandde de staat Israël 8000 olijfbomen en duizenden dunums (een 'dunum' is ongeveer 0,135 hectare) tarwe. Tussen 1993 en augustus 2001 heeft de staat Israël 280.000 fruit- en olijfbomen ontworteld die van Palestijnen waren in alleen al de West Bank. In 2001 alleen al heeft de staat Israël 23.551 fruit- en olijfbomen ontworteld.


45. De staat Israël heeft opzettelijk de Palestijnse economie in een wurggreep gehouden met gedwongen afhankelijkheid van Palestijnse industrieën en bedrijven, schending van het volledige bereik van werkgelegenheid en rechten van arbeiders, inclusief het opleggen van sluitingen en uitgaansverboden.



46. De staat Israël heeft opzettelijk een scala van maatregelen en handelingen opgedrongen die de levensomstandigheden van Palestijnen verminderen in zoverre dat die alleen hun lichamelijke vernietiging tot gevolg kunnen hebben. Methodes die behelzen de in beslagname en onteigening van Palestijns land en andere natuurlijke hulpbronnen, in het bijzonder water hetgeen ernstig de gezondheid en levensvatbaarheid van Palestijnse gemeenschappen en hun manier van leven heeft aangetast. De staat Israël heeft Palestijnse landerijen en het milieu schade berokkend door het gebruik van zwaar wapenmaterieel en het toestaan van het dumpen van giftige en gevaarlijke stoffen. De staat Israël heeft beperkingen opgelegd aan het reizen van Palestijnen in en uit de Palestijnse plaatsen, het schade toebrengen aan bevolkingscentra en hun ermee verbonden landbouw- en economische gemeenschappen, inclusief vervoersbeperkingen waardoor het voor hen onmogelijk is om toegang te hebben tot hun land en landerijen.






IX. Discriminatie en apartheid



47. De staat Israël heeft een belastingsstelsel aan Palestijnen opgelegd terwijl - per hoofd van de bevolking gezien - Israëlische joden vijftig keer meer toelagen en subsidies ontvingen dan Palestijnen. Van de bijstand die verleend werd in de bezette Palestijnse gebieden, werd 96,5% gegeven aan Israëlische kolonisten en 3,5% aan de Palestijnse bevolking die 90% bedraagt. In 1992, met aftrek van Oost Jeruzalem, maakten Israëlische kolonisten amper 6% van de bevolkingen van de West Bank en Gaza. Hoewel de staat Israël sinds 1970 van Palestijnse arbeiders eisten dat ze heffingen voor de Histadrut betalen, kunnen Palestijnse arbeiders geen lid zijn van deze vakbondsfederatie. Tussen 1970 en 1994 nam de Histadrut 700 miljoen shekel (= ongeveer 140 miljoen euro) in beslag van Palestijnse arbeiders zonder dat deze arbeiders erin waren vertegenwoordigd.

48. Sinds 1948 heeft de staat Israël steeds meer afscheiding en apartheid opgelegd, inclusief het afsnijden van Palestijnen van toegang tot grotere Arabische gemeenschappen in de naburige Arabische staten, het afsnijden van Palestijnen van hun gezinnen en bevolkingsgroepen in de West Bank - inclusief Oost Jeruzalem - en de Gazastrook.



49. Sinds 1967 heeft de staat Israël Palestijnen in Oost Jeruzalem afgezonderd en geïsoleerd van hun gezinnen in andere delen van de West Bank en de Gazastrook. Sinds 1967 heeft de staat Israël Palestijnse bevolkingsgroepen afgescheiden en geïsoleerd d.m.v. hekken van prikkeldraad en ijzeren poorten, bijvoorbeeld het vluchtelingenkamp Dheishe, in de buurt van Bethlehem. Sinds 1989 heeft de staat Israël de Gazastrook afgezonderd, geïsoleerd en afgescheiden van de West Bank, inclusief Oost Jeruzalem en van aangrenzende buurlanden.



50. Sinds 1993 heeft de staat Israël aan Palestijnen in de WestBank toegang tot de Gazastrook en Israël geweigerd. Sinds deze tijd heeft de staat Israël gebruik gemaakt van uitgaansverboden, gedeeltelijke en gehele sluitingen op een 'voor deze speciale gelegenheid'-basis. Sinds 1993 heeft de staat Israël verder Palestijnse gemeenschappen afgescheiden binnen de West Bank en de Gazastrook, dorpen van steden en dorpen van dorpen afgescheiden, door middel van checkpoints, omleidingen, nederzettingen en sluitingen.


51. Sinds maart 2001 heeft de staat Israël greppels in hoofdwegen gegraven, waardoor alle vervoer voor Palestijnse dorpelingen naar welk ander gebied dan ook afgesneden werd, inclusief stadscentra waarvan zij afhankelijk waren voor hun werk, opleiding, humanitaire bijstand en assistentie, inclusief medicijnen, veldhospitalen en ziekenhuizen, en voorraden van levensbelang, inclusief voedsel en water. Sinds juni 2001 heeft de staat Israël meer greppels gegraven en ijzeren hekken in enkele gebieden opgericht, waardoor dorpen en steden werden afgesloten. Sinds juni 2002 heeft de staat Israël meer dan 11.000 Palestijnen afgezonderd, afgescheiden en geïsoleerd die woonden tussen de afscheidingslijn van 1967 en een tegenwoordig gebouwde muur ofwel het zogenaamde 'veiligheidshek' in het noorden van de West Bank.





X. Weigering van persvrijheid



52. De staat Israël heeft de toegang tot gebieden geblokkeerd voor journalisten, journalisten onderworpen aan lichamelijk geweld en pesterijen, journalisten gearresteerd en gevangengenomen, de toegang tot Palestijnse informatiebronnen beperkt, bijvoorbeeld: de sluiting van persagentschappen, het nabootsen van journalisten en inbeslagname van materiaal, inclusief opgenomen filmmateriaal, camera's en films.






XI. Weigering van opleiding



53. De staat Israël heeft Palestijnse opleidingen onderdrukt door middel van sluitingen, invallen en vernielingen. De staat Israël heeft Palestijnse professoren, lectoren, leraren en studenten gedood, gewond, gevangengehouden en getreiterd. De staat Israël heeft regelmatig scholen en universiteiten in de West Bank en Gaza gesloten voor langere perioden, waardoor het Palestijnse opleidingssysteem verstoord werd, en heeft alternatieve opleidingen uitgebannen. Bovendien heeft de staat Israël veel scholen bezet en schooleigendommen vernield. De staat Israël heeft invallen in scholen en universiteiten uitgevoerd en traangas binnen in schoolgebouwen gebruikt.





XII. Weigering van vrijheid van godsdienst



54. De staat Israël heeft godsdienstoefeningen belemmerd en getreiterd. De staat Israël heeft invallen uitgevoerd in moskeeën en moskeegangers getreiterd. De staat Israël heeft aan zijn soldaten toestemming gegeven om traangasgranaten te schieten in plaatsen van aanbidding, moskeen en kerken overvallen, en de begrafenisrituelen van Palestijnen verstoord.

Bron: www.dutchpal.com

Al Sawt
24-02-04, 01:46
55 jaar lang bedrijft deze k.ankergezwel van het Midden Oosten haar misdadige en racistische politiek ongestraft.

Dutchguy
24-02-04, 02:19
Van dezelfde site:

"The "Holocaust" can be perfectly called the lie of the century, and along the history of the human being there wasn't a daredevil lie as the Holocaust was.
In this section we will discuss facts the prove that the all stories about Holocaust were created in sake of Zionist-Jews own benefit."

Dan is je hele geloofwaardigheid wat mij betreft in een keer weg.

Al Sawt
24-02-04, 02:41
Geplaatst door Dutchguy


Dan is je hele geloofwaardigheid wat mij betreft in een keer weg. Als die site anti-semitische bagger uitkraamt, dan zij het zo. Maar de bovenstaande feiten zijn correct en geven een zeer betrouwbare feiten-relaas van de Israelische misdaden.
En ze zijn door de advocaten van Marwan Barghoutie opgesteld. Ook zijn ze te refereren in rapporten van Gush Shalom, B`Tsellem, en VN.

Trouwens,
Ik zal bepaald niet wakker van liggen, als mijn geloofwaardigheid bij sommige personen weg is.

Dutchguy
24-02-04, 03:08
Geplaatst door Al Sawt
Als die site anti-semitische bagger uitkraamt, dan zij het zo. Maar de bovenstaande feiten zijn correct en geven een zeer betrouwbare feiten-relaas van de Israelische misdaden.
En ze zijn door de advocaten van Marwan Barghoutie opgesteld. Ook zijn ze te refereren in rapporten van Gush Shalom, B`Tsellem, en VN.

Trouwens,
Ik zal bepaald niet wakker van liggen, als mijn geloofwaardigheid bij sommige personen weg is.

Al Sawt, ik bedoelde niet jouw geloofwaardigheid, maar die van de site.
Die feiten kunnen wel of niet correct zijn, ik heb niet de kennis om hier een zinnige uitspraak over te doen. Maar als die site serieus genomen wil worden werkt die holocaust onzin alleen maar in hun nadeel.