Orakel
09-06-04, 23:39
Gedateerd stuk, maar toch.
Het dubbele karakter van de AEL
Voor gelijke rechten en conservatieve waarden
Paul Mepschen 29-04-2003
De Arabisch-Europese Liga bepleit terecht dat jonge allochtonen het heft in eigen handen moeten nemen. Het werd ook tijd dat de strijd tegen racisme en islamofobie wat meer smoel kreeg.
Maar het is buitengewoon teleurstellend dat die terechte strijd samen gaat met een roep om het herstel van conservatieve waarden, in plaats van een strijd voor bevrijding.
CDA-kamerlid Camiel Eurlings liet het ware gezicht van zijn partij zien toen hij reeds pleitte voor een mogelijk verbod op de AEL voordat de club in Nederland zelfs maar bestond. Die afkeer van een migrantenzelforganisatie als de AEL is kenmerkend voor het racisme van de Nederlandse burgerij. Het is de angst voor een return of the repressed.
Jonge Marokkanen voelen zich buitengesloten, niet gerespecteerd. Het volwaardige burgerschap wordt ze onthouden. Ze hebben te maken met dagelijkse discriminatie. Het is ironisch dat juist de katholiek Eurlings zich zo verzet – de strijd van AEL’ers heeft nu juist zoveel overeenkomsten met de emancipatiestrijd van de katholieken.
Terechte woede
In Antwerpen is het allemaal nog wat erger dan in Nederland. Daar is het Vlaams Blok de grootste partij, ook onder leden van het politiekorps. De zogenaamde ‘rellen’ na de moord op een jonge Marokkaan door een racistische idioot kwamen dan ook niet uit de lucht vallen. Integendeel, jonge Marokkanen hebben dagelijks te maken met het racisme van het Vlaams Blok, met discriminatie op school en op de werkvloer en intimidatie door de politie. Dat AEL voorman Dyab Abou Jahjah vervolgens wordt opgepakt en in een cel gestopt onthult de onmacht van het Belgische establishment.
Het is onbegrijpelijk dat jarenlang niets wordt gedaan aan de oorzaken van de groei van het Blok, dat allochtone jongeren door agenten in elkaar worden geslagen, dat de racistische dreiging voortduurt, terwijl het repressie apparaat op volle toeren gaat draaien zodra een begaafde jongeman als Jahjah politiek uitdrukking weet te geven aan de woede. Die is volkomen terecht. De criminalisering van de AEL, in Nederland en België, is hypocriet.
Polarisering
Als het gaat om racisme en maatschappelijke uitsluiting staat het er ook in Nederland niet rooskleurig voor. Hier groeit ondertussen een derde generatie kinderen op in gezinnen uit islamitische landen. Vanaf het allereerste begin gaat het om mensen met een achtergestelde positie in de samenleving. Mensen die het werk moesten doen dat over was. Mensen die er tijdens de crisis ook weer als eerste uitvlogen. Hun kinderen zijn het die zich vandaag afvragen waarom ze nog steeds niet als volwaardige burgers worden gezien.
Zij merken dat hun kansen en perspectieven beperkt zijn. Die rem op hun maatschappelijke ontwikkeling heeft structurele oorzaken, maar wordt door media en politiek voortdurend groepsspecifiek uitgelegd. Het zou aan de culturele en religieuze achtergrond van deze mannen en vrouwen liggen. Jonge, hoger opgeleide mensen met een redelijk goede baan zijn de eersten die merken dat er een discrepantie bestaat tussen hun capaciteiten en hun kansen. Zij nemen dan ook de leiding in de tegenbeweging die de AEL is.
De criminalisering van islamitische Nederlanders sinds 11 september en het racistische vertoog van Fortuyn hebben een gevoel van uitsluiting versterkt. Er ontstond binnen korte tijd een nieuw vertoog en een nieuwe politieke correctheid waar liberale waarden tegenover de islam werden gepositioneerd. Vooral rechtse politici bekeerden zich razendsnel tot de verworvenheden waar ze eerder niets van wilden weten: de emancipatie van vrouwen, de gelijkberechting van niet-heteroseksuelen. Het is cynisch dat de VVD, waar vrouwenstrijd lange tijd gewoon werd genegeerd, plotseling het feminisme omarmde alsof dat een centraal element is van de conservatief-liberale cultuur in plaats van het resultaat van sociale strijd.
Het waren niet de moslims die in Nederland voor een gepolariseerde atmosfeer zorgden. Hoewel de uiterst achterlijke uitspraken van imam El Moumni niet echt hielpen, is hij ook in moslimkringen een buitengewoon marginale man. De polarisatie ontstond door het spel dat media en politiek, zonder veel kennis van zaken wat betreft de islam en de moslimgemeenschap in Nederland, speelden met islamitische Nederlanders. Het wachten was natuurlijk op een politieke reactie uit de hoek van Nederlandse moslims. Door de charismatische persoonlijkheid en het talent van Jahjah en de mensen om hem heen kreeg die reactie de vorm van een uit België geïmporteerde politieke groepering. De criminalisering van moslims in ons land schiep ruimte voor een soortgelijke organisatie hier.
Tegenstrijdig
De AEL heeft een tegenstrijdig karakter. Het staat buiten kijf dat in Nederland behoefte bestaat aan strijdbare zelforganisaties van minderheden met een actieve populaire aanhang. De angst van het establishment voor dit soort organisaties is op zich al genoeg bewijs van die stelling. Maar voorop staat dat de achterstelling en uitsluiting van migranten niet ophoudt door lief te lachen of door alleen maar te lobbyen – zeker niet in het huidige klimaat waarin rechts het voor het zeggen heeft. De AEL is een democratische organisatie. Nederlandse moslims hebben het volle recht zich te verzetten tegen hun criminalisering en tegen racisme. Met de oppositionele en agressieve manier waarop ze dat doen is ook helemaal niets mis. Integendeel, het werd wel eens tijd dat de strijd tegen racisme en voor gelijke rechten weer wat smoel kreeg.
Maar kritische noten moeten ook worden gekraakt. En dan ontkom je niet aan de tegenstrijdigheden van de beweging en zijn onbetwiste leider – Dyab Abou Jahjah. Waar het gaat om de rechten van vrouwen en homoseksuelen behoort Jahjah niet tot de progressieven. Over vrouwenemancipatie zegt hij: ‘Onze meisjes zijn niet gecomplexeerd door het feminisme, hè. Bij ons is het geen schande om te zeggen: ik ben een moeder en wil mijn leven wijden aan de opvoeding van mijn kinderen. Met dat conservatisme is toch niets mis? Het wérkt.’ En wat betreft homoseksualiteit is Jahjah van mening dat homoseksuelen niet gediscrimineerd moeten worden, maar hij zegt ook: ‘[Ik vind] dat ze uitzonderingen zijn en dat heteroseksualiteit de norm is…. Wij zijn gewoon godsdienstige mensen die geloven dat God vrouwen voor mannen geschapen heeft en mannen voor vrouwen. Dat is toch niet raar? De katholieke godsdienst heeft toch dezelfde visie?’
Het is teleurstellend dat conservatieve waarden zo’n belangrijke rol spelen in deze beweging. Het AEL-programma is zonder meer links te noemen op het vlak van sociaal-economische kwesties, de verdediging van de multiculturele samenleving of het milieu. Maar dat zijn nu juist niet de meest in het oog springende programmapunten. In het programma lijkt de islamitische gemeenschap in Nederland ondeelbaar en onveranderlijk – moslims moeten geholpen worden vanuit hun eigen normen en waarden, de islam moet bevorderd worden, de mogelijkheden om volgens de regels van de islam te leven moeten uitgebreid worden.
Geen woord over al die moslimvrouwen en –mannen die in conflict zijn of komen met de islam of met het beklemmende gebrek aan individuele vrijheid in gezin en gemeenschap. Geen woord over jonge vrouwen die door broer, vader, neef of kennis worden beperkt in hun bewegingsruimte. In het AEL programma is het gezin de hoeksteen van de samenleving. Vrouwen mogen wel werken, maar met inachtneming van hun rol in het gezin. Ouders moeten bij hun kinderen in gaan wonen en daar moet de woningbouw op worden afgestemd. De AEL is tegen het burgerlijk huwelijk – dat moet vervangen worden door samenlevingscontracten, al dan niet op basis van levensovertuiging.
Dat lijkt een progressieve maatregel, maar biedt sommige mensen ook de mogelijkheid om in die contracten de meest vrouwonvriendelijke voorwaarden op te nemen. Zo stelt de AEL bijvoorbeeld dat in die samenlevingscontracten moet kunnen worden opgenomen dat mannen een zorgrecht over hun kinderen hebben, wat de onafhankelijkheid van vrouwen zeker niet bevordert.
Repressie lijkt wat betreft de AEL de tweede hoeksteen van de samenleving. Handel in en eigendom van drugs wordt verboden en streng aangepakt. Koffieshops worden gesloten. Prostitutie wordt weer illegaal. Alcohol mag niet meer in supermarkten verkocht worden. Tegen relschoppers wordt ‘keihard’ opgetreden.
Het zijn geen wereldvreemde standpunten. Integendeel, de behoefte aan een terugkeer naar vervlogen tijden ‘toen er nog waarden en normen waren’ en individualisering nog in de kinderschoenen stond leeft breder. Het CDA en christelijke partijen rechts daarvan drukken een zelfde gevoel uit. In kringen van de VVD en LPF worden nog veel repressievere maatregelen voorgesteld. Onder de aanhang van de sociaal-democratie leven dit soort ideeën ook. Maar het probleem is dat ze raken aan progressieve verworvenheden. Als de AEL zijn zin krijgt gaat de seksualiteit bijvoorbeeld weer de privé-sfeer in – met alle gevolgen voor de seksuele ontwikkeling van jonge mensen van dien.
Palestina
De standpunten over wat de AEL provocerend de Zionistische staat noemt, roepen in Nederland nog de meeste verontwaardiging op. De AEL stelt terecht dat het Nederlandse beleid altijd gericht is geweest op het ondersteunen van Israël en bepleit als alternatief actieve steun aan de Palestijnse strijd. De beschuldigingen van antisemitisme in AEL-kringen zijn niet van de lucht. Maar dat is traditie. Wie Israël bekritiseerd krijgt vroeg of laat met die beschuldiging te maken. Maar in het AEL programma is geen antisemitisch standpunt te vinden. Integendeel, de AEL bepleit een democratische staat voor alle inwoners van Palestina. Dat is een volkomen legitiem standpunt.
Helaas roept het publieke optreden van AEL leden vragen op. Als de AEL voor een democratisch en pluralistisch Palestina is, waarom roepen ze dan om steun aan reactionaire, antisemitische organisaties als Hamas, Jihad en Hizbollah? Die organisaties willen helemaal geen democratie en pluralisme, maar een islamitische staat waarin joden in het beste geval tweederangs burgers zijn. Er zijn bovendien alternatieven – waarom geen steun aan Palestijnse organisaties die hun standpunt delen, zoals het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina? Hier bestaat opnieuw een dubbelzinnige houding. Die blijkt ook uit het feit dat antisemitische leuzen en uitspraken van jongeren in Nederland niet keihard veroordeeld worden. Dat brengt hun eigen Palestina standpunt in diskrediet: verzet tegen antisemitisme is een voorwaarde voor een zinvolle strijd voor de bevrijding van Palestina.
De dubbelzinnigheid die de AEL kenmerkt neemt niet weg dat de organisatie een belangrijke stap heeft gezet in de strijd voor gelijke rechten en emancipatie, tegen racisme. Veel jonge mensen zullen zich aangesproken voelen, en dat is een logisch gevolg van de marges waarin ze dag in dag uit worden gemanoeuvreerd. Er bestaan principiële verschillen tussen radicaal-linkse activisten en de AEL. In de huidige ‘globaliserende’ wereld is het niet vanzelfsprekend dat de traditionele verworvenheden van links – de kijk op het lichaam en seksualiteit, onze opvattingen over feminisme of individualisering – door nieuwe radicaliserende groepen worden overgenomen.
Daarover zullen we een dialoog moeten aangaan, want het is ook niet vanzelfsprekend dat mensen niet kunnen worden overtuigd. Die dialoog is essentieel. Wie, zoals de (stalinistische) PVDA in België of de Internationale Socialisten hier doet alsof verschillen niet bestaan, maakt een ernstige vergissing. Kritiek op de AEL betekent niet dat gezamenlijke strijd uitgesloten is. Integendeel, het is zaak op punten waar we het met elkaar eens zijn zij aan zij te staan. Waar het gaat om het Bush-offensief, de onderdrukking van de Palestijnen, tegen het racisme in onze eigen samenleving. Gezamenlijk ervaringen doormaken is een voorwaarde voor discussie en wederzijds respect.
http://www.grenzeloos.org/artikel/viewartikel.php?id=523&oms=AEL)
Het dubbele karakter van de AEL
Voor gelijke rechten en conservatieve waarden
Paul Mepschen 29-04-2003
De Arabisch-Europese Liga bepleit terecht dat jonge allochtonen het heft in eigen handen moeten nemen. Het werd ook tijd dat de strijd tegen racisme en islamofobie wat meer smoel kreeg.
Maar het is buitengewoon teleurstellend dat die terechte strijd samen gaat met een roep om het herstel van conservatieve waarden, in plaats van een strijd voor bevrijding.
CDA-kamerlid Camiel Eurlings liet het ware gezicht van zijn partij zien toen hij reeds pleitte voor een mogelijk verbod op de AEL voordat de club in Nederland zelfs maar bestond. Die afkeer van een migrantenzelforganisatie als de AEL is kenmerkend voor het racisme van de Nederlandse burgerij. Het is de angst voor een return of the repressed.
Jonge Marokkanen voelen zich buitengesloten, niet gerespecteerd. Het volwaardige burgerschap wordt ze onthouden. Ze hebben te maken met dagelijkse discriminatie. Het is ironisch dat juist de katholiek Eurlings zich zo verzet – de strijd van AEL’ers heeft nu juist zoveel overeenkomsten met de emancipatiestrijd van de katholieken.
Terechte woede
In Antwerpen is het allemaal nog wat erger dan in Nederland. Daar is het Vlaams Blok de grootste partij, ook onder leden van het politiekorps. De zogenaamde ‘rellen’ na de moord op een jonge Marokkaan door een racistische idioot kwamen dan ook niet uit de lucht vallen. Integendeel, jonge Marokkanen hebben dagelijks te maken met het racisme van het Vlaams Blok, met discriminatie op school en op de werkvloer en intimidatie door de politie. Dat AEL voorman Dyab Abou Jahjah vervolgens wordt opgepakt en in een cel gestopt onthult de onmacht van het Belgische establishment.
Het is onbegrijpelijk dat jarenlang niets wordt gedaan aan de oorzaken van de groei van het Blok, dat allochtone jongeren door agenten in elkaar worden geslagen, dat de racistische dreiging voortduurt, terwijl het repressie apparaat op volle toeren gaat draaien zodra een begaafde jongeman als Jahjah politiek uitdrukking weet te geven aan de woede. Die is volkomen terecht. De criminalisering van de AEL, in Nederland en België, is hypocriet.
Polarisering
Als het gaat om racisme en maatschappelijke uitsluiting staat het er ook in Nederland niet rooskleurig voor. Hier groeit ondertussen een derde generatie kinderen op in gezinnen uit islamitische landen. Vanaf het allereerste begin gaat het om mensen met een achtergestelde positie in de samenleving. Mensen die het werk moesten doen dat over was. Mensen die er tijdens de crisis ook weer als eerste uitvlogen. Hun kinderen zijn het die zich vandaag afvragen waarom ze nog steeds niet als volwaardige burgers worden gezien.
Zij merken dat hun kansen en perspectieven beperkt zijn. Die rem op hun maatschappelijke ontwikkeling heeft structurele oorzaken, maar wordt door media en politiek voortdurend groepsspecifiek uitgelegd. Het zou aan de culturele en religieuze achtergrond van deze mannen en vrouwen liggen. Jonge, hoger opgeleide mensen met een redelijk goede baan zijn de eersten die merken dat er een discrepantie bestaat tussen hun capaciteiten en hun kansen. Zij nemen dan ook de leiding in de tegenbeweging die de AEL is.
De criminalisering van islamitische Nederlanders sinds 11 september en het racistische vertoog van Fortuyn hebben een gevoel van uitsluiting versterkt. Er ontstond binnen korte tijd een nieuw vertoog en een nieuwe politieke correctheid waar liberale waarden tegenover de islam werden gepositioneerd. Vooral rechtse politici bekeerden zich razendsnel tot de verworvenheden waar ze eerder niets van wilden weten: de emancipatie van vrouwen, de gelijkberechting van niet-heteroseksuelen. Het is cynisch dat de VVD, waar vrouwenstrijd lange tijd gewoon werd genegeerd, plotseling het feminisme omarmde alsof dat een centraal element is van de conservatief-liberale cultuur in plaats van het resultaat van sociale strijd.
Het waren niet de moslims die in Nederland voor een gepolariseerde atmosfeer zorgden. Hoewel de uiterst achterlijke uitspraken van imam El Moumni niet echt hielpen, is hij ook in moslimkringen een buitengewoon marginale man. De polarisatie ontstond door het spel dat media en politiek, zonder veel kennis van zaken wat betreft de islam en de moslimgemeenschap in Nederland, speelden met islamitische Nederlanders. Het wachten was natuurlijk op een politieke reactie uit de hoek van Nederlandse moslims. Door de charismatische persoonlijkheid en het talent van Jahjah en de mensen om hem heen kreeg die reactie de vorm van een uit België geïmporteerde politieke groepering. De criminalisering van moslims in ons land schiep ruimte voor een soortgelijke organisatie hier.
Tegenstrijdig
De AEL heeft een tegenstrijdig karakter. Het staat buiten kijf dat in Nederland behoefte bestaat aan strijdbare zelforganisaties van minderheden met een actieve populaire aanhang. De angst van het establishment voor dit soort organisaties is op zich al genoeg bewijs van die stelling. Maar voorop staat dat de achterstelling en uitsluiting van migranten niet ophoudt door lief te lachen of door alleen maar te lobbyen – zeker niet in het huidige klimaat waarin rechts het voor het zeggen heeft. De AEL is een democratische organisatie. Nederlandse moslims hebben het volle recht zich te verzetten tegen hun criminalisering en tegen racisme. Met de oppositionele en agressieve manier waarop ze dat doen is ook helemaal niets mis. Integendeel, het werd wel eens tijd dat de strijd tegen racisme en voor gelijke rechten weer wat smoel kreeg.
Maar kritische noten moeten ook worden gekraakt. En dan ontkom je niet aan de tegenstrijdigheden van de beweging en zijn onbetwiste leider – Dyab Abou Jahjah. Waar het gaat om de rechten van vrouwen en homoseksuelen behoort Jahjah niet tot de progressieven. Over vrouwenemancipatie zegt hij: ‘Onze meisjes zijn niet gecomplexeerd door het feminisme, hè. Bij ons is het geen schande om te zeggen: ik ben een moeder en wil mijn leven wijden aan de opvoeding van mijn kinderen. Met dat conservatisme is toch niets mis? Het wérkt.’ En wat betreft homoseksualiteit is Jahjah van mening dat homoseksuelen niet gediscrimineerd moeten worden, maar hij zegt ook: ‘[Ik vind] dat ze uitzonderingen zijn en dat heteroseksualiteit de norm is…. Wij zijn gewoon godsdienstige mensen die geloven dat God vrouwen voor mannen geschapen heeft en mannen voor vrouwen. Dat is toch niet raar? De katholieke godsdienst heeft toch dezelfde visie?’
Het is teleurstellend dat conservatieve waarden zo’n belangrijke rol spelen in deze beweging. Het AEL-programma is zonder meer links te noemen op het vlak van sociaal-economische kwesties, de verdediging van de multiculturele samenleving of het milieu. Maar dat zijn nu juist niet de meest in het oog springende programmapunten. In het programma lijkt de islamitische gemeenschap in Nederland ondeelbaar en onveranderlijk – moslims moeten geholpen worden vanuit hun eigen normen en waarden, de islam moet bevorderd worden, de mogelijkheden om volgens de regels van de islam te leven moeten uitgebreid worden.
Geen woord over al die moslimvrouwen en –mannen die in conflict zijn of komen met de islam of met het beklemmende gebrek aan individuele vrijheid in gezin en gemeenschap. Geen woord over jonge vrouwen die door broer, vader, neef of kennis worden beperkt in hun bewegingsruimte. In het AEL programma is het gezin de hoeksteen van de samenleving. Vrouwen mogen wel werken, maar met inachtneming van hun rol in het gezin. Ouders moeten bij hun kinderen in gaan wonen en daar moet de woningbouw op worden afgestemd. De AEL is tegen het burgerlijk huwelijk – dat moet vervangen worden door samenlevingscontracten, al dan niet op basis van levensovertuiging.
Dat lijkt een progressieve maatregel, maar biedt sommige mensen ook de mogelijkheid om in die contracten de meest vrouwonvriendelijke voorwaarden op te nemen. Zo stelt de AEL bijvoorbeeld dat in die samenlevingscontracten moet kunnen worden opgenomen dat mannen een zorgrecht over hun kinderen hebben, wat de onafhankelijkheid van vrouwen zeker niet bevordert.
Repressie lijkt wat betreft de AEL de tweede hoeksteen van de samenleving. Handel in en eigendom van drugs wordt verboden en streng aangepakt. Koffieshops worden gesloten. Prostitutie wordt weer illegaal. Alcohol mag niet meer in supermarkten verkocht worden. Tegen relschoppers wordt ‘keihard’ opgetreden.
Het zijn geen wereldvreemde standpunten. Integendeel, de behoefte aan een terugkeer naar vervlogen tijden ‘toen er nog waarden en normen waren’ en individualisering nog in de kinderschoenen stond leeft breder. Het CDA en christelijke partijen rechts daarvan drukken een zelfde gevoel uit. In kringen van de VVD en LPF worden nog veel repressievere maatregelen voorgesteld. Onder de aanhang van de sociaal-democratie leven dit soort ideeën ook. Maar het probleem is dat ze raken aan progressieve verworvenheden. Als de AEL zijn zin krijgt gaat de seksualiteit bijvoorbeeld weer de privé-sfeer in – met alle gevolgen voor de seksuele ontwikkeling van jonge mensen van dien.
Palestina
De standpunten over wat de AEL provocerend de Zionistische staat noemt, roepen in Nederland nog de meeste verontwaardiging op. De AEL stelt terecht dat het Nederlandse beleid altijd gericht is geweest op het ondersteunen van Israël en bepleit als alternatief actieve steun aan de Palestijnse strijd. De beschuldigingen van antisemitisme in AEL-kringen zijn niet van de lucht. Maar dat is traditie. Wie Israël bekritiseerd krijgt vroeg of laat met die beschuldiging te maken. Maar in het AEL programma is geen antisemitisch standpunt te vinden. Integendeel, de AEL bepleit een democratische staat voor alle inwoners van Palestina. Dat is een volkomen legitiem standpunt.
Helaas roept het publieke optreden van AEL leden vragen op. Als de AEL voor een democratisch en pluralistisch Palestina is, waarom roepen ze dan om steun aan reactionaire, antisemitische organisaties als Hamas, Jihad en Hizbollah? Die organisaties willen helemaal geen democratie en pluralisme, maar een islamitische staat waarin joden in het beste geval tweederangs burgers zijn. Er zijn bovendien alternatieven – waarom geen steun aan Palestijnse organisaties die hun standpunt delen, zoals het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina? Hier bestaat opnieuw een dubbelzinnige houding. Die blijkt ook uit het feit dat antisemitische leuzen en uitspraken van jongeren in Nederland niet keihard veroordeeld worden. Dat brengt hun eigen Palestina standpunt in diskrediet: verzet tegen antisemitisme is een voorwaarde voor een zinvolle strijd voor de bevrijding van Palestina.
De dubbelzinnigheid die de AEL kenmerkt neemt niet weg dat de organisatie een belangrijke stap heeft gezet in de strijd voor gelijke rechten en emancipatie, tegen racisme. Veel jonge mensen zullen zich aangesproken voelen, en dat is een logisch gevolg van de marges waarin ze dag in dag uit worden gemanoeuvreerd. Er bestaan principiële verschillen tussen radicaal-linkse activisten en de AEL. In de huidige ‘globaliserende’ wereld is het niet vanzelfsprekend dat de traditionele verworvenheden van links – de kijk op het lichaam en seksualiteit, onze opvattingen over feminisme of individualisering – door nieuwe radicaliserende groepen worden overgenomen.
Daarover zullen we een dialoog moeten aangaan, want het is ook niet vanzelfsprekend dat mensen niet kunnen worden overtuigd. Die dialoog is essentieel. Wie, zoals de (stalinistische) PVDA in België of de Internationale Socialisten hier doet alsof verschillen niet bestaan, maakt een ernstige vergissing. Kritiek op de AEL betekent niet dat gezamenlijke strijd uitgesloten is. Integendeel, het is zaak op punten waar we het met elkaar eens zijn zij aan zij te staan. Waar het gaat om het Bush-offensief, de onderdrukking van de Palestijnen, tegen het racisme in onze eigen samenleving. Gezamenlijk ervaringen doormaken is een voorwaarde voor discussie en wederzijds respect.
http://www.grenzeloos.org/artikel/viewartikel.php?id=523&oms=AEL)