De opmars van het hindoenationalisme
Rassentrots op het hoogste niveau
Met een complex registratiestelsel degradeert de regering van Narendra Modi de islamitische inwoners van India tot rechteloze burgers. De hindoebevolking wordt beloond voor lynchpartijen. Stateloosheid dreigt.
Arundhati Roy
12 februari 2020 – verschenen in nr. 7
Een demonstratie voor vrijheid in Srinagar, Kasjmir, 26 september 2019 © Tauseef Mustafa / AFP / ANP
Er is een tijd geweest dat afwijkende meningen het beste exportproduct van India waren. Maar nu, juist op het moment dat protesten in het Westen aanzwellen, zijn onze grote antikapitalistische en anti-imperialistische bewegingen voor sociale en ecologische rechtvaardigheid – de marsen tegen grote dammen, tegen de privatisering en plundering van onze rivieren en bossen, tegen massale ontheemding en de vervreemding van de landen van herkomst van inheemse volkeren – grotendeels stilgevallen. Op 17 september vorig jaar gaf premier Narendra Modi zichzelf het tot de rand gevulde reservoir van de Sardar Sarovar Dam in de Narmada-rivier cadeau voor zijn 69ste verjaardag, terwijl duizenden dorpelingen die ruim dertig jaar tegen die dam hadden gestreden hun huizen onder het wassende water zagen verdwijnen. Het was een moment van grote symboliek.
In India besluipt ons tegenwoordig een duistere wereld op klaarlichte dag. Het wordt zelfs steeds moeilijker om de schaal van de crisis – haar omvang en veranderende gedaante, haar diepte en diversiteit – aan onszelf uit te leggen. Op dit moment zuchten zeven miljoen mensen in de Kasjmir-vallei, van wie een groot deel geen inwoners van India willen zijn en tientallen jaren hebben gevochten voor hun recht op zelfbeschikking, onder een digitaal beleg en de zwaarste militaire bezetting ter wereld. Tegelijkertijd zijn twee miljoen mensen in de oostelijke deelstaat Assam, die ernaar verlangen om deel uit te maken van India, erachter gekomen dat hun namen ontbreken in het National Register of Citizens(nrc) waardoor ze het risico lopen stateloos te worden verklaard. De Indiase regering heeft aangekondigd dit register naar de rest van India te willen uitbreiden. Er komt wetgeving aan. Dit zou kunnen leiden tot stateloosheid op ongekende schaal.
De rijken in de westerse landen treffen hun eigen voorzorgsmaatregelen voor de komende klimaatramp. Ze bouwen bunkers en leggen voorraden voedsel en schoon drinkwater aan. In arme landen – en India is tot zijn schaamte, ondanks het feit dat het de vijfde economie ter wereld is, nog steeds een arm en hongerig land – worden andere soorten voorzorgsmaatregelen getroffen. De annexatie door de Indiase regering van Kasjmir op 5 augustus 2019 is mede ingegeven door de behoefte van de Indiase overheid om de toegang tot de rivieren die door de deelstaat Jammu en Kasjmir lopen veilig te stellen. En het nrc, dat een systeem van getrapt burgerschap zal creëren waarin sommige burgers meer rechten hebben dan andere, is ook een voorbereiding op een tijd dat hulpbronnen schaars zullen worden. Burgerschap, zo heeft Hannah Arendt ooit gezegd, is het recht om rechten te hebben.
De ontmanteling van het idee van vrijheid, broederschap en gelijkheid zal het eerste slachtoffer van de klimaatcrisis zijn, en is dat feitelijk al. Ik zal proberen uit te leggen hoe dit in zijn werk gaat. En hoe in India het moderne managementsysteem dat is ontstaan om juist deze moderne crisis aan te pakken zijn wortels heeft in een weerzinwekkende, gevaarlijke draad uit onze geschiedenis.
Het geweld van de insluiting en het geweld van de uitsluiting zijn voorlopers van een stuiptrekking die de fundamenten van India zou kunnen veranderen, evenals de plaats van het land in de wereld. De grondwet noemt India een seculiere socialistische republiek. Wij gebruiken het woord ‘seculier’ in een iets andere betekenis dan de rest van de wereld – voor ons is het een codewoord voor een samenleving waarin alle religies in de ogen van de wet gelijke rechten hebben. In de praktijk is India noch seculier noch socialistisch geweest. In feite heeft het land altijd gefunctioneerd als een hindoestaat van de bovenste kaste. Maar het beeld van het secularisme, hoe hypocriet het ook mag zijn, is het enige stukje samenhang dat India überhaupt mogelijk maakt. Die hypocrisie was het beste wat we hadden. Als die wegvalt, zal India eindigen.
In zijn overwinningstoespraak van mei 2019, nadat zijn partij een tweede termijn voor hem als premier had veiliggesteld, schepte Modi op dat geen enkele politicus van welke politieke partij dan ook het had aangedurfd om het woord ‘secularisme’ in de campagne te gebruiken. De tank van het secularisme, aldus Modi, was nu leeg. Dus het is officieel. India is aan het leeglopen. En we komen er nu te laat achter dat we de hypocrisie hadden moeten koesteren. Want daarmee gepaard gaat ten minste een overblijfsel, of een schijn, van herinnerd fatsoen.
India is niet echt een land. Het is een continent. Complexer en diverser, met meer talen – 780 bij de laatste telling, exclusief dialecten – meer nationaliteiten en subnationaliteiten, meer inheemse stammen en religies dan heel Europa. Stel je eens voor dat deze grote oceaan, dit fragiele, onvoorspelbare, sociale ecosysteem plotseling wordt gecommandeerd door een hindoenationalistische organisatie die gelooft in een doctrine van één natie, één taal, één religie, één grondwet.
Ik heb het hier over de rss, de Rashtriya Swayamsevak Sangh, opgericht in 1925, het moederschip van de regerende Bharatiya Janata Party, de bjp. De oprichters werden zeer beïnvloed door het Duitse en Italiaanse fascisme. Zij vergeleken de Indiase moslims met de Duitse joden en meenden dat er geen plaats voor hen was in het hindoeïstische India. Vandaag de dag distantieert de rss zich in kameleontische bewoordingen van dit gezichtspunt. Maar de onderliggende ideologie, waarin de moslims worden voorgesteld als permanente, bedrieglijke ‘buitenstaanders’, is een constant refrein in de openbare toespraken van politici van de bjp, en vindt weerklank in de ijzingwekkende slogans van plunderende menigten. Bijvoorbeeld: ‘Er is maar één plek voor moslims: het graf, of Pakistan.’
Afgelopen oktober heeft Mohan Bhagwat, de opperste leider van de rss, gezegd dat India een Hindu Rashtra is, een hindoeïstische natie. ‘Daar kan niet over onderhandeld worden.’ Die gedachte verandert alles wat mooi is aan India in iets wrangs.
Als de rss wat zij vandaag de dag aan het bekokstoven is presenteert als een historische revolutie, waarin de hindoes eindelijk eeuwen van onderdrukking door de vroegere islamitische heersers van India van zich afschudden, maakt dat deel uit van een fake history-project. De waarheid is dat miljoenen Indiase moslims de afstammelingen zijn van mensen die zich tot de islam hebben bekeerd om te ontsnappen aan de wrede praktijk van het hindoeïstische kastenstelsel.
Als nazi-Duitsland een land was dat probeerde zijn verbeelding op te leggen aan een continent (en daarbuiten), is de drang van een door de rss geregeerd India in een bepaald opzicht het tegenovergestelde. Hier is sprake van een continent dat probeert zichzelf terug te brengen tot het formaat van een land. Of niet eens dat van een land, maar van een provincie. Een primitieve, etno-religieuze provincie. Dit blijkt een onvoorstelbaar gewelddadig proces te zijn, een soort politieke kernsplijting in slow motion, die een vorm van radioactiviteit veroorzaakt die alles eromheen is gaan besmetten. Dat het proces zal uitlopen op zelfdestructie lijdt geen twijfel. De vraag is wat en wie er nog meer door zullen worden meegesleurd.
Geen van de wit-nationalistische neonazi-groeperingen die vandaag de dag in de hele wereld in opkomst zijn kan tippen aan de infrastructuur en menskracht waarover de rss beschikt. De beweging zegt in het hele land 57.000 afdelingen te hebben en een gewapende militie van ruim zeshonderdduizend toegewijde ‘vrijwilligers’. Zij beheert scholen waar miljoenen leerlingen aan studeren en heeft haar eigen medische hulpposten, vakbonden, boerenorganisaties, media en vrouwengroepen. Onlangs heeft zij aangekondigd een trainingsfaciliteit te zullen openen voor degenen die zich willen aanmelden voor het Indiase leger.
Onder haar bhagwa dhwaj, haar saffraankleurige vlag, heeft een hele reeks extreemrechtse organisaties, die tezamen bekendstaan als de Sangh Parivar, de ‘familie’ van de rss, gebloeid en zich vermenigvuldigd. Deze organisaties zijn verantwoordelijk voor de schokkend gewelddadige aanvallen op minderheden waarbij in de loop van de jaren vele duizenden mensen zijn vermoord. Geweld, brandstichting en aanvallen onder valse vlag zijn hun voornaamste strategieën en vormden de kern van de saffraan-campagne.
vrijwilligsters van de hindoe*nationalistische organisatie RSS, Siliguri, 25 mei 2019 © DiptenDu Dutta / AFP / ANP
Premier Narendra Modi is zijn hele leven lid geweest van de rss. Hij is een creatie van de rss. Hoewel hij zelf geen brahmaan is, is hij meer dan wie dan ook verantwoordelijk geweest voor het uitbouwen van de rss tot de sterkste organisatie van India en voor het schrijven van haar meest glorieuze hoofdstuk tot nu toe. Het is ergerlijk om voortdurend het verhaal van Modi’s opkomst te moeten herhalen, maar het officieel gesanctioneerde geheugenverlies daaromtrent maakt dat bijna tot een plicht.
Modi’s politieke carrière kreeg een enorme impuls in oktober 2001, een paar weken na de aanslagen van 11 september in de Verenigde Staten, toen de bjp haar gekozen premier in de deelstaat Gujarat verwijderde en Modi in zijn plaats installeerde. Destijds was hij niet eens een gekozen lid van de wetgevende vergadering van de deelstaat. Vijf maanden later, tijdens zijn eerste termijn als deelstaatpremier, was er een afschuwelijk maar geheimzinnig geval van brandstichting waarbij 59 hindoepelgrims levend werden verbrand in een treinwagon. Als ‘wraak’ ondernamen hindoeïstische bendes een goed geplande plundertocht door de deelstaat. Naar schatting 2500 mensen, bijna allemaal moslims, werden op klaarlichte dag vermoord. Vrouwen werden het slachtoffer van groepsverkrachtingen in de straten van de steden en tienduizenden werden van huis en haard verdreven.
Onmiddellijk na deze pogrom riep Modi op tot nieuwe verkiezingen. Hij won die, niet ondanks, maar dankzij het bloedbad. Hij werd bekend als Hindu Hriday Samrat, de Keizer van het Hindoe Hart, en werd drie opeenvolgende termijnen herkozen als premier van de deelstaat. Tijdens Modi’s campagne in 2014 als kandidaat-premier voor de bjp, waarbij eveneens sprake was van een bloedbad onder moslims, ditmaal in het district Muzaffarnagar in de deelstaat Uttar Pradesh, vroeg een journalist van Reuters hem of hij spijt had van de pogrom uit 2002 die tijdens zijn heerschappij had plaatsgevonden. Hij antwoordde dat hij zelfs de dood van een hond zou betreuren als die per ongeluk onder de wielen van zijn auto belandde. Dit was pure, goed getrainde rss-taal.
Toen Modi werd ingezworen als India’s veertiende premier, werd hij niet alleen toegejuicht door zijn basis van hindoenationalisten, maar ook door India’s grootindustriëlen en zakenmensen, door veel Indiase progressieven en door de internationale media als het toppunt van hoop en vooruitgang, een redder in een saffraankleurig zakengewaad, in wiens persoonlijkheid het oude en het moderne samenvloeiden, het hindoenationalisme en het kapitalisme van de ongeremde vrije markt.
....
Lees hier meer over. Het is een heel lang stuk maar zeer kritisch en informatief.
https://www.groene.nl/artikel/rassen...hoogste-niveau
Bladwijzers