![]()
Interview Pascal Bruckner
Pascal Bruckner ziet anti-racisme vervallen in apartheid: ‘De witte man is de gedroomde zondebok’
De Franse romancier-essayist Pascal Bruckner waarschuwt in zijn laatste boek voor het activisme dat de oorlog heeft verklaard aan de witte man. ‘De obsessie met kleur en identiteit dreigt ons in een tribale wereld te storten.’
Kleis Jager 9 januari 2022
In de hal van zijn Parijse appartement staan een paar rolkoffers klaar voor vertrek. Pascal Bruckner gaat naar New York, de stad waar hij vroeger doceerde en waar zijn dochter werkt. Hij komt er veel en graag, ook al voelt het de laatste jaren steeds meer alsof hij een patiënt bezoekt. “De Verenigde Staten worden aangevreten door twee kwaden“, zegt hij. “Het trumpisme en het wokisme. Weinig opwekkend allemaal.”
Over het laatste verschijnsel schreef hij een analyse die nu in het Nederlands is vertaald: Schuldig over de hele lijn. Hoe de witte man de ideale zondebok werd. Ooit progressieve, positieve krachten als het feminisme, anti-racisme en het anti-kolonialisme produceren nu alleen nog maar haat en negatieve energie, constateert hij.
Wat wordt de witte man precies kwalijk genomen?
“Eenvoudigweg dat hij de oorzaak is van al het kwaad in de wereld. Neo-feministen beweren dat witte mannen afgrijselijke onderdrukkers zijn en anti-racisten – zet om dat woord maar een paar flinke aanhalingstekens – menen dat witte mannen van nature racistisch zijn. Je kunt er helemaal niets aan doen, het zit in je zoals het onweer in een donderwolk.
Het dekolonialisme tenslotte verwijt de witte man dat hij het kwaad en de wreedheid over de hele aardbol heeft verspreid. Hij is heel geschikt als zondebok, want hij erkent grif al zijn misdaden.”
De witte man is de duivel zelf?
“De figuur van de duivel is onmisbaar voor deze groepen die in hun afkeer van de witte man samenvloeien tot één beweging. Als hij er niet was, dan hadden ze hem uitgevonden.”
Waarom zegt u neo-feministen?
“Om hen te onderscheiden van het feminisme van de tweede golf dat in het teken stond van emancipatie en verzoening tussen de seksen. Vrouwen veroverden hun autonomie en mannen konden afscheid nemen van hun autoritaire rol, het was een bevrijding voor iedereen, win-win. Nu zitten we opgescheept met een proces-feminisme, een feminisme dat opspoort en vervolgt, maar dat, heel opmerkelijk, het patriarchaat met een kleur met rust laat. Want alleen witte mannen kun je echt iets kwalijk nemen.”
De ideeën die u in uw boek beschrijft komen uit de VS, maar de oorsprong is Frans: French theory.
“Met French theory duiden we de Franse filosofen aan die in de jaren zestig en zeventig grote sterren werden op campussen in de VS, zoals Michel Foucault en Jacques Derrida. Derrida bedacht een begrip waar het allemaal al in zit: fallologocentrisme, een plakwoord dat verwijst naar de kwalijke dominantie van de westerse man en westerse kennis. In de VS is de French theory aangepast door onder anderen de feministe Judith Butler en de juriste Kimberlé Crenshaw, een belangrijke vertegenwoordigster van de critical race theory en de uitvindster van de zogenoemde intersectionaliteit. Dat is het idee dat wij de optelsom zijn van onze handicaps: een zwarte lesbische vrouw zou er drie hebben, de witte man niet een.
Dit denken veroverde de linkervleugel van de Democratische partij, de universiteiten en veel media. Je kunt dus zeggen dat het virus Frans is en dat wij het terugkregen als een ziekte. En nu is er een wereldwijde pandemie uitgebroken.”
Virus, ziekte: dat zijn erg sterke termen. De theoretici die u noemt en hun navolgelingen zeggen: wij onderzoeken alleen hoe ongelijkheid werkt.
“Het doel is niet vermeerdering van kennis, maar heropvoeding, de witte mens wordt gevraagd zichzelf af te wijzen. Ze hebben het niet door, maar de nieuwe anti-racisten treden in de voetsporen van negentiende eeuwse rassentheoretici en extreemrechtse denkers uit de jaren dertig die het individu ook altijd terugwierpen op zijn oorsprong. Wie wit is, is vanaf de geboorte schuldig, wie dat niet is, is voor eeuwig slachtoffer.
Er was hier veel te doen over een vrouw die tijdens een demonstratie tegen politiegeweld een zwarte agent uitgebreid uitschold voor rassenverrader. Die term, rassenverrader, komt rechtstreeks uit de nazistische wetten van Neurenberg uit 1935 die onder andere huwelijken verboden tussen ariërs en joden.”
De fixatie op ras, gender en identiteit dateert volgens u van na de val van de Muur in 1989.
“Toen is het begonnen. De belofte van het reëel existerend socialisme viel weg, links raakte in de war. Het socialisme werd vervangen door een nieuwe ideologie gebaseerd op ras, gender en identiteit waarmee je aan de kant van de onderdrukten kon blijven staan.”
Maar witte mannen domineren toch ook overal waar macht is? Is het niet logisch dat er een roep om meer evenwicht klinkt?
“Het grote probleem is dat men voortdurend kleur en klasse met elkaar verwart. Ook Emmanuel Macron heeft een keer gezegd dat hij zo geprivilegieerd was vanwege zijn huidskleur. Maar dat is onzin, hij dankt zijn positie aan zijn sociale afkomst, niet aan zijn kleur.
White privilege had betekenis in het Zuid-Afrika van de apartheid of de VS ten tijde van de segregatie, maar in samenlevingen als de onze, die voor 90 procent Kaukasisch zijn, wil het niets zeggen.”
Waarom heeft het idee dat witten schuldig zijn zo’n succes?​
“Het is een vorm van masochisme waarin tegelijk een subtiele vorm van hoogmoed zichtbaar is: de zelfverlaging is nauwelijks verhulde zelfverheerlijking. Het kwaad kan alleen van ons komen en dus is de minachting die wij voor onze cultuur hebben toch weer een manier om jezelf boven anderen te verheffen.
Je kunt je zelf dit allemaal wijsmaken zonder bezwaard geweten, want zoals elke religie is het nieuwe racisme immuun voor kritiek. Als je bezwaar maakt, bewijs je alleen maar dat je een racistische witte man bent. En als je zwart bent en je uit kritiek, dan word je aan de kant van de witten, de machthebbers geschaard. Want witheid zou een machtsstructuur zijn, wie arm en wit is, hoort ook bij de onderdrukkers.”
Bladwijzers